Terug
Gepubliceerd op 04/10/2022

2022_CBS_00996 - OMV - Vergunning - Vogelsancklaan 325 en 327 - 2022/00092 - Gedeeltelijke goedkeuring

College van burgemeester en schepenen
di 27/09/2022 - 13:30 schepenzaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur

Secretaris

Bart Telen, Algemeen directeur
2022_CBS_00996 - OMV - Vergunning - Vogelsancklaan 325 en 327 - 2022/00092 - Gedeeltelijke goedkeuring 2022_CBS_00996 - OMV - Vergunning - Vogelsancklaan 325 en 327 - 2022/00092 - Gedeeltelijke goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

STEDENBOUWKUNDIG EN MILIEUTECHNISCH advies - verslag GEMEENTELIJKE omgevingsambtenaar

De aanvraag betreft de regularisatie van de woning (inplanting en dakhoogte) en het reclamepaneel, het uitbreiden van de woning, de aanleg van een zwembad en de tuin, het verwijderen van 2 niet-vergunde constructies en het plaatsen van airco-installaties en een warmtepomp.

De aanvraag werd op 4 april 2022 ontvangen.

Op 3 mei 2022 werd aanvullende informatie opgevraagd.

Op 19 mei 2022 werd de gevraagde aanvullende informatie aangeleverd.

Op 17 juni 2022 werd de aanvraag ontvankelijk en volledig verklaard.

De gewone vergunningsprocedure wordt gevolgd.

Er werd een openbaar onderzoek gehouden, lopende van 27 juni 2022 tot en met 26 juli 2022, gesloten met 0 bezwaarschriften.

Huidige aanvraag behelst een hernieuwing /verandering : 

Deze aanvraag betreft airco-installaties en warmtepompen. Er wordt een warmtepomp bijgeplaatst voor het zwembad en de bestaande airco-installaties worden geregulariseerd. . 

De volgende rubrieken worden aangevraagd: 

Rubriek

Omschrijving

klasse

16.3.2°.a 

Inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen ; koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen, met uitzondering van inrichtingen die ingedeeld zijn in rubriek 16.9, c), met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW

( 25 kW , waarvan airco woning 8 kW , airco kantoor 3kW, warmtepomp woning 4kW, warmtepomp zwembad 10 kW)  

3

HISTORIEK VAN HET EIGENDOM WAAROP DE AANVRAAG BETREKKING HEEFT

Stedenbouwkundig

  • 2011/12085: stilzwijgende weigering voor het bouwen van een woning;
  • 2011/12176: stedenbouwkundige vergunning op 19/12/2011 voor het bouwen van een woning en zwembad;

Uit de gegevens waarover de gemeente beschikt, blijkt niet dat voor het voorwerp van de aanvraag een PV is opgesteld noch dat een meerwaarde werd opgelegd of dat op het goed een vonnis of arrest rust. Er zijn ook geen geschriften bekend waaruit zou blijken dat er wederrechtelijke werken werden uitgevoerd.

Uit het aanvraagdossier / de gegevens waarover de gemeente beschikt (luchtfoto…) blijkt dat op het perceel van de aanvraag constructies en/ of handelingen werden opgericht/ verricht/ aanwezig zijn, waarvoor geen vergunning verleend werd. Het betreft hier de inplanting en dakhoogte van de woning dewelke anders werden uitgevoerd dan oorspronkelijk vergund, het reclamepaneel, een composthoop en een verplaatsbare caravan.

Deze wederrechtelijk opgerichte constructies/ uitgevoerde handelingen werden opgenomen in de huidige aanvraag als te regulariseren (de woning en het reclamepaneel)/ te verwijderen (composthoop en verplaatsbare caravan).

Milieu

Melding klasse 3 met ref. 752.4-818 werd afgeleverd ( CBS 30/07/2013) met de volgende rubrieken : 

  • 16.3.1.1 warmtepomp 25 kW 
  • 55.1.1. 5 diepteboringen van elk 95 m voor warmtepomp.

OPENBAAR ONDERZOEK

Overeenkomstig artikel 17 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hoofdstuk 3 Toepassingsgebied van de gewone en vereenvoudigde procedure, artikels 11 t.e.m. 14 van het besluit tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning, werd dit dossier volgens de gewone procedure behandeld. Er werd bijgevolg een openbaar onderzoek gehouden. Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 27 juni 2022 tot en met 26 juli 2022.

Er werden geen bezwaren ingediend.

ADVIEZEN

Agentschap Wegen en Verkeer

Brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg

Fluvius System Operator

MILIEUEFFECTENRAPPORTAGE

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

STEDENBOUWKUNDIG ADVIES

TOETSING AAN DE REGELGEVING EN VOORSCHRIFTEN

OVEREENSTEMMING MET BESTEMMINGS- EN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gewestplan

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979, deels gelegen in woongebied met landelijk karakter en deels gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied. 

De woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd “voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven”. Zowel bewoning als landbouw zijn bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen, voorzieningen en activiteiten, zoals in woongebied worden toegelaten (artikel 6 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven.

Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300m van een woongebied of op ten minste 100m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden (artikel 11 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

De landschappelijke waardevolle gebieden zijn gebieden waarvoor bepaalde beperkingen gelden met het doel het landschap te beschermen of aan landschapsontwikkeling te doen. In deze gebieden mogen alle handelingen en werken worden uitgevoerd die overeenstemmen met de in grondkleur aangegeven bestemming, voor zover zij de schoonheidswaarde van het landschap niet in gevaar brengen (artikel 15 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

Bijzonder plan van aanleg, ruimtelijk uitvoeringsplan of verkaveling

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg, noch in een ruimtelijk uitvoeringsplan, noch in een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

De aanvraag voldoet principieel aan de geldende bestemmingsvoorschriften van het gewestplan, m.n. woongebied met landelijk karakter voor wat betreft de regularisatie van de woning (inplanting en dakhoogte) en het reclamepaneel, het uitbreiden van de woning, de aanleg van een zwembad en de tuin, het verwijderen van 2 niet-vergunde bijgebouwen en het plaatsen van airco-installaties en een warmtepomp.

De aanvraag voldoet principieel niet aan de geldende bestemmingsvoorschriften van het gewestplan, m.n. landschappelijk waardevol agrarisch gebied voor wat betreft het plaatsen van een hondenren, de aanleg van een petanquebaan en het klinkerpad er naar toe.

Stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater

De aanvraag valt onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 en latere wijzigingen, houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De aanvraag betreft een uitbreiding van de woning met o.a. een polyvalente ruimte waardoor enkel een infiltratievoorziening dient aangelegd te worden. De plannen geven aan dat een infiltratievoorziening wordt aangelegd met een volume van 5 000 liter en een oppervlakte van 12,7m².   Wat overeenstemt met de verordening.

De verordening is niet van toepassing voor wat betreft de aanleg van de voorziene verhardingen omdat het hemelwater dat op de verharding valt niet wordt opgevangen en afgevoerd, maar op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem kan infiltreren.

De aanvraag voldoet aan deze stedenbouwkundige verordening.

Riolering

Met betrekking tot de riolering werd de aanvraag voor advies voorgelegd aan Fluvius. Het advies van 23/06/2022 van Fluvius is voorwaardelijk gunstig:

“Het betreft hier de uitbreiding van een kantoor, hiervoor verwijzen wij graag naar www.fluvius.be/aansluitingen.

We hebben geen bestaand rioleringsplan van dit project. Voor uw rioleringsaansluiting geven we daarom volgend advies:

Het besluit van de Vlaamse Regering van 05/7/2013 betreffende de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater, in voege sinds 01/01/2014, bepaalt dat bij een uitbreiding > 40 m² tegen een bestaand gebouw een even groot deel van de bestaande verharde oppervlakten mee dienen af te wateren naar de infiltratievoorziening, indien deze bestaande verharde oppervlakten nog niet zijn aangesloten op een hemelwaterput, infiltratievoorziening of buffering. De inhoud van de infiltratievoorziening dient minimum 25 liter/m² referentieoppervlakte te bedragen. De referentieoppervlakte is de som van alle oppervlakten die afwateren naar deze infiltratievoorziening.

Het spoelwater van de filters van het zwembad dient bij chemische filters aangesloten te worden op de vuilwaterafvoer en moet bij zuivere biologische filters (zonder toevoeging chloor of andere chemicaliën) aangesloten worden op de infiltratievoorziening.

De overloop van een buitenzwembad dient aangesloten te worden op de infiltratievoorziening of mag op eigen terrein in de naastliggende groenzones infiltreren. Als het zwembad in 1 keer geledigd gaat worden, dient de infiltratievoorziening hierop berekend te worden. De chloordosering dient 14 dagen voor de lediging uitgeschakeld te worden.

Om het gebruik van hemelwater niet te hypothekeren liefst de afvoer van terrassen/inritten/parkings/… en de aquadrain niet aansluiten op de hemelwaterput, maar op de infiltratievoorziening. Het water kan immers vervuild zijn met detergenten, oliën en andere vervuilende stoffen.

Voor alle andere vragen verwijzen wij graag naar onze website, www.fluvius.be of het algemeen nummer 078 35 35 34.

Bovenstaande informatie geven we mee onder voorbehoud van latere wijzigingen

Mocht later   bijvoorbeeld blijken dat de definitieve vermogens toch buiten de standaardnormen vallen, dan kan ons advies nog wijzigen.”

Watertoets

Het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, verplicht de vergunningverlenende overheid om de watertoets uit te voeren bij elke aanvraag tot omgevingsvergunning. Dit decreet vormt het juridisch kader voor het integraal waterbeleid in Vlaanderen. Het decreet bevat ook de omzetting van de kaderrichtlijn Water en de Overstromingsrichtlijn. Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd de watertoets uitgevoerd volgens de richtlijnen van het uitvoeringsbesluit van 20 juli 2006. Dit Watertoetsbesluit werd gewijzigd bij Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011. Dit besluit is in werking getreden op 1 maart 2012. Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Zoals hoger aangehaald voldoet het voorliggende ontwerp aan deze verordening. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid. De aanvraag doorstaat de watertoets.

Decretale beoordelingselementen

Art. 4.3.5. Uitgeruste weg

§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie “wonen”, “verblijfsrecreatie”, “dagrecreatie”, met inbegrip van sport, “detailhandel”, “dancing”, “restaurant en café”, “kantoorfunctie”, “dienstverlening”, “vrije beroepen”, “industrie”, “bedrijvigheid”, “gemeenschapsvoorzieningen” of “openbare nutsvoorzieningen”, kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken.

Een voldoende uitgeruste weg voldoet voorts aan de uitrustingsvoorwaarden die worden gesteld in stedenbouwkundige voorschriften of vereist worden door de plaatselijke toestand, daaronder begrepen de voorzieningen die in de gemeente voorhanden zijn en het ruimtelijk beleid van de gemeente.

Het perceel is gelegen langs de Vogelsancklaan, een uitgeruste gewestweg.

De aanvraag voldoet aan deze bepaling.

Archeologienota

Conform het Onroerenderfgoeddecreet de dato 12 juli 2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag. Indien men niet verplicht is tot het opstellen van een archeologienota en tijdens de uitvoering komen er toch archeologische sporen of vondsten aan het licht, dan dient de bouwheer dit te melden binnen de 3 dagen aan het agentschap Onroerend Erfgoed (www.onroerenderfgoed.be).

Overige regelgeving

Decreet rookmelders

Het decreet van 10 maart 2017, houdende wijziging van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, wat het verbeteren van de brandveiligheid door het algemeen invoeren van optische rookmelders voor woningen betreft, bepaalt dat alle woningen in Vlaanderen moeten uitgerust worden met correct geïnstalleerde rookmelders of dienen te beschikken over een branddetectiesysteem. De voorliggende aanvraag kan hieraan niet getoetst worden, aangezien enkel de grondplannen van de uitbreiding worden weergegeven. Als voorwaarde bij de omgevingsvergunning zal worden opgelegd dat er voldaan moet worden aan dit decreet.

Energiedecreet

De aanvraag dient te voldoen aan het energiedecreet van 8 mei 2009 en het energiebesluit van 19 november 2010 en hun latere aanvullingen en wijzigingen.

Slopen

De afbraak dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand.

Grondverzet

Uit het ingediende dossier blijkt dat een grondverzet   (met aanvoer/ afvoer) van meer dan 250m³ zal plaatsvinden. De regelgeving omtrent grondverzet is van toepassing.

Lichten en zichten

De aanvraag werd getoetst aan art. 3.132 tot en met 3.133s van het nieuw burgerlijk wetboek dat bepalingen bevat inzake zichten en lichten op een naburig erf en afstanden van beplantingen.

De aanvraag is niet in strijd met deze bepalingen van het burgerlijk wetboek.

Toetsing AAN DE goede ruimtelijke ordening

OMSCHRIJVING VAN DE FEITELIJKE AANVRAAG

De aanvraag betreft de regularisatie van de woning (inplanting en dakhoogte) en het reclamepaneel, het uitbreiden van de woning met o.a. een polyvalente ruimte, de aanleg van een zwembad en de tuin, het verwijderen van 2 niet-vergunde constructies en het plaatsen van airco-installaties en een warmtepomp.

BEOORDELING VAN DE GOEDE RUIMTELIJKE ORDENING 

De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen:

1°         het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;

2°         het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in 1°, in rekening brengen;

Omschrijving ligging en omgeving

Het perceel van de aanvraag is gelegen aan de Vogelsancklaan, een gewestweg richting Zolder.

De omgeving wordt gekenmerkt door voornamelijk residentiële bebouwing in open en halfopen verband met een verscheidenheid aan bouwlagen, dakvormen en materialen. Op het eigendom is reeds een woning met een kantoor (boekhouding en fiscaliteit) aanwezig.

Omschrijving van de aanvraag

De aanvraag betreft de regularisatie van de inplanting van de woning en de dakhoogte. T.o.v. de vergunde toestand werd de volledige woning 1 meter naar links opgeschoven. Ook de kroonlijsthoogte (7,03m i.p.v. 6,12m) en nokhoogte (10,31m i.p.v. 9,40m) werden anders uitgevoerd.

Ook wordt er een uitbreiding van de woning gevraagd. Deze uitbreiding is gelegen aan de rechterzijde van de woning op minimum 3 meter van de rechter perceelgrens. De uitbreiding heeft een totale grondoppervlakte van 176m² en krijgt als functie fitness/sportruimte, polyvalente ruimte, rustruimte/logeerruimte, relaxruimte/sauna en fietsenstalling. De uitbreiding omvat 1 bouwlaag met een hellend rieten dak en heeft een kroonlijsthoogte van 3,15 meter en een nokhoogte van 6,21 meter gemeten vanaf het voorliggende maaiveld. De voorgestelde gevelmaterialen zijn gekaleide gevelsteen in combinatie met hout. Links van de uitbreiding en in het verlengde van de keuken wordt een zwembad aangelegd. Het zwembad heeft een oppervlakte van 56m² (14m x 4m). Naast het zwembad wordt nog een jacuzzi voorzien.

In de voortuin staat er momenteel een reclamepaneel op 1.5m van de voorste perceelsgrens. Het bestaande reclamepaneel wordt vervangen door een nieuw paneel, maar komt op dezelfde positie. Het reclamepaneel heeft een hoogte van 4 meter en een breedte van 1,25 meter en verwijst naar de kantoorfunctie.

De tuin wordt volledig aangelegd met extra hagen – beplanting – bomen, waarbij de bestaande bomen en hagen geïntegreerd worden. De hagen aan de achterzijde van de woning zijn maximaal 3 meter hoog en aan de voorzijde van de woning maximaal 2 meter hoog. Naast de extra hagen – beplanting – bomen wordt er in de tuinzone een petanquebaan van 33m², een hondenren en een klinkerpad van 41m² aangelegd. De bestaande caravan en composthoop worden verwijderd uit de achterliggende tuin. 

Er wordt geen bijkomende verharding voorzien ten opzichte van de vergunde toestand met uitzondering van het tuinpad in klinkers. Enkel een verplaatsing van de verharding wordt voorzien alsook wordt de meeste dolomiet vervangen door kasseien. Tenslotte voorziet de aanvraag nog in het plaatsen van airco-installaties in de rechter zijtuinstrook op ca. 1,3 meter van de rechter perceelgrens en het plaatsen van een warmtepomp.

Een regularisatie moet met dezelfde criteria beoordeeld worden als een nieuwe aanvraag. Het kan immers niet zijn dat de regularisatie soepeler zou beoordeeld worden om reden dat de werken reeds uitgevoerd zijn. 

Functionele inpasbaarheid in de onmiddellijke en ruime omgeving

Het uitbreiden van een bestaande woning/kantoor met o.a. polyvalente ruimte i.f.v. het wonen en het aanleggen van zwembad binnen een landelijke woonomgeving is functioneel inpasbaar in de onmiddellijk en ruime omgeving.

Mobiliteitsimpact

Voorliggende aanvraag genereert geen extra verkeer.   Er worden minimaal 13 parkeerplaatsen   voorzien op de privégrond zoals gevraagd in het voorwaardelijk gunstig advies van het Agentschap Wegen en Verkeer d.d. 08/08/2022 en het perceel wordt aan de perceelgrens t.o.v. de gewestweg onoverrijdbaar afgesloten behoudens de vergunde inrit. Er wordt geen negatieve impact op mobiliteit verwacht door voorliggende aanvraag.

De schaal van de voorgenomen werken, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid en de vIsueel-vormelijke elementen

De bestaande, te regulariseren inplanting van de woning sluit qua voorgevelbouwlijn aan bij de aanwezige bebouwing op de aanpalende eigendommen. Een kroonlijsthoogte van 7,03m en een nokhoogte van 10,31m is geen uitzondering in de omgeving. De afstand van de woning tot de zijdelingse perceelgrenzen bedraagt minimaal 5 meter. Het regulariseren van de woning is vanuit ruimtelijk oogpunt aanvaardbaar.

De uitbreiding is gelegen aan de rechterzijde van de woning op minimum 3 meter van de rechter perceelgrens en omvat 1 bouwlaag met een hellend rieten dak en heeft een kroonlijsthoogte van 3,15 meter en een nokhoogte van 6,21 meter gemeten vanaf het voorliggende maaiveld. De voorgestelde gevelmaterialen zijn gekaleide gevelsteen in combinatie met hout. Deze uitbreiding kan in principe eveneens aanvaard worden aangezien deze op voldoende afstand blijft van de perceelgrenzen, zich volledig situeert in het woongebied met landelijk karakter en visueel-vormelijk aansluit bij de bestaande woning. Als bemerking wordt meegegeven dat er voor het houten schrijnwerk/de houten gevelbekleding bij voorkeur geopteerd wordt voor een lokale (Europese) houtsoort uit duurzaam beheerde bossen (aangetoond met label).  Tropische houtsoorten worden best vermeden aangezien deze op vlak van ecologie zeer slecht scoren.

Naast deze uitbreiding worden er nog een zwembad en jacuzzi voorzien aansluitend bij de woning en de voorziene uitbreiding. Het zwembad en de jacuzzi zijn volledig gelegen in het woongebied met landelijk karakter. Een zwembad en jacuzzi met bijhorende verhardingen behoren tot een normale uitrusting van de tuin en zijn in principe aanvaardbaar. Ook het plaatsen van airco-installaties in de rechter zijtuinstrook op ca. 1,3 meter van de rechter perceelgrens is aanvaardbaar, mits deze voldoen aan de geluidsnormen.

Voor wat betreft de voorziene verharding kan er gesteld worden dat deze moet aangelegd worden op eigen terrein achter de voorgeschreven rooilijn (cfr. Advies AWV) en dat deze zo veel mogelijk moet worden beperkt omdat anders de draagkracht van het perceel wordt overschreden door een te grote bebouwings-/verhardingsgraad omwille van de voorziene uitbreiding en het zwembad. Buiten het gegeven dat de petanquebaan, het toegangspad in klinkerverharding en een hondenren in het agrarisch gebied gelegen zijn – en dus niet mogen aangelegd worden omwille van strijdigheid met de gewestplanbestemming en de goede ruimtelijke ordening – dient ook de niet-functionele klinkerverharding rechts van parkeerplaats 1 t.e.m. 3 verwijderd te worden, alsook de kiezelverharding links van de woning behoudens eventuele toegangspaden met een maximale breedte van 1 meter tot de woning/kantoor. Mits deze verhardingen worden vervangen door groenaanleg is de uitbreiding van de woning en het aanleggen van het zwembad en jacuzzi ruimtelijk aanvaardbaar.

De resterende verharding in de voortuinstrook kan dan dienst doen als parkeerplaats zodat er 13 auto’s kunnen gestald worden op eigen terrein, m.n. 2 in de aanwezige garage en 11 op de klinkerverharding, haaks op de weg zoals zichtbaar op de luchtfoto winter 2020 beschikbaar op www.geopunt.be.

Het reclamebord kan niet geregulariseerd worden aangezien dit voor de rooilijn gelegen is en niet zoals AWV stelt in haar advies tussen de rooilijn en de bouwlijn. Ook de brievenbus en de toegangspoort liggen voor de rooilijn en zijn evenmin aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Het bestaande maaiveld wordt niet gewijzigd. Alle overtollige grond die vrijkomt bij het graven van de kelder/funderingen, dient verwijderd te worden via een erkende grondwerker of naar een erkende grondreinigingsplaats.

Hinderaspecten met betrekking tot gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Er wordt geen hinder verwacht door voorliggende aanvraag met betrekking tot de gezondheid en het gebruiksgenot. Om de verkeersveiligheid te blijven garanderen bij het oprijden van het openbaar domein (zichtbaarheid), kan er voor de rooilijn geen beplanting/hagen/bomen of constructies voorzien worden.

De aanvraag voldoet aan de criteria voor de goede ruimtelijke ordening in de onmiddellijke en ruime omgeving op voorwaarde dat:

  • de petanquebaan, de hondenren en het bijhorende toegangspad in klinkerverharding niet worden aangelegd; 
  • de voorziene verharding (o.a. parkeerplaatsen)   achter de rooilijn wordt aangelegd, uitgezonder de inrit;
  • de verharding wordt beperkt zoals hierboven beschreven;
  • voor de rooilijn geen beplanting/hagen/bomen voorzien worden;
  • de voorziene constructies (reclamepaneel, brievenbus, poortgeheel) achter de rooilijn worden opgericht.

BESPREKING ADVIEZEN

1.- Het advies van 08/08/2022 van het Agentschap Wegen en Verkeer is voorwaardelijk gunstig:

“Hierbij stuur ik u het advies van mijn afdeling. Gelieve mij een afschrift van de beslissing toe te sturen.

INLICHTINGEN EN BEPERKINGEN

1. Vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N0720002 van 3.3 +45 tot 3.3 +87):

  • de grens van het openbaar domein is geschat op Ca 7.50 meter volgens plan FX7/24/12/4174 (schaal 1/500)
  • de rooilijn ligt op 13 meter volgens de vigerende wegnormen.
  • de zone van achteruitbouw bedraagt 8 meter.
  • de minimaal te respecteren bouwlijn ligt op 21 meter.

Publiciteit:

  • Afmeting: 1.3 x 0.15 x 3.10, boodschap: RcB, verlicht: niet, inplanting: vrijstaand, t.o.v. rooilijn: tussen de rooi- en bouwlijn

2. Constructie voor rooilijn

De parkings op privégrond dienen ingepland te worden achter de voorgeschreven rooilijn.

3. Constructie in zone van achteruitbouw

  • Peil van de dorpels van het gebouw : 31 cm hoger dan het peil van de uiterste rand van de verharding.
  • Regenwaterputten, septische putten , bufferbekkens, een afrit naar een ondergrondse kelder/garage/souterrains, …e.d. dienen achter de bouwlijn te worden ingeplant.
  • De sloopwerken / terreinwerken / kapwerken mogen geen hinder veroorzaken voor de weggebruikers. Eventuele vervuiling op openbaar domein ten gevolge van deze werken dient men dagelijks ten eigen laste te verwijderen.

4. Constructie op of over openbaar domein

  • De berm dient in zijn oorspronkelijke toestand, zijnde grasberm, te worden hersteld. Op de onverharde/verharde berm langs de gewestweg mogen er geen parkeerplaatsen ingericht worden. (Cfr BVR 29/03/2002 retributiebesluit).
  • Voor elke inname van het openbaar domein zie punt 10 van de algemene voorwaarden.

Er dient voorafgaandelijk aan de werken een afzonderlijke aanvraag aan de diensten van Agentschap Wegen en Verkeer te gebeuren (District Centraal-Limburg, Trekschurenstraat 270, B-3500 Hasselt).

Het is niet toegestaan om losse, kleinschalige materialen (zoals dolomiet, grind,…) te gebruiken op het openbaar domein.

5. Toegang

  • Conform de bepalingen dient het perceel aan de perceelgrens onoverrijdbaar te worden afgesloten behoudens vergunde inrit.
  • Voor private woningen en gebouwen met een beperkte verkeersgenererende activiteit wordt slechts 1 gebundelde in- en uitrit toegestaan met een maximumbreedte van 4,5 m rekening houdend met de op het openbare domein aanwezige hindernissen.

6. Mobiliteitsimpact

  • Er dienen voldoende parkeerplaatsen(1.5 per woongelegenheid en 1/20 m² handelsruimte) te worden voorzien op de privégrond. Dit zal anders zoekverkeer en overlast bezorgen aan het openbaar domein wat de verkeersveiligheid in het gedrang brengt.
  • Insteekparkings langs een gewestweg zijn niet toegestaan omwille van de verkeersveiligheid. Het gebruik van insteekparkings geeft onvoldoende zicht bij het oprijden van de gewestweg, wat een gevaar is voor automobilisten en zwakke weggebruikers.

7. Publiciteit

Zie punt 17 van de algemene voorwaarden.

GUNSTIG ADVIES ONDER VOORWAARDEN

Om deze redenen adviseert het Agentschap Wegen en Verkeer VOORWAARDELIJK GUNSTIG.

De volgende voorwaarden dienen te worden opgelegd:

  • Er dienen minimaal 13 parkeerplaatsen te worden voorzien op de privégrond. Dit zal anders zoekverkeer en overlast bezorgen aan het openbaar domein wat de verkeersveiligheid in het gedrang brengt.
  • Conform de bepalingen dient het perceel aan de perceelgrens onoverrijdbaar te worden afgesloten behoudens vergunde inrit.

Bij de uitvoering van de vergunning dient de aanvrager rekening te houden met de hierna omschreven aandachtspunten.

AANDACHTSPUNTEN GEWESTWEG

Zie advies.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaren sluiten zich grotendeels aan bij dit advies. Enkel de opmerking dat het reclamebord wordt opgericht tussen de rooilijn en de bouwlijn wordt niet gevolgd, aangezien het reclamebord voor de rooilijn staat. De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen wel gevolgd te worden.

2.- Het advies van 14/07/2022 van de brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg is ongunstig. Naar aanleiding van dit ongunstig advies werd het dossier aangepast en via een gewijzigde  projectinhoudversie ingediend. Er werd opnieuw advies gevraagd aan de brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg. Er werd opgemerkt dat de uitbreiding niet meer in functie van een kantoorruimte staat, maar in functie van de woning. Voor het uitbreiden van een eengezinswoning is geen brandweeradvies vereist.

3.- Het advies van 23/06/2022 van Fluvius is voorwaardelijk gunstig zoals hierboven reeds weergegeven.

De gemeentelijke omgevingsambtenaren sluiten zich aan bij dit advies. De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

Uit de bovenstaande motivering blijkt dat de schaal en het uiterlijk van de voorgenomen werken op voldoende wijze ruimtelijk inpassen in de onmiddellijke en ruime omgeving, dat de ruimtelijke draagkracht van het gebied niet wordt overschreden en dat de voorziene verweving van functies de aanwezige of te realiseren bestemmingen in de onmiddellijke omgeving niet in het gedrang brengen noch verstoren mits volgende aanpassingen door te voeren of voorwaarden na te leven: 

  • de petanquebaan, de hondenren en het bijhorende toegangspad in klinkerverharding mogen niet worden aangelegd; 
  • de voorziene verharding (o.a. parkeerplaatsen) achter de rooilijn wordt aangelegd, uitgezonder de inrit;
  • de verharding wordt beperkt zoals hierboven beschreven;
  • voor de rooilijn geen beplanting/hagen/bomen voorzien worden;
  • de voorziene constructies (reclamepaneel, brievenbus, poortgeheel) achter de rooilijn worden opgericht;
  • de voorwaarden opgelegd in het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer worden nageleefd;
  • de voorwaarden opgelegd in het advies van Fluvius worden nageleefd.

Als bemerking wordt meegegeven dat er voor het houten schrijnwerk/ … bij voorkeur geopteerd wordt voor een lokale (Europese) houtsoort uit duurzaam beheerde bossen (aangetoond met label).  Tropische houtsoorten worden best vermeden aangezien deze op vlak van ecologie zeer slecht scoren.

Mits bovenstaande aanpassingen door te voeren of voorwaarden na te leven, is de aanvraag verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

MILIEUTECHNISCH ADVIES

Huidige aanvraag behelst een hernieuwing /verandering. 

Melding klasse 3 met ref. 752.4-818 werd afgeleverd ( CBS 30/07/2013) met de volgende rubrieken : 

  • 16.3.1.1 warmtepomp 25 kW 
  • 55.1.1. diepteboringen van elk 95 m voor warmtepomp.

Deze aanvraag betreft airco-installaties en warmtepompen. Er wordt een warmtepomp bijgeplaatst voor het zwembad en de bestaande airco-installaties worden geregulariseerd. . 

Rubriek

Omschrijving

klasse

16.3.2°.a 

Inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen ; koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen, met uitzondering van inrichtingen die ingedeeld zijn in rubriek 16.9, c), met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW ( 25 kW , waarvan airco woning 8 kW , airco kantoor 3kW, warmtepomp woning 4kW, warmtepomp zwembad 10 kW)  

3

Rubriek 55.1.1. is niet langer van toepassing omdat de bestaande verticale boringen onderdeel zijn van een thermische energieopslag in boorgaten en niet dieper werden geboord dan het dieptecriterium ter plaatse, zijnde 150 m. Deze boringen zijn in dit geval niet meldings- of vergunningsplichtig. 

Op het inplantingsplan wordt de ligging van de buitenunits van de airco’s en warmtepomp zwembad aangegeven.

ADVIES –VOORWAARDEN – DUUR:

Advies – voorwaarden:

Gelet op het onderzoek dat ingesteld werd door de gemeentelijke omgevingsambtenaar, gebaseerd op de gegevens die beschikbaar werden gesteld door de bedrijfsleiding binnen het omgevingsproject wordt volgende geadviseerd:

Gunstig advies voor de aktename van de melding met volgende rubriek : 

Rubriek

Omschrijving

klasse

16.3.2°.a 

Inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen ; koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen, met uitzondering van inrichtingen die ingedeeld zijn in rubriek 16.9, c), met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW ( 25 kW , waarvan airco woning 8 kW , airco kantoor 3kW, warmtepomp woning 4kW, warmtepomp zwembad 10 kW)  

3

mits naleving van de algemene en sectorale voorwaarden ( hoofdstuk 5.16 ) van Vlarem II. 

GECOÖRDINEERD EINDADVIES

Uit bovenstaande motiveringen blijkt dat de aanvraag deels in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening, en dat het voorgestelde ontwerp deels verenigbaar is met de goede plaatselijke ordening en met zijn onmiddellijke omgeving. 

De voorliggende aanvraag is niet verenigbaar met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening en niet verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening voor wat betreft het aanleggen van het petanqueveld, het toegangspad in klinkerverharding en de hondenren aangezien deze constructies o.a. strijdig zijn met de bestemming van het gewestplan m.n. het agrarisch gebied.

De voorliggende aanvraag is verenigbaar met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening en is integreerbaar in zijn omgeving voor wat betreft het regulariseren van de woning en het reclamepaneel, het uitbreiden van de woning, het aanleggen van een zwembad en jacuzzi, het verwijderen van 2 niet-vergunde constructies en het plaatsen van airco-installaties en een warmtepomp.

Bijgevolg adviseert de omgevingsambtenaar het dossier voorwaardelijk gunstig voor het regulariseren van de woning en het reclamepaneel, het uitbreiden van de woning, het aanleggen van een zwembad en jacuzzi, het verwijderen van 2 niet-vergunde constructies en voor de exploitatie met de volgende rubrieken : 

Rubriek

Omschrijving

klasse

16.3.2°.a 

Inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen ; koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen, met uitzondering van inrichtingen die ingedeeld zijn in rubriek 16.9, c), met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW ( 25 kW , waarvan airco woning 8 kW , airco kantoor 3kW, warmtepomp woning 4kW, warmtepomp zwembad 10 kW)  

3

zoals voorgesteld op de voorgebrachte plannen die als bijlage aan de aanvraag zijn verbonden en voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden:

  1. De voorziene verhardingen (o.a. parkeerplaatsen) dienen achter de rooilijn te worden aangelegd, uitgezonder de inrit.
  2. De niet functionele klinkerverharding rechts van parkeerplaats 1 t.e.m. 3 dient te worden verwijderd, alsook de kiezelverharding links van de woning behoudens eventuele toegangspaden met een maximale breedte van 1 meter tot de woning/kantoor. De vrijgekomen ruimte dient te worden aangelegd met groenvoorzieningen.
  3. Voor de rooilijn mogen geen hagen/bomen voorzien worden.
  4. De voorziene constructies (reclamepaneel, brievenbus, poortgeheel) moeten achter de rooilijn worden opgericht.
    Riolering:
  5. Er dient voldaan te worden aan de voorwaarden en aanbevelingen opgelegd in het advies van Fluvius, zoals gevoegd in bijlage;
  6. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementering van de nutsmaatschappijen en draagt alle kosten die noodzakelijk zijn voor aansluiting op de nutsleidingen;
  7. Bij het gebruik van een droogzuiging voor het realiseren van de werken, dient voldaan te worden aan de Vlarem meldingsplicht via de gemeentelijke dienst Milieu & Duurzaamheid.   Niet verontreinigd bemalingswater moet bij voorkeur opnieuw in de bodem gebracht worden. Wanneer dit redelijkerwijze niet mogelijk is, moet geloosd worden in een oppervlaktewater, een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater of een leiding voor het hemelwater. Indien de droogzuiging aangesloten moet worden op de openbare riolering dient hiervoor een toelating bekomen te worden. Indien een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig is in de straat kan, indien niet anders mogelijk, de tijdelijke aansluiting enkel op het RWA-riool . De droogzuiging dient daarenboven beperkt te worden in tijd tot het hoogstnoodzakelijke; 
  8. Aanpassingen aan inrichtingen, constructies of beplantingen op het openbaar domein naar aanleiding van deze of toekomstige aanvraag voor een omgevingsvergunning zijn steeds ten laste van de aanvrager. Alle kosten naar aanleiding van een heraanplanting en/ of herstelwerken op/ aan het openbaar domein, uitgevoerd naar aanleiding van een omgevingsaanvraag van een particulier, blijven ten laste van de aanvrager.
    Terrein en gelijkgrondse berm:
  9. Aangezien er geen wijzigingen van het terreinniveau voorzien zijn in de aanvraag, dient het bestaande terreinniveau behouden te blijven. Alle overtollige grond die vrijkomt bij het graven van de kelder/funderingen, dient verwijderd te worden via een erkende grondwerker of naar een erkende grondreinigingsplaats;
  10. Voor de aanvang van de werken dient voldaan te worden aan het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering (VLAREBO, Vl. Reg. 13 oktober 2001 en zijn latere wijzigingen) voor wat betreft de uit te graven gronden;
  11. De dienst ruimtelijke ordening van het gemeentebestuur van Zonhoven dient, voor de aanvang van de grondwerken, schriftelijk op de hoogte gesteld te worden over hoe het grondverzet zal georganiseerd worden en welke vergunningen u hiervoor bekomen hebt (terreinophogingen / tijdelijke opslag gronden);
  12. Indien vastgesteld wordt bij het grondverzet dat de bodem van het perceel zou verontreinigd zijn, dient voldaan te worden aan het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering (VLAREBO, Vl. Reg. 13 oktober 2001 en zijn latere wijzigingen);
  13. Uitgezonderd de inrit met een breedte van 4 meter, dient het perceel ter hoogte van de rooilijn/ voorste perceelgrens, ontoegankelijk te worden gemaakt voor voertuigen. Het hemelwater van de inrit dient opgevangen te worden op eigen terrein en mag niet afgevoerd worden naar de openbare weg. Naast de inrit dient een ruimte beschikbaar te zijn voor een mogelijk groenzone en infiltratie van het afvloeiend hemelwater;
  14. De verharding van de inrit moet, in de gelijkgrondse berm, uitgevoerd worden in een vast, kleinschalig materiaal, waterdoorlatend aangelegd (geen gebroken steenslag). De gelijkgrondse berm moet als groenzone behouden te blijven behoudens de toegestane inrit. Het verhogen van de gelijkgrondse berm is altijd verboden;
  15. De hoogstammige bomen die niet aangegeven zijn op het inplantingplan als te rooien, dienen behouden te blijven. De werkelijke inplanting van de te behouden bomen dient bij uitpaling van de woning gecontroleerd te worden. Bij niet correct aangeduide inplanting van de bomen, en hinder om het perceel te betreden, dient een nieuwe omgevingsvergunning aangevraagd te worden rekening houdend met de juiste inplanting en het maximale behoud van de groenelementen;
  16. De groenelementen die niet weergegeven werden op de ingediende plannen dienen behouden te blijven;
  17. Enkel de op plan aangegeven bomen mogen gerooid worden. Het rooien van de bomen mag niet gebeuren tijdens het broedseizoen van 15 maart tot 30 juni;
  18. Voor de aanplant van bomen, hagen… nabij perceelscheidingen, dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van het Veldwetboek;
  19. Indien haagbeplanting aangebracht wordt op minder dan 0,50 meter van de perceelgrenzen moet alvorens de aanplanting uitgevoerd wordt, de aangrenzende(n) hun schriftelijk akkoord geven voor deze aanplanting;
    Andere voorwaarden:
  20. Er dient voldaan te worden aan het decreet optische rookmelders. De vereiste rookmelders moeten aangebracht worden conform het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders en de "richtlijnen voor de aankoop en plaatsing van rookmelders in Vlaanderen" van 26 oktober 2012 van Wonen Vlaanderen en zijn latere wijzigingen;
  21. Bij de uitvoering van de bouwwerken moet rekening gehouden worden met het energiedecreet van 8 mei 2009 en het energiebesluit van 19 november 2010 en hun latere wijzigingen;
  22. De bouwheer dient, conform artikel 8 van het decreet op het archeologisch patrimonium de dato 30 juni 1993 en zijn latere wijzigingen, elk roerend of onroerend goed dat hij vindt of vermoedt gevonden te hebben, te melden binnen de 3 dagen aan het Onroerend Erfgoed Limburg, Hendrik Van Veldekegebouw, Koningin Astridlaan 50 bus 1 te 3500 Hasselt (www.onroerenderfgoed.be/een-vondst-melden);
  23. Het advies van het agentschap Wegen en Verkeer, omvattende de algemene en bijzondere voorwaarden, zoals als bijlage hierbij gevoegd wordt, dient integraal gevolgd te worden;
  24. De afbraak van de constructies dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand. 
  25. Indien vastgesteld wordt dat er straatmeubilair en/of laanbeplanting aanwezig is die dienen verplaatst en/of verwijderd te worden voor de uitvoering van deze vergunning, of bij de ingebruikname van het project, en er voor aanvang van de werken geen toelating bekomen wordt tot het verplaatsen van het straatmeubilair, moet er een gewijzigde vergunning aangevraagd worden die rekening houdt met het straatmeubilair en/of de laanbeplanting;
  26. De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen op de hoogte te brengen van het begin van de stedenbouwkundige handelingen en/of exploitatie(s);
  27. Naleving van de algemene en sectorale voorwaarden ( hoofdstuk 5.16) van Vlarem II. 

Als bemerking wordt meegegeven dat er voor het houten schrijnwerk bij voorkeur geopteerd wordt voor een lokale (Europese) houtsoort uit duurzaam beheerde bossen (aangetoond met label). Tropische houtsoorten worden best vermeden aangezien deze op vlak van ecologie zeer slecht scoren.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen volgt grotendeels het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar omtrent het sluiten van het openbaar onderzoek en het afleveren van een gedeeltelijke omgevingsvergunning met voorwaarden aan de aanvrager.

Het college wenst echter parkeerplaats 10 en 11 te vergunnen, alsook het voorziene pad langs de linker zijgevel, in functie van de ingang van het kantoor, met een maximum breedte van 1 m.  De verharding in de linker zijtuinstrook dient, behoudens het pad, onmiddellijk achter parkeerplaats 11 verwijderd te worden waarna de zone groen aangeplant moet worden.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het afleveren van een gedeeltelijke omgevingsvergunning met voorwaarden aan de aanvrager.

Het college van burgemeester en schepenen weigert de omgevingsaanvraag voor het aanleggen van het petanqueveld, het toegangspad in klinkerverharding en de hondenren, zoals weergegeven op de ingediende plannen.

Het college van burgemeester en schepenen vergunt onder voorwaarden de omgevingsaanvraag voor het regulariseren van de woning en het reclamepaneel, het uitbreiden van de woning, het aanleggen van een zwembad en jacuzzi, het verwijderen van 2 niet-vergunde constructies en het plaatsen van airco-installaties en een warmtepomp en voor de exploitatie met de volgende rubrieken:

Rubriek

Omschrijving

klasse

16.3.2°.a 

Inrichtingen voor het fysisch behandelen van gassen (samenpersen – ontspannen ; koelinstallaties, luchtcompressoren, warmtepompen, airconditioninginstallaties, en andere installaties voor het fysisch behandelen van gassen, met uitzondering van inrichtingen die ingedeeld zijn in rubriek 16.9, c), met een geïnstalleerde totale drijfkracht van 5 kW tot en met 200 kW ( 25 kW , waarvan airco woning 8 kW , airco kantoor 3kW, warmtepomp woning 4kW, warmtepomp zwembad 10 kW)  

3

zoals weergegeven op de ingediende plannen die als bijlage de aanvraag zijn verbonden en voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden.

Artikel 3

Volgende voorwaarden dienen strikt nageleefd te worden:

  1. De voorziene verhardingen (o.a. parkeerplaatsen) dienen achter de rooilijn te worden aangelegd, uitgezonderd de inrit.
  2. De niet functionele klinkerverharding rechts van parkeerplaats 1 t.e.m. 3 dient te worden verwijderd, alsook de kiezelverharding links van de woning behoudens eventuele toegangspaden met een maximale breedte van 1 meter tot de woning/kantoor en behoudens parkeerplaatsen 10 en 11. De vrijgekomen ruimte dient te worden aangelegd met groenvoorzieningen.
  3. Voor de rooilijn mogen geen hagen/bomen voorzien worden.
  4. De voorziene constructies (reclamepaneel, brievenbus, poortgeheel) moeten achter de rooilijn worden opgericht.
    Riolering:
  5. Er dient voldaan te worden aan de voorwaarden en aanbevelingen opgelegd in het advies van Fluvius, zoals gevoegd in bijlage;
  6. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementering van de nutsmaatschappijen en draagt alle kosten die noodzakelijk zijn voor aansluiting op de nutsleidingen;
  7. Bij het gebruik van een droogzuiging voor het realiseren van de werken, dient voldaan te worden aan de Vlarem meldingsplicht via de gemeentelijke dienst Milieu & Duurzaamheid.   Niet verontreinigd bemalingswater moet bij voorkeur opnieuw in de bodem gebracht worden. Wanneer dit redelijkerwijze niet mogelijk is, moet geloosd worden in een oppervlaktewater, een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater of een leiding voor het hemelwater. Indien de droogzuiging aangesloten moet worden op de openbare riolering dient hiervoor een toelating bekomen te worden. Indien een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig is in de straat kan, indien niet anders mogelijk, de tijdelijke aansluiting enkel op het RWA-riool . De droogzuiging dient daarenboven beperkt te worden in tijd tot het hoogstnoodzakelijke;
  8. Aanpassingen aan inrichtingen, constructies of beplantingen op het openbaar domein naar aanleiding van deze of toekomstige aanvraag voor een omgevingsvergunning zijn steeds ten laste van de aanvrager. Alle kosten naar aanleiding van een heraanplanting en/ of herstelwerken op/ aan het openbaar domein, uitgevoerd naar aanleiding van een omgevingsaanvraag van een particulier, blijven ten laste van de aanvrager.
    Terrein en gelijkgrondse berm:
  9. Aangezien er geen wijzigingen van het terreinniveau voorzien zijn in de aanvraag, dient het bestaande terreinniveau behouden te blijven. Alle overtollige grond die vrijkomt bij het graven van de kelder/funderingen, dient verwijderd te worden via een erkende grondwerker of naar een erkende grondreinigingsplaats;
  10. Voor de aanvang van de werken dient voldaan te worden aan het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering (VLAREBO, Vl. Reg. 13 oktober 2001 en zijn latere wijzigingen) voor wat betreft de uit te graven gronden;
  11. De dienst ruimtelijke ordening van het gemeentebestuur van Zonhoven dient, voor de aanvang van de grondwerken, schriftelijk op de hoogte gesteld te worden over hoe het grondverzet zal georganiseerd worden en welke vergunningen u hiervoor bekomen hebt (terreinophogingen / tijdelijke opslag gronden);
  12. Indien vastgesteld wordt bij het grondverzet dat de bodem van het perceel zou verontreinigd zijn, dient voldaan te worden aan het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering (VLAREBO, Vl. Reg. 13 oktober 2001 en zijn latere wijzigingen);
  13. Uitgezonderd de inrit met een breedte van 4 meter, dient het perceel ter hoogte van de rooilijn/ voorste perceelgrens, ontoegankelijk te worden gemaakt voor voertuigen. Het hemelwater van de inrit dient opgevangen te worden op eigen terrein en mag niet afgevoerd worden naar de openbare weg. Naast de inrit dient een ruimte beschikbaar te zijn voor een mogelijk groenzone en infiltratie van het afvloeiend hemelwater;
  14. De verharding van de inrit moet, in de gelijkgrondse berm, uitgevoerd worden in een vast, kleinschalig materiaal, waterdoorlatend aangelegd (geen gebroken steenslag). De gelijkgrondse berm moet als groenzone behouden te blijven behoudens de toegestane inrit. Het verhogen van de gelijkgrondse berm is altijd verboden;
  15. De hoogstammige bomen die niet aangegeven zijn op het inplantingplan als te rooien, dienen behouden te blijven. De werkelijke inplanting van de te behouden bomen dient bij uitpaling van de woning gecontroleerd te worden. Bij niet correct aangeduide inplanting van de bomen, en hinder om het perceel te betreden, dient een nieuwe omgevingsvergunning aangevraagd te worden rekening houdend met de juiste inplanting en het maximale behoud van de groenelementen;
  16. De groenelementen die niet weergegeven werden op de ingediende plannen dienen behouden te blijven;
  17. Enkel de op plan aangegeven bomen mogen gerooid worden. Het rooien van de bomen mag niet gebeuren tijdens het broedseizoen van 15 maart tot 30 juni;
  18. Voor de aanplant van bomen, hagen… nabij perceelscheidingen, dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van het Veldwetboek;
  19. Indien haagbeplanting aangebracht wordt op minder dan 0,50 meter van de perceelgrenzen moet alvorens de aanplanting uitgevoerd wordt, de aangrenzende(n) hun schriftelijk akkoord geven voor deze aanplanting;
    Andere voorwaarden:
  20. Er dient voldaan te worden aan het decreet optische rookmelders. De vereiste rookmelders moeten aangebracht worden conform het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders en de "richtlijnen voor de aankoop en plaatsing van rookmelders in Vlaanderen" van 26 oktober 2012 van Wonen Vlaanderen en zijn latere wijzigingen;
  21. Bij de uitvoering van de bouwwerken moet rekening gehouden worden met het energiedecreet van 8 mei 2009 en het energiebesluit van 19 november 2010 en hun latere wijzigingen;
  22. De bouwheer dient, conform artikel 8 van het decreet op het archeologisch patrimonium de dato 30 juni 1993 en zijn latere wijzigingen, elk roerend of onroerend goed dat hij vindt of vermoedt gevonden te hebben, te melden binnen de 3 dagen aan het Onroerend Erfgoed Limburg, Hendrik Van Veldekegebouw, Koningin Astridlaan 50 bus 1 te 3500 Hasselt (www.onroerenderfgoed.be/een-vondst-melden);
  23. Het advies van het agentschap Wegen en Verkeer, omvattende de algemene en bijzondere voorwaarden, zoals als bijlage hierbij gevoegd wordt, dient integraal gevolgd te worden;
  24. De afbraak van de constructies dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand.
  25. Indien vastgesteld wordt dat er straatmeubilair en/of laanbeplanting aanwezig is die dienen verplaatst en/of verwijderd te worden voor de uitvoering van deze vergunning, of bij de ingebruikname van het project, en er voor aanvang van de werken geen toelating bekomen wordt tot het verplaatsen van het straatmeubilair, moet er een gewijzigde vergunning aangevraagd worden die rekening houdt met het straatmeubilair en/of de laanbeplanting;
  26. De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen op de hoogte te brengen van het begin van de stedenbouwkundige handelingen en/of exploitatie(s);
  27. Naleving van de algemene en sectorale voorwaarden ( hoofdstuk 5.16) van Vlarem II. 

Als bemerking wordt meegegeven dat er voor het houten schrijnwerk bij voorkeur geopteerd wordt voor een lokale (Europese) houtsoort uit duurzaam beheerde bossen (aangetoond met label). Tropische houtsoorten worden best vermeden aangezien deze op vlak van ecologie zeer slecht scoren.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.