Terug
Gepubliceerd op 26/10/2022

Notulen  College van burgemeester en schepenen

di 18/10/2022 - 13:30 schepenzaal

Samenstelling

Aanwezig

Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur

Verontschuldigd

Bart Telen, Algemeen directeur

Secretaris

Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur

Agendapunten

1.

2022_CBS_01067 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
1.

2022_CBS_01067 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

2022_CBS_01067 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De gemeenteraadsleden beschikken over de mogelijkheid om de goedgekeurde notulen via eBesluit te raadplegen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen over het verslag. Bijgevolg is het verslag van de zitting van 11 oktober 2022 goedgekeurd.

2.

2022_CBS_01068 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

Goedgekeurd
2.

2022_CBS_01068 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

2022_CBS_01068 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring
3.

2022_CBS_01069 - Tarief voor de vergoedingen ten laste van de gemeente voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten en -documenten vanaf 01/01/2023 - Kennisneming

Goedgekeurd
3.

2022_CBS_01069 - Tarief voor de vergoedingen ten laste van de gemeente voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten en -documenten vanaf 01/01/2023 - Kennisneming

2022_CBS_01069 - Tarief voor de vergoedingen ten laste van de gemeente voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten en -documenten vanaf 01/01/2023 - Kennisneming
4.

2022_CBS_01070 - Mandaatstelling groep Hasselt - Raamovereenkomst voor de ophaling, behandeling, frankering, transport van uitgaande post - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
4.

2022_CBS_01070 - Mandaatstelling groep Hasselt - Raamovereenkomst voor de ophaling, behandeling, frankering, transport van uitgaande post - Goedkeuring

2022_CBS_01070 - Mandaatstelling groep Hasselt - Raamovereenkomst voor de ophaling, behandeling, frankering, transport van uitgaande post - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

ILV Deelplatform MIDWESTLIM;

Ontwerpbestek.

Feiten context en argumentatie

In het kader van de samenwerking tussen verschillende gemeentes lid van ILV Deelplatform MIDWESTLIM, wordt een overheidsopdracht op de markt gebracht door groep Hasselt betreffende de raamovereenkomst voor de ophaling, behandeling, frankering, transport van uitgaande post.

Om redenen van administratieve ontlasting en schaalvoordeel, is het aan te raden dat de gemeente Zonhoven deelneemt aan deze opdracht.

Hasselt, Halen, Zonhoven, Diepenbeek, Alken, Herk-de-Stad en Genk nemen deel aan deze opdracht. Genk behoort niet tot het deelplatform MIDWESTLIM maar kan wel deelnemen aan deze opdracht.

Groep Hasselt treedt op als aankoopcentrale in toepassing van artikel 2, 6°a en 7°a van de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten. Hieronder valt, niet-limitatief, de opmaak van het bestek, publicatie bestek, opening offertes, voeren van onderhandelingen, gunning van de opdracht etc. De sluiting zal later door ieder deelnemend bestuur individueel dienen te gebeuren.

De gemeenteraad zal de goedkeuring nog moeten verlenen betreffende de opdrachtdocumenten (bestek), alsook de gekozen procedure, vooraleer de gemeente Zonhoven een individuele overeenkomst kan sluiten met de uiteindelijke dienstverlener.

De totale raming van de opdracht bedraagt 3.338.000,00 euro. Het onderdeel van Zonhoven bedraagt 440.000,00 euro, voor de gehele looptijd van 4 jaar.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist Groep Hasselt (Stad Hasselt, OCMW Hasselt, AGB Stadsontwikkeling Hasselt), Limburgplein 1 te 3500 Hasselt, aan te stellen om op te treden als aankoopcentrale in toepassing van artikel 2, 6°a en 7°a van de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten voor de overheidsopdracht met als titel "Raamovereenkomst voor de ophaling, behandeling, frankering, transport van uitgaande post" .

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist een mandaat te geven aan groep Hasselt voor wat betreft het doorlopen van de procedure voor de overheidsopdracht met als titel "Raamovereenkomst voor de ophaling, behandeling, frankering, transport van uitgaande post". Dit omvat, niet-limitatief, het volgende: opmaak bestek, publicatie opdracht, opening offertes, voeren van onderhandelingen, gunning van de opdracht etc.

De sluiting van de opdracht met de dienstverlener waaraan door Hasselt gegund wordt, dient individueel te gebeuren door de gemeente Zonhoven.

5.

2022_CBS_01071 - Internet Hololool - Weigering

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
5.

2022_CBS_01071 - Internet Hololool - Weigering

2022_CBS_01071 - Internet Hololool - Weigering

Motivering

Feiten context en argumentatie

E-mail van Janiels Nys, Hololool organisatie:
"Om onze bancontact terninals te laten werken op hololool hebben we internet nodig.

Vorig jaar hebben we dat geprobeerd via 4G, maar door de grote massa mensen was het 4G netwerk veel te druk en kwamen onze betalingen niet door. (Zelfde probleem als op Zonhoven trapt door). 

Om die reden willen we nu graag een internet kabel leggen van op de sportdienst tot op de hololool. We zouden de kabel boven op de bureaus van de sportdienst insteken, over het pad richting sporthal spannen en zo door naar de hololool. Wij zorgen voor alle materiaal en doen alle werk hiervoor. De gemeente hoeft hier niets extra voor te doen. 

Deze morgen ben in samen met Greta van de IT dienst van de gemeente op de sportdienst geweest om dat te testen en alles werkte: De kabel kon door het raam en het raam nog steeds toe en onze wifi router werkt als we hem met de kabel  insteken op de sportdienst.

Het enige dat we nu nog nodig hebben is toestemming van de gemeente om dit zo uit te voeren."

Advies ICT

Het is niet aangewezen om een netwerkkabel aan te sluiten op ons gemeentelijk netwerk en via het raam van de sportdienst naar het terrein te leggen. Het veiligheidsrisico is te groot. Daarenboven sluit het raam hierdoor niet meer volledig af en zit de kabel gekneld waardoor er kans is op een breuk.
De kabel ligt onbeheerd over een lang traject, deels over het grasveld wat voor problemen vraagt tijdens Hololool.
Als alternatief kunnen we een hotspot in bruikleen geven (Tadaam). Verder kan de aanvrager een internetprovider contacteren om een tijdelijke oplossing uit te werken.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist geen toelating te verlenen om een netwerkkabel aan te sluiten op het gemeentelijke netwerkwerk vanuit de sportdienst en zo te leggen via het raam naar het Hololoolterrein. Als alternatief wordt een hotspot ter beschikking gesteld. 

6.

2022_CBS_01072 - Gezamenlijk horecareglement & Reglement uitbating specifieke inrichtingen binnen politiezone LRH - Principiële Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
6.

2022_CBS_01072 - Gezamenlijk horecareglement & Reglement uitbating specifieke inrichtingen binnen politiezone LRH - Principiële Goedkeuring

2022_CBS_01072 - Gezamenlijk horecareglement & Reglement uitbating specifieke inrichtingen binnen politiezone LRH - Principiële Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten
Feiten context en argumentatie

Op 29 maart 2022 besliste het college van burgemeester en schepenen principieel  het horecareglement en reglement uitbating specifieke inrichtingen, zoals van toepassing in Hasselt, mutatis mutandis over te nemen met het oog op een uniforme regelgeving binnen de politiezone LRH.

Er wordt naar dit besluit verwezen voor een uitgebreide uitleg.

Stad Lummen heeft de reglementen al goedgekeurd. 

In bijlage zijn de betreffende reglementen terug te vinden. Via deze link is de huidige politiecodex van Zonhoven terug te vinden.

Op 24 oktober 2022 vindt een overleg plaats met betreffende gemeentes en de politiezone LRH om dit verder te bespreken en te implementeren. Om eventuele bemerkingen van het college van burgemeester en schepenen over te kunnen brengen, wordt dit besluit voor de zekerheid nogmaals geagendeerd op het college van burgemeester en schepenen.

Betreffende het gedeelte van het horecareglement, wordt ingeschat dat hier geen verdere opmerkingen of bemerkingen noodzakelijk zijn.

Wat betreft het reglement specifieke inrichtingen (CBD-shops, motorclubs en andere besloten organisaties, nachtwinkels, private bureaus voor telecommunicatie, wedkantoren), wordt in het bijzonder op volgende details gewezen:

- Op heden bestaat er geen reglement betreffende CBD-shops en wedkantoren. Voorgesteld reglement reguleert dit wel, waardoor buitensporigheden goed aangepakt kunnen worden;

- Nachtwinkels: Het huidige reglement van Zonhoven legt op dat er max. 1 nachtwinkel en max. 2 nachtwinkels gevestigd mogen zijn en dat op respectievelijk de N72 en de N715. Het totaal aantal nachtwinkels in Zonhoven wordt op die manier ook beperkt tot 3 op het gehele grondgebied. Het nieuw voorgestelde reglement legt een andere vorm van beperking op in die zin dat, indien er één nachtwinkel gevestigd is, er geen andere gevestigd mag zijn in een straal van 500 meter. Ondanks de beperking is dit dus veel soepeler dan de huidig gehanteerde regels in Zonhoven;

- Sluitingsuur: Het huidig Zonhovens reglement bepaalt dat alle horeca, inrichters van fuiven etc. om 2:00u moet sluiten (art. 510 politiecodex), m.u.v. bepaalde nachten zoals die van Hololool, kermissen en carnaval. Het voorgestelde reglement omvat geen algemeen sluitingsuur voor dergelijke zaken en evenementen;

- Het voorgestelde reglement bepaalt niets specifiek over automatenshops, het huidig Zonhovense reglement wel.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen bevestigt diens principiële beslissing d.d. 30/03/2022 met uitzondering van de voorgestelde regeling betreffende de nachtwinkels, waarbij het college van burgemeester en schepenen bij voorkeur het huidig reglement van Zonhoven, waarbij maximaal drie nachtwinkels kunnen voorkomen, behoudt.

7.

2022_CBS_01073 - Bestelbons - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
7.

2022_CBS_01073 - Bestelbons - Goedkeuring

2022_CBS_01073 - Bestelbons - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van de bestelbons goed.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van bestelbons goed voor een bedrag van € 17.144,27.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen keurt de bijkomende bestelbon 202005988 goed voor een bedrag van € 77,90.

8.

2022_CBS_01074 - Gemeentelijke dotatie voor het jaar 2023 voor de Hulpverleningszone Zuid-West Limburg - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
8.

2022_CBS_01074 - Gemeentelijke dotatie voor het jaar 2023 voor de Hulpverleningszone Zuid-West Limburg - Kennisneming

2022_CBS_01074 - Gemeentelijke dotatie voor het jaar 2023 voor de Hulpverleningszone Zuid-West Limburg - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie
Vanuit de meerjarenplanning van de Hulpverleningszone werden de individuele dotaties berekend met als basis de door de zoneraad van de Hulpverleningszone Zuid-West Limburg vastgelegde verdeling dd. 5 september 2022.

De gemeentelijke dotatie wordt bepaald als het aandeel volgens de verdeelsleutel in de begroting van de hulpverleningszone.
De raming van het de totale gemeentelijke dotatie in de begroting 2023 voor de hulpverleningszone Zuid – West Limburg werd door de zoneraad van 10 oktober 2022 vastgelegd op 18.546.759,43 euro.
Gelet op de verdeelsleutel in de hulpverleningszone Zuid - West Limburg en de raming van de begroting 2023 wordt de gemeentelijke dotatie van de gemeente Zonhoven bepaald op       € 996.705,51. 

Voor 2020, 2021 en 2022 bedroeg de dotatie respectievelijk € 893.641,38, € 911.515,00 en € 876.004,35.

Gemeente

Goedgekeurde verdeelsleutel 

Gemeentelijke dotatie 2023

Hasselt

24,89%

4.616.631,63

Heusden-Zolder

8,01%

1.485.938,39

Sint-Truiden

10,68%

1.981.385,07

Tongeren

7,68%

1.425.061,15

Beringen

9,43%

1.749.733,70

Alken

3,13%

580.978,79

Diepenbeek

4,66%

865.041,07

Herk-de-Stad

3,06%

567.307,79

Kortessem

1,90%

352.046,36

Wellen 

1,80%

333.367,49

Zonhoven

5,37%

996.705,51

Lummen

3,77%

699.384,05

Tessenderlo

6,51%

1.207.163,83

Gingelom

1,65%

306.135,87

Heers

1,44%

266.589,33

Nieuwerkerke

1,50%

277.713,14

Borgloon

2,47%

458.608,83

Herstappe

0,02%

3.709,82

Halen

2,01%

373.257,61

TOTALEN

100,00%

18.546.759,43


Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het voorstel van de zoneraad van de Hulpverleningszone Zuid-West Limburg om de  gemeentelijke dotatie voor het jaar 2023 voor de gemeente Zonhoven vast te leggen op € 996.705,51 . Het college beslist het voorstel ter goedkeuring voor te leggen aan de eerstvolgende gemeenteraad.
9.

2022_CBS_01075 - Retributie blauwe zone - Inning dossiers door deurwaarder - Goedkeuring

Goedgekeurd
9.

2022_CBS_01075 - Retributie blauwe zone - Inning dossiers door deurwaarder - Goedkeuring

2022_CBS_01075 - Retributie blauwe zone - Inning dossiers door deurwaarder - Goedkeuring
10.

2022_CBS_01076 - Turnkring Olympia - Recht van opstal gebouw Basvelden - Aanstelling landmeter - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
10.

2022_CBS_01076 - Turnkring Olympia - Recht van opstal gebouw Basvelden - Aanstelling landmeter - Goedkeuring

2022_CBS_01076 - Turnkring Olympia - Recht van opstal gebouw Basvelden - Aanstelling landmeter - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Het goedgekeurde inplantingsplan.

CBS 22/06/2021;

CBS 31/05/2022.

Feiten context en argumentatie

Voor de oprichting van de nieuwe turnhal van Turnkring Olympia op de sportvelden Basvelden is het, zoals beslist door het college van burgemeester en schepenen d.d. 22 juni 2021, noodzakelijk dat de vereniging een recht van opstal verkrijgt.

De grenzen van het recht van opstal dienen minimum overeen te komen met de plek waarop het gebouw zal worden gebouwd. Het college van burgemeester en schepenen d.d. 31 mei 2022 heeft de omgevingsvergunning voorwaardelijk verleend aan de vereniging, waarbij het inplantingsplan als basis wordt genomen voor het bepalen van de grenzen van het recht van opstal.

Er kan nu een landmeter-expert worden aangesteld voor het opmeten van het terrein met het oog op het vestigen van een recht van opstal, de precadastratie aan te vragen en een schatting opmaken voor het bepalen van de jaarlijkse opstalvergoeding (cijns). 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen stelt landmeter-expert Guy Gillissen aan voor het opmeten van het terrein dat in opstal zal worden gegeven, het aanvragen van de prekadastratie en het opmaken van de schatting voor het bepalen van de jaarlijkse opstalvergoeding (cijns).

11.

2022_CBS_01077 - Ambachtelijke zone De Waerde - Toelating tot doorverkoop van een goed gelegen Senator Alfons Jeurissenlaan 1044 te Zonhoven - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
11.

2022_CBS_01077 - Ambachtelijke zone De Waerde - Toelating tot doorverkoop van een goed gelegen Senator Alfons Jeurissenlaan 1044 te Zonhoven - Goedkeuring

2022_CBS_01077 - Ambachtelijke zone De Waerde - Toelating tot doorverkoop van een goed gelegen Senator Alfons Jeurissenlaan 1044 te Zonhoven - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Akte d.d. 31/01/2011.

Feiten context en argumentatie

Notariaat Michaël Vanderlinden te Hasselt vraag of de gemeente akkoord kan gaan met de verkoop van een goed gelegen Senator Alfons Jeurissenlaan 1044 te Zonhoven door Eco-W-Consult bvba, in faling, via biddit.

De industriegrond werd oorspronkelijk op 14 juni 1996 verkocht door de gemeente aan Aluzon.  Zij hebben op hun beurt in 2010 de grond doorverkocht aan Eco-W-Consult bvba. 

In de aankoopakte werden bijzondere voorwaarden opgenomen, onder andere dat de goedkeuring is vereist van de gemeente Zonhoven om het goed te verkopen.

Er wordt aangeraden in te stemmen met de openbare verkoop via biddit, onder de voorwaarden dat de bijzondere bepalingen uit de oorspronkelijke akte overgenomen worden in de nieuwe akte.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist akkoord te gaan met de doorverkoop van een goed gelegen Senator Alfons Jeurissenlaan 1044 te Zonhoven, sectie C 765/D, groot 22a 80ca, door Eco-W-Consult bvba, in faling, via biddit door het notariaat Michaël Van der Linden, onder de voorwaarde dat de bijzondere bepalingen uit de oorspronkelijke verkoopsakte als kettingbeding in extenso worden overgenomen

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist geen gebruik te maken van het recht van terugkoop van het goed gelegen Senator Alfons Jeurissenlaan 1044 te Zonhoven, sectie C 765/D, groot 22a 80ca.

12.

2022_CBS_01078 - Bijlages bij notariële aktes site De Kwint - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
12.

2022_CBS_01078 - Bijlages bij notariële aktes site De Kwint - Goedkeuring

2022_CBS_01078 - Bijlages bij notariële aktes site De Kwint - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

GR 12/09/2022;

Bijlages: reglementen van interne orde verschillende basisaktes.

Feiten context en argumentatie

De gemeenteraad keurde in zitting op 12 september 2022 de verschillende notariële aktes goed voor het project van site De Kwint.

Gelet op de grote hoeveelheid bepalingen alsook de complexiteit van het dossier en de bijhorende aktes, viel het niet uit te sluiten dat er aanvullingen en/of lichte aanpassingen ingevolge materiële vergissingen dienden te gebeuren aan de aktes zoals goedgekeurd door de gemeenteraad. De gemeenteraad besloot daarom eveneens het college van burgemeester en schepenen de machtiging te verlenen om te beslissen over aanvullingen, vervolledigingen en beperkte wijzigingen aan de aktes, zoals, niet-limitatief, een bijlage toevoegen, de prekadastratie van de percelen toevoegen, data invullen en andere ontbrekende gegevens toevoegen.

Bijhorend bij deze aktes, is na nader onderzoek gebleken dat er reglementen van interne orde bijgevoegd moeten worden. Op basis van het besluit van de gemeenteraad, kan het college van burgemeester en schepenen deze goedkeuren.

Deze reglementen van orde, een per basisakte, betreffen inhoudelijk onder meer:

    -    de regels met betrekking tot de wijze van bijeenroepen, de werking en de bevoegdheden van de algemene vergadering,

    -    de wijze van benoeming van een syndicus, de omvang van zijn bevoegdheden, de duur van zijn mandaat, de modaliteiten voor de hernieuwing ervan en de eventuele opzegging van zijn contract alsook de verplichtingen die resulteren uit de beëindiging van zijn opdracht, 

    -    de jaarlijkse periode van vijftien dagen waarbinnen de gewone algemene vergadering van de vereniging van de mede-eigenaars wordt gehouden.

De ondertekening van de aktes staat, onder voorbehoud van de goedkeuring van de prekadastratie van de plannen, gepland op donderdag 27 oktober 2022.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist volgende bijlages, horende tot de basisaktes goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 12 september 2022, goed te keuren:

- Reglement van interne orde - Hoofdvereniging groep van gebouwen;

- Reglement van interne orde - Deelvereniging - gebouw A;

- Reglement van interne orde - Deelvereniging - gebouw B;

- Reglement van interne orde - Deelvereniging - gebouw C;

- Reglement van interne orde - Deelvereniging - Ondergrondse parking fase 1;

- Reglement van interne orde - Deelvereniging - Ondergrondse parking fase 2;

- Reglement van interne orde - Deelvereniging - Ondergrondse parking.

13.

2022_CBS_01079 - Aanstelling landmeter - schatting verschillende percelen Genkerbaan - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
13.

2022_CBS_01079 - Aanstelling landmeter - schatting verschillende percelen Genkerbaan - Goedkeuring

2022_CBS_01079 - Aanstelling landmeter - schatting verschillende percelen Genkerbaan - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten
Feiten context en argumentatie

Het gewijzigde rooilijnplan voor het begin van de Genkerbaan werd op 13 december 2021 door de gemeenteraad definitief goedgekeurd. Enkele burgers zijn hiertegen in beroep gegaan bij de Vlaamse Overheid. De Vlaamse Overheid heeft vooralsnog geen uitspraak gedaan. Los van de uitkomst hiervan, kan er met redelijke zekerheid gezegd worden dat enkele burgers eigenaar zijn van de voorliggende grond. Deze burgers kunnen deze strook grond, in hun eigendom, op elk moment verkopen, dit kan apart behandeld worden van de rest van de procedure.

Meerdere burgers hebben laten weten alvast over te willen gaan tot de verkoop van de voorliggende grond behorende tot hun perceel op de Genkerbaan, los van de uitkomst van de lopende beroepsprocedure omtrent het rooilijnplan en het verdere verloop.

De vraag tot verkoop betreft meer specifiek de eigenaars van de innames weergegeven als nrs. 6, 7 en 23 op het plan in bijlage.

Er wordt aangeraden een landmeter-expert aan te stellen om de schattingsprijs te bepalen en deze burgers uit te nodigen deze gronden te verkopen aan de gemeente, met het oog op inlijving bij het openbaar domein. Er wordt aangeraden de landmeter-expert te instrueren om de schattingsprijs te bepalen dewelke gehanteerd wordt bij onteigeningen, dewelke hoger is dan bij een normale aankoop. Dit om twee redenen: enerzijds om een gerechtelijke onteigeningsprocedure te vermijden en anderzijds in het kader van het gelijkheidsprincipe, om burgers die goed meewerken en niet onteigend moeten worden, geen financieel nadeel te geven in vergelijking met de burgers die niet meewerken en later wel de iure onteigend moeten worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist landmeter-expert Guy Gillissen aan te stellen om de percelen zoals weergegeven als inname 6, 7 en 23 op het plan d.d. 30/11/2021 van landmeter Alain Bulen, te schatten. De schattingsprijs dient het equivalent te zijn van de schattingsprijs gehanteerd bij een onteigening.

14.

2022_CBS_01080 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2022/00030/SPLITSING Hortweidenweg - inlichtingen notariële splitsing

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
14.

2022_CBS_01080 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2022/00030/SPLITSING Hortweidenweg - inlichtingen notariële splitsing

2022_CBS_01080 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2022/00030/SPLITSING Hortweidenweg - inlichtingen notariële splitsing

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het perceel 1ste afdeling, sectie A, nummer 471B is gelegen in agrarisch gebied conform het gewestplan Hasselt-Genk ggk. 03/04/1979.

Er gelden geen BPA-voorschriften op dit perceel.

Het perceel is niet gelegen in een verkaveling.

Het perceel 471B wordt gevoegd bij percelen 1ste afdeling sectie A nummers 1026B en 1026E, zodat de toegang tot het perceel ook verzekerd blijft.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om volgende informatie mee te delen:

Het perceel 1ste afdeling, sectie A, nummer 471B is gelegen in agrarisch gebied conform het gewestplan Hasselt-Genk ggk. 03/04/1979.

Er gelden geen BPA-voorschriften op dit perceel.

Het perceel is niet gelegen in een verkaveling.

Het perceel 471B wordt gevoegd bij percelen 1ste afdeling sectie A nummers 1026B en 1026E, zodat de toegang tot het perceel ook verzekerd blijft.

15.

2022_CBS_01081 - GEB - opname vergunningenregister –Holsteenweg 33 – 2022/00012 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
15.

2022_CBS_01081 - GEB - opname vergunningenregister –Holsteenweg 33 – 2022/00012 - Goedkeuring

2022_CBS_01081 - GEB - opname vergunningenregister –Holsteenweg 33 – 2022/00012 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Onderzoeksstudie vergunningstoestand

BESTEMMINGS- EN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gewestplan

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979 (inwerkingtreding 07/06/1979), gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven.

Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300m van een woongebied of op ten minste 100m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden (artikel 11 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

De landschappelijke waardevolle gebieden zijn gebieden waarvoor bepaalde beperkingen gelden met het doel het landschap te beschermen of aan landschapsontwikkeling te doen. 

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg, noch in een ruimtelijk uitvoeringsplan, noch in een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

HISTORIEK VAN HET EIGENDOM WAAROP DE AANVRAAG BETREKKING HEEFT

Voor het perceel van de aanvraag werden geen eerdere uitspraken gedaan of beslissingen genomen.

Uit de gegevens waarover de gemeente beschikt, blijkt niet dat voor het voorwerp van de aanvraag een PV is opgesteld noch dat een meerwaarde werd opgelegd of dat op het goed een vonnis of arrest rust. Er zijn ook geen geschriften bekend waaruit zou blijken dat er wederrechtelijke werken werden uitgevoerd.

KADASTRALE GEGEVENS

Het huis op perceel 82F7 werd volgens de gegevens van het kadaster opgericht in 1951.

REGELGEVING 

Artikel 4.2.14. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

§ 1. Bestaande constructies waarvan door enig rechtens toegelaten bewijsmiddel wordt aangetoond dat ze gebouwd werden vóór 22 april 1962, worden voor de toepassing van deze codex te allen tijde geacht te zijn vergund.
§ 2. Bestaande constructies waarvan door enig rechtens toegelaten bewijsmiddel wordt aangetoond dat ze gebouwd werden in de periode vanaf 22 april 1962 tot de eerste inwerkingtreding van het gewestplan waarbinnen zij gelegen zijn, worden voor de toepassing van deze codex geacht te zijn vergund, tenzij het vergund karakter wordt tegengesproken middels een proces-verbaal of een niet anoniem bezwaarschrift, telkens opgesteld binnen een termijn van vijf jaar na het optrekken of plaatsen van de constructie.
 § 3. Indien met betrekking tot een vergund geachte constructie handelingen zijn verricht die niet aan de voorwaarden van § 1 en § 2, eerste lid, voldoen, worden deze handelingen niet door de vermoedens, vermeld in dit artikel, gedekt.

DE AANVRAAG

De aanvraag behelst de vraag tot opname in het gemeentelijk vergunningenregister voor wat betreft de woning + bijgebouw.

BEWIJSVOERING

Aan de aanvraag werd een historische kadasterschets van 1966 toegevoegd.

Aan de aanvraag werd een historische luchtfoto van 1977 toegevoegd.

OVERIGE REGELGEVING 

Erfdienstbaarheden / gemene muren/ lichten en zichten

Vergunningen hebben een zakelijk karakter. Zij worden verleend onder voorbehoud van de op het onroerend goed betrokken burgerlijke rechten. 

Het is niet de taak van de administratieve overheid zich uit te spreken over het bestaan, de interpretatie en de omvang van subjectieve rechten, zoals bijvoorbeeld het bestaan van een erfdienstbaarheid / het overnemen van een gemene muur / de bepalingen inzake zichten en lichten. 

BEOORDELING

Uit de bewijsvoering en de huidige toestand blijkt dat slechts een gedeelte van de aanwezige constructies kan beschouwd worden als zijnde hoofdzakelijk vergund.

Op de historische kadasterschets en luchtfoto zijn de woning en bijgebouw achter de woning op perceel 82F7 terug te vinden waardoor deze bijgevolg beschouwd kunnen worden als zijnde vergund.

De veranda rechts achteraan de woning en het bijgebouw op perceel 82W8 dewelke niet terug te vinden zijn op de historische kadasterschets en historische luchtfoto kunnen niet beschouwd worden als zijnde vergund.

Algemeen besluit

De woning en bijgebouw achter de woning op perceel 82F7 kunnen beschouwd worden als zijnde hoofzakelijk vergund op basis van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 

De veranda rechts achteraan de woning en het bijgebouw op perceel 82W8 dewelke niet terug te vinden zijn op de historische kadasterschets en historische luchtfoto kunnen niet beschouwd worden als zijnde vergund.

In het geval er vergunningsplichtige handelingen werden uitgevoerd na 1977, kunnen deze niet worden beschouwd als zijnde vergund op basis van de bepalingen van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.

Op voorwaarde dat het vergund karakter niet is tegengesproken middels een proces-verbaal of een niet anoniem bezwaarschrift, telkens opgesteld binnen een termijn van vijf jaar na het optrekken of plaatsen van de constructie.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt de woning en bijgebouw achter de woning op in het vergunningenregister als vergund geacht op basis van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening, op voorwaarde dat het vergund karakter niet is tegengesproken middels een proces-verbaal of een niet anoniem bezwaarschrift, telkens opgesteld binnen een termijn van vijf jaar na het optrekken of plaatsen van de constructie.

De veranda rechts achteraan de woning en het bijgebouw op perceel 82W8 kunnen niet beschouwd worden als zijnde vergund op basis van de bepalingen van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.

In het geval er vergunningsplichtige handelingen werden uitgevoerd na 1977, kunnen deze niet worden beschouwd als zijnde vergund op basis van de bepalingen van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.

Artikel 2

De aanvrager zal van deze beslissing op de hoogte gebracht worden.

16.

2022_CBS_01082 - OMV - vergunning - Heuvenstraat 24 + 24a - 2022/00171 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
16.

2022_CBS_01082 - OMV - vergunning - Heuvenstraat 24 + 24a - 2022/00171 - Goedkeuring

2022_CBS_01082 - OMV - vergunning - Heuvenstraat 24 + 24a - 2022/00171 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

STEDENBOUWKUNDIG EN MILIEUTECHNISCH advies - verslag GEMEENTELIJKE omgevingsambtenaar

De aanvraag betreft het verbouwen en uitbreiden van een handelspand met bovenliggende woning, het slopen van een bijgebouw en het bouwen van een nieuw bijgebouw.

De aanvraag werd op 24 juni 2022 ontvangen.

Op 20 juli 2022 werd aanvullende informatie opgevraagd.

Op 17 augustus 2022 en 19 augustus 2022 werd de gevraagde aanvullende informatie aangeleverd.

Op 24 augustus 2022 werd de aanvraag ontvankelijk en volledig verklaard.

De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

Er werd geen openbaar onderzoek gehouden.

Conform artikel 83 van het Besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van het omgevingsvergunningsdecreet, werden de betrokken aanpalende eigenaars aangeschreven per beveiligde zending met het verzoek hun standpunt kenbaar te maken binnen de 30 dagen.

Er werden geen bezwaren ingediend.

HISTORIEK VAN HET EIGENDOM WAAROP DE AANVRAAG BETREKKING HEEFT

Stedenbouwkundig

Op 10 juni 2022 werd een omgevingsaanvraag ingediend voor het verbouwen van een handelspand met bovenliggende woning.   (2022/00152)

Deze aanvraag werd op 10 juni 2022 ingetrokken door de aanvrager.

Voor het perceel van de aanvraag werden geen eerdere uitspraken gedaan of beslissingen genomen.

We beschikken over een meetschets van 1968 waar de bebouwing (hoofdvolume) op weergegeven is.  Bijgevolg kan dan ook gesteld worden dat het bestaande hoofdvolume vergund geacht is.

De aanvraag werd in overleg gebracht met de gemeentelijke administratie (VB_2019_247)

21 september 2020:

“Er werd voor het pand geen vergunning afgeleverd.

Het kadaster geeft wel aan dat dit een handelshuis is.

Aangezien we niet beschikken over plannen, kunnen we moeilijk beoordelen of alle bebouwing vergund is.

Alle bebouwing waarvan aangetoond kan worden dat ze is opgericht voor het gewestplan (3/4/1979) kan beschouwd worden als vergund geacht.

Er zijn plannen om een kernwinkelgebied te voorzien waarbij handel, horeca, diensten,… verplicht worden op het gelijkvloers. Dit pand valt binnen dit gebied.

Het voorzien van enkel een woonfunctie zal dan ook negatief beoordeeld worden.

Op deze locatie kan een 3de bouwlaag. In bijlage vindt u deze beslissing.”

11 januari 2021:

“Gezien de ligging van dit perceel wensen we het gelijkvloers te behouden als handelsfunctie of als publieke dienstenfunctie (bv. kapper, reisbureau,...).

Deze functie kan ons inziens gecombineerd worden met 1 bovenliggende woonfunctie (gezien de beperkte oppervlakte van het perceel, geen parkeermogelijkheden,...)

Wij wensen u erop te wijzen dat het afleveren van een vergunning te allen tijde afhankelijk is van de eigenschappen van een concreet dossier, de ruimtelijke context, het openbaar onderzoek en de in te winnen externe adviezen.”

19 februari 2021:

“Er werd voor het pand geen vergunning afgeleverd.
Het kadaster geeft wel aan dat dit een handelshuis is.
Er werd een gebouwendossier ingediend om het gebouw op te nemen als zijnde vergund geacht.
Volgens de gegevens van de dienst burgerzaken en een meetschets van 1968 werd het pand uitgebreid en verbouwd tot een handelspand met 2 woongelegenheden. 
De inschrijvingen van deze appartementen dateren van 2011 en 2008.
Hieruit kunnen we afleiden dat de uitbreiding/verbouwing van het pand na 1979 gebeurd is. 
Het gebouwendossier werd ingetrokken vermits het pand niet op deze manier kan worden opgenomen als vergund geacht.
Gezien de ligging van dit perceel wensen we het gelijkvloers te behouden als handelsfunctie of als publieke dienstenfunctie (bv. kapper, reisbureau,…).
Deze functie kan ons inziens gecombineerd worden met 1 bovenliggende woonfunctie (gezien de beperkte oppervlakte van het perceel, geen parkeermogelijkheden,…)
Er is de mogelijkheid om een bestemmingswijziging in te dienen van handelspand naar handel + wonen. 
U dient hierbij de plannen weer te geven van de gehele toestand van het pand om het geheel te regulariseren. 
Wij wensen u erop te wijzen dat het afleveren van een vergunning te allen tijde afhankelijk is van de eigenschappen van een concreet dossier, de ruimtelijke context, het openbaar onderzoek en de in te winnen adviezen. Dit schrijven biedt geen garanties op volledigheid/vergunning van een dossier.”

23 februari 2021:

“Gezien de ligging van dit perceel wensen we het gelijkvloers te behouden als handelsfunctie of als publieke dienstenfunctie (bv. kapper, reisbureau,…).
Deze functie kan ons inziens gecombineerd worden met 1 bovenliggende woonfunctie (gezien de beperkte oppervlakte van het perceel, geen parkeermogelijkheden,…)
Er is de mogelijkheid om een bestemmingswijziging in te dienen van handelspand naar handel + wonen.
U dient hierbij de plannen weer te geven van de gehele toestand van het pand om het geheel te regulariseren.
Voor de dossiersamenstelling is de medewerking van een architect noodzakelijk.
 Wij wensen u erop te wijzen dat het afleveren van een vergunning te allen tijde afhankelijk is van de eigenschappen van een concreet dossier, de ruimtelijke context, het openbaar onderzoek en de in te winnen adviezen.”

14 oktober 2021:

“Voor zowel het pand aan de Heuvenstraat 26 als voor nr. 24  zijn geen vergunningen en/of bouwplannen voorhanden.
Het kadaster geeft voor de twee panden aan dat het een handelshuis betreft.
Aangezien we niet beschikken over plannen, kunnen we moeilijk beoordelen of alle bebouwing vergund is.
Alle bebouwing waarvan aangetoond kan worden dat ze is opgericht voor het gewestplan (3/4/1979) kan beschouwd worden als vergund geacht.
Voor nr. 24 werd een gebouwendossier ingediend om het gebouw op te nemen als zijnde vergund geacht.
Volgens de gegevens van de dienst burgerzaken en een meetschets van 1968 werd het pand uitgebreid en verbouwd tot een handelspand met 2 woongelegenheden.
De inschrijvingen van deze appartementen dateren van 2011 en 2008. Hieruit kunnen we afleiden dat de uitbreiding/verbouwing van het pand na 1979 gebeurd is.
Het gebouwendossier werd ingetrokken vermits het pand niet kon worden opgenomen als vergund geacht.
Dezelfde meetschets van 1968 laat ook zien dat de huidige bebouwing van woning nr. 26 niet is weergegeven op de schets. Dit betekent dat de uitbreiding dateert van na 1979. De regularisatie van deze uitbreiding zal bij een eventuele indiening van een omgevingsaanvraag samen moeten ingediend worden.
Gezien de ligging van dit perceel in het kernwinkelgebied, wensen we het gelijkvloers te behouden als handelsfunctie of als publieke dienstenfunctie (bv. kapper, reisbureau,…).
Deze functie kan ons inziens gecombineerd worden met 1 bovenliggende woonfunctie (gezien de beperkte oppervlakte van het perceel, geen parkeermogelijkheden,…)
Het voorzien van enkel een woonfunctie zal dan ook negatief beoordeeld worden.
Er is wel de mogelijkheid om een bestemmingswijziging in te dienen van handelspand naar handel + wonen.
Op deze locatie is er ook de mogelijkheid tot toevoeging van een 3de bouwlaag. In bijlage vindt u het collegebesluit.
Er is in het verleden reeds de vraag gesteld om nr. 24 samen met nr. 26 te verbouwen tot handel + 4 appartementen met een negatief advies tot gevolg.
Wij zijn er niet van op de hoogte dat deze 2 woningen vroeger één geheel zouden zijn geweest. Op de kadasterschets van 1968 hebben deze 2 panden reeds een aparte vermelding met nrs. 24 en 26.
Tot slot wil ik ook nog meegeven dat Heuvenstraat 26 werd opgenomen als leegstaand.
Wij wensen u erop te wijzen dat het afleveren van een vergunning te allen tijde afhankelijk is van de eigenschappen van een concreet dossier, de ruimtelijke context, het openbaar onderzoek en de in te winnen adviezen.”

De aanvraag houd rekening met de resultaten van het voorafgaandelijk overleg / advies.

Uit de gegevens waarover de gemeente beschikt, blijkt niet dat voor het voorwerp van de aanvraag een PV is opgesteld noch dat een meerwaarde werd opgelegd of dat op het goed een vonnis of arrest rust. Er zijn ook geen geschriften bekend waaruit zou blijken dat er wederrechtelijke werken werden uitgevoerd.

Milieu

Volgende ARAB / milieuvergunningen / meldingen werden afgeleverd op volgende percelen:

  • Beenhouwerij met elektrische toestellen (2pk)  (2VL155/nde)

Het perceel is niet opgenomen in het Grondeninformatieregister.

OPENBAAR ONDERZOEK

Overeenkomstig artikel 17 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hoofdstuk 3 Toepassingsgebied van de gewone en vereenvoudigde procedure, artikels 11 t.e.m. 14 van het besluit tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning, werd dit dossier volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.

Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.

Overeenkomstig artikel 83 van het Besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van het omgevingsvergunningsdecreet, werden de betrokken aanpalende eigenaars aangeschreven per beveiligde zending met het verzoek hun standpunt kenbaar te maken binnen de 30 dagen.

Er werden geen bezwaren ingediend.

ADVIEZEN

Agentschap Wegen en Verkeer

Brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg

De Watergroep

Inter (toegankelijkheidsbureau)

Fluvius

Dienst Lokale Economie

MILIEUEFFECTENRAPPORTAGE

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

STEDENBOUWKUNDIG ADVIES

TOETSING AAN DE REGELGEVING EN VOORSCHRIFTEN

OVEREENSTEMMING MET BESTEMMINGS- EN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gewestplan

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979, gelegen in woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van een goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen en latere wijzigingen).

Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “Afbakening regionaal stedelijk gebied Hasselt - Genk” dat op 20 juni 2014 definitief werd vastgesteld door de Vlaamse Regering.

Er is geen bestemmingswijziging ten opzichte van het gewestplan voorzien voor dit perceel.

De aanvraag voldoet principieel aan de geldende bestemmingsvoorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater

De aanvraag valt niet onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 en latere wijzigingen, houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

Riolering

Het perceel is op het zoneringplan voor riolering, goedgekeurd bij Ministerieel besluit de dato 19 september 2008, gelegen in “centrale gebied”. Een individuele voorbehandelinginstallatie (septische put) moet niet aangelegd worden.

Standaardbepalingen rioleringsbeheerder Fluvius omgevingsvergunningen

Algemene bepalingen betreffende riolering en waterafvoer:

  • De aanvrager dient het Algemeen Waterverkoopreglement, de aanvullende voorwaarden en de aanvullende technische voorschriften van de rioolbeheerder Fluvius na te leven. Daarnaast dient de aanvrager de voorwaarden zoals bepaald in afdeling 6.2.2. van Vlarem II na te leven voor de afvoer van hemel- en afvalwater. 
  • Indien voor het bouwproject een aansluiting op de openbare riolering noodzakelijk is dan dient de aanvrager zo snel mogelijk na het bekomen van de bouwvergunning zijn aanvraag tot aansluiting op het openbaar saneringsnetwerk online aan te vragen via de website van Fluvius: www.fluvius.be. Fluvius bepaalt de locatie en diepte van de huisaansluitingen. Alleen Fluvius of een door haar aangestelde uitvoerder zorgt voor de realisatie van het gedeelte van de aansluiting dat in het openbaar domein ligt tot aan de perceelsgrens van de eigendom
  • De klant dient zelf in te staan voor het plaatsen van de privériolering voor het bouwproject en is verplicht deze uit te voeren volgens de wettelijke bepalingen ter zake, ondermeer dient voldaan te zijn aan de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5/07/2013 (GSV “hemelwater”).
  • Indien de privériolering niet correct en volledig volgens deze wettelijke bepalingen werd uitgevoerd, zelfs indien dit niet expliciet door de stedenbouwkundige vergunning opgelegd is, behoudt Fluvius het recht om de woning niet aan te sluiten op het rioleringsnet.
  • Indien de bouwplannen en meer specifiek het rioleringsplan niet in overeenstemming zijn met deze voorschriften hebben deze voorschriften voorrang.

We raden aan om:

  • Geen sifonputjes te plaatsen op vuilwaterafvoerleidingen aangezien in deze putjes vaak verstopping optreedt en alle toestellen in de woning in principe reeds over een waterslot/sifon beschikken.
  • In het kader van herbruik van hemelwater, het water van de hemelwaterput voor de spoeling van alle WC’s, kranen voor kuiswater en wasmachines in deze werken te gebruiken.
  • Een terugslagklep te plaatsen op de overloop van de hemelwaterput om terugstuwing vanuit de riolering te vermijden.
  • De noodzakelijke ontluchting te voorzien op het private vuilwaterafvoerstelsel (bvb: ontluchtingspijp door dak).

Keuring privéwaterafvoer

Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privéwaterafvoer verplicht vanaf 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar saneringsnet dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement en dit bij de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer.  Enkel de door Fluvius erkende keurders komen hiervoor in aanmerking (een lijst kan u terugvinden op de website van Fluvius: www.fluvius.be).

Toegankelijkheid

Op 15 september 2022 verleende Inter Vlaanderen een gunstig advies, nl.:

“Advies toegankelijkheid bij de aanvraag van een omgevingsvergunning / melding.

In toepassing van art. 4.3.7., art. 4.3.3.ii en art. 4.3.4.iii van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

In toepassing van het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheidiv.

Gunstig advies.

Dit advies bekijkt de wettelijke voorschriften op basis van de op plan afleesbare elementen in de vergunningsfase. Dit advies doet geen uitspraak over de integrale toegankelijkheid van het gebouw na volledige afwerking. Afwerkingselementen die niet op plan staan, bepalen immers in grote mate mee de toegankelijkheid van het geheel. U kan, tijdens het project, bij ons inlichtingen verkrijgen of een begeleidingstraject volgen om de integrale toegankelijkheid van uw project te garanderen.

1 Bijlage B26 verantwoordingsnota omgevingsvergunning:

Toegankelijkheidstoelichting / checklist inzake toegankelijkheidv

  • Er is geen toegankelijkheidstoelichting aanwezig.
  • Er worden geen afwijkingen aangevraagd

2 Toepassingsgebied

Dit advies is van toepassing op het (deel van het) gebouw dat gebouwd, herbouwd, verbouwd of uitgebreid wordt.

De aanvraag betreft:

  • Art 3: Gebouw(en) waarbij de totale publiek toegankelijke oppervlakte kleiner is dan 150m².
  1. De bepalingen van de artikelen 10, §1, artikel 12 tot en met 14, artikel 16, 18, 19, artikel 22 tot en met 25 en artikel 33 zijn van toepassing op de toegang tot deze gebouwen.

Indien een aanvraag valt onder de toepassing van de Vlaamse stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid, dan dienen de normbepalingen van hoofdstuk IIIvi te worden nageleefd. De normen, principetekeningen en bijkomende info kan teruggevonden worden op www.toegankelijkgebouw.be.

3 Normen

Geen opmerkingen.

4 Bijkomende eisen bij verplicht advies volgens art. 4.3.4 VCRO

Niet van toepassing.

5 Bijkomende informatie

Evacuatie bij brand:

De evacuatie van personen met een beperking bij brand dient door de ontwerper besproken met de plaatselijke brandweer en worden voorzien overeenkomstig het wijzigingsbesluit van 12 juli 2012 tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.

Aanbevelingen voor het realiseren van een integraal toegankelijk gebouw:

  • Handboek Toegankelijkheid Publieke Gebouwen (www.toegankelijkgebouw.be)
  • Vademecum ‘Publiek toegankelijk domein”

Watertoets

Het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013,verplicht de vergunningverlenende overheid om de watertoets uit te voeren bij elke aanvraag tot omgevingsvergunning. Dit decreet vormt het juridisch kader voor het integraal waterbeleid in Vlaanderen. Het decreet bevat ook de omzetting van de kaderrichtlijn Water en de Overstromingsrichtlijn.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd de watertoets uitgevoerd volgens de richtlijnen van het uitvoeringsbesluit van 20 juli 2006. Dit Watertoetsbesluit werd gewijzigd bij Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011. Dit besluit is in werking getreden op 1 maart 2012.

Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd.

Zoals hoger aangehaald valt de aanvraag niet onder toepassing van deze verordening. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

De aanvraag doorstaat de watertoets.

Archeologienota

Conform het Onroerenderfgoeddecreet de dato 12 juli 2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de perceelsoppervlakte kleiner is dan 3 000m².

Indien men niet verplicht is tot het opstellen van een archeologienota en tijdens de uitvoering komen er toch archeologische sporen of vondsten aan het licht, dan dient de bouwheer dit te melden binnen de 3 dagen aan het agentschap Onroerend Erfgoed (www.onroerenderfgoed.be).

Overige regelgeving

Decreet rookmelders

Het decreet van 10 maart 2017, houdende wijziging van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, wat het verbeteren van de brandveiligheid door het algemeen invoeren van optische rookmelders voor woningen betreft, bepaalt dat alle woningen in Vlaanderen moeten uitgerust worden met correct geïnstalleerde rookmelders of dienen te beschikken over een branddetectiesysteem.

De voorliggende aanvraag voldoet hier niet aan.  Er zal als voorwaarde opgenomen worden dat voldaan moet worden aan het decreet betreffende optische rookmelders.

Energiedecreet

De aanvraag dient te voldoen aan het energiedecreet van 8 mei 2009 en het energiebesluit van 19 november 2010 en hun latere aanvullingen en wijzigingen.

Slopen

De afbraak dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand.

Aan de afbraak is geen milieuvergunningsplicht verbonden, wel dient rekening gehouden te worden met de wettelijke verplichtingen opgenomen in het Vlarem II, omgevingsvergunningsdecreet, het bodemsaneringsdecreet en het materialendecreet. Vooraleer te starten met de afbraakwerken dienen de constructies volledig ontruimd te worden. De afvalstoffen die vrijkomen bij de afbraakwerken dienen selectief ingezameld te worden.

Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken in open lucht dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II, hoofdstuk 6.12 Beheersing van stofemissies tijdens bouw- , sloop- en infrastructuurwerken”, indien deze uitgevoerd worden door een aannemer.

Het verwijderen van asbest dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II Beheersing van asbest, hoofdstuk 6.4.

Grondverzet

Uit het ingediende dossier blijkt niet dat een grondverzet  (met aanvoer/ afvoer) van meer dan 250m³ zal plaatsvinden. De regelgeving omtrent grondverzet is niet van toepassing.

Erfdienstbaarheden / gemene muren

Vergunningen hebben een zakelijk karakter. Zij worden verleend onder voorbehoud van de op het onroerend goed betrokken burgerlijke rechten.

Het is niet de taak van de administratieve overheid zich uit te spreken over het bestaan, de interpretatie en de omvang van subjectieve rechten, zoals bijvoorbeeld het bestaan van een erfdienstbaarheid / het overnemen van een gemene muur.

De overeenstemming van de aanvraag met een goede ruimtelijke ordening wordt echter beoordeeld met inachtneming van beginselen als hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4 van de VCRO.

De aanvrager wordt erop gewezen dat omtrent de gemene muren/ de mandeligheid van muren / bestaande erfdienstbaarheden / erfscheidingen … geen afbreuk wordt gedaan aan de burgerlijke rechten van de betrokken aanpalende eigenaars  door het afleveren van een omgevingsvergunning / omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden / bijstelling van de omgevingsvergunning / stedenbouwkundig attest.

Dat het aangewezen is hieromtrent een (schriftelijke) overeenkomst/ akkoordverklaring te bekomen alvorens aan te vatten met de werken.

Lichten en zichten

De aanvraag werd getoetst aan art. 3.132 van het burgerlijk wetboek dat bepalingen bevat inzake zichten en lichten op een naburig erf.

De aanvraag is niet in strijd met deze bepalingen van het burgerlijk wetboek.

De aanvraag is verenigbaar met de regelgeving.

Toetsing AAN DE goede ruimtelijke ordening

OMSCHRIJVING VAN DE FEITELIJKE AANVRAAG

De aanvraag omvat het verbouwen en uitbreiden van een handelspand met bovenliggende woning, het slopen van een bijgebouw en het bouwen van een nieuw bijgebouw.

BEOORDELING VAN DE GOEDE RUIMTELIJKE ORDENING

De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen:

1°         het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;

2°         het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in 1°, in rekening brengen;

Omschrijving ligging en omgeving

Het perceel is gelegen langs de Heuvenstraat, een gewestweg, in de kern van de gemeente Zonhoven.  Het straatbeeld wordt gevormd door gesloten bebouwing met hoofdzakelijk 2 bouwlagen onder een hellend dak.  Op het gelijkvloers niveau bestaan de panden hoofdzakelijk uit handels-, diensten- of horecafuncties gecombineerd met een bovenliggende woongelegenheid.

Omschrijving van de aanvraag

Het perceel is bebouwd met een halfopen bebouwing met op het gelijkvloers een handelspand en op de verdieping een woonentiteit.

Voor het perceel werden geen eerdere uitspraken gedaan of beslissingen genomen.

We beschikken over een meetschets van 1968 waar de bebouwing (hoofdvolume) op weergegeven is.  Bijgevolg kan dan ook gesteld worden dat het bestaande hoofdvolume vergund geacht is.

Het pand is ingeplant op de rooilijn/voorste perceelgrens.

Op het gelijkvloers bevindt zich een handelspand en op de verdieping een woongelegenheid.

De bouwdiepte op het gelijkvloers bedraagt momenteel 16,69m en op de verdieping 8,13m.

Achteraan op het perceel werd een bijgebouw opgericht zonder vergunning.  Het bijgebouw werd ingeplant tegen de achterste en de rechter perceelgrens.

Het niet-vergunde bijgebouw heeft een oppervlakte van ca. 14m².

Het niet-vergunde bijgebouw wordt gesloopt zodat een nieuw bijgebouw opgericht kan worden.

Voor het slopen van niet-vergunde constructies is in principe geen vergunning vereist aangezien het slopen van niet-vergunde constructies niet vergunningsplichtig is.

Dit gedeelte van de aanvraag is dan ook zonder voorwerp.

De huidige aanvraag omvat het verbouwen en uitbreiden van een handelspand met bovenliggende woning, het slopen van een bijgebouw en het bouwen van een nieuw bijgebouw.

Functionele inpasbaarheid in de onmiddellijke en ruime omgeving

De gevraagde dienstenfunctie (schoonheidssalon met een beperkt handelsgedeelte) en een bovenliggende woonentiteit zijn niet vreemd in de omgeving waardoor deze functies inpasbaar zijn in de omgeving.

Mobiliteitsimpact

Het stallen van voertuigen dient in principe op eigen terrein te worden georganiseerd.  Gezien het perceel gelegen is in het centrum van de gemeente en er hier ruim voldoende publieke parkeerplaatsen in de nabije omgeving zijn, is het voor bezoekers van de handelsruimte alsook voor de bewoners van de woongelegenheid mogelijk, en toelaatbaar, hun wagen in de omgeving te parkeren.

De schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, de visueel-vormelijke elementen van de voorgenomen werken

De huidige aanvraag omvat het verbouwen en uitbreiden van een handelspand met bovenliggende woning en het bouwen van een nieuw bijgebouw.

De gelijkvloerse bouwdiepte blijft behouden.   Intern worden de nodige aanpassingen uitgevoerd voor het creëren van een dienstenfunctie (schoonheidssalon met een beperkt handelsgedeelte).

De woongelegenheid op de verdieping is toegankelijk via een deur in de rechter zijgevel.  De toegang bevindt zich binnen de eerste 10m vanaf de voorgevel waardoor de hinder naar de aangrenzenden beperkt is.

De verdieping wordt verruimd met een bouwdiepte van 3,68m waardoor de bouwdiepte op de verdieping (excl. terras) 11,82m bedraagt.

Op de verdieping bevinden zich een zithoek met studiehoek, een keuken, berging en toilet.  Aansluitend op de keuken wordt een terras voorzien met een oppervlakte van ca. 16m².  Het terras wordt op voldoende afstand voorzien van de zijdelingse perceelgrenzen zodat ook hier de privacy naar de aangrenzende percelen gerespecteerd blijft.

Op de dakverdieping worden 3 slaapkamers voorzien en een badkamer.  In elke ruimte wordt een dakkapel aangebracht voor voldoende licht en kwaliteit van de kamers.

De gevels worden aangepast en voorzien van de nodige gevelisolatie en beige steenstrips.

Langs de rechterzijde van het perceel bevindt zich een steegje naar de toegangsdeur van de woongelegenheid, het bijgebouw en de tuinzone.

De tuinzone wordt afgeschermd van het toegangspad d.m.v. een tuinmuur.  Deze tuinmuur heeft een hoogte van 2,20m ten opzichte van het maaiveld.

Zoals hoger aangehaald bevindt zich achteraan op het terrein een niet-vergund bijgebouw.  Dit bijgebouw wordt gesloopt en vervangen door een nieuw bijgebouw.

Het slopen van een niet-vergund bijgebouw is niet vergunningsplichtig gezien het slopen van niet-vergunde constructies niet vergunningsplichtig is.

Na het slopen van het niet-vergunde bijgebouw wordt een nieuwe bergplaats opgericht.  Dit bijgebouw wordt ingeplant tegen de achterste en de rechter perceelgrens.

Het bijgebouw wordt uitgevoerd met een plat dak.   De dakrandhoogte is gelegen op 2,45m ten opzichte van het maaiveld.

De gevelafwerking wordt voorzien in genuanceerde gevelstrips.

De voorgestelde verbouwing en uitbreidingswerken alsook het oprichten van het bijgebouw zijn in overeenstemming met de algemeen gehanteerde normen binnen de gemeente.

Tot slot blijkt dat het steegje aan de rechterzijde van de woning alsook de gehele tuinzone worden verhard met waterdoorlatende klinkerverharding.

Bijgevolg wordt het gehele terrein verhard en bebouwd en resteert er geen groenzone.

Om een kwalitatieve buitenruimte / tuin te creëren dient de verharding beperkt te worden.  Ook wordt door een totale bebouwing en verharding van het terrein de draagkracht van het terrein overschreden, binnen de huidige normen en in het kader van duurzaamheid is dit niet aanvaardbaar.  Er worden dan ook volgende voorwaarden opgenomen: de verharding in de tuinzone moet beperkt worden tot een tuinpad (breedte max. 1m) van de hoofdbouw naar het bijgebouw en een beperkt terras aansluitend tegen de achtergevel met een maximale oppervlakte van 12m².  De overige tuinzone dient aangelegd te worden als groenzone (gazon of beplanting, kunstgras wordt beschouwd als verharding en is niet toegelaten).  Het steegje mag verhard worden (waterdoorlatend) tot aan de achtergevel van het gelijkvloers.  Vanaf de achtergevel dient de breedte van de verharding tot aan het bijgebouw beperkt te worden tot 1m, voor het overige dient er een groene beplanting voorzien te worden.  De nieuwe buitenberging dient voorzien te worden van een groendak (bv. Sedumdak).

De aanvraag voldoet aan de criteria voor de goede ruimtelijke ordening in de onmiddellijke en ruime omgeving mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

  • De tuinzone dient uitgevoerd te worden als groenzone (gazon of beplanting, kunstgras wordt beschouwd als verharding en is niet toegelaten), uitgezonderd een toegangspad (breedte max. 1m) van het hoofdgebouw naar het bijgebouw en een beperkt terras aansluitend tegen de achtergevel met een max. oppervlakte van 12m². 
  • Het steegje mag verhard worden (waterdoorlatend) tot aan de achtergevel van het gelijkvloers.  Vanaf de achtergevel dient de breedte van de verharding tot aan het bijgebouw beperkt te worden tot 1m, voor het overige dient er een groene beplanting voorzien te worden.
  • De nieuwe buitenberging dient voorzien te worden van een groendak (bv. sedumdak).

BESPREKING ADVIEZEN

Op 25 augustus 2022 liet Fluvius weten dat ze geen advies verlenen, nl.:

“Voor afbraak, bouwen of verbouwen van dit type project geeft Fluvius voor gas, elektriciteit, KTV en riolering geen specifiek advies. Voor meer info verwijzen we naar onze website www.fluvius.be”

Op 25 augustus 2022 verleende De Watergroep een voorwaardelijk gunstig advies, nl.:

“Advies Aftakkingen en Aansluitingen

Gedeeltelijk gunstig advies met voorwaarden

Voor hogervermeld perceel is geen uitbreiding van het waterleidingnet nodig.

Iedere wooneenheid dient over een afzonderlijke watermeter te beschikken.

De plaats van de watermeter moet ook na de verbouwing aan de voorschriften voldoen.

De kosten van een nieuwe aftakking en/of eventuele aanpassingen ten gevolge van de verbouwing zijn ten laste van de aanvrager(s).”

De gemeentelijke omgevingsambtenaren sluiten zich aan bij dit advies.

De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

Op 29 augustus 2022 verleende de dienst Lokale Economie een gunstig advies, nl.:

Dit pand ligt in de afgebakende handelszone en staat als handelspand geregistreerd. 

Er is vanuit de dienst lokale economie dan ook geen probleem voor de uitvoering van deze werken.

De gemeentelijke omgevingsambtenaren sluiten zich aan bij dit advies.

Op 7 september 2022 verleende het Agentschap Wegen en Verkeer een voorwaardelijk gunstig advies, nl.:

“Hierbij stuur ik u het advies van mijn afdeling. Gelieve mij een afschrift van de beslissing toe te sturen.

INLICHTINGEN EN BEPERKINGEN

1.Vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N7150002 van 1.4 +272 tot 1.4 +283):

  • de grens van het openbaar domein is geschat op 9meter.
  • de rooilijn valt samen met grens openbaar domein / bestaande voorgevellijn.
  • de zone van achteruitbouw bedraagt 0 meter.
  • de minimaal te respecteren bouwlijn ligt op 9 meter volgens.

2. Constructie voor rooilijn

  • De parkings op privégrond dienen ingepland te worden achter de voorgeschreven rooilijn.
  • De Gemeente / Stad dient er op toe te zien dat de voorziene geveluitbreiding t.o.v. de huidige bouwlijn voldoet aan Art. 16 punt 3 van de bepalingen van het decreet houdende vaststelling en realisatie van rooilijnen d.d. 8 mei 2009 (het aanbrengen van gevelisolatie).

3. Constructie in zone van achteruitbouw

  • Peil van de dorpels van het gebouw : 31 cm hoger dan het peil van de uiterste rand van de verharding.
  • Regenwaterputten, septische putten , bufferbekkens, een afrit naar een ondergrondse kelder/garage/souterrains, …e.d. dienen achter de bouwlijn te worden ingeplant.
  • De sloopwerken / terreinwerken / kapwerken mogen geen hinder veroorzaken voor de weggebruikers. Eventuele vervuiling op openbaar domein ten gevolge van deze werken dient men dagelijks ten eigen laste te verwijderen.

4. Constructie op of over openbaar domein

  • Op de verharde berm langs de gewestweg mogen er geen parkeerplaatsen ingericht worden. (Cfr BVR 29/03/2002 retributiebesluit).
  • Voor elke inname van het openbaar domein zie punt 10 van de algemene voorwaarden.

Er dient voorafgaandelijk aan de werken een afzonderlijke aanvraag aan de diensten van Agentschap Wegen en Verkeer te gebeuren (District Centraal-Limburg, Trekschurenstraat 270, B-3500 Hasselt).

Het is niet toegestaan om losse, kleinschalige materialen (zoals dolomiet, grind,…) te gebruiken op het openbaar domein.

5. Toegang

Conform de bepalingen dient het perceel aan de perceelgrens onoverrijdbaar te worden afgesloten behoudens vergunde inrit.

6. Mobiliteitsimpact

  • Er dienen voldoende parkeerplaatsen(1.5 per woongelegenheid en 1/20 m² handelsruimte) te worden voorzien op de privégrond. Dit zal anders zoekverkeer en overlast bezorgen aan het openbaar domein wat de verkeersveiligheid in het gedrang brengt.
  • Insteekparkings langs een gewestweg zijn niet toegestaan omwille van de verkeersveiligheid. Het gebruik van insteekparkings geeft onvoldoende zicht bij het oprijden van de gewestweg, wat een gevaar is voor automobilisten en zwakke weggebruikers.

7. Publiciteit

Zie punt 17 van de algemene voorwaarden.

GUNSTIG ADVIES ONDER VOORWAARDEN

Agentschap Wegen en Verkeer adviseert VOORWAARDELIJK GUNSTIG:

AWV is van oordeel dat ook voor deze locatie en bestemming parkeerplaatsen op eigen terrein zouden moeten worden voorzien (1,5 per woongelegenheid en 1/20 m² handelsruimte). Dit zal anders zoekverkeer en overlast bezorgen aan het openbaar domein wat de verkeersveiligheid in het gedrang brengt.

Nu wordt hier geen enkele parkeerplaats op eigen terrein voorzien, en verlaat men zich op de parkeerplaatsen op het openbaar domein. Echter wordt qua parkeergebeuren in deze het eindoordeel aan gemeente Zonhoven gelaten.

Bij de uitvoering van de vergunning dient de aanvrager rekening te houden met de hierna omschreven aandachtspunten.

AANDACHTSPUNTEN GEWESTWEG

Zie advies.”

De gemeentelijk omgevingsambtenaren sluiten zich gedeeltelijk aan bij dit advies.

Het advies wordt gevolgd met uitzondering van de mobiliteitsimpact (parkeren op eigen terrein).

Het perceel is gelegen in het centrum van de gemeente.  Hier zijn ruim voldoende publieke parkeerplaatsen in de nabije omgeving waar het cliënteel alsook de bewoners van het pand hun voertuigen kunnen stallen.  Bovendien gaat het om een verbouwing van een bestaande bebouwing, waarbij het niet mogelijk is parkeren op eigen terrein te voorzien.

Op 8 september 2022 verleende de brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg een voorwaardelijk gunstig advies, zoals gevoegd in bijlage.

De gemeentelijke omgevingsambtenaren sluiten zich aan bij dit advies.

De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

Op 15 september 2022 verleende Inter Vlaanderen een gunstig advies, zoals hoger aangehaald.

De gemeentelijke omgevingsambtenaren sluiten zich aan bij dit advies.

De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

Uit de bovenstaande motivering blijkt dat de schaal en het uiterlijk van de voorgenomen werken op voldoende wijze ruimtelijk inpassen in de onmiddellijke en ruime omgeving. De aanvraag is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

MILIEUTECHNISCH ADVIES

Niet van toepassing.

GECOÖRDINEERD EINDADVIES

Uit bovenstaande motiveringen blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening, en dat het voorgestelde ontwerp verenigbaar is met de goede plaatselijke ordening en met zijn onmiddellijke omgeving.

De aanvraag is vatbaar voor een omgevingsvergunning mits het opleggen van voorwaarden.

Het slopen van het niet-vergunde bijgebouw is zonder voorwerp gezien het slopen van niet-vergunde constructies niet vergunningsplichtig is.

Bijgevolg adviseert de omgevingsambtenaar het dossier voorwaardelijk gunstig voor het verbouwen en uitbreiden van een handelspand (tot dienstenfunctie met beperkt handelsgedeelte) met bovenliggende woning en het bouwen van een nieuw bijgebouw zoals voorgesteld op de voorgebrachte plannen die als bijlage aan de aanvraag zijn verbonden en voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden:

  1. De tuinzone dient uitgevoerd te worden als groenzone (gazon of beplanting, kunstgras wordt beschouwd als verharding en is niet toegelaten), uitgezonderd een toegangspad (breedte max. 1m) van het hoofdgebouw naar het bijgebouw en een beperkt terras aansluitend tegen de achtergevel met een max. oppervlakte van 12m²
  2. Het steegje mag verhard worden (waterdoorlatend) tot aan de achtergevel van het gelijkvloers.  Vanaf de achtergevel dient de breedte van de verharding tot aan het bijgebouw beperkt te worden tot 1m, voor het overige dient er een groene beplanting voorzien te worden.
  3. De nieuwe buitenberging dient voorzien te worden van een groendak (bv. sedumdak).
  4. Er dient integraal voldaan te worden aan het advies van De Watergroep, zoals gevoegd in bijlage;
    Riolering:
  5. Er dient voldaan te worden aan het Algemeen Waterverkoopreglement en aanvullende voorwaarden van de netbeheerder ( zie www.fluvius.be);
  6. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementering van de nutsmaatschappijen en draagt alle kosten die noodzakelijk zijn voor aansluiting op de nutsleidingen;
  7. De riolering moet uitgevoerd worden zoals weergegeven op de ingediende plannen én rekening houdend met het Algemeen Waterverkoopreglement en de voorwaarden van de rioleringsbeheerder Fluvius.
  8. Voor de aansluiting van de riolering van het perceel op het openbaar rioleringsstelsel dient een toelating van Fluvius bekomen te worden;
  9. Bij het gebruik van een droogzuiging voor het realiseren van de werken, dient voldaan te worden aan de Vlarem meldingsplicht via de gemeentelijke dienst Milieu & Duurzaamheid.  Niet verontreinigd bemalingswater moet bij voorkeur opnieuw in de bodem gebracht worden. Wanneer dit redelijkerwijze niet mogelijk is, moet geloosd worden in een oppervlaktewater, een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater of een leiding voor het hemelwater. Indien de droogzuiging aangesloten moet worden op de openbare riolering dient hiervoor een toelating bekomen te worden. Indien een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig is in de straat kan, indien niet anders mogelijk, de tijdelijke aansluiting enkel op het RWA-riool . De droogzuiging dient daarenboven beperkt te worden in tijd tot het hoogstnoodzakelijke;
  10. Aanpassingen aan inrichtingen, constructies of beplantingen op het openbaar domein naar aanleiding van deze of toekomstige aanvraag voor een omgevingsvergunning zijn steeds ten laste van de aanvrager. Alle kosten naar aanleiding van een heraanplanting en/ of herstelwerken op/ aan het openbaar domein, uitgevoerd naar aanleiding van een omgevingsaanvraag van een particulier, blijven ten laste van de aanvrager.
    Terrein en gelijkgrondse berm:
  11. Aangezien er geen wijzigingen van het terreinniveau voorzien zijn in de aanvraag, dient het bestaande terreinniveau behouden te blijven. Alle overtollige grond die vrijkomt bij het graven van de funderingen, dient verwijderd te worden via een erkende grondwerker of naar een erkende grondreinigingsplaats;
  12. Indien vastgesteld wordt bij het grondverzet dat de bodem van het perceel zou verontreinigd zijn, dient voldaan te worden aan het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering (VLAREBO, Vl. Reg. 13 oktober 2001 en zijn latere wijzigingen);
    Andere voorwaarden:
  13. Er dient voldaan te worden aan het decreet optische rookmelders. De vereiste rookmelders moeten aangebracht worden conform het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders en de "richtlijnen voor de aankoop en plaatsing van rookmelders in Vlaanderen" van 26 oktober 2012 van Wonen Vlaanderen en zijn latere wijzigingen;
  14. Bij de uitvoering van de bouwwerken moet rekening gehouden worden met het energiedecreet van 8 mei 2009 en het energiebesluit van 19 november 2010 en hun latere wijzigingen;
  15. Met betrekking tot de uitvoering van de gemene muren / erfscheidingen / aanplantingen op de scheiding, dient principieel met de buren een overeenkomst afgesloten te worden alvorens aan te vatten met de werken conform het Burgerlijk Wetboek;
  16. Bij gebrek aan een uitdrukkelijk akkoord omtrent de afwerking van de zichtbaar blijvende gevels op perceelgrens, dienen alle zichtbaar blijvende gevels binnen deze aanvraag en deze van de aangrenzende afgewerkt te worden door de laatst bouwende.  De zichtbaar blijvende gevels op perceelgrens moeten afgewerkt worden in een volwaardig gevelmateriaal.
  17. De bouwheer dient, conform artikel 8 van het decreet op het archeologisch patrimonium de dato 30 juni 1993 en zijn latere wijzigingen, elk roerend of onroerend goed dat hij vindt of vermoedt gevonden te hebben, te melden binnen de 3 dagen aan het Onroerend Erfgoed Limburg, Hendrik Van Veldekegebouw, Koningin Astridlaan 50 bus 1 te 3500 Hasselt (www.onroerenderfgoed.be/een-vondst-melden);
  18. Het advies van de brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, zoals als bijlage hierbij gevoegd, dient integraal gevolgd te worden.
    Op het ogenblik van de beëindiging der werken, en vóór de ingebruikname van het pand, zal de aanvrager de brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg hiervan in kennis stellen, ten einde de burgemeester op de hoogte te kunnen brengen van het feit of er al dan niet aan de opgelegde brandvoorzorgsmaatregelen gevolg werd gegeven.
    Gezien de veiligheid van het pand in het gedrang kan komen, worden geen omgevingsvergunningen meer afgeleverd alvorens voldaan werd aan de opgelegde brandbeveiligingsmaatregelen.
    Indien voor de uitvoering van de voorschriften van de brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg een wijziging van de omgevingsvergunning noodzakelijk is, dient deze voor de aanvang van de werken ingediend te worden.
  19. Het advies van het agentschap Wegen en Verkeer, omvattende de algemene en bijzondere voorwaarden, zoals als bijlage hierbij gevoegd wordt, dient gevolgd te worden uitgezonderd de mobiliteitsimpact (parkeren op eigen terrein);
  20. Er dient voldaan te worden aan het besluit van 5 juni 2009 van de Vlaamse Regering en latere wijzigingen, tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, van toepassing op het bouwen, herbouwen, verbouwen of uitbreiden van constructies of delen ervan, die publiek toegankelijk zijn. 
  21. Er dient voldaan te worden aan het besluit van 5 juni 2009 van de Vlaamse Regering en latere wijzigingen, tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, van toepassing op het bouwen, herbouwen, verbouwen of uitbreiden van constructies of delen ervan, die publiek toegankelijk zijn.
  22. De afbraak van de constructies dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand. Aan de afbraak is geen milieuvergunningsplicht verbonden, wel dient rekening gehouden te worden met de wettelijke verplichtingen opgenomen in het milieuvergunningsdecreet, het bodemsaneringsdecreet en het materialendecreet. Vooraleer te starten met de afbraakwerken dienen de constructies volledig ontruimd te worden. De afvalstoffen die vrijkomen bij de afbraakwerken dienen selectief ingezameld te worden. Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken in open lucht dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II, hoofdstuk 6.12 Beheersing van stofemissies tijdens bouw-, sloop- en infrastructuurwerken”, indien deze uitgevoerd worden door een aannemer.
    Het verwijderen van asbest dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II Beheersing van asbest, hoofdstuk 6.4.;
  23. Indien vastgesteld wordt dat er straatmeubilair en/of laanbeplanting aanwezig is die dienen verplaatst en/of verwijderd te worden voor de uitvoering van deze vergunning, of bij de ingebruikname van het project, en er voor aanvang van de werken geen toelating bekomen wordt tot het verplaatsen van het straatmeubilair, moet er een gewijzigde vergunning aangevraagd worden die rekening houdt met het straatmeubilair en/of de laanbeplanting;
  24. De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen op de hoogte te brengen van het begin van de stedenbouwkundige handelingen en/of exploitatie(s);

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen volgt integraal het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar tot het afleveren van een omgevingsvergunning met voorwaarden aan de aanvrager.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het afleveren van een omgevingsvergunning met voorwaarden aan de aanvrager.

Het slopen van het niet-vergunde bijgebouw is zonder voorwerp gezien het slopen van niet-vergunde constructies niet vergunningsplichtig is.

De omgevingsvergunning omvat het verbouwen en uitbreiden van een handelspand (tot dienstenfunctie met beperkt handelsgedeelte) met bovenliggende woning en het bouwen van een nieuw bijgebouw zoals voorgesteld op de voorgebrachte plannen die als bijlage aan deze omgevingsaanvraag zijn verbonden en voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden.

Artikel 3

De omgevingsvergunning wordt aldus afgegeven onder volgende voorwaarden:

  1. De tuinzone dient uitgevoerd te worden als groenzone (gazon of beplanting, kunstgras wordt beschouwd als verharding en is niet toegelaten), uitgezonderd een toegangspad (breedte max. 1m) van het hoofdgebouw naar het bijgebouw en een beperkt terras aansluitend tegen de achtergevel met een max. oppervlakte van 12m²
  2. Het steegje mag verhard worden (waterdoorlatend) tot aan de achtergevel van het gelijkvloers.  Vanaf de achtergevel dient de breedte van de verharding tot aan het bijgebouw beperkt te worden tot 1m, voor het overige dient er een groene beplanting voorzien te worden.
  3. De nieuwe buitenberging dient voorzien te worden van een groendak (bv. sedumdak).
  4. Er dient integraal voldaan te worden aan het advies van De Watergroep, zoals gevoegd in bijlage;
    Riolering:
  5. Er dient voldaan te worden aan het Algemeen Waterverkoopreglement en aanvullende voorwaarden van de netbeheerder ( zie www.fluvius.be);
  6. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementering van de nutsmaatschappijen en draagt alle kosten die noodzakelijk zijn voor aansluiting op de nutsleidingen;
  7. De riolering moet uitgevoerd worden zoals weergegeven op de ingediende plannen én rekening houdend met het Algemeen Waterverkoopreglement en de voorwaarden van de rioleringsbeheerder Fluvius.
  8. Voor de aansluiting van de riolering van het perceel op het openbaar rioleringsstelsel dient een toelating van Fluvius bekomen te worden;
  9. Bij het gebruik van een droogzuiging voor het realiseren van de werken, dient voldaan te worden aan de Vlarem meldingsplicht via de gemeentelijke dienst Milieu & Duurzaamheid.  Niet verontreinigd bemalingswater moet bij voorkeur opnieuw in de bodem gebracht worden. Wanneer dit redelijkerwijze niet mogelijk is, moet geloosd worden in een oppervlaktewater, een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater of een leiding voor het hemelwater. Indien de droogzuiging aangesloten moet worden op de openbare riolering dient hiervoor een toelating bekomen te worden. Indien een gescheiden rioleringsstelsel aanwezig is in de straat kan, indien niet anders mogelijk, de tijdelijke aansluiting enkel op het RWA-riool . De droogzuiging dient daarenboven beperkt te worden in tijd tot het hoogstnoodzakelijke;
  10. Aanpassingen aan inrichtingen, constructies of beplantingen op het openbaar domein naar aanleiding van deze of toekomstige aanvraag voor een omgevingsvergunning zijn steeds ten laste van de aanvrager. Alle kosten naar aanleiding van een heraanplanting en/ of herstelwerken op/ aan het openbaar domein, uitgevoerd naar aanleiding van een omgevingsaanvraag van een particulier, blijven ten laste van de aanvrager.
    Terrein en gelijkgrondse berm:
  11. Aangezien er geen wijzigingen van het terreinniveau voorzien zijn in de aanvraag, dient het bestaande terreinniveau behouden te blijven. Alle overtollige grond die vrijkomt bij het graven van de funderingen, dient verwijderd te worden via een erkende grondwerker of naar een erkende grondreinigingsplaats;
  12. Indien vastgesteld wordt bij het grondverzet dat de bodem van het perceel zou verontreinigd zijn, dient voldaan te worden aan het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering (VLAREBO, Vl. Reg. 13 oktober 2001 en zijn latere wijzigingen);
    Andere voorwaarden:
  13. Er dient voldaan te worden aan het decreet optische rookmelders. De vereiste rookmelders moeten aangebracht worden conform het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders en de "richtlijnen voor de aankoop en plaatsing van rookmelders in Vlaanderen" van 26 oktober 2012 van Wonen Vlaanderen en zijn latere wijzigingen;
  14. Bij de uitvoering van de bouwwerken moet rekening gehouden worden met het energiedecreet van 8 mei 2009 en het energiebesluit van 19 november 2010 en hun latere wijzigingen;
  15. Met betrekking tot de uitvoering van de gemene muren / erfscheidingen / aanplantingen op de scheiding, dient principieel met de buren een overeenkomst afgesloten te worden alvorens aan te vatten met de werken conform het Burgerlijk Wetboek;
  16. Bij gebrek aan een uitdrukkelijk akkoord omtrent de afwerking van de zichtbaar blijvende gevels op perceelgrens, dienen alle zichtbaar blijvende gevels binnen deze aanvraag en deze van de aangrenzende afgewerkt te worden door de laatst bouwende.  De zichtbaar blijvende gevels op perceelgrens moeten afgewerkt worden in een volwaardig gevelmateriaal.
  17. De bouwheer dient, conform artikel 8 van het decreet op het archeologisch patrimonium de dato 30 juni 1993 en zijn latere wijzigingen, elk roerend of onroerend goed dat hij vindt of vermoedt gevonden te hebben, te melden binnen de 3 dagen aan het Onroerend Erfgoed Limburg, Hendrik Van Veldekegebouw, Koningin Astridlaan 50 bus 1 te 3500 Hasselt (www.onroerenderfgoed.be/een-vondst-melden);
  18. Het advies van de brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, zoals als bijlage hierbij gevoegd, dient integraal gevolgd te worden.
    Op het ogenblik van de beëindiging der werken, en vóór de ingebruikname van het pand, zal de aanvrager de brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg hiervan in kennis stellen, ten einde de burgemeester op de hoogte te kunnen brengen van het feit of er al dan niet aan de opgelegde brandvoorzorgsmaatregelen gevolg werd gegeven.
    Gezien de veiligheid van het pand in het gedrang kan komen, worden geen omgevingsvergunningen meer afgeleverd alvorens voldaan werd aan de opgelegde brandbeveiligingsmaatregelen.
    Indien voor de uitvoering van de voorschriften van de brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg een wijziging van de omgevingsvergunning noodzakelijk is, dient deze voor de aanvang van de werken ingediend te worden.
  19. Het advies van het agentschap Wegen en Verkeer, omvattende de algemene en bijzondere voorwaarden, zoals als bijlage hierbij gevoegd wordt, dient gevolgd te worden uitgezonderd de mobiliteitsimpact (parkeren op eigen terrein);
  20. Er dient voldaan te worden aan het besluit van 5 juni 2009 van de Vlaamse Regering en latere wijzigingen, tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, van toepassing op het bouwen, herbouwen, verbouwen of uitbreiden van constructies of delen ervan, die publiek toegankelijk zijn. 
  21. Er dient voldaan te worden aan het besluit van 5 juni 2009 van de Vlaamse Regering en latere wijzigingen, tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid, van toepassing op het bouwen, herbouwen, verbouwen of uitbreiden van constructies of delen ervan, die publiek toegankelijk zijn.
  22. De afbraak van de constructies dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand. Aan de afbraak is geen milieuvergunningsplicht verbonden, wel dient rekening gehouden te worden met de wettelijke verplichtingen opgenomen in het milieuvergunningsdecreet, het bodemsaneringsdecreet en het materialendecreet. Vooraleer te starten met de afbraakwerken dienen de constructies volledig ontruimd te worden. De afvalstoffen die vrijkomen bij de afbraakwerken dienen selectief ingezameld te worden. Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken in open lucht dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II, hoofdstuk 6.12 Beheersing van stofemissies tijdens bouw-, sloop- en infrastructuurwerken”, indien deze uitgevoerd worden door een aannemer.
    Het verwijderen van asbest dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II Beheersing van asbest, hoofdstuk 6.4.;
  23. Indien vastgesteld wordt dat er straatmeubilair en/of laanbeplanting aanwezig is die dienen verplaatst en/of verwijderd te worden voor de uitvoering van deze vergunning, of bij de ingebruikname van het project, en er voor aanvang van de werken geen toelating bekomen wordt tot het verplaatsen van het straatmeubilair, moet er een gewijzigde vergunning aangevraagd worden die rekening houdt met het straatmeubilair en/of de laanbeplanting;
  24. De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen op de hoogte te brengen van het begin van de stedenbouwkundige handelingen en/of exploitatie(s);

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

17.

2022_CBS_01083 - OMV - vergunning - Vogelzangstraat 44 - 2022/00146 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
17.

2022_CBS_01083 - OMV - vergunning - Vogelzangstraat 44 - 2022/00146 - Goedkeuring

2022_CBS_01083 - OMV - vergunning - Vogelzangstraat 44 - 2022/00146 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

STEDENBOUWKUNDIG EN MILIEUTECHNISCH advies - verslag GEMEENTELIJKE omgevingsambtenaar

De aanvraag betreft de bouw van een niet-overdekt buitenzwembad met ligzone, de regularisatie van de bestaande gesloten omheining en van een terras, een vermindering van de verhardingen in beide voortuinen en de aanleg van een verhard voetpad in de zijtuin.

De aanvraag werd op 5/06/2022 ontvangen.

Op 4/07/2022 werd aanvullende informatie opgevraagd.

Op 28/07/2022 werd de gevraagde aanvullende informatie aangeleverd.

Op 25/08/2022 werd de aanvraag ontvankelijk en volledig verklaard.

De vereenvoudigde vergunningsprocedure wordt gevolgd.

Er werd geen openbaar onderzoek gehouden.

HISTORIEK VAN HET EIGENDOM WAAROP DE AANVRAAG BETREKKING HEEFT

Stedenbouwkundig

  • 2006/10335: stedenbouwkundige vergunning op 27/06/2006 voor het bouwen van een nieuwbouwwoonst ; 
  • 1015.A.874.2: verkavelingsvergunning op 12/09/2005 voor een nieuwe verkaveling tot 4 loten voor open bebouwing langs bestaande wegen.

De aanvraag werd in overleg gebracht met de gemeentelijke administratie op 2/01/2022 en op 21/03/2022.

De aanvraag houdt gedeeltelijk rekening met de resultaten van het voorafgaandelijk advies. 

  • De oppervlaktes van de verhardingen en constructies werden ingediend.
  • De afstanden van de verhardingen en constructies tot de perceelsgrenzen werden onvoldoende ingediend.
  • Volgens de aanvraag zal de verharding van het openbaar domein verwijderd worden.
  • Bomen en hagen worden op voldoende afstand van de perceelsgrens ingeplant.

Uit de gegevens waarover de gemeente beschikt, blijkt niet dat voor het voorwerp van de aanvraag een PV is opgesteld noch dat een meerwaarde werd opgelegd of dat op het goed een vonnis of arrest rust. Er zijn ook geen geschriften bekend waaruit zou blijken dat er wederrechtelijke werken werden uitgevoerd.

Uit het de gegevens waarover de gemeente beschikt (luchtfoto…) blijkt dat op het perceel van de aanvraag constructies en/ of handelingen werden opgericht/ verricht/ aanwezig zijn, waarvoor geen vergunning verleend werd. Het betreft:

  • Verhardingen in de voortuinen die niet behoren tot de noodzakelijke inrit of toegang tot de woning.
  • De voorliggende gracht is volledig ingebuisd. De bouwvergunning gaf enkel toelating tot een inbuizing ter hoogte van de inrit.
  • Volgens de bouwvergunning mag het terrein slechts opgehoogd worden tot het niveau van de Vogelzangstraat en niet dat van het verhoogde kruispunt.  Onze gegevens geven aan dat sommige delen van het terrein hoger liggen dan de Vogelzangstraat.  En sommige delen hoger liggen dan het verhoogde kruispunt.
  • De bouwvergunning stelt dat de gelijkgrondse berm niet mag opgehoogd worden.  Volgens onze gegevens is de gelijkgrondse berm opgehoogd.
  • In de bouwvergunning staat dat het perceel, met uitzondering van de inrit, ontoegankelijk gemaakt moet worden voor voertuigen.  Meer dan 50% van het gedeelte van het gedeelte van het perceel dat grenst aan de Vogelzangstraat is toegankelijk voor voertuigen.
  • In de voortuin is een gesloten afsluiting geplaatst met een hoogte van 3 meter.

Op het openbaar domein werden wederrechtelijk verhardingen aangebracht.

Het betreft:

  • de verharding van het openbaar domein ter hoogte van de hele perceelsgrens aan de Vogelzangstraat,
  • de verharding van het openbaar domein ter hoogte van een deel van de perceelsgrens langs de Vaartstraat.

Deze wederrechtelijk opgerichte constructies/ uitgevoerde handelingen werden deels opgenomen in de huidige aanvraag als te regulariseren en te verwijderen of te herstellen.

Milieu

Volgende milieuvergunning werd afgeleverd op volgend perceel:

  • 752.4-640 op 71066_A_0318_H_014_00

Met volgende voorwaarden: Het opgepompte grondwater moet terug in de bodem geloosd worden via een voor- of achterliggende beek.

Het perceel is niet opgenomen in het Grondeninformatieregister.

Een oriënterend bodemonderzoek werd tot op heden nog nooit uitgevoerd.

OPENBAAR ONDERZOEK

Overeenkomstig artikel 17 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hoofdstuk 3 Toepassingsgebied van de gewone en vereenvoudigde procedure, artikels 11 t.e.m. 14 van het besluit tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning, werd dit dossier volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.

Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.

ADVIEZEN

Fluvius

Dienst Patrimonium 

MILIEUEFFECTENRAPPORTAGE

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

STEDENBOUWKUNDIG ADVIES

TOETSING AAN DE REGELGEVING EN VOORSCHRIFTEN

OVEREENSTEMMING MET BESTEMMINGS- EN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gewestplan

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979, gelegen in woongebied met een landelijk karakter.

De woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd “voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven”. Zowel bewoning als landbouw zijn bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen, voorzieningen en activiteiten, zoals in woongebied worden toegelaten (artikel 6 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

Verkaveling

Het goed is gekend als lot 2 binnen de omschrijving van een behoorlijk vergunde verkaveling, waarvan de vergunning is afgeleverd op 12/09/2005 door het college van burgemeester en schepenen en gekend is onder nummer 1015.A.874.2. De verkavelingsvergunning is voor dit perceel niet vervallen. De verkaveling is ouder dan 15 jaar, dus vormen haar voorschriften, met uitzondering van wegenis en het openbaar groen, geen weigeringsgrond meer.

De kavel kreeg als bestemming open bebouwing.

De aanvraag voldoet principieel aan de geldende bestemmingsvoorschriften en de verkavelingsvoorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater

De aanvraag valt onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 en latere wijzigingen, houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De verordening is niet van toepassing voor wat betreft de aanleg van de voorziene verhardingen omdat het hemelwater dat op de verharding valt niet wordt opgevangen en afgevoerd, maar op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem kan infiltreren.

De aanvraag voldoet aan deze stedenbouwkundige verordening.

Riolering

  • De overloop van een buitenzwembad wordt beschouwd als regenwaterafvoer. Dit kan u aansluiten op een infiltratievoorziening of sluit u aan op de bestaande aansluiting ter hoogte van het openbaar domein op de bestaande aansluiting. De volgende richtlijnen zijn van toepassing: de bestaande huisaansluiting dient door de aanvrager gedetecteerd te worden. Indien er een bestaande huisaansluiting aanwezig is t.h.v. de rooilijn dient de eventuele nieuwe hemelwaterafvoerleiding t.h.v. de rooilijn tot aan en niet dieper dan de bestaande huisaansluiting gebracht te worden. T.h.v. de bestaande huisaansluiting voorziet de aanvrager aan de rooilijn op privaat domein aparte controleputjes op de eventuele hemelwaterafvoer en op de eventuele vuilwaterafvoer indien dit nog niet aanwezig is.
  • Geen rechtstreekse aansluiting van een zwembad op het riool.

Watertoets

Het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013,verplicht de vergunningverlenende overheid om de watertoets uit te voeren bij elke aanvraag tot omgevingsvergunning. Dit decreet vormt het juridisch kader voor het integraal waterbeleid in Vlaanderen. Het decreet bevat ook de omzetting van de kaderrichtlijn Water en de Overstromingsrichtlijn.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd de watertoets uitgevoerd volgens de richtlijnen van het uitvoeringsbesluit van 20 juli 2006. Dit Watertoetsbesluit werd gewijzigd bij Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011. Dit besluit is in werking getreden op 1 maart 2012.

Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Zoals hoger aangehaald voldoet het voorliggende ontwerp aan deze verordening. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid.

De aanvraag doorstaat de watertoets.

Archeologienota

Conform het Onroerenderfgoeddecreet de dato 12 juli 2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de perceeloppervlakte kleiner is dan 3 000m².

Indien men niet verplicht is tot het opstellen van een archeologienota en tijdens de uitvoering komen er toch archeologische sporen of vondsten aan het licht, dan dient de bouwheer dit te melden binnen de 3 dagen aan het agentschap Onroerend Erfgoed (www.onroerenderfgoed.be).

Overige regelgeving

Grondverzet

Uit het ingediende dossier blijkt niet dat een grondverzet (met aanvoer/ afvoer) van meer dan 250m³ zal plaatsvinden. De regelgeving omtrent grondverzet is niet van toepassing.

De aanvraag is verenigbaar met de regelgeving en de verkavelingsvoorschriften.

Toetsing AAN DE goede ruimtelijke ordening

OMSCHRIJVING VAN DE LIGGING EN VAN DE OMGEVING

Het perceel is gelegen op het kruispunt van de Vogelzangstraat en de Raafstraat, 2 gemeentewegen in een buitengebied van Zonhoven. Het werd in 2006 bebouwd met een onderkelderde ééngezinswoning bestaande uit 2 bouwlagen onder een plat dak, met een niet-overdekt terras in de zijtuin en een vrijstaande garage met tuinberging in de achtertuin. 

Op het terrein werden zowel in de voortuinen als in de zijtuin verhardingen en andere niet-overdekte constructies aangelegd waarvoor geen vergunning gekend is.

De omgeving wordt gekenmerkt door een architecturaal gevarieerde open bebouwing, hoofdzakelijk bestaande uit 2 bouwlagen, en een bijna uitsluitend residentiële functie.

OMSCHRIJVING VAN DE FEITELIJKE AANVRAAG

Gezien de aanvrager zelf een inplantingsplan heeft ingediend dat onvoldoende duidelijk is (bijv. niet op schaal), is er om bijkomende informatie gevraagd.  Deze aanvulling geeft een duidelijk beeld van de inplanting van de diverse niet-overdekte constructies.

Deze aanvraag betreft de eerste fase van de volledige tuinaanleg waarbij enkel volgende constructies worden aangevraagd:

  • een zwembad met ligzone, deels in de zijtuin en deels in de voortuin langs de Raafstraat,
  • een voetpad in betontegel in de zijtuin
  • de regularisatie van een houten terras in de zijtuin
  • de regularisatie van een gesloten omheining in de voortuin langs de Raafstraat en de zijtuin
  • de gedeeltelijke verwijdering en regularisatie van niet-noodzakelijke verhardingen in de voortuin langs de Vogelzangstraat,
  • en de verwijdering van niet-noodzakelijke verharding in de voortuin langs de Raafstraat.

De aanvraag omvat het bouwen van een niet overdekt polypropylenen buitenzwembad met een oppervlakte van 32m² inclusief een stenen afboording met een breedte van 0,4 m.  Het zwembad wordt ingeplant op ongeveer 7,8 meter van de perceelsgrens. Naast het zwembad wordt een zone voor ligstoelen voorzien met een oppervlakte van 12 m², ook uitgevoerd in natuursteen. De ligzone wordt ingeplant op ca. 4,8 meter van dezelfde perceelsgrens. De overloop van het zwembad infiltreert op het terrein. De verwarming gebeurt via een warmtepomp. Om het water te zuiveren wordt gebruik gemaakt van een glasfilter waarvan de spoeling aangesloten wordt op de afvoer van het regenwater.

De bestaande niet-noodzakelijke kiezel- en boomschorsverharding in de voortuin langs de Vogelzangstraat zal verminderd worden naar een niet-noodzakelijke kiezelverharding met een oppervlakte van circa 17,18 m². De bestaande beigekleurige grindverharding in de voortuin langs de Raafstraat zal verwijderd worden.  

In de zijtuin zal een voetpad in betontegels naar de garage aangelegd worden met een oppervlakte van 4,5 m² en op een afstand van ongeveer 3,45 meter van de perceelsgrens.

Er wordt een regularisatie aangevraagd voor het bestaande houten terras dat tegen de garage ingeplant is op een afstand van 4 meter van de perceelsgrens en met een oppervlakte van 17,5 m².

Er wordt een regularisatie aangevraagd van de gesloten coniferen afsluiting met een hoogte van 3 meter in de voortuinen en de in zijtuin.  Deze omheining zorgt ter hoogte van de rooilijn met de Raafstraat en de grens met naastliggend perceel voor een veiligheidsprobleem en een gebrek aan zichtbaarheid voor dit naastliggende perceel.  Het is dan ook wenselijk de hoogte van de gesloten omheining, vanop het kruispunt van de rooilijn met de grens tussen beide percelen over een afstand van tenminste 5 meter langs de rooilijn en ook langs de noordelijke perceelsgrens, te beperken tot maximaal 1 meter.

Elke regularisatie moet met dezelfde criteria beoordeeld worden als een nieuwe aanvraag. Het kan immers niet zijn dat de regularisatie soepeler zou beoordeeld worden om reden dat de werken reeds uitgevoerd zijn. 

BEOORDELING VAN DE GOEDE RUIMTELIJKE ORDENING

De aanvraag is gelegen in een gebied dat geordend wordt door een verkavelingsvergunning waarvan niet afgeweken wordt. Dit plan of die vergunning bevat voorschriften die de aandachtspunten, vermeld in art. 4.3.1 §2 1° van de Vlaamse Codex ruimtelijke ordening, behandelen en regelen. Deze voorschriften worden geacht de criteria van de goede ruimtelijke ordening weer te geven.

De aanvraag integreert zich hierin volledig qua architectuur, materiaalgebruik en volume.

De aanvraag voldoet aan de criteria voor de goede ruimtelijke ordening in de onmiddellijke en ruime omgeving op voorwaarde dat de hoogte van gesloten omheining in de voortuin, ter hoogte van de kruising van de rooilijn van de Raafstraat met de perceelsgrens met het perceel met nummer 318G14, over een straal van 5 meter gereduceerd wordt tot 1 meter.

BESPREKING ADVIEZEN

  • Het advies van 29/08/2022 van Fluvius  is voorwaardelijk gunstig:

Het betreft hier het bouwen van een zwembad bij een eengezinswoning, hiervoor verwijzen wij graag naar www.fluvius.be/aansluitingen

Voor riolering dient voldaan te worden aan de gewestelijke en/of provinciale stedenbouwkundige verordeningen inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater die in uw gemeente van kracht zijn.

Fluvius doet geen nazicht van de bepalingen van deze verordening. Dit advies handelt over de aansluitbaarheid op het openbaar saneringsnetwerk.

Voor uw rioleringsaansluiting geven we u volgende advies:

Het spoelwater van de filters van het zwembad dient bij chemische filters aangesloten te worden op de vuilwaterafvoer en moet bij zuivere biologische filters (zonder toevoeging chloor of andere chemicaliën) aangesloten worden op de infiltratievoorziening. De overloop van een buitenzwembad dient aangesloten te worden op de infiltratievoorziening of mag op eigen terrein in de naastliggende groenzones infiltreren. Als het zwembad in 1 keer geledigd gaat worden, dient de infiltratievoorziening hierop berekend te worden. De chloordosering dient 14 dagen voor de lediging uitgeschakeld te worden.

Volgens het definitief zoneringsplan ligt de woning in collectief te optimaliseren buitengebied. In deze zone wordt op termijn wel een collectieve zuivering van het vuilwater (via riolering) voorzien. De timing voor deze werken moet nog worden vastgelegd. Indien binnenkort een project van start gaat in de straat, kan u best met Fluvius contact opnemen voor de voorwaarden naar voorbehandeling van het vuilwater. In afwachting van deze collectieve afvalwaterzuivering moet het afvalwater gezuiverd worden, dit kan door alle afvalwater, zowel zwart afvalwater (toiletten) als grijs afvalwater (gootsteen, vaatwas, douche, bad, …) aan te sluiten op een septische put of door twee afzonderlijke septische putten. Het minimale putvolume voor een gezin tot vijf personen is 3.000 liter, met 600 liter per bijkomende inwoner. De overloop van de septische put moet naar het openbaar rioleringsstelsel gebracht worden. Een sterfput mag hier nooit geplaatst worden.

Wij adviseren om bij (her)aanleg van de voortuin, de inrit en/of de privéwaterafvoer op het privéterrein een volledig gescheiden stelsel (vuilwater en hemelwater) te voorzien tot aan de rooilijn. Via een Y-koppeling kan dan aangesloten worden op de bestaande rioleringsaansluiting. De diameter van de afvoerbuis voor vuilwater (DWA) is 125 mm, voor hemelwater (RWA) is dit 160 mm. Conform Vlarem II zal bij de aanleg van een gescheiden openbaar rioleringsstelsel in de straat ook een volledige scheiding van vuilwater en hemelwater op privéterrein verplicht zijn.

Voor alle andere vragen verwijzen wij graag naar onze website, www.fluvius.be of het algemeen nummer 078 35 35 34.

Bovenstaande informatie geven we mee onder voorbehoud van latere wijzigingen.

Mocht later bijvoorbeeld blijken dat de definitieve vermogens toch buiten de standaardnormen vallen, dan kan ons advies nog wijzigen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaren sluiten zich aan bij dit advies.

De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

De adviezen van volgende diensten zijn niet ontvangen binnen de dertig dagen na ontvangst van de adviesaanvraag en zij worden dus geacht gunstig te zijn, krachtens artikel 26 van het Decreet betreffende de omgevingsvergunning, goedgekeurd door de Vlaamse Regering dd. 25/04/2014:

  • Dienst Patrimonium, gemeente Zonhoven

Mits volgende aanpassingen door te voeren of voorwaarden na te leven, is de aanvraag verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening:

  • Er mogen geen gesloten omheiningen met een hoogte van meer dan 1 meter geplaatst worden binnen een straal van 5 meter ten opzichte van het snijpunt van de rooilijn van de Raafstraat met de grens van het perceel van de aanvraag en perceel 318G14.

MILIEUTECHNISCH ADVIES

Niet van toepassing.

GECOÖRDINEERD EINDADVIES

Uit bovenstaande motiveringen blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening, en dat het voorgestelde ontwerp verenigbaar / bestaanbaar is met de goede plaatselijke ordening en met zijn onmiddellijke omgeving. 

De aanvraag is vatbaar voor een omgevingsvergunning voor de bouw van een niet-overdekt buitenzwembad met ligzone, de regularisatie van de bestaande gesloten omheining en van een terras, een vermindering van de verhardingen in beide voortuinen en de aanleg van een verhard voetpad in de zijtuin.  Mits het opleggen van voorwaarden.

Bijgevolg adviseert de omgevingsambtenaar het dossier voorwaardelijk gunstig voor de bouw van een niet-overdekt buitenzwembad met ligzone, de regularisatie van de bestaande gesloten omheining en van een terras, een vermindering van de verhardingen in beide voortuinen en de aanleg van een verhard voetpad in de zijtuin.

zoals voorgesteld op de voorgebrachte plannen die als bijlage aan de aanvraag zijn verbonden en voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden:

  1. In functie van de verkeersveiligheid van het perceel met nummer 318G14, mogen er geen gesloten omheiningen met een hoogte van meer dan 1 meter geplaatst worden binnen een straal van 5 meter ten opzichte het snijpunt van de rooilijn van de Raafstraat met de grens van het perceel van de aanvraag en perceel 318G14.
    Riolering:
  2. Er dient voldaan te worden aan de voorwaarden en aanbevelingen opgelegd in het advies van Fluvius, zoals gevoegd in bijlage;
  3. Er dient voldaan te worden aan het Algemeen Waterverkoopreglement en aanvullende voorwaarden van de netbeheerder ( zie www.fluvius.be);
  4. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementering van de nutsmaatschappijen en draagt alle kosten die noodzakelijk zijn voor aansluiting op de nutsleidingen;
  5. Aanpassingen aan inrichtingen, constructies of beplantingen op het openbaar domein naar aanleiding van deze of toekomstige aanvraag voor een omgevingsvergunning zijn steeds ten laste van de aanvrager. Alle kosten naar aanleiding van een heraanplanting en/ of herstelwerken op/ aan het openbaar domein, uitgevoerd naar aanleiding van een omgevingsaanvraag van een particulier, blijven ten laste van de aanvrager.Terrein en gelijkgrondse berm:
  6. Aangezien er geen wijzigingen van het terreinniveau voorzien zijn in de aanvraag, dient het bestaande terreinniveau behouden te blijven. Alle overtollige grond die vrijkomt bij het graven van de funderingen, dient verwijderd te worden via een erkende grondwerker of naar een erkende grondreinigingsplaats;
  7. Indien vastgesteld wordt bij het grondverzet dat de bodem van het perceel zou verontreinigd zijn, dient voldaan te worden aan het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering (VLAREBO, Vl. Reg. 13 oktober 2001 en zijn latere wijzigingen);
  8. Uitgezonderd de inrit met een breedte van 3 meter (maximaal 6 meter), dient het perceel ter hoogte van de rooilijn/ voorste perceelgrens, ontoegankelijk te worden gemaakt voor voertuigen. Het hemelwater van de inrit dient opgevangen te worden op eigen terrein en mag niet afgevoerd worden naar de openbare weg. Naast de inrit dient een ruimte beschikbaar te zijn voor een mogelijk groenzone en infiltratie van het afvloeiend hemelwater;
  9. De groenelementen die niet weergegeven werden op de ingediende plannen dienen behouden te blijven;
  10. Voor de aanplant van bomen, hagen… nabij perceelscheidingen, dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van het Veldwetboek;
    Andere voorwaarden:
  11. De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen op de hoogte te brengen van het begin van de stedenbouwkundige handelingen en/of exploitatie(s);

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen volgt integraal het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar van 13/10/2022 tot het afleveren van een omgevingsvergunning met voorwaarden aan de aanvrager.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het afleveren van een omgevingsvergunning met voorwaarden aan de aanvrager.

De omgevingsvergunning omvat de bouw van een niet-overdekt buitenzwembad met ligzone, de regularisatie van de bestaande gesloten omheining en van een terras, een vermindering van de verhardingen in beide voortuinen en de aanleg van een verhard voetpad in de zijtuin zoals voorgesteld op de voorgebrachte plannen die als bijlage aan deze omgevingsaanvraag zijn verbonden en voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden.

Artikel 3

De omgevingsvergunning wordt aldus afgegeven onder volgende voorwaarden:

  1. In functie van de verkeersveiligheid van het perceel met nummer 318G14, mogen er geen gesloten omheiningen met een hoogte van meer dan 1 meter geplaatst worden binnen een straal van 5 meter ten opzichte het snijpunt van de rooilijn van de Raafstraat met de grens van het perceel van de aanvraag en perceel 318G14.
    Riolering:
  2. Er dient voldaan te worden aan de voorwaarden en aanbevelingen opgelegd in het advies van Fluvius, zoals gevoegd in bijlage;
  3. Er dient voldaan te worden aan het Algemeen Waterverkoopreglement en aanvullende voorwaarden van de netbeheerder ( zie www.fluvius.be);
  4. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementering van de nutsmaatschappijen en draagt alle kosten die noodzakelijk zijn voor aansluiting op de nutsleidingen;
  5. Aanpassingen aan inrichtingen, constructies of beplantingen op het openbaar domein naar aanleiding van deze of toekomstige aanvraag voor een omgevingsvergunning zijn steeds ten laste van de aanvrager. Alle kosten naar aanleiding van een heraanplanting en/ of herstelwerken op/ aan het openbaar domein, uitgevoerd naar aanleiding van een omgevingsaanvraag van een particulier, blijven ten laste van de aanvrager.
    Terrein en gelijkgrondse berm:
  6. Aangezien er geen wijzigingen van het terreinniveau voorzien zijn in de aanvraag, dient het bestaande terreinniveau behouden te blijven. Alle overtollige grond die vrijkomt bij het graven van de funderingen, dient verwijderd te worden via een erkende grondwerker of naar een erkende grondreinigingsplaats;
  7. Indien vastgesteld wordt bij het grondverzet dat de bodem van het perceel zou verontreinigd zijn, dient voldaan te worden aan het Vlaams Reglement betreffende de bodemsanering (VLAREBO, Vl. Reg. 13 oktober 2001 en zijn latere wijzigingen);
  8. Uitgezonderd de inrit met een breedte van 3 meter (maximaal 6 meter), dient het perceel ter hoogte van de rooilijn/ voorste perceelgrens, ontoegankelijk te worden gemaakt voor voertuigen. Het hemelwater van de inrit dient opgevangen te worden op eigen terrein en mag niet afgevoerd worden naar de openbare weg. Naast de inrit dient een ruimte beschikbaar te zijn voor een mogelijk groenzone en infiltratie van het afvloeiend hemelwater;
  9. De groenelementen die niet weergegeven werden op de ingediende plannen dienen behouden te blijven;
  10. Voor de aanplant van bomen, hagen… nabij perceelscheidingen, dient rekening gehouden te worden met de bepalingen van het Veldwetboek;
    Andere voorwaarden:
  11. De aanvrager is ertoe verplicht het college van burgemeester en schepenen op de hoogte te brengen van het begin van de stedenbouwkundige handelingen en/of exploitatie(s);

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

18.

2022_CBS_01084 - OMV - besluit Deputatie - Mosselweg z/n - 2022/00169 - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
18.

2022_CBS_01084 - OMV - besluit Deputatie - Mosselweg z/n - 2022/00169 - Kennisneming

2022_CBS_01084 - OMV - besluit Deputatie - Mosselweg z/n - 2022/00169 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de beslissing van de deputatie van 06 oktober 2022:

BESLUIT
Artikel 1
§1 Aan het Agentschap Natuur en Bos, VAC Herman Teirlinck Havenlaan 88 bus 75 te 1000 Brussel wordt, onder de voorwaarden bepaald in dit besluit, de omgevingsvergunning verleend voor het project “Zonhoven – vernieuwing stuw 17”, met als voorwerp:
- de volgende stedenbouwkundige handelingen:
o Stuw: verbouwen / wijzigen Infrastructuur, in functie van infrastructuur,
o Gracht: verbouwen / wijzigen Infrastructuur, in functie van waterweg, infrastructuur,
o Japanse duizendknoop: het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen, in functie van terreinaanleg;

met betrekking tot een terrein gelegen te Zonhoven, ter hoogte van Mosselweg zn., Stuw 17 op de Roosterbeek, kadastraal gekend: Afdeling 1, Sectie B, perceelnr.(s) 1196B en 1197B en Afdeling 3, Sectie F, perceelnr. 839C en te Hasselt, kadastraal gekend: Afdeling 12, Sectie A, perceelnr. 357F6.

§2. Deze vergunning wordt ook beschouwd als machtiging voor de uitvoering van werken van wijziging of verbetering aan de Roosterbeek, zoals vermeld in het advies d.d. 20 juli 2022 van de Dienst Waterlopen en Domeinen van het Provinciebestuur.

§3. De plannen, gevoegd als bijlagen bij dit besluit, maken er een integraal deel van uit.

Artikel 2
De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend voor onbepaalde duur.

Artikel 3
De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend:
§1. Voor wat betreft de stedenbouwkundige handelingen:
- onder volgende voorwaarden:
o Voorwaarden ANB:
▪ Het uitvoeren van de werkzaamheden wordt voorzien buiten het broedseizoen dat loopt van 1 maart tot 1 juli.
▪ Er mogen geen bomen beschadigd worden (ook niet aan het wortelgestel).
▪ Alle afbraakmaterialen afkomstig van de werken dienen van het terrein verwijderd te worden en moeten afgevoerd worden volgens de vigerende wetgeving.
▪ Bij de bestrijding van Japanse Duizendknoop dient de verspreiding door grondverzet vermeden te worden.
▪ Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart – 1 juli moet men er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden. Bij het werken aan (oude) constructies dient men na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Als nesten of rustplaatsen in het gedrang komen dient u contact op te nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos.

o Voorwaarden Provincie – afdeling waterbeheer:
▪ het advies van de Provincie Limburg – afdeling waterbeheer in verband met de bepalingen en machtigingen rond onbevaarbare waterlopen van 6 juli 2022 dient nageleefd te worden,

Artikel 4
§1 Van de in artikel 1 bedoelde vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen een termijn van vijfendertig dagen die ingaat na de eerste dag van de aanplakking, op de hoogte is gebracht van de instelling van een schorsend administratief beroep als vermeld in artikel 52 van het OVD.

§2 De aanvrager mag onmiddellijk gebruikmaken van de omgevingsvergunning in de gevallen, vermeld in artikel 55, tweede lid van het OVD.

Artikel 5
De beslissing wordt ter beschikking gesteld van:
1) de vergunningsaanvrager, met name het Agentschap Natuur en Bos, VAC Herman Teirlinck Havenlaan 88 bus 75 te 1000 Brussel
2) het college van burgemeester en schepenen van Zonhoven, Kerkplein 1 te 3520 Zonhoven
3)  de adviesinstanties, vermeld in artikel 35 en/of 37 die advies verlenen in eerste aanleg

Artikel 6
De beslissing wordt, overeenkomstig de artikel 56 t.e.m. 63 van het besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet betreffende de Omgevingsvergunning van 25 april 2014 (OVB), bekendgemaakt door:
 in voorkomend geval, de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden, conform artikel 59;
 de publicatie op de website van de gemeente waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden, conform artikel 60;
 in voorkomend geval, de publicatie in een dag- of weekblad, conform artikel 61;
 in voorkomend geval, de individuele kennisgeving, conform artikel 62;
 de analoge of digitale terinzagelegging van de beslissing in het gemeentehuis van de gemeente waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden, conform artikel 63.

Artikel 7
Tegen deze beslissing kan, overeenkomstig artikel 52 en volgende van het decreet betreffende de Omgevingsvergunning van 25 april 2014 (OVD) en artikel 73 en volgende van het besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning (OVB), een beroep worden ingediend bij de Vlaamse Regering, digitaal via het omgevingsloket of analoog p/a Afdeling GOP - Directie Omgevingsprojecten, Koning Albert ll-laan 20 bus 8 te 1000 Brussel.

Het beroep moet op straffe van onontvankelijkheid ingesteld worden per beveiligde zending binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:
-  de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;
-  de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;
-  de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

De beroeper bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:
1 de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;
2 de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;
3 het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.

Het beroepschrift moet op straffe van onontvankelijkheid de gegevens en bewijsstukken bevatten zoals vermeld in artikel 74 van het OVB. Bij het indienen van een beroep tegen een beslissing in eerste aanleg over een aanvraag voor een omgevingsvergunning is een dossiertaks verschuldigd overeenkomstig de bepalingen van artikel 12 van het OVD.

Als met toepassing van artikel 31/1 van het OVD bij de Vlaamse regering een georganiseerd administratief beroep werd ingesteld tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, bevat het beroep op straffe van onontvankelijkheid een afschrift van het beroepschrift bij de Vlaamse regering.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de beslissing van de Bestendige deputatie van 06 oktober 2022.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit over te gaan tot de bekendmaking van deze beslissing overeenkomstig de artikelen 56 t.e.m. 63 van het besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet betreffende de Omgevingsvergunning van 25 april 2014.

19.

2022_CBS_01085 - OMV - gunstig advies - 2022/00213 - Kerkplein - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
19.

2022_CBS_01085 - OMV - gunstig advies - 2022/00213 - Kerkplein - Goedkeuring

2022_CBS_01085 - OMV - gunstig advies - 2022/00213 - Kerkplein - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

STEDENBOUWKUNDIG EN MILIEUTECHNISCH advies - verslag GEMEENTELIJKE omgevingsambtenaar

De aanvraag betreft de vergroening van het Dorpshart van Zonhoven met bijhorende bemalingswerken.

De aanvraag werd op 08 juli 2022 ontvangen.

Op 28 juli 2022 werd aanvullende informatie opgevraagd.

Op 26 augustus 2022 werd de gevraagde aanvullende informatie aangeleverd.

Op 30 augustus 2022 werd de aanvraag ontvankelijk en volledig verklaard.

De gewone vergunningsprocedure wordt gevolgd.

Er werd een openbaar onderzoek gehouden, lopende van 9 september 2022 tot en met 8 oktober 2022, gesloten met 0 bezwaarschriften.

HISTORIEK VAN HET EIGENDOM WAAROP DE AANVRAAG BETREKKING HEEFT

Stedenbouwkundig

Voor het perceel van de aanvraag werden geen eerdere uitspraken gedaan of beslissingen genomen.

Uit de gegevens waarover de gemeente beschikt, blijkt niet dat voor het voorwerp van de aanvraag een PV is opgesteld noch dat een meerwaarde werd opgelegd of dat op het goed een vonnis of arrest rust. Er zijn ook geen geschriften bekend waaruit zou blijken dat er wederrechtelijke werken werden uitgevoerd.

OPENBAAR ONDERZOEK

Overeenkomstig artikel 17 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hoofdstuk 3 Toepassingsgebied van de gewone en vereenvoudigde procedure, artikels 11 t.e.m. 14 van het besluit tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning, werd dit dossier volgens de gewone procedure behandeld. Er werd bijgevolg een openbaar onderzoek gehouden. Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 9 september 2022 tot en met 8 oktober 2022. Er werden geen bezwaren ingediend.

ADVIEZEN

Agentschap Wegen en Verkeer

Agentschap Natuur en Bos

Brandweer Hulpverleningszone Zuid-West Limburg

Vlaamse MilieuMaatschappij

Provinciale dienst Water & Domeinen

Departement Omgeving

MILIEUEFFECTENRAPPORTAGE

Het project komt voor op bijlage III van het project-mer-besluit wat maakt dat een project MER opgemaakt moet worden, tenzij de initiatiefnemer via een project-m.e.r.-screening kan aantonen dat het project geen aanzienlijke milieueffecten zal veroorzaken.  Er werd een project-m.e.r.-screening bij de aanvraag gevoegd. De effecten op milieu en omgeving werden voldoende omschreven en uit de screening bleek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

STEDENBOUWKUNDIG ADVIES

TOETSING AAN DE REGELGEVING EN VOORSCHRIFTEN

OVEREENSTEMMING MET BESTEMMINGS- EN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gewestplan

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979, gelegen in woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van een goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen en latere wijzigingen).

Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

Het goed is gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “Afbakening regionaal stedelijk gebied Hasselt - Genk” dat op 20 juni 2014 definitief werd vastgesteld door de Vlaamse Regering.  Er is geen bestemmingswijziging ten opzichte van het gewestplan voorzien voor deze percelen. 

De aanvraag voldoet principieel aan de geldende bestemmingsvoorschriften.

Stedenbouwkundige verordeningen

Hemelwater

De aanvraag valt onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 en latere wijzigingen, houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater. 

Ter hoogte van de Hoge-Valweg/Rozenkransweg bevindt er zich een bestaande vijver die in dit project heringericht zal worden als bufferbekken met afwaarts een stuw met knijpopening en dwarse drempel. Het bodempeil van de bekken wordt voorzien op 42.10m TAW. Dit kan niet dieper omwille van de aanwezige grondwaterstand die zich op ongeveer dit niveau bevindt. De afmetingen van de vijver zijn bepaald a.d.h.v. de opmeting bestaande toestand en deze heeft een buffervolume van ± 1500 m³ onder het drempelpeil 42.80m TAW. De aangesloten oppervlakte langsheen het tracé van het GIP Genkerbaan bedraagt 3.843 ha. Het aanwezige buffervolume bedraagt dus ± 390 m³/ha aangesloten verharde oppervlakte wat meer is dan de benodigde 250 m³/ha.

De aanvraag voldoet aan deze stedenbouwkundige verordening.

Watertoets

Het project wordt uitgevoerd met het oog op een betere waterinfiltratie voor de omgeving. Er wordt op gelet dat hemelwater maximaal op natuurlijke wijze infiltreert binnen het projectgebied in combinatie met buffering en vertraagde afvoer via de bestaande buffervijver van het Vlonderpiëke. Dwars door het plangebied stroomt de Roosterbeek. Het grootste gedeelte van het plangebied maakt daardoor deel uit van effectief overstromingsgevoelig gebied. De opzet van de aanvraag is echter om deze beek terug open te leggen en ruimte te geven, waardoor het risico op overstromingen ter plekke en op andere plaatsen in het stroomgebied gevoelig kleiner zullen worden. De connectie met de vijverzone ‘Vlonderpiëke’ vergroot het waterbergend vermogen. Er kan dus geoordeeld worden dat het project een positieve invloed zal hebben op het watersysteem. Het ontwerp is verenigbaar met de doelstellingen van artikel 5 van het decreet integraal waterbeleid. De aanvraag doorstaat de watertoets.

Decretale beoordelingselementen

Artikel 4.3.7. Toegang van gehandicapten tot gebouwen/publiek toegankelijk

De omgevingsvergunning voor de handelingen, vermeld in artikel 4.2.1, 1°, 6°, 7° en 8°, wordt niet verleend wanneer niet is voldaan aan de bij of krachtens de wet of het decreet gestelde regelen betreffende toegang van personen met een functiebeperking tot openbare wegen en tot voor het publiek toegankelijke onroerende goederen.

De aanvraag voldoet aan deze bepaling.

Archeologienota

Voor de aanvraag is een archeologienota nodig gezien er bodemwerken worden uitgevoerd over een oppervlakte groter dan 1000 m² in een zone die groter is dan 3000 m². Het gebied is niet gelegen binnen een beschermde archeologische zone of een vastgestelde archeologische zone. Op 17 juli 2022 nam het Agentschap Onroerend Erfgoed akte van de ingediende archeologienota met referentie https://id.erfgoed.net/archeologie/archeologienotas/23015. Als voorwaarde zal worden opgelegd dat de nodige maatregelen opgenomen in de archeologienota en het bijhorende programma van maatregelen dienen te worden nageleefd.

Overige regelgeving

Slopen

De afbraak/ verwijdering van de bestaande overdekte en niet overdekte constructies dient te gebeuren tot in de grond en de vrijgekomen ruimte dient ingericht te worden als groenzone voor zover geen nieuwe constructies voorzien worden. Aan de afbraak is geen milieuvergunningsplicht verbonden, wel dient rekening gehouden te worden met de wettelijke verplichtingen opgenomen in het Vlarem II, omgevingsvergunningsdecreet, het bodemsaneringsdecreet en het materialendecreet. Vooraleer te starten met de afbraakwerken dienen de constructies volledig ontruimd te worden. De afvalstoffen die vrijkomen bij de afbraakwerken dienen selectief ingezameld te worden.

Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken in open lucht dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II, hoofdstuk 6.12 Beheersing van stofemissies tijdens bouw- , sloop- en infrastructuurwerken”, indien deze uitgevoerd worden door een aannemer.

Het verwijderen van asbest dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II Beheersing van asbest, hoofdstuk 6.4.

De maatregelen opgenomen in de sloopinventaris dienen te worden nageleefd.

Grondverzet

Uit het ingediende dossier blijkt dat een grondverzet (met aanvoer/ afvoer) van meer dan 250m³ zal plaatsvinden. De regelgeving omtrent grondverzet is van toepassing.

Toetsing AAN DE goede ruimtelijke ordening

OMSCHRIJVING VAN DE FEITELIJKE AANVRAAG

De aanvraag omvat de vergroening van het Dorpshart van Zonhoven.

BEOORDELING VAN DE GOEDE RUIMTELIJKE ORDENING 

( Deze wordt verderop uitgevoerd )
 De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen:

1°         het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;

2°         het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in 1°, in rekening brengen;

Omschrijving ligging en omgeving

De projectlocatie omvat de (historische) dorpskern van Zonhoven. De zone vormt een sterk verhard gebied tussen kerk en gemeentehuis dat wordt gebruikt als plein en parkeerzone ondersteunend aan de omliggende centrumfuncties. De beekloop Roosterbeek is volledig ingebuisd vanaf de Dorpsstraat tot de Rozenkransweg en niet meer zichtbaar in dit deel van het Dorpshart. Het gebied is mede door de inbuizing ook gevoelig voor wateroverlast.

Omschrijving van de aanvraag

Er wordt gewerkt in een projectgebied van circa. 3,9 hectaren, omsloten door de straten Hoge Valweg, Kerkplein, Dorpsstraat, Heuvenstraat, Dijkbeemdenweg en Rozenkransweg. De Dorpsstraat en Heuvenstraat vallen integraal buiten het plangebied omdat zij behoren tot de gewestweg N715.

De aanvraag omvat de volgende stedenbouwkundige handelingen:

  1. Het afbreken van een paviljoen wegens de heraanleg van het Kerkplein
  2. Het opnieuw openleggen en hermeanderen van de Roosterbeek.
  3. De aanleg van een brugconstructie over Roosterbeek noodzakelijk om de publieke ruimte aan beide oevers met elkaar te verbinden.
  4. De aanleg van een muurconstructie langsheen één zijde van de Roosterbeek ter hoogte van de kerk.
  5. De aanleg van een vlonderconstructie naar de Roosterbeek om de oever toegankelijk te maken als zitlocatie.
  6. De aanleg van zittrappen naar de Roosterbeek om de oever toegankelijk te maken als zitlocatie.
  7. De aanleg van stapstenen in de Roosterbeek om het belevingsaspect van het water te verhogen.
  8. De heraanleg van de verharding van het Kerkplein om de samenhang en leesbaarheid van het plein te verhogen.
  9. Het vellen van hoogstammige bomen die geen deel uitmaken van een bos, m.n. het rooien van Quercus palustris wegens aanleg pad in wortelzone, het rooien van Fraxinus excelsior wegens aanleg pad en trappenpartij naar beek in wortelzone, het rooien van Salix babylonica wegens aanleg zittrappen naar beekloop, het rooien van Robinia pseudoacacia wegens openlegging beekloop, het rooien van Tilia cordata wegens heraanleg plein en het rooien van  Alnus glutinosa Laciniata wegens heraanleg plein.
  10. Het reliëf van de bodem aanmerkelijk wijzigen door het uitgraven van de zone van de beekloop, het uitgraven van de natuurlijke oevers van de beekloop om de ecologische waarde van de beekloop te verhogen en de aanleg van speelheuvels t.h.v. de speelzone bibliotheek in functie van speelgelegenheid en afscherming naar het verkeer.

Functionele inpasbaarheid in de onmiddellijke en ruime omgeving

Het Masterplan voor het ‘Dorpshart Zonhoven’ kiest voor het vergroenen, ontharden en attractiever maken van de ruime omgeving van de kerk met aandacht voor rust- en belevingsplaatsen. Groen en water zijn immers van groot belang om de klimaatverandering op te vangen en de leefkwaliteit in de dorpskern te verhogen. Meer spel, meer ontmoeting, meer ontspanning. Tegelijk zijn verkeersveiligheid en -leefbaarheid van belang. De handelaars, horeca, markt en publieke gebouwen blijven ten allen tijde maximaal bereikbaar. De publieke ruimte fungeert als een aangename ontmoetingsplek voor bewoners en bezoekers van het centrum. De publieke ruimte is vlot toegankelijk en richt zich op verschillende doelgroepen (ouderen, jongeren, kinderen enz.). Het bijkomend evenementenprogramma in de publieke ruimte, zoals de wekelijkse zondagsmarkt, evenementen en de jaarlijkse kermis, versterkt de beleving en het gebruik van de publieke ruimte. Het gevraagde is functioneel inpasbaar in de onmiddellijke en ruime omgeving.

Mobiliteitsimpact

De herinrichting van het Kerkplein pakt de onveilige verkeerssituatie in het centrum van Zonhoven aan. Het ontwerp maakt ruimte voor meer alternatieven voor voetgangers en fietsers. Grote delen van het Kerkplein worden autovrij gemaakt, waardoor een veilige verbinding voor zwakke weggebruikers doorheen de Dorpskern ontstaat.

De fiets krijgt een meer prominente plaats met de nieuwe fietsverbinding langs de beek. Later zal deze aantakken op de Sprinkwaterstraat en zo verder op het fietsroute-netwerk. Ook de lokale handelaar zal dankzij verbindingen voor zachte weggebruikers beter bereikbaar worden. En dat op een veilige manier. In het gebied worden eveneens verschillende nieuwe fietsenstallingen voorzien.

Te voet krijgt men er een extra stuk belevingsvolle wandeling bij met deze verbinding tussen lokale handelaars, horeca en publieke ruimte. Dit verhoogt de kwaliteit voor de zwakke weggebruiker. Deze krijgt ook een meer prominente plaats door meer veilige oversteken te creëren.

De situatie van het openbaar vervoer blijft bij de werken ongewijzigd: ter hoogte van de Heuvenstraat blijven de huidige buslijnen (13, 22, 23, 35, 48, 283) lopen en de huidige bushalten ‘Zonhoven Dorp’ ter hoogte van de Heuvenstraat blijven behouden, met een vernieuwde bushalte aan de kant van het Kerkplein.

Multi-modaliteit wordt gestimuleerd a.d.h.v. het voorzien van fietsenstallingen en laadpunten en de uitbouw van deelsystemen.

Vandaag is op het Kerkplein een overaanbod aan parkeerplaatsen (183 p.p.) voorzien. Daarom worden de bestaande parkeerplaatsen hier gereduceerd naar 168 p.p. en herschikt binnen een aantal duidelijke centrumclusters. De parkeerplaatsen voor mensen met een beperking worden gespreid over de diverse parkeerclusters in het gebied en zo dicht mogelijk bij de aanwezige functies ingepast. Het verminderen en clusteren van het aantal parkeerplaatsen komt de ruimtelijke kwaliteit en leesbaarheid van het centrumplein ten goede. Op piekmomenten kunnen randparkings verbonden met het Dorpshart de parkeerdruk opvangen. Bij evenementen op het plein blijven 3/4e van het totaal aantal voorziene parkeerplaatsen beschikbaar.

De schaal van de voorgenomen werken, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid

De inrichting van het dorpshart is afgestemd op de schaalgrootte van de kern van Zonhoven. Het verharde plein is afgestemd op de activiteiten en draagkracht van de omgeving. De pleinwanden bakenen duidelijk de ruimte af. Ten westen en noorden vormt groen en de waterloop een duidelijke rand. De gebouwen zijn te gast in de groene beekvallei van de Roosterbeek. De omgevingsaanleg ondersteunt de groene ruimte. De bouwdichtheid is in de vallei minder dens dan de valleiranden gekoppeld aan de Dijkbeemdenweg en Kerkplein.

Visueel-vormelijke elementen

Bij de (her)inrichting van de publieke ruimte wordt gestreefd naar een eenheid en uniformiteit van de (plein)ruimte. Door in te zetten op eenvoudige, sobere en heldere ontwerplijnen, wordt de leesbaarheid van de ruimte verhoogd. Waar mogelijk wordt vergroend en onthard. Het ambitieniveau van de inrichting is een hoogwaardige kwaliteit en beleving.

Voor de leesbaarheid van het dorpshart wordt in de publieke ruimte gekozen voor een uniform materiaalgebruik. Voor het plein zal dit worden vormgegeven in lichte betonstraatstenen. Voor de kerkomgeving wordt gekozen voor een hoogwaardig materiaal in natuursteen, om de historische context en de eigenheid te benadrukken. De kleuren van de betonstraatstenen worden afgestemd op de verschillende kleuren die terug te vinden zijn in het kerkgebouw. Hierdoor blijft zowel de kerkomgeving als de pleinomgeving als geheel aanvoelen. De mozaïekkeien van het kerkplein worden herbruikt in de parkeerplaatsen om circulariteit na te streven.

De Roosterbeek kent een harde en een zachte oever. Dit contrast benadrukt de verschillende eigenschappen van de deelruimten op beide oevers. De kerk wordt op een sokkel geplaatst door een royale keermuur aan de Roosterbeek. De keermuur wordt voorzien in kleiklinkers afgestemd op de baksteen van de kerk en kerkhofmuur. Samen vormen ze een eenheid in dit serene landschap.

De zachte oever staat in schril contrast met deze harde oever en geeft kansen aan biodiversiteit en ruimte voor water bij piekdebieten. Het beheer van de zachte oever is gericht op het creëren van ecologische randen afgewisseld door intensief beheerde grasvlakken in functie van zachte recreatie.

Cultuurhistorische aspecten

Bij de herinrichting van het Dorpshart staat het openleggen van de Roosterbeek, die tot de jaren 1960 doorheen het centrum van Zonhoven stroomde, centraal. De omgeving Dorpshart wordt vormgegeven met respect voor de historische kerkomgeving. Zo wordt het zicht op de oude kerktoren zoveel mogelijk open gehouden. Ook wordt de kerk ingepast in een groene omgeving met materialen afgestemd op de historische waarde van de plek. De meest waardevolle elementen zoals bijvoorbeeld de kerkhofmuur alsook de vele bestaande erfgoedelementen worden geïntegreerd in het ontwerp.

Bodemreliëf

Het wijzigen van het bodemreliëf situeert zich enerzijds ter hoogte van de beekloop voor de openlegging van de beekloop en flauwe oevers - deze ingreep kadert in het versterken van de ecologie en het recreatief gebruik – en anderzijds voor de afbakening van een natuurlijke speelruimte ter hoogte van bibliotheek. Het talud wordt onderdeel van een speelheuvel en schermt de speelzone af van de omliggende parkeerzone en het verkeer. De voorgestelde reliëfwijzigingen zijn aanvaardbaar.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Hinderaspecten

Minder hinder tijdens werken: Tijdens de werken aan het dorpsplein wordt de hinder voor bewoners, handelaars en gebruikers zoveel mogelijk beperkt. Dit door de toepassing van een fasering in de werken waardoor handel en horeca ten allen tijde bereikbaar blijven. Gezien de beperkte aanwezigheid van functies tussen kerk en gemeentehuis, zullen de werken hier weinig hinder teweegbrengen. Tijdens de werken wordt ook gezocht naar een alternatieve locatie van de markt, bijvoorbeeld in omliggende straten, zodat deze wekelijks kan blijven plaatsvinden.

Bescherming tegen wateroverlast: De beekvallei van de Roosterbeek loopt dwars door het centrum, maar is sinds de jaren ‘60 overwelfd en dus niet zichtbaar. Doel van dit plan is het verborgen water van de Roosterbeek als een groenblauw netwerk opnieuw zichtbaar door het centrum te laten stromen. De hydraulische berekeningen tonen aan dat het risico op overstromingen hierdoor fors verlaagt. Door de beek meer ruimte te geven, en het ondergrondse gedeelte drastisch te verkorten, kan ze immers meer water doorlaten bij de piekdebieten van felle regenbuien en aanhoudende natte periodes. Dit helpt niet enkel de bewoners in het centrum, maar over het hele traject van de Roosterbeek. Het Masterplan voorziet ook een verbinding naar het Vlonderpiëke zodat dit (op termijn) nog extra waterbuffering oplevert. 

De beek zal voor 200 meter terug aan de oppervlakte stromen en ongeveer 4,5 meter breed zijn. Het ontwerp voorziet 1 steile oever met keermuur en 1 zachte ecologische oever. De overstorten met vuil water worden gereduceerd voor een verbeterde waterkwaliteit door de collector stroomafwaarts te verplaatsen. Dit geeft extra volume in de buizen met een lagere overstortfrequentie tot gevolg. Daarnaast zal bij eventueel in werking treden van het overstort de vuilvracht eerder stroomafwaarts van het Dorpshart worden afgevoerd.

Er wordt een ondergrondse bypass voorzien tussen de Roosterbeek stroomopwaarts van het Kerkplein en het Vlonderpiëke. Dit geeft een extra capaciteit bij piekdebieten enerzijds en zorgt anderzijds tijdens de aanleg- en latere eventuele onderhoudswerken,  dat de beek ter hoogte van het kerkplein kan worden omgeleid.

Bescherming tegen droogte: Door de klimaatverandering staan er ons ook langere periodes van droogte te wachten. De inpassing van schotten in V-vorm zorgen voor een betere vismigratie en een permanent waterpeil bij droge momenten. Er wordt meer dan 2500m² effectief onthard. Hierdoor kan regenwater beter infiltreren wat ook het grondwater en de parknatuur ten goede komt. In ruil zijn nieuwe groenzones met intensief en extensief beheer. Tussen gemeentehuis en kerk wordt intensief beheer toegepast omwille van het intensiever medegebruik. Tussen gemeentehuis en de residentie ‘De Brug’ worden de taluds van de beek extensief beheerd. Bomen worden enkel gerooid uit noodzaak om de beekloop en bijhorende constructies te kunnen realiseren. Naast het maximaal behoud van de bestaande bomen, worden heel wat nieuwe bomen bijgeplant om het groene parkkarakter te ondersteunen.

Gezondheid

Het voorzien van meer groen en water in het dorpscentrum kent vele voordelen zoals verkoeling, luchtzuivering en andere gezondheidseffecten.

Meer ruimte voor biodiversiteit en klimaatadaptatie: De vergroening van de zone tussen kerk en gemeentehuis dient als incentive voor grotere robuustheid van het dorpscentrum tegen klimaatverandering. Door de herinrichting van het dorpshart ontstaan er meer diverse omstandigheden met kansen voor streekeigen fauna en flora. Diverse omstandigheden zorgen automatisch voor een hogere diversiteit en een grotere veerkracht. Bij extremere weersomstandigheden zorgt dit voor robuuster groen.

Verhoging woonkwaliteit Zonhoven: De herinrichting van de publieke ruimte moet mee de leefbaarheid en de woonkwaliteit van het centrum verhogen. Het aanwezige groen van de beekvallei wordt het dorpshart binnengetrokken als een multifunctioneel park en plein. Het Dorpshart biedt aan zijn bewoners diverse functies in het groen met een hoge beleving op wandelafstand. Het netwerk aan paden zorgt voor een goede en veilige toegankelijkheid voor iedereen, in een aangename omgeving.

Aanzetten tot duurzame mobiliteit: Het inzetten op een publieke ruimte met een focus op het concurrentieel maken van de zachte weggebruiker t.o.v. het gemotoriseerd verkeer, moet de overstap naar duurzame mobiliteit stimuleren en vergemakkelijken in het centrum van Zonhoven. Aangename en veilige verbindingen met een hoge belevingswaarde vormen hierin een incentive samen met een goede afstemming op het openbaar vervoer (marktplein) in het Dorpshart en het treinstation in het westen.

Waterkwaliteit: De waterkwaliteit van de beek ter hoogte van de kerk wordt verbeterd door de overstortconstructie die er nu in uitkomt stroomafwaarts te verplaatsen. Hierdoor loopt het vuilwater bij de inwerking treden van de overstort niet in het traject van de beek doorheen de dorpskern. Ook wordt voor de overstort meer buffervolume voorzien zodat deze minder vaak in werking treed.

Gebruiksgenot

Vergroening van de zone tussen kerk en gemeentehuis creëert kwalitatieve veelzijdige verblijfsruimten in het centrum. De hogere belevingswaarde van het centrum zal de plaatselijke horeca en handel versterken en bestaande en toekomstige evenementen in het dorp ondersteunen. De vernieuwde ruimte moet sociale cohesie en interactie tussen diverse gebruikersgroepen verhogen.

Aandacht voor rust en beleving: De belevingswaarde van de Roosterbeek staat centraal met aandacht voor ontspanning, rust en ontmoeting. Het dorpshart wordt weer een plek in Zonhoven om af te spreken, te ervaren, te spelen en ervan te genieten vanop de waterkant. Het water van het vijvergebied De Wijers zal opnieuw deel uitmaken van het centrum van Zonhoven.

Groene beleving kerkomgeving: De serene ceremoniële kerkomgeving wordt groen ingericht, waarbij de bestaande bomen zoveel mogelijk behouden blijven en verder aangevuld worden met nieuwe bomen, heesters en vaste plantenborders. Een hoogwaardige materialisatie verwijst naar de erfgoedwaarde van deze plek. Vanuit deze ruimte kijkt men uit op het water van de opengelegde Roosterbeek. Vanop verschillende rustpunten kan men hier van het uitzicht genieten. Gecombineerd met een beeldentuin en een verbinding met het plein wordt dit een oase van rust. Het monument voor de oud-strijders, wordt samen met de andere kunstwerken, hierin mooi ingepast.

Pleinbeleving: Ten zuiden van de kerk blijft een plein ter beschikking. De kiosk zal verdwijnen om het plein multifunctioneler te maken en als eenheid te verbeteren. Er komt meer ruimte vrij voor terrasjes met zicht op groen. Vast staat dat de wekelijkse zondagsmarkt in het centrum van Zonhoven behouden blijft. Ook andere evenementen kunnen worden ingepast op de compacte aaneengesloten ruimte. Het parkeren wordt naar de rand gebracht om de openheid van het plein te versterken. Fonteinen kondigen de Roosterbeek aan en versterken de beleving.

Waterbeleving: Fonteinen op het plein kondigen zittrappen richting de vlonder langs de Roosterbeek aan. Via deze vlonder kan via stapstenen de overkant van de beek worden bereikt. Deze wordt groen ingericht met zachte oevers. In de zachte oever worden lange zitmuren voorzien om langs het water te verblijven. Tegenover het gemeentehuis wordt een tweede vlonder voorzien die via een aangepaste helling bereikbaar is voor minder mobiele mensen. De vlonders worden telkens van een ruime manoeuvreerruimte voorzien in combinatie met een zitbank. Vanuit de zijde aan de kerk wordt een transparante leuning op de keermuur voorzien. Dit zorgt voor een balkoneffect dat uitkijkt op de Roosterbeek.

Natuureducatie: Door het contact met de beek te herstellen en speelruimtes te voorzien kunnen de scholen opnieuw meer aan natuureducatie doen. In de omgeving van de bibliotheek worden speelheuvels aangelegd met natuurlijke speelaanleidingen zoals boomstammen en wilgenhutjes en voorzieningen voor natuureducatie aansluitend aan de beekloop. 

Mobiliteit langs water: Langsheen de Roosterbeek lopen nieuwe, veilige wandel- en fietspaden langsheen het water. Een hoofdas voor fiets- en voetgangers loopt parallel met de roosterbeek en vormt een incentive voor een lokale ruggengraat waarop trage wegen toekomen.

Veiligheid

Verkeersveiligheid: De heraanleg van het Kerkplein moet de verkeersveiligheid van het centrum verbeteren. Parkeerplaatsen worden gebundeld in twee deelgebieden aan de rand van het dorpshart en het aantal daalt licht. Hierdoor kunnen auto’s niet meer over het hele plein circuleren. Dit verhoogt de verkeersveiligheid en zorgt voor meer rust op het plein. De focus van de auto op het plein wordt verlegd naar zachte vervoersmodi. Er worden veilige fiets- en voetgangersverbindingen aangelegd. Voor voetgangers worden meer veilige oversteken gecreëerd en geaccentueerd.

Materiaalgebruik: Bij de materiaalkeuze wordt gekeken naar comfort en veiligheid voor gebruik voor fietsers en voetgangers. Ook aan rolcomfort en bereikbaarheid voor rolstoelgebruikers en blindengeleiding wordt gedacht.

Veiligheid beek: Ook bij de openlegging van de beek speelt veiligheid een rol. Enerzijds wordt bij de keerwand langs de waterloop en de oversteek ter hoogte van de brug gedacht aan valbeveiliging d.m.v. hekwerk, waardoor men niet in het water kan vallen. Deze hekwerken worden uitgewerkt met verticale spijlen. Hierdoor kan niet op de leuningen geklommen worden. Anderzijds wordt aan de zwakke oevers en de stapstenen, waar het water bereikbaar is, de diepte van de beek beperkt om ongevallen te voorkomen. Ter hoogte van de helling naar de vlonder wordt een rand voorzien aan het water.

De aanvraag voldoet aan de criteria voor de goede ruimtelijke ordening in de onmiddellijke en ruime omgeving. 

Uit de bovenstaande motivering blijkt dat de schaal en het uiterlijk van de voorgenomen werken op voldoende wijze ruimtelijk inpassen in de onmiddellijke en ruime omgeving, dat de ruimtelijke draagkracht van het gebied niet wordt overschreden en dat de voorziene verweving van functies de aanwezige of te realiseren bestemmingen in de onmiddellijke omgeving niet in het gedrang brengen noch verstoren. De aanvraag is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

MILIEUTECHNISCH ADVIES

Er worden bemalingswerken gepland voor de aanleg van verschillende rioleringsstrengen in de Dorpsstraat, Kerkplein, Rozenkransweg, Heuvenstraat en de Genkerbaan te Zonhoven. De werken worden opgedeeld in 2 hoofdfasen. 

Deze omgevingsvergunningaanvraag heeft betrekking op de werken in de Rozenkransweg en het Kerkplein (eerste fase werken). 

Op basis van de ontwerpgegevens in de bemalingsnota en rekening houdend met het mogelijk lokaal voorkomen van ondraagkrachtige lagen, wordt rekening gehouden met een maximale bemalingsdiepte van 4,1 m-mv

Het aan te vragen totale bemalingsdebiet bedraagt volgens de berekeningen 86.391 m³. De bemalingswerken worden uitgevoerd in zes verschillende fases (fase 1 tot en met fase 6). 

Geschat wordt dat de bemalingswerken ca. 77 dagen in beslag zullen nemen, waarbij gefaseerd bemaald zal worden. Om rekening te houden met eventuele vertragingen en stilstanden tussen de verschillende fases wordt de vergunning voor de ingedeelde inrichting aangevraagd voor 1 jaar. De bemaling zelf zal echter niet zo lang duren. Het maximaal dagdebiet voor dit project bedraagt 1.800 m³/dag. Dit debiet is echter enkel van toepassing in de initiële fase van de bemaling (ca. eerste vijf dagen bij opstart van een nieuwe bemalingszone). In de stationaire fase zal het debiet dalen tot ca. 1.300 - 900 m³/dag. Voor het aangevraagde jaardebiet wordt worstcase rekening gehouden met de totaaldebieten van de werken. De tijdsduur per bemalingsstreng zoals opgenomen in de bemalingsnota is een inschatting in kader van de bemalingsberekeningen. De effectieve duur in uitvoering is ook afhankelijk van mogelijke vertragingen/stilstanden. 

De bemaling bevindt zich niet in grondwaterbeschermingszone, maar de invloedstraal rijkt wel tot enkele percelen die staan ingeschreven als biologisch waardevolle zones of complexen met biologisch waardevolle elementen. 

Plan van aanpak omtrent bemalingswerken i.k.v. de herinrichting Dorpshart Zonhoven: 

Er zullen twee fases worden uitgevoerd dewelke in 2 vergunningsaanvragen worden ingediend: 

  • Fase 1: betreft de straten Rozenkransweg, Kerkplein te Zonhoven. Deze zal worden ingediend bij de provincie omwille van werken aan de Roosterbeek. Er wordt in kader van het milieuluik een bemalingsstudie en grondwateronderzoek uitgevoerd. Reeds geweten is dat er zich ter hoogte van dossier 30988 een verontreiniging met VOCl’s situeert dewelke nog in kader van het lopend saneringsproject wordt gemonitord (er is geen actieve sanering meer gepland; er werd reeds contact opgenomen hiervoor bij RSK). De bemalingsfasen dewelke in kader van deze aanvraag worden voorzien, hebben een beperkte impact op deze gekende verontreiniging. Wel kan worden geopteerd om de peilbuizen ter hoogte van de verontreiniging te monitoren zodoende geweten is wat exacte impact is op de verontreiniging en bij opstart fase 2 geweten is of al dan niet rechtstreeks de waterzuivering dient ingeschakeld te worden, zodoende eventuele verontreiniging op openbare zone kan worden opgepompt en gezuiverd in kader van de 2e fase. 
  • Fase 2: betreft vnl. straten Dorpsstraat, Genkerbaan, Heuvenstraat te Zonhoven. Deze vergunningsaanvraag wordt bij de Vlaamse overheid ingediend omwille van werken ter hoogte van een gewestweg. Er wordt in kader van het milieuluik een aparte bemalingsnota en grondwateronderzoek opgemaakt voor de resterende bemalingsfases. Gezien de nabijheid t.o.v. OVAM-dossier 30988 zal in kader van deze bemaling wel een significante impact gemodelleerd worden. Van RSK werd vernomen dat op basis van de monitoring blijkt dat er een natuurlijke afbraak plaatsvindt en de huidige verontreiniging niet meer in sterke mate aanwezig is. Er zal nog met hun opdrachtgever nagegaan worden of de recente (nog niet gepubliceerde) analysegegevens mogen worden overgemaakt, ter dimensionering van een tijdelijke zuiveringsinstallatie dewelke aan deze vergunningsaanvraag (van fase 2) zal worden toegevoegd (inclusief monitoring ter hoogte van de contour en indien nodig extra filterlijn zodoende eventuele verdere verspreiding te voorkomen). 

De start van de uitvoering van fase 1 zal plaatsvinden vanaf april/mei 2023 en zal starten met de aanleg van de ondiepe by-passleiding langsheen de Rozenkransweg richting het Kerkplein om het water van de Roosterbeek rond te leiden, zodoende dat de bestaande koker van de Roosterbeek niet meer watervoerend is en kan opgebroken worden ikv de openlegging. Ook nieuwe ondiepe RWA-leidingen op het marktplein ten zuiden van de kerk kunnen in deze fase reeds aangelegd worden.

In november 2022 zal ook de omgevingsvergunning (“fase 2”) aangevraagd worden voor de herinrichting van de doortocht door het centrum van Zonhoven in de Dorpsstraat en de Heuvenstraat, alsook het gedeelte van de Genkerbaan tot het kruispunt van de Grote Eggestraat. Deze laat toe dat er, tussen heden en november 2022, de tijd is om gerichter te bepalen welke maatregelen noodzakelijk zullen zijn ikv een eventuele sanering. In deze vergunning zal dan ook de diepere bemaling van fase 1 in opgenomen worden. 

Aan de hand van een desktopstudie werd een inschatting gemaakt van de algemene grondwaterkwaliteit en bijgevolg ook een inschatting van de verwachte kwaliteit van het bemalingswater voor fase 1 van het project. Hieruit werden de volgende conclusies getrokken: 

- Er wordt op basis van het model geen significant verspreidingsrisico verwacht van aanwezige grondwaterverontreinigingscontouren. Ter hoogte van OVAM-dossier 30988 is een verontreiniging met VOCl aanwezig in het grondwater. Deze wordt gemonitord gedurende 5 jaar maar er is geen actieve sanering meer gepland. Er wordt geen oppomping of significante verplaatsing (<2 x) gemodelleerd als gevolg van bemaling fase 1. In het grondwateronderzoek worden onderstaande maatregelen voorgesteld ter opvolging van de impact op deze verontreiniging: 

  • Gezien de verontreiniging op het terrein saneringsplichtig is, en er gedurende vijf jaar een monitoring van de VOCl-pluim lopende is (geen actieve sanering) wordt geopteerd om contact op te nemen met de erkende bodemsaneringsdeskundige zodat de werken afgestemd kunnen worden op de meest recente analysegegevens (afbraak en nieuwe afperking pluim). 
  • Er kan geopteerd worden om de peilbuizen ter hoogte van de verontreiniging te monitoren zodoende geweten is wat exacte impact is op de verontreiniging en bij opstart fase 2 geweten is of al dan niet rechtstreeks de waterzuivering dient ingeschakeld te worden, zodoende eventuele verontreiniging op openbare zone kan worden opgepompt en gezuiverd in kader van de 2e fase van het project Dorpshart . 

Bemonstering en grondwaterstandmeting (parameters VOCl’s): 

-Voor opstart van de bemaling (nultoestand); 

-Bij opstart van de bemaling; 

-Na 1 week bemalen; 

-Vervolgens maandelijks afhankelijk van duur bemaling en kenmerken verontreinigingspluim. 

Idealiter wordt hiervoor een diepe en ondiepe peilbuis gehanteerd (indien nog aanwezig; PB800-3m, PB800-20m en PB805), afhankelijk van de dan beschikbare analysegegevens uit de lopende monitoring. Indien blijkt dat er geen diepe en/of ondiepe verontreiniging meer wordt vastgesteld in het grondwater, is een frequente opvolging van de kwaliteit ter hoogte van deze peilbuizen uiteraard niet noodzakelijk.
Omwille van bovenstaande monitoring wordt geopteerd dat de bemalingswerken in deze zone worden opgevolgd door een erkende bodemsaneringsdeskundige. 

- Uit de achtergrondwaardenkaart voor arseen blijkt dat er mogelijk verhoogde concentraties aan arseen worden vastgesteld in het grondwater, in de omgeving van het projectgebied. Er worden hier concentraties van 5,1 µg/l tot 10,0 µg/l vastgesteld (IC van arseen is 5 µg/l). Dit wordt enkel ter hoogte van OVAM-dossier 34113 vastgesteld (8 µg/l). Veiligheidshalve wordt geopteerd om voor de parameter arseen (regionaal karakter) een verhoogde lozingsnorm aan te vragen i.k.v. lozing op oppervlaktewater.
Gezien de parameter arseen regionaal verhoogd voorkomt, wordt er geen significante impact verwacht als gevolg van de lozing van het effluent op oppervlaktewater wat deze parameters betreft.
Er worden geen overschrijdingen van de geldende milieukwaliteitsnormen grondwater verwacht o.b.v. de geanalyseerde parameters. 

- Daarnaast wordt op basis van de OVAM checklist voor PFAS de voormalige wasserij beschouwd als mogelijks risico i.k.v. textielbehandeling ter hoogte van OVAM-dossier 30988. Er werd in kader van het Bodemdecreet nog geen onderzoek hiernaar uitgevoerd. 

Er zullen twee fases worden uitgevoerd dewelke in 2 vergunningsaanvragen worden ingediend (in tijd gescheiden). 

  • Fase 1: betreft de straten Rozenkransweg, Kerkplein te Zonhoven. Deze bemalingsfase werd behandeld in de bemalingsnota “DORPSHART – ZONHOVEN, 01/07/2022” en voorliggend grondwateronderzoek “GWO01A-4018180015”.
  • Fase 2: betreft vnml. straten Dorpsstraat, Genkerbaan, Heuvenstraat te Zonhoven. Er wordt in kader van het milieuluik een aparte bemalingsnota en grondwateronderzoek opgemaakt voor de resterende bemalingsfases. Gezien de nabijheid t.o.v. de voormalige wasserij (OVAM-dossier 30988) zal geopteerd worden om bijkomend peilbuizen te bemonsteren voor analyse op PFAS om na te gaan of hier effectief overschrijdingen van de normen worden vastgesteld en er o.b.v. het model voor deze fase een risico is naar oppomping toe. De nodige maatregelen zullen worden voorzien in de omgevingsvergunningaanvraag voor Fase 2. 

Het effluent van het bemalingswater kan ter hoogte van de aanwezige vijver geïnfiltreerd worden. Gezien het infiltratiedebiet afhankelijk is van externe factoren (regenwater, periode van uitvoering, sliblaag vijver etc.) kan het exacte infiltratiedebiet niet bepaald worden en wordt het totale bemalingsdebiet als lozingsdebiet aangevraagd. Er zal dus ook (mogelijks) deels geloosd worden in oppervlaktewater (de Roosterbeek) (LP1). De x- en y-coördinaten zijn slechts indicatief. 

Aangezien de aannemer(s) en werforganisatie momenteel nog niet gekend zijn, werden overige werfactiviteiten niet opgenomen in de huidige omgevingsvergunningaanvraag . 

Voor de ingedeelde inrichting (bemaling en lozing bemalingswater) wordt een termijn van 1 jaar aangevraagd, vanaf melding start der werken; 

Voor het deel milieu werden de volgende rubrieken aangevraagd :  

Rubriek

Omschrijving

Klasse

3.4.2°

Lozing van bemalingswater dat gevaarlijke stoffen bevat, vermeld in bijlage 2C  , in concentraties hoger dan het IC 

( lozing 75m³/h, 1800 m³/dag en 86.391 m³/jaar via lozingspunt LP1 na infiltratie via vijver)

2

53.2.2°b)2

Grondwaterbemaling met een jaardebiet van 86.391m³/jaar en een maximale grondwaterverlaging tot 4,1m-mv en duur van 1 jaar

2

 

Er werd een aanvraag bijstelling van de algemene en sectorale voorwaarden volgens artikel 4.2.3.1 3° (Lozing van bedrijfsafvalwater dat één of meer gevaarlijke stoffen bevat) ingediend. 

In het kader van de lozing van het bemalingswater op oppervlaktewater worden lozingsnormen aangevraagd aangezien er gevaarlijke stoffen verwacht worden in het grondwater (en bijgevolg ook in het bemalingswater) met een concentratie boven het indelingscriterium. Er wordt een lozingsnorm voor Arseen van 10µg/ l gevraagd. 

Op basis van de uitgevoerde desktopstudie wordt een frequente monitoring van het effluent van de bemaling niet noodzakelijk geacht. 

Conform artikel 4.2.5.3.1 Vlarem II dient jaarlijks onderstaande analyse op het effluent van de bemaling (ingedeeld als bedrijfsafvalwater vanwege verhoogde lozingsnorm) te worden uitgevoerd: de temperatuur, de pH, het BZV, het CZV, het gehalte aan zwevende stoffen, het gehalte aan totale stikstof, het gehalte aan totale fosfor, de metalen totaal arseen, totaal cadmium, totaal chroom, totaal koper, totaal kwik, totaal lood, totaal nikkel, totaal zilver en totaal zink.

De bemalingsfasen dewelke in kader van deze aanvraag worden voorzien (fase 1 Dorpshart Zonhoven), hebben een beperkte impact op deze gekende verontreiniging (<2x verspreiding). Wel wordt geopteerd om de peilbuizen ter hoogte van de verontreiniging te monitoren zodoende geweten is wat exacte impact is op de verontreiniging en bij opstart fase 2 geweten is of al dan niet rechtstreeks de waterzuivering dient ingeschakeld te worden, zodoende eventuele verontreiniging op openbare zone kan worden opgepompt en gezuiverd in kader van de 2e fase van het project Dorpshart Zonhoven.

Bemonstering en grondwaterstandmeting (parameters VOCl’s): 

- Voor opstart van de bemaling (nultoestand); 

- Bij opstart van de bemaling; 

- Na 1 week bemalen; 

- Vervolgens maandelijks afhankelijk van duur bemaling en kenmerken verontreinigingspluim.

Idealiter wordt hiervoor een diepe en ondiepe peilbuis gehanteerd (indien nog aanwezig; PB800-3m, PB800-20m en PB805, afhankelijk van de dan beschikbare analysegegevens uit de lopende monitoring. Indien blijkt dat er geen diepe en/of ondiepe verontreiniging meer wordt vastgesteld in het grondwater, is een frequente opvolging van de kwaliteit ter hoogte van deze peilbuizen uiteraard niet noodzakelijk. 

Omwille van bovenstaande monitoring wordt geopteerd dat de bemalingswerken in deze zone worden opgevolgd door een erkende bodemsaneringsdeskundige.

Er werd een aanvraag bijstelling van de algemene en sectorale voorwaarden volgens artikel  4.2.5.1.1. § 1 (Controle-inrichting en bemonsteringsapparatuur in kader van lozen bedrijfsafvalwater) ingediend. 

Volgens artikel 4.2.5.1.1. §1 van Vlarem II dient het bedrijfsafvalwater geloosd te worden via debietsmeet- en bemonsteringsapparatuur. In het kader van voorliggende bemaling en lozing van het bemalingswater is het echter niet relevant om bemonsteringsapparatuur voor de lozing van het bemalingswater te voorzien.  De hoeveelheid grondwater die opgepompt en afgevoerd wordt, wordt bepaald d.m.v. een meetmethode conform hoofdstuk 5.53 van Vlarem II . Deze meetmethode is in voorliggende situatie meer geschikt dan de voorziene meetmethodes voor lozing van afvalwater. Het volume opgepompt grondwater, gemeten conform hoofdstuk 5.53 van Vlarem II, is gelijk aan het volume water dat geloosd zal worden. Om de kwaliteit van het geloosde grondwater te bepalen, zullen er staalnames gedaan worden via een aftapkraan. 

MILIEU-ASPECTEN

Er wordt uitgegaan van een grondwaterbemaling met een debiet van 1800 m³/dag , een grondwaterstandsdaling tot 4,1m-mv en duur van 1 jaar. 

Het effluent van het bemalingswater kan ter hoogte van de aanwezige vijver geïnfiltreerd worden. Gezien het infiltratiedebiet afhankelijk is van externe factoren (regenwater, periode van uitvoering, sliblaag vijver etc.) kan het exacte infiltratiedebiet niet bepaald worden en wordt het totale bemalingsdebiet als lozingsdebiet aangevraagd. Er zal dus ook (mogelijks) deels geloosd worden in oppervlaktewater (de Roosterbeek) (LP1). 

Biodiversiteit

Uit de bemalingsnota blijkt het volgende:
- De invloedstraal van de bemaling reikt niet tot in een habitat- of vogelrichtlijngebied.
- De invloedstraal van de bemaling reikt niet tot in VEN of IVON gebieden.
- Op de biologische waarderingskaart vallen meerdere percelen met (complexen met) biologisch waardevolle elementen binnen de invloedstraal. 

Vanwege de van nature verhoogde concentraties arseen in het grondwater, wordt in voorliggende aanvraag een verhoogde lozingsnorm gevraagd van 10 µg/l (2x het indelingscriterium van 5µg/l voor arseen). De lozing wordt hierdoor indelingsplichtig (rubriek 3.4.2°). 

Omwille van de nabijgelegen SBZ is uitvoering van een voortoets hier van toepassing. De voortoets toont een potentieel effect aan door verontreiniging oppervlaktewater met arseen.
Er wordt verwacht dat de lozing van het bemalingswater met van nature verhoogde concentraties arseen geen bijkomende impact zal hebben: de vijvers van het SBZ-gebied staan in contact met grondwater, waardoor zij aan dezelfde concentraties arseen blootgesteld zijn als deze in het bemalingswater. Daarbij betreft het een tijdelijke lozing van beperkte verhoogde concentraties arseen: de lozingsnorm bedraagt 10 µg/l, terwijl de milieukwaliteitsnorm voor arseen in grondwater 20 µg/l bedraagt (infiltratie via vijvers). Door overloop van deze vijvers naar oppervlaktewater, zal ook op het oppervlaktewater geen bijkomende impact zijn ten gevolge van de lozing. 

Geluid

De werkzaamheden kunnen gedurende de aanlegfase geluidshinder en trillingen veroorzaken. Deze effecten zijn tijdelijk en vinden voornamelijk overdag plaats.

Aanvraag bijstelling van de algemene en sectorale voorwaarden artikel 4.2.3.1 3° (Lozing van bedrijfsafvalwater dat één of meer gevaarlijke stoffen bevat)

Gunstig advies met het voorstel van bijstelling van de aanvrager voor de lozing van arseen met lozingsnorm van 10µg/ l  en opvolging door een erkend bodemsaneringsdeskundige, mits bijkomende wekelijkse analyse van het effluent op VOCls . 

Aanvraag bijstelling van de algemene en sectorale voorwaarden artikel  4.2.5.1.1. § 1 (Controle-inrichting en bemonsteringsapparatuur in kader van lozen bedrijfsafvalwater)

Gunstig advies voor de opvolging van het debiet van de lozing via de debietmeter van de bemaling.

Besluit. 

Gunstig advies voor de exploitatie van de volgende  rubrieken gedurende 1 jaar:  

Rubriek

Omschrijving

Klasse

3.4.2°

Lozing van bemalingswater dat gevaarlijke stoffen bevat, vermeld in bijlage 2C  , in concentraties hoger dan het IC  ( lozing 75m³/h, 1800 m³/dag en 86.391 m³/jaar via lozingspunt LP1 na infiltratie via vijver)

2

53.2.2°b)2

Grondwaterbemaling met een jaardebiet van 86.391m³/jaar en een maximale grondwaterverlaging tot 4,1m-mv en duur van 1 jaar

2

Mits naleving van de algemene en sectorale voorwaarden (hoofdstuk 5.3 en 5.53) van Vlarem II . 

Gunstig advies voor de aanvraag bijstelling van de algemene en sectorale voorwaarden artikel 4.2.3.1 3° voor de lozing van arseen met lozingsnorm van 10µg/ l  en opvolging door een erkend bodemsaneringsdeskundige, mits bijkomende wekelijkse analyse van het effluent op VOCls . 

Gunstig advies voor de aanvraag bijstelling van de algemene en sectorale voorwaarden artikel  4.2.5.1.1. § 1 met opvolging lozing via de debietmeter van de bemaling. 

GECOÖRDINEERD EINDADVIES

Uit bovenstaande motiveringen blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening, en dat het voorgestelde ontwerp verenigbaar / bestaanbaar is met de goede plaatselijke ordening en met zijn onmiddellijke omgeving. 

De aanvraag is vatbaar voor een omgevingsvergunning voor de vergroening van het Dorpshart van Zonhoven met bijhorende bemalingswerken, mits het opleggen van voorwaarden.

Bijgevolg adviseert de omgevingsambtenaar het dossier voorwaardelijk gunstig voor de vergroening van het Dorpshart van Zonhoven met bijhorende bemalingswerken zoals voorgesteld op de voorgebrachte plannen die als bijlage aan de aanvraag zijn verbonden en voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden:

Riolering:

  1. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementering van de nutsmaatschappijen en draagt alle kosten die noodzakelijk zijn voor aansluiting op de nutsleidingen;
  2. De riolering moet uitgevoerd worden zoals weergegeven op de ingediende plannen én rekening houdend met het Algemeen Waterverkoopreglement en de voorwaarden van de rioleringsbeheerder Fluvius.
    Terrein en gelijkgrondse berm:
  3. De hoogstammige bomen die niet aangegeven zijn op het inplantingplan als te rooien, dienen behouden te blijven.
    Andere voorwaarden:
  4. De maatregelen opgenomen in de archeologienota en het bijhorende programma van maatregelen dienen te worden nageleefd.
  5. De afbraak van de constructies dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand. Aan de afbraak is geen milieuvergunningsplicht verbonden, wel dient rekening gehouden te worden met de wettelijke verplichtingen opgenomen in het milieuvergunningsdecreet, het bodemsaneringsdecreet en het materialendecreet. Vooraleer te starten met de afbraakwerken dienen de constructies volledig ontruimd te worden. De afvalstoffen die vrijkomen bij de afbraakwerken dienen selectief ingezameld te worden. Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken in open lucht dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II, hoofdstuk 6.12 Beheersing van stofemissies tijdens bouw-, sloop- en infrastructuurwerken”, indien deze uitgevoerd worden door een aannemer.
    Het verwijderen van asbest dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II Beheersing van asbest, hoofdstuk 6.4.
  6. De maatregelen opgenomen in de sloopinventaris dienen te worden nageleefd.
  7. De algemene en sectorale voorwaarden (hoofdstuk 5.3 en 5.53) van Vlarem II dienen te worden nageleefd.

De omgevingsambtenaar adviseert het dossier gunstig voor de aanvraag bijstelling van de algemene en sectorale voorwaarden artikel 4.2.3.1 3° met voorstel voor de lozing voor arseen 10µg/l  en opvolging door een erkend bodemsaneringsdeskundige  mits bijkomende wekelijkse analyse van het effluent op VOCls en voor de aanvraag bijstelling van de algemene en sectorale voorwaarden artikel  4.2.5.1.1. § 1 met opvolging lozing via de debietmeter van de bemaling.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen adviseert het dossier gunstig voor de vergroening van het Dorpshart van Zonhoven met bijhorende bemalingswerken zoals voorgesteld op de voorgebrachte plannen die als bijlage aan de aanvraag zijn verbondenen voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden:

Riolering:

  1. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementering van de nutsmaatschappijen en draagt alle kosten die noodzakelijk zijn voor aansluiting op de nutsleidingen;
  2. De riolering moet uitgevoerd worden zoals weergegeven op de ingediende plannen én rekening houdend met het Algemeen Waterverkoopreglement en de voorwaarden van de rioleringsbeheerder Fluvius.
    Terrein en gelijkgrondse berm:
  3. De hoogstammige bomen die niet aangegeven zijn op het inplantingplan als te rooien, dienen behouden te blijven.
    Andere voorwaarden:
  4. De maatregelen opgenomen in de archeologienota en het bijhorende programma van maatregelen dienen te worden nageleefd.
  5. De afbraak van de constructies dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand. Aan de afbraak is geen milieuvergunningsplicht verbonden, wel dient rekening gehouden te worden met de wettelijke verplichtingen opgenomen in het milieuvergunningsdecreet, het bodemsaneringsdecreet en het materialendecreet. Vooraleer te starten met de afbraakwerken dienen de constructies volledig ontruimd te worden. De afvalstoffen die vrijkomen bij de afbraakwerken dienen selectief ingezameld te worden. Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken in open lucht dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II, hoofdstuk 6.12 Beheersing van stofemissies tijdens bouw-, sloop- en infrastructuurwerken”, indien deze uitgevoerd worden door een aannemer.
    Het verwijderen van asbest dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II Beheersing van asbest, hoofdstuk 6.4.
  6. De maatregelen opgenomen in de sloopinventaris dienen te worden nageleefd.
  7. De algemene en sectorale voorwaarden (hoofdstuk 5.3 en 5.53) van Vlarem II dienen te worden nageleefd.
20.

2022_CBS_01086 - Werkgroep verkeer - verslag vergadering 15 september 2022 - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
20.

2022_CBS_01086 - Werkgroep verkeer - verslag vergadering 15 september 2022 - Kennisneming

2022_CBS_01086 - Werkgroep verkeer - verslag vergadering 15 september 2022 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de werkgroep verkeer van 15 september 2022. Zie bijlage.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de werkgroep verkeer van 15 september 2022. 

21.

2022_CBS_01087 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - dag van de jeugdbeweging - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
21.

2022_CBS_01087 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - dag van de jeugdbeweging - Goedkeuring

2022_CBS_01087 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - dag van de jeugdbeweging - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Overwegende dat het in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid noodzakelijk is dat er voor de inrichting van bovengenoemde manifestaties, bijzondere verkeersmaatregelen worden getroffen;

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om een tijdelijk aanvullend verkeersreglement inzake dag van de jeugdbeweging op vrijdag 21 oktober 2022 uit te vaardigen als volgt:

Artikel 2

Van vrijdag 21 oktober 2022 om 13.00 uur tot 20.00 uur is het verboden stil te staan en te parkeren op  de parking personeel OCMW.

Artikel 3

Dit verbod wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door de verkeerstekens E3 met gepast onderbord.

Artikel 4

Van vrijdag 21 oktober 2022 om 13u00 tot 20u00 is het Kerkplein, gedeelte tussen de kerk en het gemeentehuis en het kruispunt met de Dijkbeemdenweg, afgesloten voor gemotoriseerd verkeer.

Artikel 5

Dit verbod wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door de verkeerstekens C3 geplaatst op een nadarafsluiting welke de volledige rijbaan inneemt.

Artikel 6

Door dit reglement worden de bestaande aanvullende gemeentelijke verkeersreglementen opgeschort voor zover zij betrekking hebben op de straten bedoeld in de voorgaande artikelen en dit voor zover deze strijdig zijn met huidig reglement.

Artikel 7

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening kunnen vastgesteld worden door de leden van de federale en lokale politie.

Artikel 8

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening worden bestraft met politiestraffen, voor zover door wetten die op dit stuk zouden bestaan, geen andere straffen zijn voorzien.

Artikel 9

De politie kan bijkomende maatregelen nemen om de openbare orde, rust en veiligheid te handhaven en zowel inrichters als de deelnemer moeten deze naleven.

Artikel 10

De aanvrager is aansprakelijk voor de schade aan het openbaar domein zo deze rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van het bestaan van de manifestatie.

Artikel 11

Het college van burgemeester en schepenen beveelt dat onderhavige verordening zal bekendgemaakt worden overeenkomstig het decreet.

Artikel 12

Afschriften van deze verordening worden gezonden aan de Provinciegouverneur en aan de hoofdgriffiers van de Rechtbank van Eerste Aanleg en Politierechtbank te Hasselt.

22.

2022_CBS_01088 - Adviesraad voor Leefmilieu - verslag vergadering 21.09.2022 - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
22.

2022_CBS_01088 - Adviesraad voor Leefmilieu - verslag vergadering 21.09.2022 - Kennisneming

2022_CBS_01088 - Adviesraad voor Leefmilieu - verslag vergadering 21.09.2022 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de adviesraad voor leefmilieu van de vergadering dd. 21.09.2022. Zie bijlage. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de adviesraad voor leefmilieu van de vergadering dd. 21.09.2022.

23.

2022_CBS_01089 - Aanvraag ondersteuning 11.11.11.-comité - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
23.

2022_CBS_01089 - Aanvraag ondersteuning 11.11.11.-comité - Goedkeuring

2022_CBS_01089 - Aanvraag ondersteuning 11.11.11.-comité - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Brief aanvraag ondersteuning in bijlage.

Feiten context en argumentatie

Naar jaarlijkse gewoonte vraagt het 11.11.11 comité in Zonhoven ondersteuning voor hun geldinzameling in Zonhoven:

  • plaatsen van spandoeken van 28 oktober tot 20 november 2022 in elke parochie met ondersteuning van de technische dienst
  • plaatsen van kartonnen kubussen met het 11.11.11 thema in de hal van het gemeentehuis, de bib, gc Tentakel en het UiTpunt
Adviezen
Facilitair Management Gunstig advies

Naar jaarlijkse gewoonte, zal ook dit jaar de dienst Facilitair Management nodige ondersteuning leveren bij deze actie.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen is akkoord om de gevraagde ondersteuning te voorzien.

24.

2022_CBS_01090 - Verslag Lokaal Overleg Kinderopvang (LOK) - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
24.

2022_CBS_01090 - Verslag Lokaal Overleg Kinderopvang (LOK) - Kennisneming

2022_CBS_01090 - Verslag Lokaal Overleg Kinderopvang (LOK) - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het Lokaal Overleg Kinderopvang (LOK) is op dd. 6 oktober 2022 door gegaan.
Het verslag is ter kennisneming te raadplegen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van het Lokaal Overleg Kinderopvang. 

25.

2022_CBS_01091 - Tijdelijke vergunning frituur op KMO-zone De Waerde - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
25.

2022_CBS_01091 - Tijdelijke vergunning frituur op KMO-zone De Waerde - Goedkeuring

2022_CBS_01091 - Tijdelijke vergunning frituur op KMO-zone De Waerde - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Nota van de dienst

De heer Timmy Panis vraagt een vernieuwing van de vergunning die hem werd toegekend door het college van burgemeester en schepenen in de vergadering van 30 november 2021.

Op het adres Senator A. Jeurissenlaan 1025 is de firma Hasselts Gebak gevestigd, uitbater / eigenaar is Timmy Panis. Bij nazicht in KBO blijkt dat dit adres het vestigingsadres is van de firma. De verkoop op het adres van de vestigingseenheid valt niet onder de wetgeving van ambulante handel.

De frituur is alleen op vrijdag, zaterdag en zondag en feestdagen geopend.

Er kan een vergunning van 4 X 30 dagen toegekend worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen geeft aan de firma Hasselts gebak, p.a. Timmy Panis, Senator A. Jeurissenlaan 1025 te Zonhoven een vergunning voor de verkoop van frieten en andere gelinkte producten. 

Dhr. Panis kan op bovenvermeld vestigingsadres op vrijdag, zaterdag en zondag van 16 tot 21 uur een frietkraam uitbaten, en dit gedurende de periode van 18 november 2022 tot en met 19 februari 2023.

26.

2022_CBS_01092 - Wijziging vergunning voor het exploiteren van dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer - V-Cab - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
26.

2022_CBS_01092 - Wijziging vergunning voor het exploiteren van dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer - V-Cab - Goedkeuring

2022_CBS_01092 - Wijziging vergunning voor het exploiteren van dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer - V-Cab - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten


Feiten context en argumentatie
Het decreet van 29.03.2019 bepaalt dat de gemeente waar de hoofdzetel gevestigd is, de vergunning aflevert.
Dit decreet is in voege van 01.01.2020.


Het wijzigen van de kentekenplaten houdt een wijziging in de vergunning in.

Deze wijzigingen worden ook in de Centaurusdatabank doorgevoerd.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist goedkeuring te verlenen voor de wijziging van de voor het exploiteren van een dienst voor individueel bezoldigd personenvervoer aan de firma V-cab, Molenweg 5 te 3520 Zonhoven. 

Vervangen/nieuwe kentekenplaten

Fiat Tipo - T LAH 785 wordt T XAJ 171

Opel Movano - T LAA 306 wordt T XAJ 180

Toyota CHR - T LAK 894 wordt T XAJ 183

27.

2022_CBS_01093 - Wegenis- en rioleringswerken Grote Hemmenweg en anderen - werken van de Watergroep - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
27.

2022_CBS_01093 - Wegenis- en rioleringswerken Grote Hemmenweg en anderen - werken van de Watergroep - Kennisneming

2022_CBS_01093 - Wegenis- en rioleringswerken Grote Hemmenweg en anderen - werken van de Watergroep - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Ten behoeve van de werken in de Grote Hemmenweg, Hazendansweg, Nieuwe Hazendansweg, Blikveldweg, Viartenstraat, Korenmolenweg, Putsveldweg en Hennepveldweg, gaat de Watergroep werken aan de waterleiding uitvoeren. In de Hazendansweg en de Nieuwe Hazendansweg zullen deze op voorhand uitgevoerd worden, in de rest van het project na de aannemer wegenis en riolering, zoals overeengekomen door alle nutsbedrijven in de diverse coördinatievergaderingen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de uitbreiding- en vernieuwingswerken aan de waterleiding door de Watergroep ten behoeve van het project Wegenis- en rioleringswerken Grote Hemmenweg en anderen.

28.

2022_CBS_01094 - Verletdagen 2023 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
Verontschuldigd
Bart Telen, Algemeen directeur
Secretaris
Kristine Kaminski, waarnemend algemeen directeur
28.

2022_CBS_01094 - Verletdagen 2023 - Goedkeuring

2022_CBS_01094 - Verletdagen 2023 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

FEESTDAGEN 2023

Maandag 10 april 2023              Paasmaandag

Maandag 1 mei 2023                Feest van de Arbeid

Donderdag 18 mei 2023            O.H. Hemelvaart

Maandag 29 mei 2023               Pinkstermaandag

Dinsdag 11 juli 2023                  Vlaamse Feestdag*

Vrijdag  21 juli 2023                   Nationale Feestdag

Dinsdag 15 augustus 2023        O.L.V. Hemelvaart

Woensdag 1 november 2023     Allerheiligen

Donderdag 2 november 2023    Allerzielen*

Woensdag 15 november 2023   Koningsdag*

Maandag 25 december 2023     Kerstmis

Dinsdag 26 december 2023       2de Kerstdag*

* Geen verletdag voor het personeelslid zoals bedoeld in RPR artikel 1, 5° (verzorgende in dienst na 2014)

COMPENSATIEDAGEN  =  feestdagen die in het weekend vallen, deze worden bij het verlof geteld.

Zondag 1 januari 2023               Nieuwjaar

Zaterdag 11 november 2023     Wapenstilstand 1918

Ook hier wordt de tewerkstellingsbreuk op toegepast.

KERMISDAGEN

Voor voltijdse tewerkstelling:     1 ganse dag (maandag)

Voor andere tewerkstellingen wordt dit berekend a rato van de tewerkstellingsbreuk.

BRUGDAGEN  

Vrijdag 19 mei 2023

Maandag 14 augustus 2023

De gemeentelijke diensten die regelmatige uurroosters werken van maandag tot vrijdag zijn gesloten op deze brugdagen. Uitzondering hierop is de dienst gezinszorg.

Voor de helft van de te presteren uren op de brugdagen is elk personeelslid verplicht verlofuren op te nemen voor de andere helft krijgt men dienstvrijstelling.

DIENSTVRIJSTELLING

Alle diensten zijn gesloten op :  maandag 2 januari 2023

De datum van de  jaarlijkse Uitdag voor het personeel wordt later gecommuniceerd.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verleent goedkeuring aan de voornoemde verletdagen, kermis-, compensatie-, brugdagen en dienstvrijstellingen voor 2023.

29.

2022_CBS_01095 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissing algemeen directeur - Kennisneming

Goedgekeurd
29.

2022_CBS_01095 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissing algemeen directeur - Kennisneming

2022_CBS_01095 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissing algemeen directeur - Kennisneming