Terug
Gepubliceerd op 08/02/2023

2023_CBS_00088 - Complex project Noord-Zuidverbinding Limburg - formeel advies projectonderzoeksnota - Goedkeuring

College van burgemeester en schepenen
di 31/01/2023 - 13:30 schepenzaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur

Secretaris

Bart Telen, Algemeen directeur
2023_CBS_00088 - Complex project Noord-Zuidverbinding Limburg - formeel advies projectonderzoeksnota - Goedkeuring 2023_CBS_00088 - Complex project Noord-Zuidverbinding Limburg - formeel advies projectonderzoeksnota - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Op 16 maart 2018 heeft de Vlaamse Regering een startbeslissing genomen over het complex project ‘Noord-Zuidverbinding Limburg’ en een bijhorende procesnota bekend gemaakt. De startbeslissing betekende de afronding van de verkenningsfase in de procesaanpak voor de complexe projecten. Daarop volgde de onderzoeksfase die leidde tot een voorkeursbesluit - de Vlaamse regering nam een definitief voorkeursbesluit op 22 april 2022 waarbij het gekozen alternatief op strategisch niveau werd vastgelegd.

Vervolgens begint de uitwerkingsfase die uiteindelijk moet leiden tot een projectbesluit over het project, waarin wordt gewerkt naar een concreet en uitvoerbaar project. Daarvoor moeten de nog resterende varianten en alternatieven op een geïntegreerde manier onderzocht en afgewogen worden.

Voorafgaand aan het eigenlijke onderzoek wordt een projectonderzoeksnota (PON) opgemaakt. De PON beschrijft enerzijds het project en de flankerende maatregelen die opgenomen zijn in het voorkeursbesluit. Anderzijds bepaalt deze nota wat er nog onderzocht moet worden: welke varianten en alternatieven er op uitvoeringsniveau redelijkerwijs onderzocht moeten worden en op welke wijze de effecten van het project, de flankerende maatregelen en de redelijke varianten onderzocht en beoordeeld zullen worden in het licht van het te nemen projectbesluit.

De PON met de bijlagen (methodiek MER, Landbouwimpactstudie (LIS) voor deelzone B en Gebiedsprogramma) liggen van 9 januari tot en met 7 februari 2023 in openbaar onderzoek.

De PON met de bijlagen zijn consulteerbaar via volgende link: https://www.noordzuidlimburg.be/documentenoverzicht/2022/12/22/projectonderzoeksnota

Vanuit de sector Stadsontwikkeling wordt voorgesteld volgend advies te formuleren:

1/ Mobiliteitsknoop

In het voorkeursbesluit werd de aansluiting van de N74 met de snelweg E314 als een turbineoplossing voorgesteld. Doorheen het traject van de voorbije maanden zijn verschillende mogelijkheden verder onderzocht om zowel de verkeersafwikkeling als de ruimtelijke impact en inpassing zo optimaal mogelijk te organiseren. Vanuit dit onderzoek is een organisatie en ruimtelijke configuratie voor de hoofdinfrastructuur uitgewerkt, waarbij de oplossing ‘Turbine+’ als startpositie wordt beschouwd voor het geïntegreerd onderzoek.

Deze aansluiting werkt op basis van één centraal kruispunt waar de verschillende stromen samen komen. Dit centraal kruispunt verbindt langst de oostzijde de N74 en E314 . De lokale ontsluiting van Houthalen verloopt via de noordelijke tak van dit kruispunt en de aansluiting richting Hasselt via de zuidelijke tak. Tot slot wordt via de westelijke tak centrum Zuid rechtstreeks aangesloten op het kruispunt. Ter hoogte van het viertakskruispunt is een ongelijkvloerse kruising voor de trambusbedding en het dubbelrichtingsfietspad voorzien.

Een alternatief voor de oplossing ‘Turbine+’ is de 'Trompet+'. Deze aansluiting werkt op basis van een uitsplitsing van de verschillende stromen in 2 kruispunten. Eén kruispunt ten noorden van de E314 voorziet de aansluiting van het onderliggende netwerk met de Noord-Zuid enerzijds en de oprit E314 richting Lummen en de afrit E314 komende van Genk anderzijds. Het tweede kruispunt, ten zuiden van de E314 (op grondgebied gemeente Zonhoven) faciliteert de aansluiting van de noordelijke toegangsweg van Hasselt met de afrit E314 komende van Lummen en de oprit E314 richting Genk.

Advies Zonhoven: de oplossing ‘Turbine+' betekent dat verkeer komende van Zonhoven eerst de autosnelweg dient over te steken om vervolgens via een centraal viertakskruispunt op de verkeerswisselaar aan te sluiten. Er wordt gevreesd voor een dichtslibben van dit kruispunt, aangezien alle verkeer samenkomt op één punt. Het is uiteraard de intentie om Noord-Zuid-verkeer (in de tunnel) richting Hasselt zoveel mogelijk via de ‘Turbine+’ richting autosnelweg af te wikkelen, maar er kan niet vermeden worden dat dit verkeer alsnog de N74 op Zonhovens grondgebied zal gebruiken. De inwoners van Zonhoven, Kiewit en Hasselt tot grofweg de noordelijke Hasseltse grote ringstructuur gebruiken de N74 om naar de E314 te rijden. Idem voor de werknemers en bezoekers van de Corda campus. Corda campus lanceerde onlangs haar masterplan 2.0, met een geraamde investering van 150 miljoen euro en een uitbreiding van negen hectare. Dit zal ongetwijfeld een mobiliteitsimpact hebben, met bijkomend verkeer over de N74 van en naar de E314. Zonhoven is niet gekant tegen de ‘Turbine+' oplossing, maar stelt zich wel vragen of een vlotte verkeersafwikkeling via één centraal viertakskruispunt haalbaar is. Een vlotte aantakking op de E314 van en naar Zonhoven dient verzekerd te blijven. Liefst wordt er zo conflictvrij mogelijk aangetakt op de E314, bv. door voor rechts afslaand verkeer ter hoogte van het verkeerslichtengeregeld kruispunt een zogenaamde bypass toe te passen, met een aparte rijstrook om onnodige wachttijd te vermijden. Voor het verkeer dat de E314 verlaat en richting Zonhoven/Hasselt wil rijden is dit moeilijker realiseerbaar. In het huidige voorstel dient men daarvoor eerst 2 verkeerslichtengeregelde kruispunten te passeren, wat extra tijd kost vergeleken met de huidige situatie.

2/ Haltes en reistijd

In de zoektocht naar optimalisaties werd onderzocht of het verminderen van het aantal haltes (teneinde een kortere reistijd te bekomen) een positief effect zou kunnen hebben op de aantrekkelijkheid van Spartacus Lijn 3.  In een eerste stap zijn drie haltes geselecteerd die in aanmerking zouden kunnen komen om weg te laten. Hierbij werd gekeken naar het reizigerspotentieel uit vorige modelleringen en de functie in het ruimere netwerk. Op basis van die analyse zijn de haltes Laak (455 opstappers), Eksel (512 opstappers) en Zonhoven F75 (686 opstappers) naar boven gekomen. Door de gemeente Zonhoven wordt opgemerkt dat de halte Herkenrode met 606 opstappers kleiner is dan die van Zonhoven, maar niet in aanmerking is genomen om weggelaten te worden. Het schrappen van de drie haltes met het minst aantal reizigers zorgt voor een mogelijke tijdswinst van +/- 2,5min. Per halte zijn er volgende tijdswinsten te boeken: Eksel: 55sec, Houthalen Noord (Laak): 45sec,  Zonhoven: 50sec. Uit de verkeersmodelleringen blijkt echter dat de reistijdswinst té beperkt is om het verlies van reizigers, door het weglaten van haltes, te compenseren. Er is samen met de betrokken stakeholders dan ook besloten om verder te werken met alle 12 tussenliggende haltes. Op het grondgebied van Zonhoven zijn er 3 haltes voorzien: F75 (knooppunt N74 met Kolenspoor), Zonhoven-centrum en N72.

Advies Zonhoven: akkoord om geen haltes te schrappen en verder te werken met alle 12 tussenliggende haltes. Er wordt nog opgemerkt dat de halte Herkenrode met 606 opstappers kleiner is dan de halte F75 in Zonhoven. Zoals vermeld in actie C1.04 (bijlage 3 actualisatie gebiedsprogramma) ambieert Zonhoven de aanleg van een fietsbrug over de Noord-Zuid. Het spreekt voor zich dat de exacte locatie van de haltes in onderling overleg wordt bepaald.

3/ Trambusbedding (spartacuslijn 3)

In het voorkeursbesluit is gekozen voor een volledig vrije trambusbedding tussen Hasselt (station) en Pelt (knoop Noord-Limburg), het projectgebied ABC. Naast de keuze van het tracé, maakt ook de ligging van de trambusbedding zelf voorwerp uit van het onderzoek. Het (technisch) vooronderzoek voor de trambusbedding verschilt per deelzone en focuste op het uitwerken van deelzone B. Deelzone A is gekoppeld aan deelzone B tot aan de kern Helchteren. De keuze voor de ligging van de trambusbedding in deelzone A creëert daarom randvoorwaarden voor de trambusbedding in deelzone B. Om die reden vond grondiger vooronderzoek plaats voor de ligging van de trambusbedding in deelzone A. De ligging van de trambusbedding in deelzone B legt geen dwingende randvoorwaarden op voor de deelzone C of vice versa. Zo blijven in deelzone C (Zonhoven/Kiewit/Hasselt) alle mogelijkheden open voor het inpassen van de trambusbedding. Op basis van het onderzoek is gekozen voor een startpositie waarbij de trambusbedding aan weerszijden van de N74 ligt in deelzone A. Deze ligging van de trambusbedding beantwoordt het best aan de vooropgestelde missie om meer te doen met minder infrastructuur.

Advies Zonhoven: er wordt opgemerkt dat op pagina 94 van de PON wordt vermeld dat de trambusbedding in Zonhoven zal aansluiten aan de oostzijde van de N74 op deelzone C. Dit is in tegenspraak met bovenstaande waar wordt gezegd dat alle mogelijkheden nog open liggen voor het inpassen van de trambusbedding. Wil dit zeggen dat er alsnog een voorafname gebeurt op de toekomstige ligging van de vrije trambusbedding in zone C? Een ligging van de vrije bedding aan de oostzijde is voor Zonhoven logisch, gezien Zonhoven-centrum aan deze zijde gelegen is.  Hetzelfde geldt voor de Corda campus.

In bijlage 3 (actualisatie gebiedsprogramma) is voor zone C de actie C1.01 (uitwerken visie Kempische Steenweg) gedefinieerd. Huidige status van de actie: 'Bilaterale afstemming met de Stad Hasselt en team MOW is lopend. Een samenwerkingsovereenkomst hierover is ook in opmaak'. Gemeente Zonhoven is hierbij niet betrokken. Waarom wordt de N74 in zone C opgekapt in afzonderlijke delen, terwijl dit best als een geheel wordt bestudeerd. De Kempische Steenweg in Hasselt is slechts een beperkt deel van de N74 in zone C. Gemeente Zonhoven vraagt duidelijkheid over aanpak en timing voor het uitwerken van een visie/toekomstbeeld van de N74 op Zonhovens grondgebied en vraagt naar bilaterale afstemming daarover met Hasselt.

4/ N74, noordelijke toegangsweg Hasselt

De zuidelijke tak van het nieuwe viertakskruispunt organiseert de route richting Hasselt. De toegangsweg naar Hasselt is nu als 2x2 voorzien. De verkeermodelleringen tonen echter aan dat ook een 2X1 profiel (buiten de kruispunten) een vlotte doorstroming kan garanderen. De afweging, randvoorwaarden en haalbaarheid hiervan zal verder worden onderzocht. De onderzoeksvraag die hieruit volgt, luidt: "Hoe wordt de verbindingsweg naar Hasselt concreet vorm gegeven (aantal rijstroken, ligging) en in Zonhoven aangesloten op de bestaande N74?"

Advies Zonhoven: Kiewit kent eenzelfde problematiek op het vlak van verkeersveiligheid en -leefbaarheid als de centra van Houthalen en Helchteren. Tijdens de ochtendspits staat het verkeer richting Hasselt aan te schuiven vanaf Zonhoven. Dit is een structurele file tijdens de ochtendspits. Vooral de vertakking in Zonhoven, waar het verkeer afkomstig van Beringen aan de verkeersstroom wordt toegevoegd, is een moeilijk punt. Gemeente Zonhoven is niet betrokken bij de uitwerking van een visie over de Kempische Steenweg in Hasselt. Mocht er sprake zijn van 2x1 rijstroken ter hoogte van Kiewit, zal Kiewit nog meer als flessenhals fungeren, met mogelijk een negatieve impact op de mobiliteit in Zonhoven.

Naar analogie met de uitwerking van een visie over de N74 (Kempische Steenweg) in Hasselt vraagt Zonhoven naar een visie/streefbeeld van de N74 in Zonhoven.

5/ Van onderzoeksgebied naar projectgebied

In de onderzoeksfase richtte het onderzoek zich nog op ruimere onderzoeksgebieden op zoek naar een voorkeursalternatief. Met de keuze voor alternatief Ay, kunnen we nu gerichter aan de slag gaan en focussen we op een meer afgebakend projectgebied. In deelzone B wordt het voorkeursalternatief verder uitgewerkt tot een concreet en uitvoerbaar project in functie van het eerste projectbesluit. Het projectgebied van deelzone B is in het noorden begrensd door de op- en afrit Hoef in Hechtel. In het zuiden loopt het projectgebied door tot in Zonhoven aan het kruispunt N74 x Oude Houthalenseweg. In deze zone zal de uitwerking resulteren in een precies afgebakend project, gekoppeld aan een concrete projectcontour.

Advies Zonhoven: Zonhoven merkt op dat de aantakking van de Houthalenseweg met de N74 op grondgebied van Zonhoven de nodige aandacht verdient. In het verleden gebeurden op deze locatie meerdere dodelijke verkeersongevallen. Indien er sprake zou zijn van een dubbel richting fietspad, is onduidelijk hoe de aantakking op de Houthalenseweg dient te gebeuren. Op pagina 255 uit de PON is er een fietspad voorzien op de Houthalenseweg en een op de N74. Op pagina 257 uit de PON is er niet langer een fietspad ingetekend op de N74, waarom? Hoe verloopt de kruising van het fietspad met de weg, ongelijkgronds of niet? Is het de intentie hier verkeerslichten te voorzien? Zoals jullie merken zijn er veel vragen. Dit toont opnieuw het belang aan van een streefbeeld van de N74 over het ganse traject, dus ook in Zonhoven.

6/ Vallei van de Laambeek

Pagina 286 van de PON verwijst naar de vallei van de Laambeek. Bij de uitwerking van Ay wordt ingezet op het versterken van de connectiviteit en ecologische passage langsheen de Laambeek. Ter hoogte van de E314 zijn de kansen beperkt door de lage ligging van de snelweg zelf. Op deze plaats wordt vooral ingezet op het eco-hydrologische systeem in het gebied. Het optimaliseren van regeling van de debieten is op deze plek een hefboom voor de zone Breelaarheide en de westelijke bufferzone. Ter hoogte van de N74 wordt een veel betere oost-west connectiviteit bekomen door het realiseren van een ecotunnel. Rekening houdend met de vernieuwde configuratie van de infrastructuur kan de Laambeek hier een optimale passage krijgen, en kan de vallei door eventuele hermeandering en herprofilering ecologisch worden versterkt. Het combineren van de passage van de Laambeek met een trage verbinding (onverhard wandelpad) kan het bestaande netwerk ten oosten en westen van de N74 op een veilige en kwalitatieve manier verbinden (zoals ook voorzien in het mobiliteitsplan van Zonhoven).

Advies Zonhoven: de gemeente ziet hier een trage verbinding mogelijk tussen de Billiksteeg en Schansveldstraat.

7/ Hoofdroutes BFF

Op pagina 98 van de PON worden op het grondgebied van Zonhoven slechts een deel van de BFF hoofdroutes aangeduid.

Advies Zonhoven: best worden alle BFF hoofdroutes op het grondgebied van Zonhoven op plan aangeduid.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de projectonderzoeksnota (of PON) voor het complex project Noord-Zuidverbinding Limburg.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist deze opmerkingen en suggesties over te maken aan de werkvennootschap.