Terug
Gepubliceerd op 11/09/2024

2024_CBS_00870 - OMV - Vergunning - Wijvestraat 53 - 2024/00092 - Goedkeuring

College van burgemeester en schepenen
di 03/09/2024 - 13:30 schepenzaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur

Secretaris

Bart Telen, Algemeen directeur
2024_CBS_00870 - OMV - Vergunning - Wijvestraat 53 - 2024/00092 - Goedkeuring 2024_CBS_00870 - OMV - Vergunning - Wijvestraat 53 - 2024/00092 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00092
Referentie omgevingsloket:    OMV_2024067888

De aanvraag, ingediend door Leander Henckens wonende te Wijvestraat 53A te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 09/05/2024 en op 10/07/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Wijvestraat 53, kadastraal gekend als afdeling 1 sectie B nr. 952D38/deel.

De aanvraag gaat over de aanleg van verhardingen en het plaatsen van een vrijstaand bijgebouw.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied met landelijk karakter en woonuitbreidingsgebied.
De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het bijzonder plan van aanleg B.P.A. BOOMSTEEG, goedgekeurd op 13 februari 2007.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Volgende verordeningen zijn van kracht:
• algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

• Omgevingsvergunning 2021/00373 voor het slopen van de bestaande bebouwing en het bouwen van 2 halfopen eengezinswoningen goedgekeurd op 07/06/2022.
• Splitsingsaanvraag artikel 5.2.2 2023/00034/SPLITSING- Wijvestraat 53-53A
• Omgevingsvergunning 2023/00234 voor het rooien van 5 bomen goedgekeurd op 06/02/2024.
• Stedenbouwkundige vergunning (1966/00104) voor het bouwen van een bergplaats - goedgekeurd op 12/07/1966.
• Stedenbouwkundige vergunning (1974/00029) voor het plaatsen van een caravan op wielen - geweigerd op 30/01/1974.
• Bouwmisdrijf dossier BI/1973/0010 voor plaatsen van een mobiele woning – PV op 23/11/1973.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

Beschrijving van de plaats & omgeving
Het perceel bevindt zich aan de Wijvestraat, een gemeenteweg. 

De omgeving bestaat uit vrijstaande alsook halfopen bebouwing. De omgeving wordt gekenmerkt door zowel een- als meergezinswoningen al dan niet in combinatie met kleinhandelsactiviteiten en handel. Het betreft bijgevolg dan ook een zeer gevarieerd straatbeeld, dit zowel op vlak van functie, inplanting, bouwhoogte, dakprofiel alsook materiaalgebruik. 

Het perceel is bebouwd met een halfopen eengezinswoning bestaande uit twee bouwlagen met een plat dak. Rechts van de woning bevindt zich een aangrenzende halfopen eengezinswoning, eveneens bestaande uit twee bouwlagen met een plat dak en dezelfde gevelmaterialen. Op het linker aangrenzend perceel staat een vrijstaande eengezinswoning bestaande uit twee bouwlagen onder een hellend dak.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvraag gaat over het plaatsen van een vrijstaand bijgebouw en een tuinaanleg met verhardingen.

Het vrijstaande bijgebouw wordt opgericht op 1,5m van de linker perceelsgrens en 2m van de achterste perceelsgrens met een oppervlakte van 7,56m². Het bijgebouw zal uitgevoerd worden met een plat dak met een dakrandhoogte van maximaal 2,22m. Het plaatsen van dit bijgebouw is vrijgesteld van vergunningplicht en bijgevolg is dit gedeelte van de aanvraag zonder voorwerp. 

In de voortuinstrook wordt een inrit aangelegd met een oppervlakte van 46m², uitgevoerd in grind, dit met een breedte van maximaal 3m ter hoogte van de rooilijn. De inrit zal verbreden over een diepte van 8,40m vanaf de rooilijn tot een maximale breedte van 6,25m. Hierdoor is het stallen van twee voertuigen op eigen terrein mogelijk.

Vanaf de inrit wordt een toegangspad naar de voordeur aangelegd met een oppervlakte van 12,5m², uitgevoerd in niet-waterdoorlatende klinkerverharding. Het overige gedeelte van de voortuinstrook zal aangelegd worden met lage beplating. Tegen de linker perceelsgrens zal een haag aangeplant worden in Portugese laurier met een maximale hoogte van 1m over een lengte van 5m vanaf de voorste perceelsgrens. De overige haagaanplantingen op de laterale en achterste perceelsgrenzen zullen eveneens bestaan uit Portugese laurier met een maximale hoogte van 2m.

Vervolgens wordt er vanuit de oprit, in de zijtuin, een toegangspad naar de achterzijde van de woning aangelegd met een oppervlakte van 18,3m², eveneens uitgevoerd in niet-waterdoorlatende klinkerverharding. De overige onbebouwde oppervlakte in de zijtuin zal aangelegd worden met lage beplanting. 

Aan de achterzijde van de woning wordt over de volledige perceelbreedte van 11,36m een niet overdekt terras aangelegd in keramische tegels met een diepte van 3m afgewerkt met een strook lage beplanting in het midden wat de totale terrasverharding brengt op een oppervlakte 31,10m².

De achtertuin zal volledig aangelegd worden met gazon, uitgezonder het vrijstaande bijgebouw. 

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

Het dossier werd volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.
Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.

5.    ADVIEZEN

Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:
Watering De Herk
Agentschap voor Natuur en Bos
Dienst Water en Domeinen provincie Limburg.

6.    PROJECT-MER

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

 Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Wijvestraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.
De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.
De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.
Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende project heeft een eerder beperkte oppervlakte, maar ligt wel in een pluviaal overstromingsgebied. Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is tot de veiligheid van het vergunde project zelf. Enige invloed op het watersysteem of de veiligheid van overige vergunde of vergund geachte constructies wordt, gezien de geringe oppervlakte, niet verwacht. 

Op 06/08/2024 werd er door de Provincie, dienst Water en Domeinen een voorwaardelijk gunstig advies verleend. 

Natuurtoets

Het perceel is gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied. Omwille de aard van het project wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.
Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

De aanvraag voldoet volledig aan de voorschriften van het BPA. Gezien deze voorschriften de criteria van een goede ruimtelijke ordening weergeven, stemt de aanvraag hiermee overeen.
De aanvraag creëert voldoende woonkwaliteit en gebruiksgenot voor de bewoners. De footprint op het perceel voldoet aan de normen die de gemeente Zonhoven nastreeft.

Het aangevraagde vrijstaande bijgebouw wordt ingeplant op 2m van de achterste perceelsgrens en op 1,5m van de linker perceelsgrens met een oppervlakte van 7.56m² en een maximale hoogte van 2,22m. Het plaatsen van dit vrijstaande bijgebouw is dus vrijgesteld van vergunningplicht, bijgevolg is dit gedeelte van de aanvraag zonder voorwerp.

Bespreking van de adviezen

•    Agentschap voor Natuur en Bos heeft op 1 augustus 2024 aangegeven dat ze geen advies gaan verstrekken. 

•    Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie Limburg d.d. 6 augustus 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“ DOSSIER: DE AANLEG VAN VERHARDINGEN EN HET PLAATSEN VAN EEN VRIJSTAAND BIJGEBOUW
DEEL 1 INLICHTINGENFICHE
Aanvrager:
naam en adres: Henckens Leander, Wijvestraat 53A te 3520 Zonhoven
telefoon: 0498 21 22 13
e-mailadres: leanderhenckens@hotmail.com 

Ligging van het perceel:
kadaster: gemeente Zonhoven, afdeling 1, sectie B, nr. 952D38/deel
adres: Wijvestraat 53
gelegen in een pluviaal overstromingsgebied 

Waterloop en machtiging
stroomgebied van de onbevaarbare waterlopen: ZONDERIKBEEK, nummer 351, categorie: 2de
watering: gelegen in de Watering De Herk 

andere betrokken waterbeheerder: Watering De Herk 

DEEL 2 WATERADVIES I.V.M. DE WATERTOETS
(art. 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018) 

1 Beschrijving van het watersysteem 

• Het betreft een activiteit binnen het stroomgebied van een onbevaarbare waterloop van 2de categorie.
• Het perceel is volgens het gewestplan gelegen in woongebieden met landelijk karakter.
• Het perceel is daarenboven gelegen in:
o een vogelrichtlijngebied, een habitatgebied (SBZ)
o het bekken van de Demer
o het deelbekken van de Midden-Demer. 

2 Waterplannen
Het stroomgebiedbeheerplan van de Schelde is van toepassing. 

2024-08-01
p r o v i n c i e Limburg
Directie Omgeving
Waterbeheer
Dossier
2024N119022 - 2024 - 1235
OMV 2024067888 2 

3 Toetsen aan de doelstellingen decreet integraal waterbeheer, gecoördineerd op 15 juni 2018 – artikel 1.2.2
De adviesvraag handelt over: 

richtlijn gewijzigd overstromingsregime
Richtlijn gewijzigd overstromingsregime 

Het perceel is gelegen in een pluviaal overstromingsgebied of aan de rand ervan er komen echter geen constructies binnen het overstromingsgevoelig gebied. 

Er mag aangelegd worden omdat de berging die verloren gaat, beperkt blijft en er dus geen bijkomende schade veroorzaakt wordt aan derden of aan het watersysteem voor zover voldaan wordt aan de onderstaande constructievoorwaarden: 
Ophoging van het perceel mogen niet gebeuren vanaf 8 meter ten Zuiden richting het Zuiden van de woning volgens bijgevoegde figuur 1, pluviale kaarten. 

Figuur 1; Pluviale kaarten 
De hoogte van het terrein op het plangebied ter hoogte van de pluviale overstromingszone (figuur 2) bedraagt volgens het hoogtemodel 39-39.1 TAW en dient behouden te blijven. 

 

Figuur 2; Noordelijk 39.1 TAW en Zuidelijk 39.0 TAW (blauwe stippen)

DEEL 3 CONCLUSIES ONDERZOEK WATERBEHEERDER 

Uit de toepassing van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, is gebleken dat de aanleg van verhardingen en het plaatsen van een vrijstaand bijgebouw een verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) tot gevolg heeft. Deze verandering heeft geen betekenisvol schadelijk effect op het watersysteem voor zover de volgende voorwaarden worden opgenomen in de vergunning:
-    Ophoging van het perceel mogen niet gebeuren vanaf 8 meter ten Zuiden richting het Zuiden van de woning volgens bijgevoegde figuur 1, pluviale kaarten. 
-    De hoogte van het terrein op het plangebied ter hoogte van de pluviale overstromingszone (figuur 2) bedraagt volgens het hoogtemodel 39-39.1 TAW en dient behouden te blijven. 

Het wateradvies is dan ook voorwaardelijk gunstig. 

Opgesteld te Hasselt d.d. 1 augustus 2024”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. 

•    Het advies van Watering De Herk d.d. 8 augustus 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“Watering de Herk geeft een voorwaardelijk gunstig advies.
De adviesvraag handelt over: richtlijn gewijzigd overstromingsregime 

Richtlijn gewijzigd overstromingsregime
Het perceel is gelegen in een pluviaal overstromingsgebied of aan de rand ervan er komen echter geen constructies binnen het overstromingsgevoelig gebied. Er mag aangelegd worden omdat de berging die verloren gaat, beperkt blijft en er dus geen bijkomende schade veroorzaakt wordt aan derden of aan het watersysteem voor zover voldaan wordt aan de onderstaande constructievoorwaarden: 

•    Ophoging van het perceel mogen niet gebeuren vanaf 8 meter ten Zuiden richting het Zuiden van de woning. 
•    De hoogte van het terrein op het plangebied ter hoogte van de pluviale overstromingszone bedraagt volgens het hoogtemodel 39-39.1 TAW en dient behouden te blijven. 

CONCLUSIES ONDERZOEK WATERBEHEERDER
Uit de toepassing van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, is gebleken dat de aanleg van verhardingen en het plaatsen van een vrijstaand bijgebouw een verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) tot gevolg heeft. Deze verandering heeft geen betekenisvol schadelijk effect op het watersysteem voor zover de volgende voorwaarden worden opgenomen in de vergunning: 

•    Ophoging van het perceel mogen niet gebeuren vanaf 8 meter ten Zuiden richting het Zuiden van de woning. 
•    De hoogte van het terrein op het plangebied ter hoogte van de pluviale overstromingszone bedraagt volgens het hoogtemodel 39-39.1 TAW en dient behouden te blijven. 

De verharde oppervlakte bedraagt minder dan 1000 m² dan wordt er door de waterbeheerder geen uitspraak gedaan over de GSV hemelwater. Het is aan de vergunningverlener om na te gaan of hieraan voldaan wordt.
De watering is waterbeheerder voor dit projectgebied, maar voor zowel het advies in het kader van de bindende bepalingen in verband met de waterloop (afstandsregels en machtigingen) als het advies in het kader van de watertoets treedt de Dienst Water en Domeinen van de provincie Limburg op als ondersteunende adviesverlenende instantie.

De watering neemt dit advies met de hierin opgenomen beoordeling en conclusie over en maakt dit advies tot het hare.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. 

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde niet verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.  

Gezien het aangevraagde vrijstaand bijgebouw als vrijgesteld beschouwd kan worden, worden hier verder geen uitspraken over gedaan.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:
Stedenbouwkundige voorwaarden

• Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie Limburg moet gevolgd worden.
• Het advies van Watering De Herk moet gevolgd worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 26/08/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan Leander Henckens wonende te Wijvestraat 53A te 3520 Zonhoven voor de aanleg van verhardingen en het plaatsen van een vrijstaand bijgebouw, gelegen te Wijvestraat 53 kadastraal gekend als afdeling 1 sectie B nr. 952D38/deel.

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:
Stedenbouwkundige voorwaarden   

  • Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie limburg moet gevolgd worden. 
  • Het advies van Watering De Herk moet gevolgd worden.