VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR
Dossiernummer: 2024/00083
Referentie omgevingsloket: OMV_2024062376
De aanvraag, ingediend door de heer Bart Claes wonende te Bokrijkseweg 99 te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 29/04/2024 en op 29/05/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.
De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Bokrijkseweg 105, kadastraal gekend als afdeling 2 sectie D nr. 132R119.
De aanvraag gaat over het bouwen van een eengezinswoning.
De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.
De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).
1. STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS
De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in agrarisch gebied.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.
Het project maakt deel uit van de goedgekeurde verkaveling 7204.V.216 goedgekeurd op 14 oktober 1968, het betreft lot 24.
De verkaveling is ouder dan 15 jaar. Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.
Volgende verordeningen zijn van kracht:
• algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.
2. HISTORIEK
Volgende dossiers zijn relevant:
• Verkavelingsvergunning (7204.V.216) voor het verkavelen van een grond - goedgekeurd op 14/10/1968.
3. BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG
Beschrijving van de plaats & omgeving
Het perceel bevindt zich aan de Bokrijkseweg, een gemeenteweg in de deelkern Termolen, op de grens met Hasselt.
De nabije en ruime omgeving bestaat voornamelijk uit residentiële bebouwing, vrijstaande eengezinswoningen, alsook een landbouwbedrijf.
De bebouwing bestaat voornamelijk uit laagbouw, één bouwlaag met een hellend dak en enkele woningen met twee bouwlagen voorzien van zowel hellende als platte daken. De gevels zijn voornamelijk afgewerkt met een gevesteen in diverse tinten en structuren.
Het perceel is thans onbebouwd. Links van het perceel bevindt zich een landbouwbedrijf bestaande uit een grondgebonden eengezinswoning met één bouwlaag en een hellend dak, met achterliggende bedrijfs- en opslagruimtes. Rechts van het perceel bevindt zich een onbebouwd perceel.
Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvraag gaat over het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning met een inpandige garage.
De vrijstaande eengzinswoning wordt opgericht op 7m uit de voorste perceelsgrens, op 3,30m van zowel de rechter als de linker perceelsgrens. De woning wordt opgericht met anderhalve bouwlaag onder een hellend dak, met een helling gelegen tussen 40° en 50°, een maximale nokhoogte van 8,35m ten opzichte van het maailveld en een kroonlijsthoogte gelegen tussen 4,12m en 5,65m ten opzichte van het maaiveld, rekeninghoudend met de dakkapellen in zowel de voor – als achtergevel. Aan de rechter achtergevel wordt een aanbouw opricht met een plat dak, een dakrandhoogte van 3,55m ten opzichte van het maailveld, een bouwbreedte van 7,8m en een bouwdiepte van 5,3m. Dit brengt de totale bouwdiepte op het gelijkvloers op 15,70m. De bouwbreedte bedraagt 11,40m. De verdieping heeft een maximale bouwdiepte van 10,40m.
De woning wordt opgericht in een landelijke stijl met een genuanceerde oranje-bruine gevelsteen, die gekaleid zal worden in crème kleur. De klassieke gevels zullen afgewerkt worden met strakke zwarte ramen en enkele houten accenten in de vorm van een voordeur en schuifluik. De dakbedekking wordt uitgevoerd in antrecietkleurige pannen. De dakkapellen zullen aan de zijkant bekleed worden met antraciet kleurige leien.
Behoudens de woning worden er ook verhardingen voorzien. Aan de rechterzijde van het perceel wordt een inritverharding aangelegd met een breedte van 3m. Deze inrit verleent toegang tot de inpandige garage. Verder wordt er vanuit de inrit een toegangspad naar de voordeur van de woning en een pad rondom de woning voorzien. Aan de linker achtergevel zal een niet-overdekt terras aangelegd worden met een oppervlakte van 19.08m². Het reseterende gedeelte van het perceel zal aangelegd worden met gazon en beplanting.
Het terreinniveau ter hoogte van de bouwzone zal 0,25m hoger ligger dan de as van de weg en de vloerpas zal voorzien worden op 0,40m boven de as van de weg. De groentalud langsheen het pad rondom de woning zal zorgen voor een aansluting op het lager gelegen bestaand terreiniveau, zodat het terreinniveau ten opzichte van de aangrenzende percelen behouden kan blijven. Bijkomend zal er in de achtertuin op 1m van de achterste en zijdelingse perceelsgrenzen een terreinverlaging worden uitgevoerd met een diepte van 0,5m, een breedte van 16m en een lengte van 12,20m. Dit als compensatie voor het opvangen van een eventueel overstromingsvolume, daar de woning gelegen is in pluviaal overstromingsgevoelig gebied.
Op de zijdelingse perceelsgrenzen in de achteruitbouwstrook wordt een draadafsluiting met een levende haag voorzien met een hoogte van 0,6m en een versterkte betonplint om het terreinniveau op te vangen. Op de zijdelingse perceelsgrenzen vanaf de voorgevelbouwlijn en op de achterste perceelsgrens wordt een draadafsluiting met een haag voorzien met een hoogte van respectievelijk 2m.
4. OPENBAAR ONDERZOEK
Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.
Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 8 juni 2024 t.e.m. 7 juli 2024.
5. ADVIEZEN
Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:
• dienst patrimonium
• Dienst Water en Domeinen provincie Limburg
• Fluvius.
6. PROJECT-MER
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.
7. INHOUDELIJKE BEOORDELING
Decretale beoordelingselementen
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Bokrijkseweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.
De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.
De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.
Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.
Zonering
Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.
Waterparagraaf
Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.
Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023. De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.
Het voorliggende project heeft een eerder beperkte oppervlakte, maar ligt wel in een pluviaal overstromingsgebied.
De aanvraag werd voor advies overgemaakt aan Dienst Water en Domeinen provincie Limburg. Op 12 juli 2024 verleende zij een ongunstig advies.
Op 29 juli 2024 werden naar aanleiding van het ongunstig advies gewijzigde plannen ingediend. Deze werden opnieuw voor advies overgemaakt aan Dienst Water en Domeinen provincie Limburg. Zij verleenden op 22 augustus 2024 een voorwaardelijk gunstig advies, namelijk:
“DOSSIER: HET BOUWEN VAN EEN ÉÉNGEZINSWONING
DEEL 1 INLICHTINGENFICHE
Aanvrager:
naam en adres: Claes Bart, Bokrijkseweg 99 te 3520 Zonhoven
telefoon: 0494 59 38 39
e-mailadres: claes_bart@outlook.be
Ontwerper:
naam en adres: Architectenbureau Nathalie Schils bvba, Grensstraat 4, 3740 Bilzen
telefoon: 011 23 24 18
e-mailadres: nathalie.schils@telenet.be
Ligging van het perceel:
kadaster: gemeente Zonhoven, afdeling 2, sectie D, nr. 132R119
adres: Bokrijkseweg z/n
gelegen in een pluviaal overstromingsgebied
Waterloop en machtiging
stroomgebied van de onbevaarbare waterlopen: SCHRIJNEBROEKSBEEK, nummer 558, categorie: 2de
watering: neen
DEEL 2 WATERADVIES I.V.M. DE WATERTOETS
(art. 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018)
1 Beschrijving van het watersysteem
• Het betreft een activiteit binnen het stroomgebied van een onbevaarbare waterloop van 2de categorie.
• Het perceel is volgens het gewestplan gelegen in woongebied
• Het perceel is daarenboven gelegen in:
o het bekken van de Demer
o het deelbekken van de Midden-Demer
2 Waterplannen
Het stroomgebiedbeheerplan van de Schelde is van toepassing.
2024-07-09
p r o v i n c i e Limburg
Directie Omgeving
Waterbeheer
3 Toetsen aan de doelstellingen decreet integraal waterbeheer, gecoördineerd op 15 juni 2018 – artikel 1.2.2
De adviesvraag handelt over de richtlijn gewijzigd overstromingsregime.
Het perceel is gelegen in pluviaal overstromingsgebied.
Het perceel heeft door zijn hoogteligging een risico op wateroverlast. Bij bebouwing (en bijhorende ophoging) ervan verplaatst dit overstromingsrisico naar de omgeving. De voorziene ophoging zal de wateroverlast dus verplaatsen naar de naburige percelen.
Er kan enkel gebouwd worden in deze zone indien de ruimte voor water die aanwezig is behouden blijft.
Het overstromingspeil middelgrote kans is 46m85 TAW, het overstromingspeil kleine kans 46m90 TAW.
Voor wat betreft de compensatie van het overstromingsvolume: het beschikbaar volume onder 46m85 moet behouden blijven. Het gedeelte hiervan dat wordt opgehoogd kan gecompenseerd worden door een afgraving elders, op voorwaarde dat eenzelfde volume zich tussen 46m85 TAW en de (te bepalen) grondwaterstand situeert. De diepte van de afgraving moet ruimtelijk aanvaardbaar zijn (cfr. diensten ruimtelijke ordening). Het volume dat bij het huidige reliëf aanwezig is onder het overstromingspeil middelgrote kans bedraagt 97 m³. De compensatie moet aansluiten bij de laagste zone van het perceel.
Voor wat betreft de veiligheid van de gebouwen: er moet voldaan worden aan onderstaande constructievoorwaarden:
•Het vloerpeil moet minstens 10 cm boven het kritisch overstromingspeil gelegen zijn (i.e. 47m00 TAW).
•Geen openingen in de constructie (in buitenmuren en bodem) mogen voorzien worden onder het kritisch overstromingspeil plus 10 cm.
•Kelders en ondergrondse garages zijn niet toegestaan.
•Niet-waterdichte doorvoer van nutsleidingen en andere leidingen onder het kritisch overstromingspeil is verboden.
•Inspectieputten op rioleringen, ontluchtingssystemen moeten waterdicht afgeschermd worden of opgesteld worden boven het kritisch overstromingspeil.
•Ondergrondse tanks moeten verankerd worden tegen opwaartse druk, bijvoorbeeld d.m.v. een betonnen voetplaat of dekplaat.
•Elektrische installaties die niet waterdicht afgeschermd zijn, moeten 10 cm boven het kritisch overstromingspeil opgesteld worden.
•Aansluitingen op de riolering moeten afgeschermd worden met een terugslagklep en eventueel met een eigen pompinstallatie.
•Kruipkelders onder het kritisch peil moeten overstroombaar blijven.
•Ophoging van het perceel moet beperkt blijven tot het gebouw zelf met een randzone van 3 m rond het gebouw die in helling aansluit bij het niet-opgehoogde gedeelte. Ophoging van een inrit van maximaal 3 m breed is toegestaan. De ophoging mag er niet toe leiden dat water wordt afgevoerd naar lager gelegen aanpalende percelen.
•Vrijstaande bijgebouwen (m.u.v. tuinhuisjes) zijn niet toegestaan.
•Zwembaden zijn niet toegestaan.
•Alleen waterdoorlatende verhardingen zijn toegelaten. Er kan hierop enkel uitzondering gemaakt worden indien om technische redenen geen waterdoorlatende verharding mogelijk is
DEEL 3 CONCLUSIES ONDERZOEK WATERBEHEERDER
Uit de toepassing van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, is gebleken dat het herbouwen van een zonevreemde woning na afbraak van de bestaande bebouwing een verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) tot gevolg heeft. Deze verandering heeft geen betekenisvol schadelijk effect op het watersysteem voor zover de voorwaarden onder Deel 2 worden opgenomen in de vergunning.
Het wateradvies is dan ook voorwaardelijk gunstig.”
De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.
Natuurtoets
Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied. Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.
Erfgoed- & Archeologietoets
Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.
Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².
Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid
De aanvraag betreft het oprichten van een eengezinswoning in een goedgekeurde verkaveling, hierdoor is de woonfunctie vergund. Bijkomend bestaat de omgeving hoofdzakelijk uit eengezinswoningen, waardoor de woonfucntie ook functioneel inpasbaar is op deze locatie.
Mobiliteitsimpact
Het ontwerp voorziet een inrit die toegang verleent tot de garage voor één wagen. De inrit is voldoende ruim waardoor het stallen van voertuigen geheel op eigen terrein kan gebeuren. De last van het autobezit wordt dan ook niet afgeschoven naar het openbaar domein.
Schaal
De vooropgestelde inplanting, bouwdiepte, bouwhoogte en bouwbreedte zijn in overeenstemming met de verkavelingsvoorschriften.
Rekening houdend met de gevarieerde bebouwing in de directe omgeving zal de woning niet als storend ervaren worden in het bestaande straatbeeld.
Ruimtegebruik en bouwdichtheid
Het ontwerp voorziet een vrijstaande eengezinswoning wat een minimale woondichtheid betreft op het perceel en aanvaardbaar is op deze locatie.
De bebouwing heeft een oppervlakte van 149,12m² en de verharding blijft beperkt tot 80,59m². Rekening houdend met de oppervlakte van het perceel (757m² ) resteert er een tuinzone van meer dan 90%, wat tegemoet komt aan de visie van de gemeente Zonhoven.
De gemeente Zonhoven streeft ernaar het groene karakter van de gemeente niet alleen te behouden maar ook te versterken.
Om die reden wordt bij elk nieuwbouwproject de aanplant van min. 1 hoogstamboom per 400m² gevraagd. Er zal dan ook als voorwaarde worden opgenomen dat rekening houdend met de oppervlakte van het perceel (757m²), 2 inheemse, streekeigen en/of klimaatrobuuste bomen van minstens 2de grootte dienen aangeplant te worden. Om ook het groene straatbeeld te versterken moet minimum 1 van deze bomen aangeplant worden in de voortuin.
Bij eventuele sterfte van de boom dient de aanplant herhaald te worden.
Visueel-vormelijke elementen
Er wordt gekozen voor een landelijke typologie met een, in crème kleur te kaleien, oranje-bruin genuanceerde gevelsteen afgewerkt met zwarte ramen. Bijkomend wordt er gewerkt met houtaccenten in de vorm van een voordeur en (schuif)luik die zorgen voor een warme toets aan het geheel. De bebouwing in de omgeving varieert sterk qua bouwstijl alsook materiaalgebruik. Bijgevolg zal het voorgestelde materiaalgebruik niet als storend ervaren worden in het straatbeeld.
Cultuurhistorische aspecten
Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.
Bodemreliëf
Het bestaande maailveld is gelegen onder de as van de voorliggende weg. Om wateroverlast in de woning te vermijden wordt het terrein ter hoogte van de bouwzone opgehoogd tot 0,25m boven de as van de weg. De zone wordt opgehoogd tot op 2,5m van zowel de rechter als de linker perceelsgrens, vanaf daar zal een helling (groentalud) voorzien worden zodat het niveau aansluit op het aangrenzend perceel. Vanaf 0,8m achter de achtergevel van de aanbouw en het terras aangelegd aan de achtergevel van het hoofdvolume wordt het bestaande terreinniveau geleidelijk aan terug aangenomen, het gras zal hier in een helling aangelgd worden.
Op 1m van de achterste en de zijdelingse perceelsgrenzen wordt een verlaging in het terrein doorgevoerd met diepte 0,5m over een lengte van 12,20m en een breedte van 16m, dit als compensatiemaatregel voor het opvangen van het eventuele overstromingsvolume, gezien de ligging van de woning in pluviaal overstromingsgevoelig gebied.
Het advies van de provincie, dienst Water en Domeinen dient ten alle tijden gevolgd te worden.
Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag creëert voldoende woonkwaliteit en gebruiksgenot voor de bewoners. Door de aanvraag ontstaat er geen bijkomende hinder.
Resultaten van het openbaar onderzoek
Er werden geen bezwaren ingediend.
Bespreking van de adviezen
• Het advies van dienst patrimonium d.d. 4 juni 2024 is gunstig.
“Er dient advies gevraagd te worden aan Fluvius. “
De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies.
• Het advies van Fluvius d.d. 5 juni 2024 is voorwaardelijk gunstig.
“Naar aanleiding van uw aanvraag over de stedenbouwkundige vergunning voor bovenvermeld project geven we geen specifiek advies voor elektriciteit en gas. Voor riolering kunnen we een voorwaardelijk gunstig advies geven, op voorwaarde dat voldaan wordt aan de hierna volgende specifieke opmerkingen.
Dit advies handelt over de technische aansluitbaarheid op het openbaar rioleringsnetwerk indien aanwezig. Dit desbetreffende perceel is aansluitbaar voor wat betreft DWA op de bestaande riolering en voor wat betreft RWA op de bestaande propere baangracht, beiden aanwezig ter hoogte van de aanpalende straat.
Bij de inbuizing van de baangracht dient rekening gehouden te worden met art. 23 van het besluit van de Vlaamse Regering, gepubliceerd 28/06/2021, betreffende de naleving van de wet op onbevaarbare waterlopen. De overwelving dient een minimale binnendiameter van 400mm te hebben. De overwelving moet vergezeld gaan van compenserende maatregelen die de infiltratie van hemelwater mogelijk maken (greppel, waterdoorlatende verharding, …). Er mag slechts 1 overwelving per kadastraal perceel zijn.
De grachtinbuizing dient grond- en waterdicht uitgevoerd te worden in staalvezelbetonbuizen, Benor-gekeurd sterkteklasse 135, volgens het typedetail in bijlage.
De buizen dienen in een rechte lijn aangelegd te worden op een fundering in zandcement van minstens 20 cm dik en omhuld met zandcement. De moffen van de buizen moeten stroomopwaarts gericht zijn.
De buizen moeten geplaatst worden in een volledig ontruimde grachtbodem.
Aan de uiteinden dient een kopmuur of minstens een stut in schraalbeton geplaatst te worden.
Eventuele aansluitingen op bestaande grachtinbuizingen dienen eveneens grond- en waterdicht te gebeuren.
De aanvrager is verplicht de grachtinbuizing of overwelving te onderhouden, te ruimen en vrij te houden van alle obstakels die een goede afwatering verhinderen. Hij mag nooit de goede afwatering van derden in het gedrang brengen of wijzigen. Hij is eveneens verplicht de eventuele verharding, goot, kopmuren of wegberm boven de grachtinbuizing of overwervelving in goede staat te onderhouden zodat steeds een goede afwatering van openbare weg gegarandeerd blijft. Bij schade of breuk aan de grachtinbuizing zorgt de klant voor het herstel van de grachtinbuizing. Het aanleggen van de grachtinbuizing zelf kan door Fluvius, als rioolbeheerder, gebeuren. Hiervoor dient voorafgaand aan de werken een aanvraag ingediend te worden via https://www.fluvius.be/nl/aansluitingen/gracht-laten-inbuizen
Indien uw perceel op dit ogenblik niet bereikbaar is. Dit wil zeggen dat de te plaatsen grachtinbuizing een nieuwe en enige grachtinbuizing op uw perceel is, kan dit tot een lengte van 5 meter gratis via Fluvius.
Indien uw perceel wel reeds bereikbaar is, kan dit ook via Fluvius maar zijn alle kosten ten laste van de aanvrager
Het plaatsen van een kopmuur, greppel/goot en afvoer blijft ten laste van de aanvrager.
Het nu of in de toekomst verlengen en herstellen van de inbuizing zijn ten laste van de aanvrager.
Indien uw perceel zich langs een gewest bevindt, wordt de baangracht beheerd door het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV). AWV dient een machtiging te verlenen voor het overwelven van de baangracht. Awv kan strengere voorwaarden opleggen. De AWV-richtlijnen zijn omwille van de ligging aan een gewestweg prioritair en dienen te worden nageleefd.
De Fluvius-aansluitingsvoorwaarden voor o.a. diepte, diameter en locatie, zijn terug te vinden op www.fluvius.be.
Daarnaast dient u voor wat betreft riolering uiteraard te voldoen aan alle geldende gewestelijke, provinciale en gemeentelijke wettelijke bepalingen dienaangaande. Fluvius doet hierop geen nazicht.
Dit advies doet geen uitspraak over of nazicht op de ontworpen riolering op het privé-gedeelte.
Via https://www.vmm.be/data/zonering-en-uitvoeringsplan kan u eenvoudig nakijken in welke cluster het perceel zich bevindt en de daaraan gekoppelde verplichtingen inzake septische putten.
Als voor uw bouwproject een (her-)aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel noodzakelijk is, dient u zo snel als mogelijk na het bekomen van de bouwvergunning een aanvraag tot aansluiting op het openbaar rioleringsnetwerk aan te vragen.
Dit kan online via www.fluvius.be. Dit is belangrijk om verloren kosten te vermijden daar wij de locatie en diepte van de aansluiting pas kunnen garanderen na realisatie van de aansluiting op openbaar domein.
Alleen Fluvius of een door ons aangestelde uitvoerder zorgt voor de realisatie van het gedeelte van de aansluiting op het openbaar domein.
Keuring privéwaterafvoer
Elke rioleringsaansluiting op het openbaar rioleringsstelsel dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform de wettelijke bepalingen (oa Algemeen Waterverkoopreglement en ministerieel besluit voor de keuring).
Enkel de door Fluvius erkende keurders komen voor deze keuring in aanmerking (zie website: Keuring riolering | Fluvius).
Als de privériolering niet correct en volledig volgens de wettelijke bepalingen werd uitgevoerd, zelfs als dit niet expliciet door de stedenbouwkundige vergunning werd opgelegd, behoudt Fluvius zich het recht voor om de aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel van dit perceel te schorsen.
Alvast bedankt om zo spoedig mogelijk uw aansluitingsaanvraag in te dienen.”
De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden
• Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie Limburg d.d. 12 juli 2024 is ongunstig.
Op 29 juli 2024 werden naar aanleiding van het ongunstig advies gewijzijgde plannen ingediend. Deze werden opnieuw voor advies overgemaakt aan Dienst Water en Domeinen provincie Limburg. Zij verleenden op 22 augustus 2024 een voorwaardelijk gunstig advies, zoals aangehaald en besproken onder de titel waterparagraaf.
De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.
8. ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR
Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.
De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:
Stedenbouwkundige voorwaarden
• Er dienen minimum 2 hoogstammige bomen aangeplant te worden, waarvan 1 in de voortuin.
De bomen dienen inheemse, streekeigen en/of klimaatrobuuste bomen van minstens 2de grootte te zijn.
Bij eventuele sterfte van de boom dient de aanplant herhaald te worden.
Deze bomen moeten aangeplant worden ten laatste in het plantseizoen na de ingebruikname van de woning. Bewijs hiervan (foto’s, factuur) moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk 3 maanden na aanplant van de bomen
• Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.
• Het advies van de Provincie Limburg, Dienst water en domeinen, moet gevolgd worden.
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 22/08/2024 en volgt dit standpunt integraal.
Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Bart Claes wonende te Bokrijkseweg 99 te 3520 Zonhoven voor het bouwen van een eengezinswoning met inpandige garage, gelegen te Bokrijkseweg 105 kadastraal gekend als afdeling 2 sectie D nr. 132R119.
Volgende voorwaarden worden opgelegd:
Stedenbouwkundige voorwaarden
• Er dienen minimum 2 hoogstammige bomen aangeplant te worden, waarvan 1 in de voortuin.
De bomen dienen inheemse, streekeigen en/of klimaatrobuuste bomen van minstens 2de grootte te zijn.
Bij eventuele sterfte van de boom dient de aanplant herhaald te worden.
Deze bomen moeten aangeplant worden ten laatste in het plantseizoen na de ingebruikname van de woning. Bewijs hiervan (foto’s, factuur) moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk 3 maanden na aanplant van de bomen
• Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.
• Het advies van de Provincie Limburg, Dienst water en domeinen, moet gevolgd worden.