Terug
Gepubliceerd op 14/08/2024

Notulen  College van burgemeester en schepenen

di 30/07/2024 - 13:30 schepenzaal

Samenstelling

Aanwezig

Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD

Verontschuldigd

Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur

Agendapunten

1.

2024_CBS_00757 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
1.

2024_CBS_00757 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

2024_CBS_00757 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De gemeenteraadsleden beschikken over de mogelijkheid om de goedgekeurde notulen via eBesluit te raadplegen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen over het verslag. Bijgevolg is het verslag van de zitting van 16 juli 2024 goedgekeurd.

2.

2024_CBS_00759 - Opmaken kiezerslijst - gemeente- en provincieraadsverkiezingen - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
2.

2024_CBS_00759 - Opmaken kiezerslijst - gemeente- en provincieraadsverkiezingen - Kennisneming

2024_CBS_00759 - Opmaken kiezerslijst - gemeente- en provincieraadsverkiezingen - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college maakt op 1 augustus 2024 een lijst op van de gemeenteraadskiezers voor de gewone vernieuwing van de gemeenteraad voor de gemeente- en provincieraadsverkiezingen op 13 oktober 2024.

Op deze lijst worden vermeld :

De personen die: 

- Belg zijn op 01/08/2024;

- de volle leeftijd van 18 jaar bereikt hebben op 13/10/2024;

- ingeschreven zijn in de gemeente op 01/08/2024;

- zich niet bevinden in één van de gevallen van uitsluiting of schorsing bepaald bij het Kieswetboek op 13/10/2024

- geen registratie van 'langdurige verdwijning' hebben op 01/08/2024;

De vreemdeling die werd geregistreerd dat hij/zij mag stemmen voor de gemeenteraadsverkiezing op 01/08/2024.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen maakt op 1 augustus 2024 een lijst op, zoals bepaald in de 'feiten, context en argumentatie', van de gemeenteraadskiezers voor de gewone vernieuwing van de gemeenteraad voor de gemeente- en provincieraadsverkiezingen op 13 oktober 2024.

3.

2024_CBS_00760 - Aanvraag inschrijving niet-Belgische burgers op de kiezerslijst gemeenteraadsverkiezingen - Goedkeuring

Goedgekeurd
3.

2024_CBS_00760 - Aanvraag inschrijving niet-Belgische burgers op de kiezerslijst gemeenteraadsverkiezingen - Goedkeuring

2024_CBS_00760 - Aanvraag inschrijving niet-Belgische burgers op de kiezerslijst gemeenteraadsverkiezingen - Goedkeuring
4.

2024_CBS_00761 - Aanvraag inschrijving op de kiezerslijst - Europese verkiezing - Kennisneming

Goedgekeurd
4.

2024_CBS_00761 - Aanvraag inschrijving op de kiezerslijst - Europese verkiezing - Kennisneming

2024_CBS_00761 - Aanvraag inschrijving op de kiezerslijst - Europese verkiezing - Kennisneming
5.

2024_CBS_00762 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

Goedgekeurd
5.

2024_CBS_00762 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

2024_CBS_00762 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring
6.

2024_CBS_00763 - Bestelbons - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
6.

2024_CBS_00763 - Bestelbons - Goedkeuring

2024_CBS_00763 - Bestelbons - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van de bestelbons goed.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van bestelbons goed voor een bedrag van € 51.045,58.

7.

2024_CBS_00764 - 2023/00234 - rechtzetting - rechtzetting materiƫle vergissing in omgevingsvergunning - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
7.

2024_CBS_00764 - 2023/00234 - rechtzetting - rechtzetting materiƫle vergissing in omgevingsvergunning - Goedkeuring

2024_CBS_00764 - 2023/00234 - rechtzetting - rechtzetting materiƫle vergissing in omgevingsvergunning - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

1. Feiten:

Op 06/02/2024 werd voor het dossier met nummer 2023/00234 en referentie OMV_2023156416 een omgevingsvergunning afgeleverd voor het rooien van 5 bomen. De aanvraag had betrekking op het terrein, gelegen Wijvestraat 53 en 53A, kadastraal gekend als afdeling 1, sectie B, perceelnummer 952C41 en 952D38. Op elk perceel bevindt zich een half-open eengezinswoning. In de omschrijving werd gesteld dat de te rooien bomen zich situeren op het rechter perceel (952C41).

Er werd een voorwaardelijk gunstig advies uitgebracht door de dienst facilitair management op 30 januari 2024 in het kader van de vermelde procedure:

“Gunstig voor het rooien van 5 bomen mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

  • Aanplanten van minstens 1 streekeigen en/of klimaat robuste hoogstam boom in de voortuin.
  • Aanplanten van minstens 1 streekeigen en/of klimaat robuste hoogstam boom in de achtertuin.
  • De aan te planten bomen worden aangeplant in een maat niet kleiner dan 14/16, en zijn bomen van minstens 2de grootte.
  • De bomen dienen aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het rooien van de bomen.”

De gemeentelijk omgevingsambtenaar (GOA) sluit zich vervolgens aan bij dit advies:

"De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich deels aan bij dit advies.

De te rooien bomen situeren zich op het rechter perceel (952D38).  De opgelegde aanplant dient tevens te gebeuren op dit perceel."

Volgend (eind-)advies werd gegeven door de GOA: 

"De aanvraag is in overeenstemming met de wettelijke bepalingen en het gevraagde is verenigbaar met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden. 

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert de volgende voorwaarde op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarde:

Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:

  • Aanplanten van minstens 1 streekeigen en/of klimaat robuuste hoogstam boom in de voortuin (952D38).
  • Aanplanten van minstens 1 streekeigen en/of klimaat robuuste hoogstam boom in de achtertuin (952D38).
  • De aan te planten bomen worden aangeplant in een maat niet kleiner dan 14/16, en zijn bomen van minstens 2de grootte.
  • De bomen dienen aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het rooien van de bomen.
  • Er dient bewijs van de heraanplant overgemaakt te worden aan de dienst vergunningen en handhaving binnen 3 maanden volgend op de heraanplant."

Dezelfde voorwaarden worden overgenomen in het besluit van burgemeester en schepenen tot verlenen van de omgevingsvergunning in de vorm van vergunningsvoorwaarden.

2. Context:

De GOA stelt duidelijk dat de heraanplant van de bomen moet gebeuren op het perceel waar deze gerooid zullen worden. In het advies van de GOA wordt echter het verkeerde kadastrale nummer gehanteerd (dat van het linkse perceel), dit nummer wordt herhaald in de (vergunnings-)voorwaarden.  Het gaat om een materiële vergissing waarbij de nieuw aan te planten bomen opgelegd worden in de vergunningsvoorwaarden op het linker perceel, zijnde 952D38, terwijl deze gerooid werden op het rechter perceel, zijnde 952C41. 

Bij het advies van de dienst facilitair management wordt volgende toegevoegd door de GOA: 

"De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich deels aan bij dit advies. De te rooien situeren zich op het rechter perceel (952D38). De opgelegde aanplant dient teven te gebeuren op dit perceel. "

Hieruit blijkt duidelijk de materiële fout, daar het rechter perceelnummer het nummer 952C41 draagt in plaats van het vernoemde nummer 952D38. 

3. Argumentatie

We kunnen stellen dat uit de omgevingsvergunning met dossiernummer 2023/00234, afgeleverd op 06/02/2024, duidelijk blijkt dat de te rooien bomen zich situeerden op het rechter perceel, perceelnummer 952C41, en dat de intentie van de GOA was om de heraanplant op te leggen op hetzelfde perceel (952C41). 

Het gaat om een materiële beslissing die recht gezet moet worden.

De vergunningsvoorwaarden moeten hierdoor aangepast worden naar de volgende: 

Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:

  • Aanplanten van minstens 1 streekeigen en/of klimaat robuuste hoogstam boom in de voortuin (952C41).
  • Aanplanten van minstens 1 streekeigen en/of klimaat robuuste hoogstam boom in de achtertuin (952C41).
  • De aan te planten bomen worden aangeplant in een maat niet kleiner dan 14/16, en zijn bomen van minstens 2de grootte.
  • De bomen dienen aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het rooien van de bomen.
  • Er dient bewijs van de heraanplant overgemaakt te worden aan de dienst vergunningen en handhaving binnen 3 maanden volgend op de heraanplant.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen volgt de argumentatie van de dienst en beslist tot het rechtzetten van de materiële vergissing opgenomen in de omgevingsvergunning afgeleverd op 06/02/2024 met nummer 2023/00234.

De voorwaarden opgenomen in de afgeleverde vergunning d.d. 06/02/20204, dossiernummer 2023/00234 worden vervangen door volgende voorwaarden: 

Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:

  • Aanplanten van minstens 1 streekeigen en/of klimaat robuuste hoogstam boom in de voortuin (952C41).
  • Aanplanten van minstens 1 streekeigen en/of klimaat robuuste hoogstam boom in de achtertuin (952C41).
  • De aan te planten bomen worden aangeplant in een maat niet kleiner dan 14/16, en zijn bomen van minstens 2de grootte.
  • De bomen dienen aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het rooien van de bomen.
  • Er dient bewijs van de heraanplant overgemaakt te worden aan de dienst vergunningen en handhaving binnen 3 maanden volgend op de heraanplant.

Artikel 2

De betrokken eigenaars van de percelen Wijvestraat 53 en 53A, kadastraal gekend als afdeling 1, sectie B, nrs. 952D38 en 952C41, zullen een afschrift van deze rechtzetting materiële vergissing ontvangen.

8.

2024_CBS_00765 - OMV - Gunstig advies - 2024/00067 - aanleg vlonderpad en brug, kappen van bomen aan De Teut - Hengelsbroekweg - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
8.

2024_CBS_00765 - OMV - Gunstig advies - 2024/00067 - aanleg vlonderpad en brug, kappen van bomen aan De Teut - Hengelsbroekweg - Goedkeuring

2024_CBS_00765 - OMV - Gunstig advies - 2024/00067 - aanleg vlonderpad en brug, kappen van bomen aan De Teut - Hengelsbroekweg - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

De aanvraag omvat de over de aanleg van een vlonderpad en brug en kappen van bomen aan de Teut.

De aanvraag werd op 18 april 2024 ontvangen.

Op 17 juni 2024 werd de aanvraag ontvankelijk en volledig verklaard.

De gewone vergunningsprocedure wordt gevolgd.

Er werd een openbaar onderzoek gehouden, lopende van 27 juni 2024 tot en met 26 juli 2024, gesloten met 4 bezwaarschriften.

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

    Gewestplan

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979, gelegen in natuurgebied, natuurgebied met wetenschappelijke waarde of natuurreservaten en landschappelijk waardevol agrarisch gebied (voor een zeer beperkt gedeelte).

“De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300m van een woongebied of op ten minste 100m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden (artikel 11 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen).

De landschappelijke waardevolle gebieden zijn gebieden waarvoor bepaalde beperkingen gelden met het doel het landschap te beschermen of aan landschapsontwikkeling te doen.

In deze gebieden mogen alle handelingen en werken worden uitgevoerd die overeenstemmen met de in grondkleur aangegeven bestemming, voor zover zij de schoonheidswaarde van het landschap niet in gevaar brengen.”

“De natuurgebieden omvatten de bossen, wouden, venen, heiden, moerassen, duinen, rotsen, aanslibbingen, stranden en andere dergelijke gebieden.

In deze gebieden mogen jagers- en vissershutten worden gebouwd voor zover deze niet kunnen gebruikt worden als woonverblijf, al ware het maar tijdelijk.”

“De natuurgebieden met wetenschappelijke waarde of natuurreservaten, zijn de gebieden die in hun staat bewaard moeten worden wegens hun wetenschappelijke of pedagogische waarde. In deze gebieden zijn enkel de handelingen en werken toegestaan, welke nodig zijn voor de actieve of passieve bescherming van het gebied.”

Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

Het goed is gelegen binnen de afbakening van het gemeentelijk RUP Zonevreemde woningen dat op 27/11/2017 definitief werd vastgesteld door de gemeenteraad van Zonhoven en verscheen in het Belgisch staatsblad op 25/01/2018. 

Er worden drie deelgebieden als een perimeterplan afgebakend met een aanvullend voorschrift dat onder voorwaarden van toepassing is. Dit voorschrift wijzigt het gewestplan niet. De drie perimeterplannen zijn:

-    Het vijvergebied

-    Het heidegebied

-    De voormalige reservatiezone A24

Het project situeert zich binnen het deelgebied Heidegebied.

Het voorschrift behorend bij het RUP is slechts onder volgende voorwaarden van toepassing:

•    de zonevreemde constructies, met een residentiële functie binnen het plangebied in ruimtelijk kwetsbaar gebied, 

•    voor de erbij horende woningbijgebouwen of elke aanbouw in ruimtelijk kwetsbaar gebied,

•    de gronden waarop ze staan en de tuinen en de omgeving bij de woningen in ruimtelijk kwetsbaar gebied,

BPA of verkaveling

De aanvraag is niet gelegen binnen een BPA, noch binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

De voorschriften van het RUP zijn niet van toepassing. De aanvraag voldoet deels aan de geldende bestemmingsvoorschriften.  Voor enkele geplande handelingen en constructies (vlonderpad en brug) dienen afwijkingen te worden bekomen op de voorschriften.

AFWIJKINGEN VAN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Sociaal-cultureel of recreatief medegebruik (en tijdelijk gebruik in afwachting van de realisatie van een bestemming)

Art. 4.4.4

In alle bestemmingsgebieden kunnen, naast de handelingen die gericht zijn op de verwezenlijking van de bestemming, ook handelingen worden vergund die gericht zijn op het sociaal-culturele of recreatieve medegebruik, voor zover ze door hun beperkte impact de verwezenlijking van de algemene bestemming niet in het gedrang brengen.

Voor niet van vergunningsplicht vrijgestelde handelingen die verbonden zijn met occasionele of hoogdynamische sociaal-culturele of recreatieve activiteiten, kan slechts een tijdelijke omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen worden afgeleverd, of een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen onder de voorwaarde dat de betrokken handelingen slechts gedurende een specifieke periode of op bepaalde momenten aanwezig kunnen zijn.

Sociaal-culturele of recreatieve activiteiten waarvan de inrichtingen een omgevingsvergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vereisen, kunnen slechts op occasionele basis worden toegestaan.

Medegebruik inzake natuurschoon

Art. 4.4.5.

In alle bestemmingsgebieden kunnen, naast de handelingen die gericht zijn op de verwezenlijking van de bestemming, ook handelingen worden vergund die gericht zijn op de instandhouding, de ontwikkeling en het herstel van de natuur en het natuurlijk milieu en van landschapswaarden, voor zover ze door hun beperkte impact de verwezenlijking van de algemene bestemming niet in het gedrang brengen.

De aanvraag voldoet aan de afwijkingsbepalingen. Er wordt naar een hogere natuurwaarde gestreefd die de belevingswaarde voor de recreant ook ten goede komt. Hierbij wordt extra recreatieve infrastructuur voorzien zodat er meer van de omgeving kan worden genoten. Echter wordt er ook een duidelijke toegankelijkheidsregeling voor het gebied voorzien zodat de natuur niet teveel wordt belast. Gezien de werken i.f.v. recreatie zeer beperkt zijn en weinig impact hebben zijn deze aanvaardbaar.  Alle overige werken kaderen i.f.v. natuurbehoud en -herstel.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

•    Stedenbouwkundige vergunning (2005/09894) voor regularisatie boerderij en stallingen - geweigerd op 18/08/2005.

•    Stedenbouwkundige vergunning (2006/10417) voor het afschuinen van de oevers van een bestaande vijver - goedgekeurd op 22/01/2007.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

    Beschrijving van de plaats & omgeving

De Teut is een natuurgebied in het noordoosten van Zonhoven dat, onderbroken via de autosnelweg, aansluit op het natuurgebied Tenhaagdoornheide in Houthalen-Helchteren.  Het is een gevarieerd landschap dat zich vooral kenmerkt door het typerende heidelandschap.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Het Agentschap voor Natuur en Bos (ANB) vraagt een omgevingsvergunning aan voor het plaatsen van een vlonderpad en wandelbrug en het kappen van alleenstaande bomen in het natuurgebied de Teut. Centraal in de Teut, ten zuiden van het toeristisch fietspad, ligt een waardevol nat grasland naast de Roosterbeek. Van de hoofdweg die ten westen van dit grasland ligt, vertrekt een klein wandelpad dat in het noorden langs het grasland loopt. Dit wandelpad is voor het grootste deel van het jaar modderig waardoor wandelaars steeds meer uitwijken naar het grasland, dat echter ook zeer nat is. Het wandelpad eindigt aan een vlonderbrug die er reeds staat maar aan vervanging toe is. Nadien gaat het pad verder maar ook nog steeds zeer modderig. Daarnaast zal dit wandelpad in de toekomst deel uitmaken van een uitgestippelde wandellus doorheen de Teut. Om hierbij enige hinder van water en modder op het pad te voorkomen en te vermijden dat wandelaars zich op het kwetsbare grasland begeven, zal het plaatsen van een vlonderpad en brug over de beek, dit oplossen.

De volgende stedenbouwkundige handelingen worden aangevraagd

De aanleg van vlonderpad 1: Vlonderpad 1 wordt gedeeltelijk aangelegd ter vervanging van het bestaande, te verwijderen vlonderpad aanliggend aan de brug en gedeeltelijk wordt dit nieuw aangelegd op het bestaande wandelpad. Dit vlonderpad wordt 55 meter lang en 1,20 meter breed, en wordt verhoogd aangelegd. Een hoogte tussen 0,5 meter en 1 meter ten opzichte van het maaiveld is voorzien. Hiervoor zullen extra langen grondpalen van 2 meter voorzien worden. Aan beide zijden van het vlonderpad wordt een leuning geplaatst van 1 meter hoog over een lengte van 12, 5 meter juist voor de brug en dit om het hoogteverschil op te vangen. De leuning bestaat uit verticale eiken balken, een eiken bovenplank en 3 eiken planken daaronder.

De aanleg van een brug: De wandelbrug wordt vervaardigd uit eikenliggers met eiken dekplanken. Omwille van de overspanning worden er twee hoofdliggers gebruikt van 20 bij 55cm. Het uitknikken van deze leggers wordt voorkomen door een 5-tal dwarsliggers te bevestigen tussen de twee liggers. Om uitglijden op het dek te voorkomen, worden deze dekplanken voorzien van een anti-slipstrip uit hars. De leuning wordt ook uit eikenhout vervaardigd en bevestigd aan de buitenkanten langs de langsliggers. De leuning is 1,10 meter hoog, gemeten vanaf het loopvlak. Heel de constructie rust op betonnen landhoofden die op hun beurt met micropalen in de grond verankerd zitten. De landhoofden worden ter plaatse gestort en meten 2 meter bij 1,4 meter. De diepte van de funderingszool hangt af van de draagkracht van de grond.

De aanleg van vlonderpad 2: Vlonderpad 2 heeft een lengte van 40 meter lang en is 1,20 meter breed en wordt ook gedeeltelijk aangelegd ter vervanging van het bestaande, te verwijderen vlonderpad aanliggend aan de brug en gedeeltelijk wordt dit nieuw aangelegd op het bestaande wandelpad. Aan beide zijden van het vlonderpad wordt een leuning geplaatst van 1 meter hoog over een lengte van 12,5 meter om het hoogteverschil op te vangen achter de brug. De leuning bestaat uit verticale eiken balken, een eiken bovenplank en 3 eiken planken daaronder. Op dit vlonderpad wordt een uitwijkstrook voorzien net achter de brug. Deze uitwijkstrook wordt in één geheel met het vlonderpad aangelegd en heeft een totaalbreedte van 2 meter (1,2 meter + 0,8 meter). De uitwijkstrook heeft een lengte van 5 meter . De verbreding van het vlonderpad aan de uitwijkstrook wordt in een hoek van 45° met het vlonderpad afgewerkt.

Het kappen van hoogstammige bomen: In de bestaande dreef zullen 17 platanen gekapt en ontstronkt worden ten behoeve van de verdere ontwikkeling van het graslandbeheer zoals opgenomen in het natuurbeheerplan. Verder zullen ook in dit gebied 16 alleenstaande bomen (11 fruitbomen, 2 eiken, 1 tamme kastanje en 2 oosterse platanen) verspreid over het perceel gekapt en ontstronkt worden ter ontwikkeling van een vochtig schraalgrasland.

Beschrijving van de aangevraagde vegetatiewijzigingen

Volgende wijziging van een klein landschapselement wordt aangevraagd: Het kappen van 33 hoogstammige bomen verspreid over het perceel van 38.475m².

Er zijn immers verschillende maatregelen opgenomen in het beheerplan om de vooropgestelde doelstelling op deze locatie te behalen. Het doel is om hier een vochtig schraalgrasland te ontwikkelen bestaande uit 40% rbbhc, 20% 7140_meso, 20% 6410_ve, 10% 3130_aom, 10% 2330_dw. De huidige toestand van het grasland valt onder het natuurstreefbeeld dotterbloemgrasland (rbbhc). Door recente beheerwerken is de eerste stap gezet om ruimte te creëren voor de groei van soorten die vallen onder blauwgrasland en het oeverkruidverbond. Er bevinden zich momenteel nog 33 tuin-bomen op het perceel, allen aangeplant in het verleden. Het betreft soorten zoals Oosterse plataan en enkele fruitbomen die niet passen binnen het natuurstreefbeeld van dit perceel, noch in de beheervisie van de Teut. Door het kappen van deze bomen kan de ontwikkeling van het vochtig schraalgrasland verwezenlijkt worden. De bomen zullen geveld worden waarna de stronken gerooid worden. Er vinden geen wijzigingen plaats aan het huidige maaiveld. Het stamhout wordt afgevoerd. De stronken en het takhout kan eventueel in de randzone op richels gelegd worden. Dit biedt schuilmogelijkheden voor soorten zoals gladde slang en verschillende knaagdieren.

In de plaats van de 33 te kappen bomen zullen er ook aan de randzone van het perceel, in de overgang tot het bestaande aanliggende bos, enkele inheemse boom-en struiksoorten aangeplant worden. Op deze manier wordt er een mantel-zoom gecreëerd en de abrupte overgang van grasland naar bos opgeheven. Dit biedt ook weer extra schuil en nestmogelijkheden voor de aanwezige diersoorten.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

    Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 27 juni 2024 t.e.m. 26 juli 2024.

5.    ADVIEZEN

    Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:

Infrabel Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant

Dienst Water en Domeinen provincie Limburg

Fluxys NV.

6.    PROJECT-MER

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

    Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende project heeft een eerder beperkte oppervlakte, maar ligt wel deels in een pluviaal overstromingsgebied. Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is tot de veiligheid van het vergunde project zelf. Enige invloed op het watersysteem of de veiligheid van overige vergunde of vergund geachte constructies wordt, gezien de geringe oppervlakte, niet verwacht. Er dienen geen bijkomende bijzondere maatregelen te worden genomen.

Het besluit van de Vlaamse regering van 10 februari 2023 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater, tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2010 tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is en tot opheffing van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (citeeropschrift: "de Hemelwaterverordening van 2023") is niet van toepassing.

De aanvraag doorstaat de watertoets.

Natuurtoets

Het Natuurdecreet (decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en natuurlijk milieu ) stelt in artikel 36ter §3: “Een vergunningsplichtige activiteit die, of een plan of programma dat, afzonderlijk of in combinatie met één of meerdere bestaande of voorgestelde activiteiten, plannen of programma's, een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van een speciale beschermingszone kan veroorzaken, zonder dat die vergunningsplichtige activiteit of dat plan of programma direct verband houdt met of nodig is voor het beheer van een gebied in de speciale beschermingszone in kwestie dient onderworpen te worden aan een passende beoordeling wat betreft de betekenisvolle effecten voor de speciale beschermingszone.”

Het gebied is gelegen in

•    Vlaams Natuurreservaat : De Teut

•    Natuurbeheerplan Type 4, NBP-LI-19-0015, Teut-Terhaagdoornheide-Kelchterhoef

•    Speciale Beschermingszone (SBZ) Habitatrichtlijngebied; Valleien van de Laambeek, Zonderikbeek, Slangebeek en Roosterbeek met vijvergebieden en heiden, BE2200031

•    VEN gebied, De Teut-Tenhaagdoornheide nr 434

•    Soorten BeschermingsProgramma voor Heikikker, Poelkikker, Boomkikker, Kamsalamander en Rugstreeppad

De aanvraag betreft o.a. het wijzigen van vegetatie.

Er werd een passende beoordeling en een verscherpte natuurtoets gevoegd bij de aanvraag met volgende conclusie: “Er treedt geen onvermijdbare en onherstelbare schade aan de natuur in het VEN op. Er is geen betekenisvolle aantasting voor de instandhoudingsdoelstellingen van de speciale beschermingszone.”

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving. 

Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag.

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen:

1°     het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;

2°     het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in 1°, in rekening brengen;

De percelen zijn gelegen in het natuurreservaat de Teut, Tenhaagdoorn en de domeinbossen van Kelchterhoef. Een natuurreservaat is een gebied dat specifiek wordt beheerd om de natuurwaarden in stand te houden en/of verder te ontwikkelen. Elk reservaat dient over een goedgekeurd beheerplan te beschikken om erkend te worden als natuurreservaat. De geplande werken kaderen binnen de visie van het natuurreservaat en het beheerplan. Het natuurbeheerplan beschrijft de belangrijkste waarden van een gebied zowel voor de ecologische, de sociale als de economische functie en maakt onderbouwde keuzes over de belangrijke  doelstellingen voor dit gebied. Het natuurbeheerplan moet ook duidelijk maken welke maatregelen daarvoor nodig zijn, en hoe en waar die uitgevoerd worden. Het natuurreservaat de Teut heeft een goedgekeurd natuurbeheerplan type 4. Echter zijn deze aangevraagde werken niet opgenomen in dit beheerplan. In het beheerplan zijn verschillende natuurstreefbeelden vastgelegd. Voor het vochtig schraalgrasland is dit rbbhc, dotterbloemgrasland. En voor het vochtig elzenbroekbos ten noorden hiervan 91E0_vm (matig voedselrijk broekbos). Naast de peiler ‘natuur’ worden er in het beheerplan ook maatregelen getroffen om aan de peiler ‘recreatie’ te voldoen, zie deel drie: visierapport. De komende beheerplanperiode is gericht op het ondersteunen van kwaliteitsvolle en ecologisch inpasbare recreatie in het kader van het Park Midden Limburg en op het bestendigen van de zachte recreatie in het natuurterrein zelf, op zo’n manier dat ze de belangrijke en zeldzame natuurwaarden en de daarvoor noodzakelijke milieuvoorwaarden niet schaadt. Door onder andere de zachte recreatie te concentreren in de randzones van het gebied via een netwerk van bewegwijzerde wandelpaden en hierbij de noodzakelijke ondersteunende recreatieve voorzieningen aan te brengen worden de recreatieve doelen behaald. Concreet betekent dit dat als een verdere ontwikkeling van het dotterbloemgrasland en het vochtig elzenbroekbos gegarandeerd moeten blijven, de aanleg van dit vlonderpad en brug noodzakelijk zijn. Op deze manier wordt een verdere verstoring door betreding vermeden. 

De bestaande wandelwegen worden in voorliggende aanvraag beter uitgerust zodat de wandelaar de bestaande paden duidelijk kunnen volgen en deze ook in alle omstandigheden kunnen gebruiken. Dankzij de aanleg van de vlonderpaden zullen de wegen ook gemakkelijk bewandelbaar zijn in natte omstandigheden. Het betreden van naastliggende gronden zal hierdoor beperkt worden. 

De vlonderpaden worden uitgevoerd in natuurlijke materialen (hout) en zijn dus mooi geïntegreerd in de natuurlijke omgeving. Het vlonderpad zal deel uitmaken van de overgangszone tussen een broekbos en een waardevol, kwetsbaar nat grasland. Er wordt ook geen extra ruimte ingenomen, omdat de vlonderpaden boven op een bestaand wandelpad komen te liggen. 

In de zone rond de gedempte vijver zal zich een open grasland ontwikkelen en daarom wordt getracht het landschap hier zoveel mogelijk open te houden. Verschillende minderwaardige, alleenstaande bomen zullen in dit gebied gekapt worden. Het graslandbeheer zal hierdoor ook efficiënter uitgevoerd kunnen worden. Het kappen van de bomen in de dreef en de verdere ontwikkeling van het grasland hier zal de aantrekking om dit gebied te betreden aanzienlijk kunnen beperken en zodanig de verdere ontwikkeling van dit grasland bevorderen. 

De aanvraag voldoet aan de criteria voor de goede ruimtelijke ordening in de onmiddellijke en ruime omgeving.

Toets van de aangevraagde vegetatiewijzigingen

Decretale beoordelingsgronden zoals opgenomen in de artikels 13 en 16 van het decreet betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu van 21/10/1997 

Artikel 13 

… 

§ 4. Onverminderd de bepalingen van § 3 wordt het wijzigen van de vegetatie of het geheel of gedeeltelijk wijzigen van kleine landschapselementen of de vegetatie ervan, voor zover de Vlaamse regering die wijzigingen niet verbiedt, afhankelijk gemaakt van het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het wijzigen van de vegetatie. Het gaat daarbij om de volgende gebieden: 

1° de groengebieden, de parkgebieden, de buffergebieden, de bosgebieden, de natuurontwikkelingsgebieden, de valleigebieden, de brongebieden, de agrarische gebieden met ecologisch belang of waarde, de agrarische gebieden met bijzondere waarde en de met al deze gebieden vergelijkbare bestemmingsgebieden, aangewezen op de plannen van aanleg of de ruimtelijke uitvoeringsplannen van kracht in de ruimtelijke ordening; 

2° de beschermde duingebieden, aangeduid krachtens artikel 52 van de wet van 12 juli 1973, toegevoegd bij decreet van 14 juli 1993 houdende maatregelen tot bescherming van de kustduinen; 

3° de gebieden afgebakend volgens of in uitvoering van internationale overeenkomsten of verdragen betreffende het natuurbehoud of van akten betreffende het natuurbehoud, met inbegrip van Europese richtlijnen, vastgesteld op grond van internationale verdragen. De Vlaamse regering kan bepalen welke activiteiten een wijziging zijn van de vegetatie of van kleine landschapselementen of van de vegetatie ervan. 

Artikel 16 

§ 1. In het geval van een vergunningsplichtige activiteit, draagt de bevoegde overheid er zorg voor dat er geen vermijdbare schade aan de natuur kan ontstaan door de vergunning of toestemming te weigeren of door redelijkerwijze voorwaarden op te leggen om de schade te voorkomen, te beperken of, indien dit niet mogelijk is, te herstellen. 

§ 2. Een activiteit waarvoor een kennisgeving of melding aan de overheid vereist is, kan enkel uitgevoerd worden indien geen vermijdbare schade kan ontstaan en voor zover de aanvrager zich in voorkomend geval gedraagt naar de code van goede natuurpraktijk. De kennisgever dient aan te tonen dat de activiteit geen vermijdbare schade kan veroorzaken. Wanneer de kennisgever dit niet gedaan heeft, dient de betrokken overheid zelf te onderzoeken of de activiteit vermijdbare schade kan veroorzaken. Indien dit het geval is of indien de code van goede natuurpraktijk niet wordt nageleefd, wordt dit door de overheid aan de kennisgever medegedeeld bij ter post aangetekende brief binnen de eventuele wachttermijn voor het uitvoeren van de activiteit voorzien in de wetgeving in kader waarvan de kennisgeving of de melding gebeurt of bij gebreke daaraan binnen dertig dagen na de kennisgeving of de melding. De kennisgever mag pas starten met de uitvoering van de betrokken activiteit wanneer voormelde termijn verstreken is zonder dat hij een voormeld bericht van de overheid heeft ontvangen. De Vlaamse regering kan nadere regels vaststellen voor de toepassing van deze paragraaf. 

§ 3. De Vlaamse regering kan voor bepaalde activiteiten of categorieën van activiteiten, voor bepaalde habitats of ecologische processen, of voor bepaalde soortengroepen, richtlijnen geven voor het beoordelen van het vermijdbare karakter van de activiteit en voor het opleggen van voorwaarden en herstelmaatregelen. (verv. decr. 19 juli 2002, art. 8, I: 10 september 2002) 

Het besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu bepaalt het volgende: 

Artikel 8 

§ 1. Voor zover ze niet verboden zijn door het bepaalde in artikel 7, worden volgende activiteiten beschouwd als vergunningsplichtige vegetatiewijziging, indien ze plaatsvinden in een of meerdere van de gebieden bepaald in artikel 13, § 4, tweede lid, van het decreet: 

1° het afbranden van een vegetatie; 

2° het met mechanische of chemische middelen vernietigen, beschadigen of doen afsterven van een  vegetatie, tenzij wanneer deze activiteiten plaatsvinden met betrekking tot percelen met cultuurgewassen; 

3° het wijzigen van het reliëf met inbegrip van nivellering van het microreliëf; 

4° het rechtstreeks of onrechtstreeks wijzigen van de waterhuishouding door drainage, ontwatering, dichten alsook het wijzigen van het overstromingsregime van vegetatie; 

5° het wijzigen van historisch permanente graslanden, met inbegrip van het daaraan verbonden microreliëf en poelen, als ze in de volgende gebieden liggen: 

a) valleigebieden, brongebieden, natuurontwikkelingsgebieden, agrarische gebieden met ecologisch belang of agrarische gebieden met bijzondere waarde en de bestemmingsgebieden die vergelijkbaar zijn met die gebieden, aangewezen op de plannen van aanleg of de ruimtelijke uitvoeringsplannen die van kracht zijn in de ruimtelijke ordening; 

b) de speciale beschermingszone IJzervallei (BE 2500831), aangewezen ter uitvoering van de Vogelrichtlijn; 

c) de speciale beschermingszones aangewezen ter uitvoering van de Habitatrichtlijn, als het desbetreffende type historisch permanent grasland binnen deze perimeters als habitat is aangemeld; d) in een gebied waarin bij besluit van de Vlaamse Regering historisch permanente graslanden definitief zijn vastgesteld conform artikel 9bis, § 7, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu. In een dergelijk gebied is het wijzigen van historisch permanente graslanden een vergunningsplichtige activiteit als ze definitief zijn vastgesteld conform artikel 9bis, § 7, van voornoemd decreet en als ze zich bevinden in de gebieden vermeld in punt a), b) of c). 

Artikel 15 

… 

§ 2. Bij het nemen van de beslissing wordt er rekening gehouden met de volgende beoordelingselementen: 1° de bestaande toestand van de natuur ongeacht de bestemming van het gebied; 2° de huidige toestand van de vegetaties of de kleine landschapselementen; 3° de maatregelen tot herstel en ontwikkeling van habitats en ecosystemen; 4° de abiotische elementen.

De aanvraag omvat het kappen van 33 hoogstammige bomen (Oosterse plantaan en enkele fruitbomen). De aanvrager heeft in de aanvraag zelf voorgesteld om aan de randzone van het perceel, in de overgang tot het bestaande aanliggende bos, enkele inheemse boom-en struiksoorten aan te planten. Mits heraanplant op het aanvraagterrein, kan de kapping verantwoord worden. Zo blijft de groenstructuur en natuurwaarde behouden.

Er werd een passende beoordeling en een verscherpte natuurtoets gevoegd bij de aanvraag met volgende conclusie: “Er treedt geen onvermijdbare en onherstelbare schade aan de natuur in het VEN op. Er is geen betekenisvolle aantasting voor de instandhoudingsdoelstellingen van de speciale beschermingszone.”

Algemene opmerking soortenbesluit: 

Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bij het kappen van deze bomen dient men dan ook gedurende het gehele jaar en dit vóór aanvang van de vellingswerken na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich daar bovenop vóóraf van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden. 

Er wordt aan de voorzorgsplicht voldaan, daar op basis van het aanvraagdossier kan worden vastgesteld dat het uitvoeren van de gunstig te adviseren vegetatiewijzigingen geen vermijdbare schade aan de natuur doet ontstaan, mits strikte naleving van de op te leggen voorwaarde inzake heraanplant van enkele inheemse boom-en struiksoorten op hetzelfde terrein. 

De vegetatiewijziging wordt voorwaardelijk gunstig geëvalueerd.

De kapping kan worden verantwoord mits heraanplant van enkele inheemse boom-en struiksoorten op hetzelfde terrein. 

Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bij het kappen van deze bomen dient men dan ook gedurende het gehele jaar en dit vóór aanvang van de vellingswerken na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich daar bovenop vóóraf van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden. 

Resultaten van het openbaar onderzoek

Er werden 4 bezwaren ingediend.

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van Fluxys NV. d.d. 28 juni 2024 is gunstig.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. 

•    Infrabel Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant heeft op 20 juni 2024 aangegeven dat ze geen bezwaar hebben. 

•    Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie Limburg d.d. 3 juli 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“DEEL 2 AFSTAND TOT DE WATERLOOP: VIJFMETERZONE VRIJHOUDEN – ZONE NON AEDIFICANDI 

De vergunninghouder moet volgende voorwaarden naleven: 

2.1 Afstand tot de waterloop 

De minimumafstand voor het oprichten van gebouwen, vaste constructies en vaste beplantingen tot de taludinsteek van de waterloop moet vijf meter bedragen zowel op de linker- als de rechteroever zodat het recht van doorgang, het afzetten van ruimingsproducten en het onderhoud van de waterloop gewaarborgd blijft. Leidingen of verhardingen binnen de vijfmeterzone moeten overrijdbaar zijn voor voertuigen met aslast 15 ton en totaal gewicht tot 30 ton. 

Geen grondbewerkingen zijn toegelaten op minder dan 1 m langs de waterloop volgens het decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gecoördineerd op 15 juni 2018. 

Binnen een afstand van 6 m langs de waterloop mogen geen naaldbomen geplant of herplant worden. 

Nieuwe bomen en struiken worden alleen aangeplant binnen een afstand van vijf meter landinwaarts van de bovenste rand van het talud indien: 

•    een minimale tussenafstand van 12 m voor opgaande bomen gerespecteerd wordt 

•    de houtkant regelmatig teruggezet wordt en indien nodig voor de toegankelijkheid van de waterloop periodiek teruggezet wordt op vraag van de waterbeheerder 

•    voor een andere plantwijze geopteerd wordt nadat de waterbeheerder daarvoor een schriftelijke toestemming gaf. 

Ophoging van de oever binnen de vijf meter vanaf de rand van de overwelving/taludinsteek van de waterloop is vergunningsplichtig en moet beoordeeld worden in kader van de watertoets. 

DEEL 3 MACHTIGINGEN 

Inrichtingswerken of andere werken aan, over of onder de waterloop: machtiging van de waterbeheerder is vereist voor: 

•    ophoging van de oever binnen vijf meter vanaf de rand van de overwelving/taludinsteek van de waterloop: 

er is geen ophoging op het plan aangeduid 

•    aanbrengen van oeververdediging, overwelving, herprofilering, verlegging of andere werken aan de waterloop: er is een werk aan de waterloop op het plan aangeduid. 

•    lozingen en lozingsconstructies (ook van regenwater ) in de waterloop (ook voor tijdelijke lozingen): er is geen lozing op het plan aangeduid 

De vergunninghouder moet volgende voorwaarden naleven: 

•    De werken moeten worden uitgevoerd volgens de plannen gevoegd bij de vergunning. 

•    De machtiging is onderworpen aan de stipte naleving van volgende administratieve en technische voorwaarden. 

3.1. Administratieve voorwaarden 

3.1.1 Uitvoering der werken 

Bij gemis aan een proces-verbaal van plaatsbeschrijving wordt vermoed dat de waterlopen en aanhorigheden zich in goede staat van onderhoud bevinden. Dergelijk proces-verbaal dient opgemaakt te worden in aanwezigheid van een afgevaardigde van de afdeling Waterbeheer die ten minste acht dagen op voorhand moet worden verwittigd en het proces-verbaal mee zal ondertekenen. 

De afdeling Waterbeheer, alsook eventueel het bestuur van de desbetreffende watering, zal uiterlijk 5 dagen op voorhand verwittigd worden van de datum waarop de werken uitgevoerd zullen worden. 

De uitvoering van de werken mag de normale en regelmatige afvoer van het water niet hinderen. 

Uiterlijk tien dagen na de voltooiing van de werken zal de afdeling Waterbeheer schriftelijk verwittigd worden. Aan de personeelsleden van de afdeling Waterbeheer zal steeds toegang verleend worden voor nazicht. 

De werken moeten worden uitgevoerd volgens de regels van de goede bouwkunst en voorschriften zoals vermeld in onderhavige machtiging. Indien terzake gebreken worden vastgesteld, mag de afgevaardigde van de afdeling Waterbeheer de aannemer ter plaatse hierop wijzen, doch tevens zal hij de aanvrager inlichten van de vastgestelde gebreken. 

Indien geen rekening wordt gehouden met onderhavige, algemene en specifieke voorwaarden of indien de werken niet volgens de regels der kunst worden uitgevoerd, kan de waterbeheerder, na bovenvermelde aanvrager in gebreke te hebben gesteld, alle maatregelen nemen of laten nemen die hij nodig acht. Deze maatregelen kunnen gaan van het aanpassen van de uitgevoerde werken tot het opbreken van deze werken. De hieruit voortvloeiende kosten zullen worden verhaald op de aanvrager overeenkomstig de gewone rechtsmiddelen. 

3.1.2 Aansprakelijkheid en opheffing 

De aanvrager blijft verantwoordelijk gedurende een periode van tien jaar voor alle noodzakelijke herstellingswerken van de aangepaste waterloop, die het gevolg zijn van onzichtbare gebreken bij de oplevering. Deze termijn begint te lopen vanaf de datum van de voorlopige oplevering. Herstellingen van oever- en bodemverstevigingen blijven voor altijd ten laste van de aanvrager. 

De machtiging kan ingetrokken worden of onderworpen worden aan bijkomende voorwaarden of verplichtingen wanneer redenen van algemeen belang dit vereisen. Indien de waterbeheerder werken moet uitvoeren aan de waterloop, moet de machtigingshouder de nutsleidingen op zijn kosten verplaatsen, verdiepen of verwijderen indien dit nodig is voor de uitvoering van de werken. 

Indien machtigingen vervallen of opgeheven worden om welke reden dan ook, dient de machtigingshouder de afdeling Waterbeheer te verwittigen en alle geplaatste constructies te verwijderen uit de bedding en de vijfmeterzone langs de waterloop. Hij dient de waterloop te herstellen na consultatie van de afdeling Waterbeheer. De herstelling gebeurt in de regel volgens de detailplannen en principeschetsen in bijlage tenzij de afdeling Waterbeheer andere richtlijnen oplegt. 

Alle hierbij opgelegde voorwaarden verbinden de rechtverkrijgenden van de vergunninghouder. 

3.2 Technische voorwaarden 

3.2.1 Algemene voorwaarden 

- Overwelvingen 

Het gedeelte van de waterloop waarop de werken uitgevoerd worden blijft onderworpen aan de wet op de onbevaarbare waterlopen. Bij de overwelving van een waterloop zal de toegang steeds zonder hindernis moeten mogelijk blijven. Het is dan ook verboden om de overwelfde sectie bestendig als stapelplaats te gebruiken of om deze te overbouwen of voor dergelijke doeleinden te gebruiken. 

Overwelvingen moeten door de verkrijger steeds in goede staat van onderhoud en ruiming gehouden worden: de ruiming van de overwelfde sectie dient regelmatig uitgevoerd te worden. Indien de verkrijger nalaat dit te doen moet dit na het eerste verzoek van de bevoegde overheid gebeuren. In geval van niet-opvolging van een bevel tot ruiming, zal de bevoegde overheid deze werken ambtshalve en op kosten van de verkrijger laten uitvoeren 

- Wijzigingen 

voor werken die anders uitgevoerd worden dan op de bijgevoegde plannen voorzien werd, stelt de aanvrager een nieuw plan op dat hij aan de provincie Limburg en de betrokken gemeente 

bezorgt ter goedkeuring. 

- Tijdelijke afdamming 

indien een tijdelijke afdamming nodig is vraagt de machtigingshouder hiervoor een afzonderlijke toestemming van de afdeling Waterbeheer. 

- Herstellingen 

beschadigingen en doorgravingen van de waterloop worden hersteld met schanskorven volgens de richtlijnen van de afdeling Waterbeheer. 

Alle beschadigingen aan kunstwerken worden hersteld volgens de richtlijnen van de afdeling Waterbeheer. 

3.2.2 Specifieke voorwaarden: 

Uit te voeren volgens volgende plannen; 

•    Ontwerper: ANB

Tabel met overzicht der werken en hun voorwaarden:

3.2.2.1. Aanleg wandelbrug over de Roosterbeek, nr 43, 2 de cat. in de aan de Hengelsbroekweg

Aanduiding op plan nr.: BA_locatie _C_N_23_brug / BA_locatie_P_N_20_brug

X- en Y-coördinaten: 223.532 / 188.188

Opmerkingen:

De werken moet uitgevoerd worden volgens de bijgevoegde plannen.

DEEL 4 CONCLUSIE 

Het dossier wordt in het kader van de bindende bepalingen rond onbevaarbare waterlopen voorwaardelijk gunstig beoordeeld. 

De voorwaarden onder Deel 2 en 3 moeten worden opgenomen in de vergunning.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. 

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarde

•    Er dient voldaan te worden aan de voorwaarden en opmerkingen, gesteld in het advies van de Deputatie, Dienst water en Domeinen, provincie Limburg zoals gevoegd in bijlage;

Vegetatiewijziging voorwaarde

•    De kapping kan worden verantwoord mits heraanplant van enkele inheemse boom-en struiksoorten op hetzelfde terrein. 

•    Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bij het kappen van deze bomen dient men dan ook gedurende het gehele jaar en dit vóór aanvang van de vellingswerken na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich daar bovenop vóóraf van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden.

MILIEUTECHNISCH ADVIES

Niet van toepassing.

GECOÖRDINEERD EINDADVIES

Uit bovenstaande motiveringen blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening, en dat het voorgestelde ontwerp verenigbaar is met de goede plaatselijke ordening en met zijn onmiddellijke omgeving.

Bijgevolg adviseert de omgevingsambtenaar het dossier voorwaardelijk gunstig voor de aanleg van een vlonderpad en brug en kappen van bomen aan de Teut, mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

Stedenbouwkundige voorwaarde

•    Er dient voldaan te worden aan de voorwaarden en opmerkingen, gesteld in het advies van de Deputatie, Dienst water en Domeinen, provincie Limburg zoals gevoegd in bijlage;

Vegetatiewijziging voorwaarde

•    De kapping kan worden verantwoord mits heraanplant van enkele inheemse boom- en struiksoorten op hetzelfde terrein. 

•    Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bij het kappen van deze bomen dient men dan ook gedurende het gehele jaar en dit vóór aanvang van de vellingswerken na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich daar bovenop vóóraf van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

De bezwaarindieners worden op de hoogte gebracht van de beslissing van het schepencollege.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen volgt integraal het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar omtrent het sluiten van het openbaar onderzoek en tot het afleveren van een voorwaardelijk gunstig advies.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen adviseert het dossier voorwaardelijk gunstig mits het opleggen van voorwaarden, nl.:

Stedenbouwkundige voorwaarde

  • Er dient voldaan te worden aan de voorwaarden en opmerkingen, gesteld in het advies van de Deputatie, Dienst water en Domeinen, provincie Limburg zoals gevoegd in bijlage;

Vegetatiewijziging voorwaarde

  • De kapping kan worden verantwoord mits heraanplant van enkele inheemse boom-en struiksoorten op hetzelfde terrein. 
  • Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bij het kappen van deze bomen dient men dan ook gedurende het gehele jaar en dit vóór aanvang van de vellingswerken na te gaan of vleermuizen aanwezig zijn. Bij het uitvoeren van werken in de periode 1 maart tot 1 juli moet men er zich daar bovenop vóóraf van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

De bezwaarindieners worden op de hoogte gebracht van de beslissing van het schepencollege.

9.

2024_CBS_00766 - OMV - Vergunning - Heuveneindeweg 24 - 2024/00099 - Weigering

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
9.

2024_CBS_00766 - OMV - Vergunning - Heuveneindeweg 24 - 2024/00099 - Weigering

2024_CBS_00766 - OMV - Vergunning - Heuveneindeweg 24 - 2024/00099 - Weigering

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00099
Referentie omgevingsloket:    OMV_2024054837

De aanvraag, ingediend door LIDL BELGIUM GmbH und Co.KG gevestigd te Guldensporenpark 90/J te 9820 Merelbeke, werd ontvangen op 14/05/2024 en op 12/06/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Heuveneindeweg 24, kadastraal gekend als afdeling 3 sectie F nr. 150Y.

De aanvraag gaat over het plaatsen van een prefab hoogspanningscabine.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied en woonuitbreidingsgebied.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.
De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan grup afbakening regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk, goedgekeurd op 20 juni 2014.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Volgende verordeningen zijn van kracht:
• algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

Volgende dossiers zijn relevant:
• Stedenbouwkundige vergunning (1978/00003) voor het slopen van een woonhuis en achterbouw. - goedgekeurd op 09/01/1978.
• Stedenbouwkundige vergunning (2003/09314) voor het regulariseren van een bestaande woning met aanhorigheden - goedgekeurd op 11/08/2003.
• Stedenbouwkundige vergunning (2009/11347) voor bouwen van een handelsruimte met parking na afbraak - geweigerd op 13/07/2009.
• Stedenbouwkundige vergunning (2010/11647) voor het bouwen van een handelsruimte en appartement met bijhorende parking na afbraak bestaande gebouwen - geweigerd op 26/04/2010.
• Stedenbouwkundige vergunning (2010/11925) voor het bouwen van een handelsruimte en 3 appartementen met bijhorende parking, na afbraak woning - goedgekeurd op 23/06/2011.
• Stedenbouwkundige vergunning (2011/12184) voor het plaatsen van lichtreclames - goedgekeurd op 19/03/2012.
• Stedenbouwkundige vergunning (2014/00138) voor het uitbreiden van de handelsruimte met een negatieve cel en een broodbakoven - goedgekeurd op 25/02/2015.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

Beschrijving van de plaats & omgeving
Het perceel bevindt zich aan de Heuveneindeweg, een gewestweg ten zuiden van het centrum van Zonhoven.
De omgeving bestaat uit vrijstaande en halfopen bebouwing. De omgeving wordt gekenmerkt door zowel eengezinswoningen, appartementen, handel alsook horeca.
Het betreft een zeer gevarieerd straatbeeld, dit zowel op vlak van functie, bouwhoogte, dakprofiel alsook materiaalgebruik.
Voor het achterliggende gebied werd een verkaveling met wegenis goedgekeurd voor sociale woningbouw.

Op het perceel bevindt zich een handelsruimte met bovenliggend 3 appartementen.  Tevens werd er een parking aangelegd met 66 parkeerplaatsen.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvraag gaat over het plaatsen van prefab hoogspanningscabine. De handelsvestiging wenst in kader van verduurzaming de bestaande installaties op gas te vervangen door installaties die werken op elektriciteit.

De hoogspanningscabine wordt ingeplant op 8m achter de rooilijn en op minimum 5,67m van de rechter perceelgrens. De cabine wordt ingeplant op 2 bestaande parkeerplaatsen.
De hoogspanningscabine heeft een breedte van 5,20m en een diepte van 2,70m (opp. 14,04m²).
De cabine wordt uitgevoerd met een plat dak. De dakrandhoogte is gelegen op 2,42m ten opzichte van het maaiveld.
De hoogspanningscabine bestaat uit een betonnen constructie die aan de buitenzijde wordt afgewerkt met grijze crepi.

Tot slot wordt een toegang naar de hoogspanningscabine en de ATI-kast aangelegd in waterdoorlatende klinkers (opp. 5,72m²). Deze toegang sluit aan op de bestaande verharding.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

Het dossier werd volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.
Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.

5.    ADVIEZEN

Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:
Agentschap Wegen en Verkeer
Dienst Water en Domeinen provincie Limburg
Agentschap voor Natuur en Bos
Fluvius
Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie.

6.    PROJECT-MER

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

Decretale beoordelingselementen
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Heuveneindeweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.
De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.
De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Uit het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer blijkt dat:
- de grens van het openbaar domein is geschat op 9m;
- de rooilijn ligt op 9m volgens de vigerende wegnormen;
- de zone van achteruitbouw bedraagt 8m;
- de minimaal te respecteren bouwlijn ligt op 17m.

Zonering
Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf
Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023. De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt deels in een pluviaal overstromingsgebied.

Het voorliggende project heeft een eerder beperkte oppervlakte, maar ligt wel in een pluviaal en/of fluviaal overstromingsgebied. Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is tot de veiligheid van het vergunde project zelf. Enige invloed op het watersysteem of de veiligheid van overige vergunde of vergund geachte constructies wordt, gezien de geringe oppervlakte, niet verwacht.

De verordening is niet van toepassing, gezien er geen bijkomende verhardingen worden aangelegd.

Uit de watertoets blijkt dat de aanvraag voor advies dient overgemaakt te worden aan de Provincie, dienst Water en Domeinen.
Zij verleenden op 9 juli 2024 een voorwaardelijk gunstig advies, nl.:
“Hierbij kan ik u meedelen dat het dossier in het kader van de watertoets voorwaardelijk gunstig beoordeeld werd.
Ik verzoek u evenwel de voorwaarden in de omgevingsvergunning op te nemen zoals ze geformuleerd werden in het bijgaand advies.
Indien de verharde oppervlakte minder dan 1000 m² bedraagt wordt er door de waterbeheerder geen uitspraak gedaan over de GSV hemelwater. Het is aan de vergunningverlener om na te gaan of hieraan voldaan wordt.”

Opgelegde constructievoorwaarden:
“Het perceel is gelegen in een pluviaal overstromingsgebied of aan de rand ervan: het kritisch overstromingspeil bedraagt 44m56 TAW.  Het peil van de as van de weg ter hoogte van de inrit bedraagt 44m59 TAW.

Er mag gebouwd worden omdat de berging die verloren gaat, beperkt blijft en er dus geen bijkomende schade veroorzaakt wordt aan derden of aan het watersysteem voor zover voldaan wordt aan de onderstaande constructievoorwaarden:
• Het vloerpeil moet minstens 10cm boven het kritisch overstromingspeil gelegen zijn (i.e. 7cm boven de as van de weg).
• Geen openingen in de constructie (in buitenmuren en bodem) mogen voorzien worden onder het kritisch overstromingspeil plus 10cm.
• Niet-waterdichte doorvoer van nutsleidingen en andere leidingen onder het kritisch overstromingspeil is verboden.
• Inspectieputten op rioleringen, ontluchtingssystemen moeten waterdicht afgeschermd worden of opgesteld worden boven het kritisch overstromingspeil.
• Ondergrondse tanks moeten verankerd worden tegen opwaartse druk, bijvoorbeeld d.m.v. een betonnen voetplaat of dekplaat.
• Elektrische installaties die niet waterdicht afgeschermd zijn, moeten 10cm boven het kritisch overstromingspeil opgesteld worden.
• Aansluitingen op de riolering moeten afgeschermd worden met een terugslagklep en eventueel met een eigen pompinstallatie.
• Ophoging van het perceel moet beperkt blijven tot het gebouw zelf.
•  Alleen waterdoorlatende verhardingen zijn toegelaten. Er kan hierop enkel uitzondering gemaakt worden indien om technische redenen geen waterdoorlatende verharding mogelijk is.”

Natuurtoets
Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied.  Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets
Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.
Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de bodemingreep minder dan 1 000m² bedraagt.

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid

De bestaande handelsfunctie blijft behouden en is functioneel inpasbaar op deze locatie.

Mobiliteitsimpact

Op het perceel bevinden zich momenteel 66 parkeerplaatsen voor de handelsruimte en de bovenliggende appartementen, dit conform de vergunning d.d. 25/02/2015, afgeleverd door de deputatie.
Door het oprichten van de hoogspanningscabine zullen 2 parkeerplaatsen verdwijnen waardoor er nog 64 parkeerplaatsen beschikbaar blijven.
Ondanks dat een beperkt aantal parkeerplaatsen verdwijnt, stemt het aantal parkeerplaatsen niet overeen met de algemeen gehanteerde parkeernorm, nl. 1 parkeerplaats per 200m² magazijn, vermeerderd met 1 parkeerplaats per 20m² per verkoopsruimte, vermeerderd met 1,5 parkeerplaats per woongelegenheid.

Schaal

De hoogspanningscabine wordt ingeplant op 8m achter de rooilijn en op minimum 5,67m van de rechter perceelgrens.  De cabine wordt ingeplant op 2 bestaande parkeerplaatsen.
De hoogspanningscabine heeft een breedte van 5,20m en een diepte van 2,70m (opp. 14,04m²).
De cabine wordt uitgevoerd met een plat dak. De dakrandhoogte is gelegen op 2,42m ten opzichte van het maaiveld.
Het bouwvolume is dan ook beperkt.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De footprint op het perceel blijft ongewijzigd, -doordat de cabine en het toegangspad  voorzien worden op een reeds bestaande, verharde parking.

Visueel-vormelijke elementen

De hoogspanningscabine bestaat uit een betonnen constructie die aan de buitenzijde wordt afgewerkt met grijze crepi.
Rekening houdend met de gevarieerde bebouwing in de omgeving zal de cabine niet als storend ervaren worden in het straatbeeld.
Tevens staat ter hoogte van de voorste perceelgrens een haagbeplanting waardoor de cabine eerder beperkt zichtbaar is van op de openbare weg.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf niet gewijzigd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Tijdens de sloopwerken van de bestaande verharding en oprichting van de cabine zal enige hinder naar de omgeving toe ontstaan die gebruikelijk is en tijdelijk van aard. Na de werken valt geen hinder te verwachten.

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van Agentschap Wegen en Verkeer d.d. 27 juni 2024 is ongunstig.

“Er dienen voldoende parkeerplaatsen (1,5 per woongelegenheid en 1/20m² handelsruimte) te worden voorzien op de privégrond.  Dit zal anders zoekverkeer en overlast bezorgen aan het openbaar domein wat verkeersveiligheid in het gedrang brengt.  Bij de bouwaanvraag in 2010 gaf AWV reeds een negatief advies met referentie 712/B/BAV/2010/3709; er dienden 78 parkeerplaatsen te zijn.  Volgens de huidige plannen, werden er slechts 66 parkeerplaatsen voorzien waarvan er nu 2 weggenomen worden voor het plaatsen van de cabine.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies.

•    Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie Limburg d.d. 9 juli 2024 is voorwaardelijk gunstig, zoals hoger aangehaald bij de titel ‘waterparagraaf”.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Agentschap voor Natuur en Bos heeft op 4 juli 2024 aangegeven dat ze geen advies verstrekken.

•    Het advies van Fluvius d.d. 24 juni 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“Er zijn riolering, middenspannings-, laagspannings- en gasleidingen, eigendom van Fluvius aanwezig langs de geplande werken. Voor de aanvang der werken moet de aannemer/bouwheer/eigenaar de dan geldige liggingsplannen van deze leidingen aanvragen op Klip.agiv.be.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies.  De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie d.d. 26 juni 2024 is voorwaardelijk gunstig.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. 

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag niet in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde niet verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 11/07/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het weigeren van de omgevingsvergunning aan LIDL BELGIUM GmbH und Co.KG gevestigd te Guldensporenpark 90/J te 9820 Merelbeke voor het plaatsen van een prefab hoogspanningscabine, gelegen te Heuveneindeweg 24, kadastraal gekend als afdeling 3 sectie F nr. 150Y.

10.

2024_CBS_00767 - OMV - Vergunning - Grote Zouwstraat 9 - 2024/00054 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
10.

2024_CBS_00767 - OMV - Vergunning - Grote Zouwstraat 9 - 2024/00054 - Goedkeuring

2024_CBS_00767 - OMV - Vergunning - Grote Zouwstraat 9 - 2024/00054 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00054

Referentie omgevingsloket:    OMV_2023080603

De aanvraag, ingediend door Maarten Plessers wonende te Grote Zouwstraat 9 te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 21/03/2024 en op 13/05/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Grote Zouwstraat 9, kadastraal gekend als afdeling 3 sectie E nr. 103R.

De aanvraag gaat over het slopen van de bestaande veranda, het bouwen van een veranda en terrasoverkapping en het regulariseren van de terreininrichting.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

    De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woonuitbreidingsgebied.

De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het bijzonder plan van aanleg B.P.A. CENTRUM III SOCIALE WONINGBOUW, goedgekeurd op 17 december 1973. 

De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan grup afbakening regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk, goedgekeurd op 20 juni 2014.

Het project maakt deel uit van de goedgekeurde verkaveling 7204.V.465 goedgekeurd op 19 december 1979, het betreft lot 6.

De verkaveling is ouder dan 15 jaar.  Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

•    algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

•    Stedenbouwkundige vergunning (1987/00070) voor bouwen van een woonhuis - goedgekeurd op 22/06/1987.

•    Stedenbouwkundige vergunning (2005/10232) voor het regulariseren van een carport, een veranda en een tuinhuisje - goedgekeurd op 13/03/2006.

•    Verkavelingsvergunning (7204.V.465/1) voor verkavelen van een grond - geweigerd op 10/05/1979.

•    Verkavelingsvergunning (7204.V.465) voor het verkavelen van een grond - goedgekeurd op 19/12/1979.

•    Verkavelingsvergunning (7204.V.465\01) voor het wijzigen van de verkaveling - goedgekeurd op 31/08/1982.

•    Verkavelingsvergunning (7204.V.465\04) voor het wijzigen van de verkavelingsvoorschriften voor het bouwen van kleinere constructies met een oppervlakte van maximum 12 m² - goedgekeurd op 21/01/2002.

•    Verkavelingsvergunning (7204.V.465\05) voor het wijzigen van de verkavelingsvoorschriften - goedgekeurd op 13/02/2006.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

    Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich langs de Grote Zouwstraat, een gemeenteweg ten oosten van het centrum van Zonhoven. 

De nabije omgeving bestaat hoofdzakelijk uit vrijstaande eengezinswoningen, met één bouwlaag onder een hellend dak.

Het perceel is momenteel bebouwd met een vrijstaande eengezinswoning en een bijgebouw.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het slopen van de bestaande veranda, het bouwen van een nieuwe veranda en een aansluitende terrasoverkapping en het regulariseren van de terreininrichting.

De bestaande veranda zal gesloopt worden en op dezelfde locatie zal een nieuwe veranda worden opgericht.  Aansluitend aan de rechterzijde van de veranda wordt een terrasoverkapping voorzien.

De veranda heeft een bouwdiepte van 4,2m en een bouwbreedte van 3.56m.

De terrasoverkapping heeft een bouwbreedte van 4,54m en een diepte van 3,50m.

De totale bouwdiepte van de woning wordt hierdoor gebracht op 12,90m, de bouwbreedte blijft ongewijzigd.

De veranda wordt afgewerkt met een plat dak.  De dakrandhoogte is gelegen op 2,75m ten opzichte van het maaiveld.

De terrasoverkapping heeft een hoogte van 2,10m ten opzichte van het maaiveld.

Beide constructies worden opgetrokken in antracietkleurige pvc.

Op het perceel werd verharding aangebracht.  Deze verharding stemt niet overeen met de vergunde toestand.

Rondom de woning werd klinkerverharding aangelegd.  Het pad rondom de woning heeft een breedte van maximum 1m.

De voortuin werd vanaf de perceelgrens tot aan de voorgevel van de woning, vanaf de rechterzijgevel tot de garage (breedte 16,50m) verhard met klinkers, uitgezonderd enkele plantvakken.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

    Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 23 mei 2024 t.e.m. 21 juni 2024.

5.    ADVIEZEN

    Er zijn geen adviezen vereist.

6.    PROJECT-MER

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

    Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Grote Zouwstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.

Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

De verordening is niet van toepassing, gezien het hemelwater van de veranda en de terrasoverkapping infiltreren op eigen terrein.

Uit de ingediende plannen blijkt dat het hemelwater dat terecht komt op de verharding tevens infiltreert op de aangrenzende groenzones.

De verordening stelt dat de aangrenzende groenzone waar het hemelwater infiltreert een minimale oppervlakte moet hebben van 25% van de afwaterende oppervlakte.  In de voortuin is de groenzone ontoereikend.  Er zal dan ook als voorwaarde worden opgenomen dat de verharding in de voortuin (voorzijde woning) verwijderd moet worden tot op 1m van de perceelgrenzen.

Uit de watertoets blijkt dat er verder geen bijkomende bijzondere maatregelen genomen moeten worden.

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied. Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn (geen) monumenten in de omgeving.

Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

Het B.P.A. Centrum III sociale woningbouw heeft geen voorschriften.

De verkaveling is ouder dan 15 jaar. Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond, en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.

Functionele inpasbaarheid

De bestaande woonfunctie blijft behouden en is functioneel inpasbaar op deze locatie.

Mobiliteitsimpact

Het slopen alsook het oprichten van een veranda met aansluitende terrasoverkapping hebben geen impact op de mobiliteit.

Schaal

De veranda en de overkapping hebben een beperkt volume.

De inplanting van de terrasoverkapping is voorzien op minimum 2,30m van de achterste perceelgrens.  De bouwdiepte van de woning wordt verruimd tot 12,90m wat in overeenstemming is met algemeen gehanteerde normen alsook met de verkavelingsvoorschriften.  De inplanting zal geen hinder veroorzaken naar de aangrenzende percelen.  Tevens werden geen bezwaren ingediend.

Op de ingediende plannen staat het afdak aan het bijgebouw als te slopen.  De sloop van dit afdak goedgekeurd in de vergunning afgeleverd op 13/03/2006.  Gezien het afdak nog aanwezig is zal als voorwaarde worden opgenomen dat dit verwijderd dient te worden.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Gezien de functie als eengezinswoning ongewijzigd blijft en de woondichtheid bijgevolg behouden blijft is deze aanvaardbaar op deze locatie.

De bebouwing heeft een oppervlakte van ca. 197,67m² en de verharding ca. 124,8m².

Rekening houdend met de oppervlakte van het perceel resteert er een tuinzone van ca. 60%, wat tegemoet komt aan de visie van de gemeente Zonhoven.

Rekening houdend met de hemelwaterverordening, dient de groenzone grenzend aan de verharding voldoende ruim te zijn voor de afwatering van het hemelwater.  Zoals eerder aangehaald dient de klinkerverharding aan de voorzijde van de woning dan ook verwijderd te worden tot op 1m van de perceelgrenzen.

Hiermee rekening houdend zal de groenzone ca. 65% bedragen.

Visueel-vormelijke elementen

De veranda en de terrasoverkapping worden opgetrokken in antracietkleurige pvc.

De materialen zijn duurzaam en modern. Vanaf de straatzijde zijn de aan te bouwen constructies niet zichtbaar en zullen ze dus niet als storend ervaren worden in het straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf niet gewijzigd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

De aanvraag creëert voldoende woonkwaliteit en gebruiksgenot voor de bewoners. Door de aanvraag ontstaat geen bijkomende hinder.

Resultaten van het openbaar onderzoek

Er werden geen bezwaren ingediend.

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarden

•    De klinkerverhardingen aan de voorzijde van de woning dient verwijderd te worden tot op 1m van de perceelgrenzen.

•    het afdak aan de achterzijde van het tuinhuis dient verwijderd te worden zoals reeds vergund d.d. 13/03/2006.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 18/07/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan Maarten Plessers wonende te Grote Zouwstraat 9 te 3520 Zonhoven voor het slopen van de bestaande veranda, het bouwen van een veranda en terrasoverkapping en het regulariseren van de terreininrichting, gelegen Grote Zouwstraat 9, kadastraal gekend als afdeling 3 sectie E nr. 103R.

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:
Stedenbouwkundige voorwaarden

  • De klinkerverhardingen aan de voorzijde van de woning dient verwijderd te worden tot op 1m van de perceelgrenzen.
  • het afdak aan de achterzijde van het tuinhuis dient verwijderd te worden zoals reeds vergund d.d. 13/03/2006.
11.

2024_CBS_00768 - OMV - Vergunning - Karekietstraat 10 - 2024/00069 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
11.

2024_CBS_00768 - OMV - Vergunning - Karekietstraat 10 - 2024/00069 - Goedkeuring

2024_CBS_00768 - OMV - Vergunning - Karekietstraat 10 - 2024/00069 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00069

Referentie omgevingsloket:    OMV_2024045425

De aanvraag, ingediend door Joris en Lucie Ganne - Quanten wonende te Karekietstraat 10 te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 11/04/2024 en op 16/05/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Karekietstraat 10, kadastraal gekend als afdeling 4 sectie B nr. 730M5.

De aanvraag gaat over het regulariseren en verbouwen van een eengezinswoning.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

    De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied met landelijk karakter en agrarisch gebied.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het project maakt deel uit van de goedgekeurde verkaveling 7204.V.161 goedgekeurd op 16 augustus 1966, het betreft lot 3.

De verkaveling is ouder dan 15 jaar.  Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

•    algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

•    Omgevingsvergunning 2023/00240 voor het rooien van 5 bomen goedgekeurd op 20/02/2024.

•    Stedenbouwkundige vergunning (1977/00085) voor het bouwen van een woonhuis - goedgekeurd op 24/03/1970.

•    Verkavelingsvergunning (7203.V.161) voor het verkavelen van een grond - goedgekeurd op 07/09/1966.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

    Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich langs de Karekietstraat, een gemeenteweg.

De omgeving bestaat hoofdzakelijk uit vrijstaande eengezinswoningen.

Het straatbeeld wordt gevormd door een zeer gevarieerde bebouwing.  De bebouwing varieert qua inplanting, bouwhoogte, dakprofiel alsook materiaalgebruik.

Het achterste gedeelte van het perceel is gelegen in agrarisch gebied.

Op het perceel bevindt zich een vrijstaande eengezinswoning.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het regulariseren en verbouwen van de eengezinswoning.

De regularisatie betreft de inplanting alsook de uitvoering van de woning.

De inplanting van de woning wijkt beperkt af van de vergunde toestand.  De inplanting van de woning werd vergund op 6m achter de rooilijn / voorste perceelgrens en op 3,08m van de linker en de rechter perceelgrens.

De woning werd echter ingeplant op 6,55m achter de rooilijn / voorste perceelgrens en op 2,98m van de rechter perceelgrens en op 3,14m van de linker perceelgrens.

De bestaande woning wijkt af van de vergunde toestand.  Zo werd onder meer:

    het raam in de linker zijgevel ter hoogte van de living uitgevoerd of vervangen door 2 lange smalle ramen;

    een groot schuifraam geplaatst in de achtergevel ter hoogte van de living;

    de muur tussen de keuken en de living werd verwijderd;

    de deuropening van de living naar de hal verplaatst.

Tot slot omvat de aanvraag het verbouwen van de woning waarbij het dak vervangen wordt en de constructie verhoogd zodat de zolderverdieping een bruikbare ruimte wordt.

Na de verbouwing zal de kroonlijsthoogte deels gelegen zijn op 4,03m en deels op 4,70m ten opzichte van de as van de weg.

De nokhoogte wordt gebracht op 8,27m ten opzichte van de as van de weg.

De verbouwingswerken worden uitgevoerd met dezelfde gevelmaterialen en dakbedekking als de bestaande woning.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

    Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 26 mei 2024 t.e.m. 24 juni 2024.

5.    ADVIEZEN

    Er zijn geen adviezen vereist.

6.    PROJECT-MER

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

    Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Karekietstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Het project omvat geen uitbreiding van de horizontale dakoppervlakte noch werken aan de afwatering.

Het voorliggende project heeft geen enkele invloed op het watersysteem, zodat in alle redelijkheid geoordeeld moet worden dat er geen schadelijk effect veroorzaakt wordt. Er moeten dan ook geen voorwaarden of maatregelen opgelegd worden.

Natuurtoets

Het perceel is gelegen binnen een vogelrichtlijngebied, ‘het vijvercomplex van Midden-Limburg”.  Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn (geen) monumenten in de omgeving.

Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

De verkaveling is ouder dan 15 jaar. Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond, en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.

Functionele inpasbaarheid

De bestaande woonfunctie blijft behouden en is functioneel inpasbaar op deze locatie.

Mobiliteitsimpact

Het ontwerp voorziet een inrit die toegang verleent tot de interne garage.

Het stallen van voertuigen kan dan ook geheel op eigen terrein gebeuren.  De last van het autobezit wordt dan ook niet afgeschoven naar het openbaar domein.

Schaal

De woning is ingeplant op 6,55m achter de rooilijn / voorste perceelgrens, op 2,98m van de rechter perceelgrens en op 3,14m van de linker perceelgrens.

De bebouwing in de omgeving varieert qua inplanting waardoor de inplanting t.o.v. de rooilijn / voorste perceelgrens niet als storend ervaren wordt in het straatbeeld.

De zijtuinstrook van 3m blijft gerespecteerd t.o.v. de linker perceelgrens.  T.o.v. de rechter perceelgrens wijkt deze echter slechts 2cm af, wat visueel niet zichtbaar is.

Verder werden reeds volgende werken uitgevoerd binnen het bestaande bouwvolume:

Het raam in de linker zijgevel werd vervangen door 2 lange smalle ramen.  Het wijzigen van raamopeningen in de zijgevel, zonder stabiliteitswerken, is vrijgesteld van vergunning.  Hier wordt verder dan ook geen uitspraak over gedaan.

In de achtergevel werd ter hoogte van de living een groot schuifraam geplaatst.  Door de aansluiting van de leefruimtes op de tuinzone ontstaat er een kwalitatieve binnen-buiten relatie.

De muur tussen de keuken en de living werd verwijderd.

Door de keuken en de leefruimte samen te voegen tot één grote ruimte ontstaat er meer woonkwaliteit en een kwalitatieve relatie tussen de woonvertrekken en de tuinzone.

De deuropening van de living naar de hal werd verplaatst.

Verder zal de bestaande woning verbouwd worden.  De verbouwing omvat het vervangen en het verhogen van het dak zodat de zolderverdieping een bruikbare ruimte wordt.

De bouwdiepte en -breedte blijven ongewijzigd.

Na de verbouwing zal de kroonlijsthoogte deels gelegen zijn op 4,03m en deels op 4,70m ten opzichte van de as van de weg.

De nokhoogte wordt gebracht op 8,27m ten opzichte van de as van de weg.

De inplanting alsook het bouwvolume stemt overeen met de algemeen gehanteerde normen.

Er resteert nog een ruime groenzone die ingericht kan worden als tuin.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Gezien de functie als eengezinswoning ongewijzigd blijft en de woondichtheid bijgevolg behouden blijft is deze aanvaardbaar op deze locatie.

De bebouwing heeft een oppervlakte van ca. 137,64m² en de verharding ca. 23m².

Rekening houdend met de oppervlakte van het perceel resteert er een tuinzone van meer dan 85%, wat ruim tegemoet komt aan de visie van de gemeente Zonhoven.

Visueel-vormelijke elementen

De verbouwingswerken worden uitgevoerd met dezelfde gevelmaterialen en dakbedekking als de bestaande woning.

Rekening houdend met de gevarieerde bebouwing in de omgeving zal het materiaalgebruik niet als storend ervaren worden in het straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf niet gewijzigd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

De aanvraag creëert voldoende woonkwaliteit en gebruiksgenot voor de bewoners. Door de aanvraag ontstaat geen bijkomende hinder.

Resultaten van het openbaar onderzoek

Er werden geen bezwaren ingediend.

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 24/07/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het afleveren van de  omgevingsvergunning aan Joris en Lucie Ganne - Quanten (2024/00069), Karekietstraat 10 te 3520 Zonhoven, voor het regulariseren en verbouwen van een eengezinswoning, gelegen op kadastraal perceel afdeling 4, sectie B, nummer 730M5 en gelegen aan Karekietstraat 10.

12.

2024_CBS_00769 - OMV - Vergunning - Daalheideweg 9 - 2024/00065 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
12.

2024_CBS_00769 - OMV - Vergunning - Daalheideweg 9 - 2024/00065 - Goedkeuring

2024_CBS_00769 - OMV - Vergunning - Daalheideweg 9 - 2024/00065 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00065

Referentie omgevingsloket:    OMV_2024032783

De aanvraag, ingediend door dhr. en mevr. Philippe en Kathleen Geeraerts - Vandensavel wonende te Daalheideweg 9 te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 03/04/2024 en op 12/06/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Daalheideweg 9, kadastraal gekend als afdeling 2 sectie D nrs. 130S11 en 130T11.

De aanvraag gaat over het verbouwen en uitbreiden van een vrijstaande eengezinswoning, het slopen van een vrijstaand en diverse aangebouwde bijgebouwen en het verwijderen en de regularisatie van verhardingen.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

    De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

•    algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

•    Stedenbouwkundige vergunning (1956/00067) voor het bouwen van een woonhuis - goedgekeurd op 10/04/1956.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

    Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich in een woonomgeving langs de Daalheideweg, een gemeenteweg ten oosten van Zonhoven. De bebouwing in de omgeving bestaat uit vrijstaande eengezinswoningen bestaande uit 2 bouwlagen onder een zadeldak.

Het perceel is momenteel bebouwd met een gedeeltelijk onderkelderde eengezinswoning, die ten opzichte van de vergunning uit 1956 gespiegeld werd opgebouwd.  De gewijzigde positie van de achterbouw, die daarvan het gevolg is, werd in de huidige aanvraag aan de hand van een luchtfoto uit 1977 aangetoond.  Deze kan daardoor als vergund geacht beschouwd worden.

Volgens de aanvraag en de informatie waarover wij beschikken, zijn er op het perceel zonder de nodige vergunningen diverse verhardingen, een vrijstaand bijgebouw, diverse aangebouwde bijgebouwen, een terrasoverkapping en langsheen de achterste perceelsgrens een gesloten omheining geplaatst.  De gespiegelde opbouw komt ook voor aan de binnenzijde van de woning, waardoor er de facto zonder aktename stabiliteitswerken werden uitgevoerd.  De hoogte van de asfaltverharding ligt volgens onze gegevens langs de linkerperceelsgrens bij de voorgevel van het vrijstaande bijgebouw op een peil van 57,39 meter en ter hoogte van de linkerhoek van de voorgevel van de woning op 57,50 meter.  De verharding helt er bovendien in zijn geheel af naar de linker perceelsgrens.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het slopen van het vrijstaande en alle aangebouwd bijgebouwen, het verwijderen en aanpassen van verhardingen, en het verbouwen en uitbreiden van een vrijstaande eengezinswoning.

De woning is ingeplant op 4,79 meter achter de voorste perceelgrens, op minimum 4,04m van de zijdelingse perceelsgrenzen.  

Door de verbouwing zal de bouwdiepte van de woning op het gelijkvloers verminderen tot 16,41 meter ten opzichte van de bestaande toestand. De bouwdiepte van de verdieping blijft 8,62 meter.  De uitbreiding aan de achterbouw zal de breedte ervan vergroten tot 7,12 meter met een tuinkamer tot op een bouwdiepte van 11,61 meter en een overdekt terras achter deze ruimte.

Aan het gebouw zal een complete dakrenovatie uitgevoerd worden waarbij op de verdieping 2 dakkapellen geplaatst worden op een verticale afstand van 0,63 meter van de nok.  Telkens met een breedte van 4,48 meter ofwel 60% van de totale breedte van het dak.   Onder het dak van de achterbouw worden een tuinkamer en een overdekt terras geïntegreerd. 

De kroonlijsthoogte van de woning is gelegen op 5,56m en de nokhoogte op 9,35m t.o.v. het maaiveld. De kroonlijst- en nokhoogte van de aanbouw achteraan bedragen respectievelijk 2,55 meter en 4,20 meter ten opzichte van het maaiveld.

In de voor- en linkerzijtuin wordt er in asfalt een inrit voorzien tot tegen de linker perceelsgrens.  Daarnaast wordt er in hetzelfde materiaal een voetpad rondom de woning en vanaf de achtergevel tot tegen achterste perceelsgrens geplaatst.

In overeenstemming met de plannen verzoekt de aanvrager om de gesloten afsluiting bestaande uit groene draad en bedekt met doek, die zich meer dan 30 meter van de woning bevindt, te regulariseren.

Volgens de beschrijvende nota zal er enkel verharding verwijderd worden en zullen er verder geen aanpassingen gebeuren aan de rest van de bestaande asfaltverhardingen.  De verhardingsgraad van de voortuin zal ongeveer 26% bedragen en het aandeel verhardingen en constructies op het perceel ongeveer 34%.  

De beschrijvende nota vermeldt dat het hemelwater dat op de verhardingen valt steeds zal infiltreren in de naastliggende groenzones.  Volgens het inplantingsplan BA_woning_I_N_01_inplanting nieuw_2024.05.14 is er geen groenzone voorzien naast de bestaande en te behouden verharding in de linkerzijtuin en stroomt het hemelwater dat erop valt voor een deel via een drainagesysteem naar de hemelwaterput en de infiltratievoorziening.  Volgens datzelfde plan ligt de asfaltverharding in de voortuin ongeveer 5 cm lager dan deze in de linkerzijtuin ter hoogte van de achterbouw waardoor het hemelwater dat erop valt naar de voorzijde van het perceel stroomt om voor de voorgevel in de groenzone te infiltreren.

De gevels worden uitgevoerd in roodbruine en bruinoranje genuanceerde gevelsteen in halfsteensverband. Het nieuwe buitenschrijnwerk zal vervaardigd zijn uit natuurkleurig, geanodiseerd aluminium. De dakbedekking wordt tot slot uitgevoerd in roodbruine tegelpannen en golfplaten.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

    Het dossier werd volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.

Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.

5.    ADVIEZEN

    Er zijn geen adviezen vereist.

6.    PROJECT-MER

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

    Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Daalheideweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.

Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

De plannen geven aan dat voor een uitbreiding van de woning met een horizontale dakoppervlakte van 125,5m² een hemelwaterput voorzien wordt met een inhoud van 10.000 liter en recuperatie van het hemelwater voor wasmachine, dienstkraan en toilet. De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een infiltratievoorziening waarvan de oppervlakte en het volume niet voldoen aan de verordening.  Vanaf de onderkant van de laagst gelegen overloop en tot op een diepte van maximaal 0,5 meter onder het maaiveld moet het infiltratievolume tenminste 4389 liter en de infiltratieoppervlakte minimaal 10,64m² bedragen.  Dit zal als voorwaarde worden opgelegd in de vergunning.

Volgens de aanvraag wordt het hemelwater dat op 33,93 m² van de verhardingen valt opgevangen en afgevoerd.  Het hemelwater dat op het overige gedeelte van de verhardingen valt kan volgens de aanvraag op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem infiltreren.  Volgens de gegevens waarover wij beschikken loopt de asfaltverharding aan de linkerzijde van de woning af naar de linker perceelsgrens en van de voorzijde naar de achterzijde.  Aangezien de aanvraag stelt dat er, met uitzondering van afbraak, geen aanpassingen aan de verhardingen worden uitgevoerd, is het volgens ons niet mogelijk dat de verharding in de linkerzijtuin aan de voorzijde van de woning infiltreert en ook niet dat er een bepaald deel van het hemelwater dat op deze verharding valt wordt afgevoerd.  Een deel van de asfaltverharding in de linkerzijtuin zal dan ook moeten verwijderd worden om ruimte te creëren voor groenzone om te infiltreren.  Dit zal als voorwaarde worden opgelegd in de vergunning.

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied. Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.  

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De bestaande woonfunctie blijft behouden en is functioneel inpasbaar in deze woonomgeving in het oosten van de gemeente Zonhoven. 

Schaal

Door de uitbreiding zal de bouwdiepte van de woning op het gelijkvloers met 16,41 meter groter zijn dan wat momenteel in de gemeente Zonhoven wordt geaccepteerd. Gezien de aanvraag een aanzienlijke verbetering realiseert ten opzichte van de bestaande toestand, de achtergevel van de woning op gelijke diepte staat met de vergunde gevel van de linkerbuur en de bouwdiepte op de verdieping slechts 8,62 meter blijft bedragen, is dit aanvaardbaar.

De verbouwing voorziet eveneens in het optrekken van de voorgevel waardoor er bijkomende bruikbare oppervlakte gecreëerd wordt op de 2de verdieping.  De kroonlijst- en nokhoogte blijven met 5,56 meter en 9,35 meter aanvaardbaar.  Onder het zadeldak worden 2 slaapkamers voorzien waarbij dakuitbouwen worden geplaatst. Dakuitbouwen worden principieel niet toegestaan wanneer ze bedoeld zijn om bijkomende vloeroppervlakte te creëren teneinde een derde bouwlaag te voorzien.  Dakuitbouwen die een breedte van 60% van de totale breedte van het dak in beslag nemen en waarvan de verticale afstand tot de nok slechts 0,63 meter bedraagt vormen een prominente impact op het straatbeeld.  Er is tijdens de voorbespreking akkoord gegaan met een ontwerp waarbij de nokhoogte 9,61 meter ten opzichte van het maaiveld bedroeg en zowel de verticale afstand van de uitbouwen tot de nok als de horizontale afstand ervan tot de voorgevel 1 meter bedroegen.  Het aandeel dakuitbouw in het hele dak en bijgevolg ook het effect van de uitbouw op het uitzicht van de woning was in dat geval beperkt en gaf de indruk van weliswaar een brede, doch verder normale dakkapel.  Het verschil in impact van de aanvraag ten opzichte van waar er tijdens de voorbespreking akkoord mee werd gegaan is niet aanvaardbaar.  Er zal een voorwaarde opgenomen worden in de vergunning waarbij ook de verticale afstand tot de nok tenminste 1 meter moet bedragen.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De woondichtheid wijzigt niet en blijf aanvaardbaar.

Het aandeel aan verhardingen en constructies op het perceel alsook de verhardingsgraad van de voortuin vallen binnen algemeen aanvaarde criteria in de gemeente Zonhoven. 

Visueel-vormelijke elementen

De woning zal na de verbouwing- en uitbreidingswerken een architecturaal aantrekkelijk uiterlijk krijgen.  De dakuitbouwen met een breedte van meer dan 60% van de breedte van het dak hebben echter een aanzienlijk visueel-vormelijke impact op de visueel-vormelijke uitstraling van de woning aangezien ze op de 2de verdieping prominent aanwezig zijn.  Er is tijdens de voorbespreking akkoord gegaan met een ontwerp waarbij de nokhoogte 9,61 meter ten opzichte van het maaiveld bedroeg en zowel de verticale afstand van de uitbouwen tot de nok als de horizontale afstand ervan tot de voorgevel 1 meter bedroegen.  Dit had tot gevolg dat de dakuitbouwen visueel weliswaar aanwezig, maar niet zozeer op de voorgrond traden in het uitzicht van de woning.  De hoofdrol die de dakuitbouwen in het beeld van de woning spelen, zoals voorgesteld in de huidige aanvraag, is niet aanvaardbaar.

Mits de omvang van de dakuitbouwen beperkt blijft ten opzichte van de totale dakoppervlakte waarbij telkens een verticale afstand van 1 meter tot de nok en een horizontale afstand van 1 meter ten opzichte van de voorgevel gerespecteerd wordt, kan het voorziene ontwerp zich mooi integreren in de omgeving.  Dit zal als voorwaarde worden opgelegd in de vergunning.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf niet gewijzigd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Er wordt weliswaar de handeling ‘Verbouwen met functiewijziging, maar zonder wijziging van het aantal woongelegenheden’ aangevraagd, toch wordt er verder nergens gespecifieerd om welke wijziging het gaat.  Gezien de onduidelijkheid en om hinder naar de buren toe te voorkomen moet de enige hoofdfunctie een eengezinswoning blijven.  Het doorvoeren van vergunningsplichtige functiewijzigingen blijft in de toekomst mogelijk, mits het bekomen van een omgevingsvergunning.

Dit zal als voorwaarde worden opgelegd in de vergunning.

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarden

•    Vanaf de voorgevel moet in de linkerzijtuin langsheen de linker perceelsgrens over een lengte van 16,41 meter een breedte van tenminste 1,02 meter van de verharding, zoals aangeduid op de plannen, verwijderd worden.  Ter hoogte van de achterbouw gaat het om tenminste 1,09 meter.

•    De infiltratievoorziening met een maximale diepte van 0,5 meter onder het maaiveld moet onder de laagst gelegen afvoer beschikken over een infiltratievolume en -oppervlakte van respectievelijk tenminste 4389 liter en 10,64 m².

•    De omvang van beide dakuitbouwen moet, zoals aangeduid op de plannen, beperkt blijven tot een verticale afstand van minimaal 1 meter tot aan de nok.

•    De hoofdfunctie van de woning moet na uitvoering van de werken een eengezinswoning blijven.  Vergunningsplichtig wijzigen van (een deel van) de hoofdfunctie blijft in de toekomst mogelijk mits het bekomen van een omgevingsvergunning.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 24/07/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan Philippe en Kathleen Geeraerts - Vandensavel wonende te Daalheideweg 9 te 3520 Zonhoven voor het verbouwen en uitbreiden van een vrijstaande eengezinswoning, het slopen van een vrijstaand en diverse aangebouwde bijgebouwen en het verwijderen en de regularisatie van verhardingen, gelegen Daalheideweg 9, kadastraal gekend als afdeling 2 sectie D nrs. 130S11 en 130T11.

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:

Stedenbouwkundige voorwaarden

  • Vanaf de voorgevel moet in de linkerzijtuin langsheen de linker perceelsgrens over een lengte van 16,41 meter een breedte van tenminste 1,02 meter van de verharding, zoals aangeduid op de plannen, verwijderd worden.  Ter hoogte van de achterbouw gaat het om tenminste 1,09 meter.
  • De infiltratievoorziening met een maximale diepte van 0,5 meter onder het maaiveld moet onder de laagst gelegen afvoer beschikken over een infiltratievolume en -oppervlakte van respectievelijk tenminste 4389 liter en 10,64 m².
  • De omvang van beide dakuitbouwen moet, zoals aangeduid op de plannen, beperkt blijven tot een verticale afstand van minimaal 1 meter totaan de nok.
  • De hoofdfunctie van de woning moet na uitvoering van de werken een eengezinswoning blijven.   Vergunningsplichtig wijzigen van (een deel van) de hoofdfunctie blijft in de toekomst mogelijk mits het bekomen van een omgevingsvergunning.
13.

2024_CBS_00770 - OMV - Vergunning - Beringersteenweg 25 - 2024/00085 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
13.

2024_CBS_00770 - OMV - Vergunning - Beringersteenweg 25 - 2024/00085 - Goedkeuring

2024_CBS_00770 - OMV - Vergunning - Beringersteenweg 25 - 2024/00085 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00085

Referentie omgevingsloket:    OMV_2024060185

De aanvraag, ingediend door dhr. en mevr. Sam en Lore Verhaert - Mathuvis wonende te Beringersteenweg 25 te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 29/04/2024 en op 26/06/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Beringersteenweg 25, kadastraal gekend als afdeling 3 sectie F nr. 600K.

De aanvraag gaat over het verbouwen van een eengezinswoning, het slopen van een bijgebouw en het rooien van een boom.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

    De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied en woonuitbreidingsgebied.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

•    algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

•    Stedenbouwkundige vergunning (1955/00012) voor bouwen van een woonhuis - goedgekeurd op 20/06/1955.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

    Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich aan de Beringersteenweg, een gewestweg ten zuidwesten van het centrum van Zonhoven, in de deelkern Ter Donk.

De omgeving bestaat hoofdzakelijk uit open en halfopen eengezinswoningen.

Het straatbeeld wordt gevormd door een zeer gevarieerde bebouwing.  De bebouwing varieert qua inplanting, bouwhoogte, dakprofiel alsook materiaalgebruik.

Het achterliggende gebied is woonuitbreidingsgebied.

Het perceel is momenteel bebouwd met een vrijstaande eengezinswoning en een niet-vergund bijgebouw (garage).

Op het perceel bevinden zich verschillende hoogstammige loof- en naaldbomen.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het slopen van een vrijstaand bijgebouw, het verbouwen van een eengezinswoning en het rooien van een boom.

Het niet-vergunde bijgebouw dat dienst doet als garage wordt gesloopt.  Het bijgebouw met een oppervlakte van 37,41m² bevindt zich op 3,30m achter de achtergevel van de woning en op 1,60m van de linker perceelgrens.

De bestaande woning wordt verbouwd en uitgebreid.

De woning wordt aan de achterzijde, op het gelijkvloers uitgebreid.  Verder wordt de woning intern verbouwd en zal de buitenschil verwijderd worden om de nodige isolatie te voorzien.

De nieuwe achterbouw heeft een maximale bouwdiepte van 5,25m en een bouwbreedte van maximum 8,85m.  Hierdoor wordt de bouwdiepte op het gelijkvloers gebracht op 16,50m.  De bouwvrije zijtuinstroken van minimum 3m blijven gerespecteerd.

De uitbreiding wordt afgewerkt met een gecombineerd dakprofiel (plat en hellend).  De achterbouw is in het midden tegen de achtergevel van de woning 4,25m hoog (= 3,85m t.o.v. de as van de weg) en helt zowel naar de zijkant als in de diepte af tot een hoogte van 3,50m ten opzichte van het maaiveld (= 3,10m t.o.v. de as van de weg).

De gevels zullen afgewerkt worden in witte gevelsteen in blokverband. Het buitenschrijnwerk en de dakranden worden uitgevoerd in gemoffeld wit aluminium, en het dak zelf wordt afgewerkt in EPDM.

De wit geschilderde gevelsteen van de woning zelf wordt afgebroken en zal na het aanbrengen van gevelisolatie terug opgebouwd worden met een witte gevelsteen gecombineerd met een plint in zwarte gevelsteen.

Na het uitvoeren van de verbouwingswerken zal de woning ingeplant zijn op 9m achter de rooilijn / voorste perceelgrens, op minimum 3m van de rechter perceelgrens en op 5,50m van de linker perceelgrens.  De maximale bouwdiepte bedraagt 16,50m.  De maximale hoogte van de woning is gelegen op 8,45m ten opzichte van de as van de weg.

Het buitenschrijnwerk voor de hoofdbouw wordt vervangen door aluminium in dezelfde blauwe kleur als het bestaande schrijnwerk. Het ontwerp is klassiek met een moderne toets.

Behoudens de woning worden ook verhardingen voorzien / aangepast.

De eerste 5,50m van de voortuin alsook het openbaar domein zijn momenteel over de volledige breedte van het perceel verhard.  Deze verharding zal verwijderd worden en aangeplant worden met groenaanplanting.

De bestaande inrit die toegang verleent tot de niet-vergunde garage werd aangelegd langsheen de linker perceelgrens.  De inritverharding zal beperkt worden tot een lengte van 20,20m (= achtergevel hoofdvolume).  Tevens wordt langsheen de linker perceelgrens een groenzone voorzien met een breedte van 0,50m.  Ter hoogte van de rooilijn / voorste perceelgrens wordt de breedte van de inrit gereduceerd tot 3m.

Aan de achterzijde van de woning wordt een niet-overdekt terras voorzien in waterdoorlatende klinkers over de hele breedte van de constructie. De oppervlakte van deze verharding is 31,5m². 

Tot slot wenst de bouwheer een hoogstamminge boom te rooien.  De boom bevindt zich in de achtertuin, ter hoogte van de aan te leggen wadi.

De boom bevindt zich om minder dan 15m van de vergunde woning waardoor het rooien vrijgesteld is van vergunning.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

    Het dossier werd volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.

Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.

5.    ADVIEZEN

    Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:

•    dienst facilitair management

•    dienst patrimonium

•    Agentschap Wegen en Verkeer.

6.    PROJECT-MER

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

    Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Beringersteenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Uit het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer blijkt dat de rooilijn gelegen is op 13m uit de as van de gewestweg.  Gezien de woning is ingeplant op 16,10m uit de as van deze weg, is het gebouw niet getroffen door de rooilijn.  Er werd door het Agentschap Wegen en Verkeer een voorwaardelijk gunstig advies verleend.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.

Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

Het project voorziet een hemelwaterput met een inhoud van 10 000 liter en recuperatie van het hemelwater voor de toiletten, wasmachine, uitgietbak en buitenkraan.  De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een open infiltratievoorziening in de achtertuin, waarvan de oppervlakte en het volume voldoen aan de verordening.

De verordening is niet van toepassing op de aanleg van de voorziene verhardingen. Het hemelwater dat op de verharding valt, wordt namelijk niet opgevangen en afgevoerd, maar kan volgens de aanvraag op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem infiltreren.

Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied. Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.

Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De bestaande woonfunctie blijft behouden en is functioneel inpasbaar op deze locatie.

Mobiliteitsimpact

Het ontwerp voorziet een inrit aan de linkerzijde van het perceel.  De breedte van de inrit ter hoogte van de rooilijn / voorste perceelgrens bedraagt 3m, nadien wordt ze verruimd tot 5m.  De inrit biedt de mogelijkheid om meerdere voertuigen te stallen.

Het stallen van voertuigen kan dan ook geheel op eigen terrein gebeuren waardoor de last van het autobezit niet wordt afgeschoven naar het openbaar domein.

Schaal

De voorgestelde bebouwing is in overeenstemming met de algemeen gehanteerde normen.

De bebouwing in de directe omgeving varieert sterk qua inplanting, bouwdiepte, bouwhoogte alsook materiaalgebruik.  Rekening houdend met de gevarieerde bebouwing in de directe omgeving zal het voorgestelde niet als storend ervaren worden in het bestaande straatbeeld.

Er resteert nog een ruime groenzone die ingericht kan worden als tuin.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Gezien de functie als eengezinswoning ongewijzigd blijft en de woondichtheid bijgevolg behouden blijft is deze aanvaardbaar op deze locatie.

De bebouwing heeft een oppervlakte van 140,9m² en de verharding 131,5m².  Rekening houdend met de oppervlakte van het perceel resteert er een tuinzone van ca. 77%, wat ruimschoots tegemoet komt aan de visie van de gemeente Zonhoven.

Visueel-vormelijke elementen

De gevelafwerking is voorzien in witte gevelsteen gecombineerd met witte rockpanelen. De hellende daken worden belegd met zwarte pannen.  De dakbedekking van de nieuwe achterbouw wordt uitgevoerd met EPDM.

De bebouwing in de omgeving varieert qua bouwstijl alsook materiaalgebruik.  Bijgevolg zal het voorgestelde materiaalgebruik niet als storend ervaren worden in het straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliƫf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliƫf quasi niet gewijzigd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

De aanvraag creĆ«ert voldoende woonkwaliteit en gebruiksgenot voor de bewoners.  Door de aanvraag ontstaat geen bijkomende hinder.

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van Agentschap Wegen en Verkeer d.d. 9 juli 2024 is voorwaardelijk gunstig.

ā€œOm deze redenen adviseert het Agentschap Wegen en Verkeer VOORWAARDELIJK GUNSTIG.

De volgende voorwaarden dienen te worden opgelegd:

    Op deze locatie zijn er infrastructurele aanpassingen gepland van het openbaar domein. Er wordt een vrijliggend fietspad gecreĆ«erd conform het vademecum. Om dit te realiseren dient er op het desbetreffende perceel een onteigening te gebeuren van +/- 1,7 meter. Hiermee dient reeds rekening te worden gehouden bij de uitvoering van de verbouwing. De nieuwe perceelafsluiting dient dan ook verschoven te worden naar de nieuwe onteigeningslijn. Eveneens dient de toegangsbreedte ter hoogte van de onteigeningslijn beperkt te worden tot 4,5 meter conform de voorschriften.

    De berm (nu met grindverharding) dient in zijn oorspronkelijke toestand, zijnde grasberm, te worden hersteld.

    Conform de bepalingen dient het perceel aan de perceelgrens onoverrijdbaar te worden afgesloten behoudens vergunde inrit.

    Op de onverharde/verharde berm langs de gewestweg mogen er geen parkeerplaatsen ingericht worden.  (Cfr BVR 29/03/2002 retributiebesluit).

    Insteekparkings langs een gewestweg zijn niet toegestaan omwille van de verkeersveiligheid. Het gebruik van insteekparkings geeft onvoldoende zicht bij het oprijden van de gewestweg, wat een gevaar is voor automobilisten en zwakke weggebruikers.

Bij de uitvoering van de vergunning dient de aanvrager rekening te houden met de hierna omschreven aandachtspunten.ā€

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van dienst facilitair management d.d. 12 juli 2024 is voorwaardelijk gunstig.

ā€œGunstig voor  de werken zoals voorgesteld in de aangeleverde documenten, mits volgende voorwaarden worden voldaan:

    Gezien het aantal aanwezige bomen dient er slechts 1 steekeigen en/of klimaat robuuste hoogstam bijkomend in de voortuin te worden aangeplant. Deze boom wordt aangeplant in een maat niet kleiner dan 14-16 en is minstens van grootte 1b.

    De te behouden en de verplicht aan te planten bomen kunnen enkel nog gerooid worden door middel van een gemotiveerde vergunning, vrijstellingsregeling komt hier te vervallen.

    Voor de verplicht aan te planten bomen is er de verplichting om deze bij afsterven op aan te planten.

    De nieuw aan te planten boom dient aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het beĆ«indigen van de bouwwerken.

    De bouwheer voorziet de nodige flankerende maatregelen om de nog aanwezige bomen maximaal te beschermen tegen de nadelige invloed van de uit te voeren werken. Zo is het bv. verboden om materialen te stapelen binnen de kruinprojectie van de nog aanwezige bomen. Is het verboden werfverkeer te organiseren binnen de kruinprojecties. Indien dit laatste onmogelijk te vermijden is, worden de nodige maatregelen getroffen om verdichting van de bodem te voorkomen (bv. leggen van rijplaten of aangepaste voertuigen).

Via de volgende linken kan men meer info vinden over klimaat robuuste en/of streekeigen bomen:

    https://www.ecopedia.be/bomenwijzer

    https://www.plantvanhier.be/plantengidsā€

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van dienst patrimonium d.d. 26 juni 2024 is voorwaardelijk gunstig.

ā€œDe inrit op openbaar domein dient aangelegd te worden in waterdoorlatende of waterpasserende materialen (geen kiezel). De rest van het openbaar domein dient een groenberm / grasberm te zijn.ā€

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.

Gezien het rooien van de boom vrijgesteld is van vergunning, wordt hier verder geen uitspraak over gedaan.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarden

    Het advies van de dienst patrimonium moet gevolgd worden:

De inrit op openbaar domein dient aangelegd te worden in waterdoorlatende of waterpasserende materialen (geen kiezel). De rest van het openbaar domein dient een groenberm / grasberm te zijn.

    Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer moet gevolgd worden.

•    Op deze locatie zijn er infrastructurele aanpassingen gepland van het openbaar domein. Er wordt een vrijliggend fietspad gecreĆ«erd conform het vademecum. Om dit te realiseren dient er op het desbetreffende perceel een onteigening te gebeuren van +/- 1,7 meter. Hiermee dient reeds rekening te worden gehouden bij de uitvoering van de verbouwing. De nieuwe perceelafsluiting dient dan ook verschoven te worden naar de nieuwe onteigeningslijn. Eveneens dient de toegangsbreedte ter hoogte van de onteigeningslijn beperkt te worden tot 4,5 meter conform de voorschriften.

•    De berm (nu met grindverharding) dient in zijn oorspronkelijke toestand, zijnde grasberm, te worden hersteld.

•    Conform de bepalingen dient het perceel aan de perceelgrens onoverrijdbaar te worden afgesloten behoudens vergunde inrit.

•    Op de onverharde/verharde berm langs de gewestweg mogen er geen parkeerplaatsen ingericht worden.(Cfr BVR 29/03/2002 retributiebesluit).

•    Insteekparkings langs een gewestweg zijn niet toegestaan omwille van de verkeersveiligheid. Het gebruik van insteekparkings geeft onvoldoende zicht bij het oprijden van de gewestweg, wat een gevaar is voor automobilisten en zwakke weggebruikers.

    Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:

•    Er dient 1 steekeigen en/of klimaat robuuste hoogstam bijkomend in de voortuin te worden aangeplant. Deze boom wordt aangeplant in een maat niet kleiner dan 14-16 en is minstens van grootte 1b.

•    De te behouden en de verplicht aan te planten boom kan enkel gerooid worden door middel van een gemotiveerde vergunning, vrijstellingsregeling komt hier te vervallen,

•    Voor de verplicht aan te planten boom is er de verplichting om deze bij afsterven op aan te planten,

•    De nieuw aan te planten boom dient aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het beĆ«indigen van de bouwwerken,

•    De bouwheer voorziet de nodige flankerende maatregelen om de nog aanwezige bomen maximaal te beschermen tegen de nadelige invloed van de uit te voeren werken. Zo is het bv. verboden om materialen te stapelen binnen de kruinprojectie van de nog aanwezige bomen. Is het verboden werfverkeer te organiseren binnen de kruinprojecties. Indien dit laatste onmogelijk te vermijden is, worden de nodige maatregelen getroffen om verdichting van de bodem te voorkomen (bv. leggen van rijplaten of aangepaste voertuigen).

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 23/07/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning van Sam en Lore Verhaert-Mathuvis (2024/00085), Beringersteenweg 25 te 3520 Zonhoven, voor verbouwen van een eengezinswoning, het slopen van een bijgebouw en het rooien van een boom, gelegen op kadastraal perceel afdeling 3, sectie F, nummer 600K en gelegen aan Beringersteenweg 25.

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:

Stedenbouwkundige voorwaarden

  • Het advies van de dienst patrimonium moet gevolgd worden:

De inrit op openbaar domein dient aangelegd te worden in waterdoorlatende of waterpasserende materialen (geen kiezel). De rest van het openbaar domein dient een groenberm / grasberm te zijn.

  • Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer moet gevolgd worden.
  • Op deze locatie zijn er infrastructurele aanpassingen gepland van het openbaar domein. Er wordt een vrijliggend fietspad gecreëerd conform het vademecum. Om dit te realiseren dient er op het desbetreffende perceel een onteigening te gebeuren van +/- 1,7 meter. Hiermee dient reeds rekening te worden gehouden bij de uitvoering van de verbouwing. De nieuwe perceelafsluiting dient dan ook verschoven te worden naar de nieuwe onteigeningslijn. Eveneens dient de toegangsbreedte ter hoogte van de onteigeningslijn beperkt te worden tot 4,5 meter conform de voorschriften.
  • De berm (nu met grindverharding) dient in zijn oorspronkelijke toestand, zijnde grasberm, te worden hersteld.
  • Conform de bepalingen dient het perceel aan de perceelgrens onoverrijdbaar te worden afgesloten behoudens vergunde inrit.
  • Op de onverharde/verharde berm langs de gewestweg mogen er geen parkeerplaatsen ingericht worden.(Cfr BVR 29/03/2002 retributiebesluit).
  • Insteekparkings langs een gewestweg zijn niet toegestaan omwille van de verkeersveiligheid. Het gebruik van insteekparkings geeft onvoldoende zicht bij het oprijden van de gewestweg, wat een gevaar is voor automobilisten en zwakke weggebruikers.
  • Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:
  • Er dient 1 steekeigen en/of klimaat robuuste hoogstam bijkomend in de voortuin te worden aangeplant. Deze boom wordt aangeplant in een maat niet kleiner dan 14-16 en is minstens van grootte 1b.
  • De te behouden en de verplicht aan te planten boom kan enkel gerooid worden door middel van een gemotiveerde vergunning, vrijstellingsregeling komt hier te vervallen,
  • Voor de verplicht aan te planten boom is er de verplichting om deze bij afsterven op aan te planten,
  • De nieuw aan te planten boom dient aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het beëindigen van de bouwwerken,
  • De bouwheer voorziet de nodige flankerende maatregelen om de nog aanwezige bomen maximaal te beschermen tegen de nadelige invloed van de uit te voeren werken. Zo is het bv. verboden om materialen te stapelen binnen de kruinprojectie van de nog aanwezige bomen. Is het verboden werfverkeer te organiseren binnen de kruinprojecties. Indien dit laatste onmogelijk te vermijden is, worden de nodige maatregelen getroffen om verdichting van de bodem te voorkomen (bv. leggen van rijplaten of aangepaste voertuigen).
14.

2024_CBS_00771 - OMV - Besluit Deputatie - Ballewijerweg, Ballebroekweg, Basveldweg, Maexhofweg, Molenschansweg - 2024/00049 - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
14.

2024_CBS_00771 - OMV - Besluit Deputatie - Ballewijerweg, Ballebroekweg, Basveldweg, Maexhofweg, Molenschansweg - 2024/00049 - Kennisneming

2024_CBS_00771 - OMV - Besluit Deputatie - Ballewijerweg, Ballebroekweg, Basveldweg, Maexhofweg, Molenschansweg - 2024/00049 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de beslissing van de deputatie van 10 juli 2024:

BESLUIT
Artikel 1
§1 Aan Fluvius System Operator wordt, onder de voorwaarden bepaald in dit besluit, de omgevingsvergunning verleend voor de (her)aanleg van een RWA-stelsel en DWA-stelsel met als doel een gescheiden riolering te realiseren in de straten Ballewijerweg, Ballebroekweg, Basveldweg, Maexhofweg, Molenschansweg en een deel van de Herestraat (met inrichtingsnummer 20231026-0082), met als voorwerp:
* de volgende stedenbouwkundige handelingen:
- Aanleg riolering DWA en RWA inclusief grachten
- Wijziging/ aanleg van verharding wegenis
- Aanleg verharding fietspaden
- (Her-)aanleg van inbuizingen
- Rooien van hoogstammige bomen
- Ontbossen
- Reliëfwijziging voor het uitgraven, herprofileren of rechttrekken van grachten
- Wijziging waterloop

gelegen ter plaatse Maexhofweg 2, 8, 18, Basveldweg 1A, 1B, 1, 3A, 3B, 3, 5, 7, 12A, 12, 20, Ballewijerweg 62, 64, 66, 69, 71, 72, 74, 76, 117, 171, 173, Muizenstraat 50, 52, Molenschansweg 13, Ballebroekweg 5, 7A, 7, 8, 10, 23 te 3520 Zonhoven, kadastraal gekend 71443E0451/00H000, 71443E0600/00P000, 71443E0446/00D000, e.a.

* de volgende Ingedeelde inrichtingen en activiteiten
Aanvraag van CV Fluvius System Operator voor het exploiteren van een tijdelijke bemaling en de bijhorende lozing van het bemalingswater ifv geplande wegenis- en rioleringswerken in combinatie met werken aan de nutsleidingen, waarvoor volgende rubrieken uit de indelingslijst van Vlarem II, bijlage 1 van toepassing zijn:
Rubriek 3.4.3°: lozen van bedrijfsafvalwater, zonder afvalwaterzuiveringsinstallatie met een debiet van meer 100 m³/u
vergund: /
totaal na verandering: lozing bemalingswater in oppervlaktewater (Slangbeek/vijver Reddel) - totaal: 390,1 m³/uur (klasse 1)

Rubriek 53.2.1°c): bronbemaling, met inbegrip van terugpompingen, die technisch noodzakelijk is voor bouwkundige werken of openbare nutsvoorzieningen: bronbemaling, met een debiet van meer dan 2.000 m³ per dag
vergund: /
totaal na verandering: bemaling i.h.k.v. infrastructuurwerken - totaal: 9.362 m³/dag (klasse 1)

Rubriek 53.11.2°: onttrekken van grondwater met debiet ≥ 1.000 m³/dag als de activiteit een betekenisvolle aantasting kan veroorzaken van de natuurlijke kenmerken van een speciale beschermingszone
vergund: /
totaal na verandering: bemaling i.h.k.v. infrastructuurwerken - totaal: 9.362 m³/dag (klasse 1)

gelegen ter plaatse Maexhofweg, Basveldweg, Ballewijerweg, Muizenstraat, Molenschansweg, Ballebroekweg te 3520 Zonhoven, kadastraal gekend: 71443E0453/00S000, 71443E0366/00_000, e.a.

* de volgende vegetatiewijzigingen:
- het wijzigen van historisch permanente graslanden, inclusief het verbonden microreliëf en poelen (Planaanduiding: HPG)
- het verwijderen of beschadigen van kleine landschapselementen (Planaanduiding: KLE_hout)
- het verwijderen of beschadigen van kleine landschapselementen (Planaanduiding: KLE_vegetatie)
- het uitgraven, verbreden, rechttrekken of dichten van kleine landschapselementen (Planaanduiding: KLE_water)
- het mechanisch of chemisch beschadigen of vernietigen (Planaanduiding: vegetaties)

gelegen ter plaatse, kadastraal gekend: 71443E0451/00H000, 71443E0600/00P000, e.a.

§2. Deze vergunning wordt ook beschouwd als machtiging voor de uitvoering van werken van wijziging of verbetering aan ROOSTERBEEK, nummer 43, categorie: 2de - SLANGBEEK, nummer 211, categorie: 2d, zoals vermeld in het advies d.d. 29 april 2024 van de Dienst Waterlopen en Domeinen van het Provinciebestuur met referentie 2024N108207 – 2024 – 524;

§3. De plannen zoals opgeladen in het omgevingsloket onder projectinhoudversie PIV4 maken integraal deel uit van het vergunningsbesluit.

Artikel 2
De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend:
- voor wat betreft de stedenbouwkundige handelingen en vegetatiewijzigingen: voor onbepaalde duur
- voor wat betreft de ingedeelde inrichtingen of activiteiten: voor een termijn van 450 dagen vanaf de start der werken.

Artikel 3
§1. Voor wat betreft de stedenbouwkundige handelingen:
- onder volgende voorwaarden:
1. Er moet tegemoet gekomen worden aan de opmerkingen van Fluxys:
a. De rioleringsputten dienen van het “versmalde type” te zijn, gezien de korte afstand tot de Fluxys leiding. Dit werd overeengekomen met Arcadis en Aquafin.
b. Er dienen, aan de zijde van de Fluxysleiding, ondiepe rioolslikkers gebruikt te worden gezien deze nagenoeg boven de Fluxys leiding komen te liggen.
c. De kruisingen van de huisaansluitingen met de Fluxys leiding, dienen een minimum tussenafstand van 30 cm te behalen.
d. De tussenafstanden vermeld op de plannen “BA_RIOLERING_PRL_BN_Fluxys_3.pdf” en “BA_RIOLERING_PRL_BN_Fluxys_4.pdf” dienen strikt nageleefd te worden.
e. Alle kruisingen met de Fluxysleiding (huisaansluitingen, kruising met riolering …) dient onder continu toezicht van een Fluxys patrouilleur te gebeuren.
f. Ten allen tijden dienen zowel de specifieke voorwaarden en veiligheidsmaatregelen op onderstaande pagina's te worden nageleefd in het kader van uw aanvraag.

2. De aanbevelingen en adviezen opgenomen in het toegevoegde sloopopvolgingsplan moeten worden nageleefd.

3. De maatregelen in de archeologienota met referentienummer ID 20007 (https://id.erfgoed.net/archeologie/archeologienotas/20007) moeten uitgevoerd worden overeenkomstig het programma geformuleerd in die archeologienota, inclusief de opgelegde voorwaarden, en het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013.

4. De toegang tot de verschillende landbouwgebruikspercelen langsheen het tracé dienen zowel tijdens als na de werken voldoende verzekerd te blijven en mogen niet in het gedrang worden gebracht.

5. De voorwaarden uit het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos d.d.7 mei 2024 moeten strikt worden nageleefd.

6. De voorwaarden uit het advies van de afdeling Waterbeheer provincie Limburg d.d. 29 april 2024 moeten strikt worden nageleefd.

§2 voor wat betreft de ingedeelde inrichtingen of activiteiten, onder volgende voorwaarden:
a) de algemene en sectorale voorwaarden van Vlarem II

b) de hierna vermelde bijzondere voorwaarden:

1. In aanvulling en/of afwijking van de algemene lozingsvoorwaarden van Vlarem II voor het lozen van bedrijfsafvalwater op oppervlaktewater gelden voor het geloosde bedrijfsafvalwater volgende emissiegrenswaarden:
- Arseen totaal: 25 µg/l

2. In afwijking van art 4.2.5.1.1.§1 van Vlarem II moet er geen continue debietsmeet- en bemonsterings- apparatuur voorzien worden. De monstername mag gebeuren via een aftapkraantje en het lozingsdebiet mag bepaald worden via de debietmeter van het opgepompte grondwater.

3. De start- en stopdatum van de bemaling wordt gecommuniceerd via grondwater.lim.verg@vmm.be.

4. Voorafgaandelijk aan de bemaling moet nagegaan worden of er nieuwe bodemdossiers zijn gekend en of de bemaling mogelijk impact kan hebben. In het kader van aanwezigheid van verontreiniging ter hoogte van Oppelsenweg 80 (bodemdossier 58895) en Manerikweg 5 (bodemdossier 98414), dient voor de opstart van de bemaling nagegaan te worden of er op die locaties nog een peilbuis aanwezig is die relevant is in het kader van de opvolging en mogelijke impact van de bemaling. Deze dient dan ook mee opgenomen te worden in de opvolging. Indien afwezig, dient een monitoringspeilbuis te worden voorzien.

5. Monitoring gebeurt overeenkomstig het opgestelde monitoringsplan:
a) Grondwaterpeilen:
Voor lange lineaire projecten wordt er minstens om de 400 meter een peilbuis geplaatst in de te bemalen watervoerende laag. Aangezien de lengte van de bemalingsstrengen worden beperkt (2x100 m voor riolering en gemiddelde 225 m voor de nutsleiding) wordt één peilbuis per 200 m voorzien om de waterstanden te controleren. De grondwaterstanden worden dagelijks gemonitord.
b) Waterpeil vijver de Reddel:
Er dient een peilbuis met diver te worden geplaatst in de vijver Reddel, zodat het waterpeil in de vijver continu gemonitord kan worden. Zolang het waterpeil onder een vastgelegde maximumwaarde blijft, kan er geloosd worden. Deze maximumwaarde dient te worden afgestemd met Het Limburgs Landschap. Zodra het waterpeil de maximumwaarde overschrijdt, dient de lozing op Reddel stopgezet te worden en moet er op de Slangbeek geloosd worden.
c) Zettingsbakens ter hoogte van Bokrijkseweg 77:
Er worden zettingsbakens geplaatst t.h.v. Bokrijkseweg 77. Indien er een absolute zetting van 15 mm of meer gemeten wordt de bemaling bijgestuurd. Vanaf 20 mm wordt de bemaling die een invloed op de receptor heeft, stopgezet. Volgende monitoringsfrequentie wordt gevolgd:
- vóór aanvang van de werken
- bij opstart van fase 3B (Ballebroekweg) dagelijks
- af te bouwen naar wekelijks (of nog minder) in functie van de resultaten en na overleg met buurterrein.
Er wordt aangeraden om de grondwaterstanden aan de hand van een peilbuis dagelijks op te volgen.
d) Kwaliteit bemalingswater:
Het bemalingswater dient per deeltraject bij start gemonitord te worden voor analyse op het standaard analysepakket voor grondwater.
Het deeltraject in de nabijheid van dossier 8285 (de vijfde sleuf van fase 2B) dient minimaal bij start geanalyseerd te worden en nadien wekelijks.

Artikel 4
§1 Van de in artikel 1 bedoelde vergunning mag gebruik worden gemaakt als de aanvrager niet binnen een termijn van vijfendertig dagen die ingaat na de eerste dag van de aanplakking, op de hoogte is gebracht van de instelling van een schorsend administratief beroep als vermeld in artikel 52 van het OVD.

§2 De aanvrager mag onmiddellijk gebruikmaken van de omgevingsvergunning in de gevallen, vermeld in artikel 55, tweede lid van het OVD.

Artikel 5
De beslissing wordt ter beschikking gesteld van:
1) de aanvrager, met name Fluvius System Operator
2) het college van burgemeester en schepenen van en te Zonhoven
3) het departement Omgeving, Afdeling GOP – RO – Limburg, Koningin Astridlaan 50/1 te 3500 Hasselt
4) het departement Omgeving, Afdeling GOP - Milieuvergunningen - Limburg, Koningin Astridlaan 50/5 te 3500 Hasselt
5) de adviesinstanties, vermeld in artikel 35, 37, 38/1 en/of 38/3 die advies verlenen in eerste aanleg
6) de Provinciale Omgevingsvergunningscommissie
7) het departement Omgeving, dienst MER, Afdeling Gebiedsontwikkeling, omgevingsplanning en -projecten (GOP), Koning Albert II-laan 20 bus 8 te 1000 Brussel
8) de NV AQUAFIN te 2630 Aartselaar
9) het Agentschap Onroerend Erfgoed, Koningin Astridlaan 50/1 te 3500 Hasselt
10) het departement Omgeving, Afdeling Handhaving Limburg, Koningin Astridlaan 50/5 te 3500 Hasselt

Artikel 6
De beslissing wordt, overeenkomstig de artikel 56 t.e.m. 63 van het besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet betreffende de Omgevingsvergunning van 25 april 2014 (OVB), bekendgemaakt door:
 in voorkomend geval, de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden, conform artikel 59;
 de publicatie op de website van de gemeente waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden, conform artikel 60;
 in voorkomend geval, de publicatie in een dag- of weekblad, conform artikel 61;
 in voorkomend geval, de individuele kennisgeving, conform artikel 62;
 de analoge of digitale terinzagelegging van de beslissing in het gemeentehuis van de gemeente waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden, conform artikel 63.

Artikel 7
Tegen deze beslissing kan, overeenkomstig artikel 52 en volgende van het decreet betreffende de Omgevingsvergunning van 25 april 2014 (OVD) en artikel 73 en volgende van het besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning (OVB), een beroep worden ingediend bij de Vlaamse Regering, digitaal via het omgevingsloket of analoog p/a Afdeling GOP – Directie Omgevingsprojecten, Koning Albert II-laan 20 bus 8 te 1000 Brussel.

Het beroep moet op straffe van onontvankelijkheid ingesteld worden per beveiligde zending binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:
-  de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;
-  de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;
-  de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

De beroeper bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:
1 de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;
2 de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;
3 het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.

Het beroepschrift moet op straffe van onontvankelijkheid de gegevens en bewijsstukken bevatten zoals vermeld in artikel 74 van het OVB. Bij het indienen van een beroep tegen een beslissing in eerste aanleg over een aanvraag voor een omgevingsvergunning is een dossiertaks verschuldigd overeenkomstig de bepalingen van artikel 12 van het OVD.

Als met toepassing van artikel 31/1 van het OVD bij de Vlaamse regering een georganiseerd administratief beroep werd ingesteld tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, bevat het beroep op straffe van onontvankelijkheid een afschrift van het beroepschrift bij de Vlaamse regering.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de beslissing van de Bestendige deputatie van 10 juli 2024.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit over te gaan tot de bekendmaking van deze beslissing overeenkomstig de artikelen 56 t.e.m. 63 van het besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet betreffende de Omgevingsvergunning van 25 april 2014.

15.

2024_CBS_00772 - OMV - Besluit Deputatie - Houthalenseweg 2 en 2A - 2023/00228 - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
15.

2024_CBS_00772 - OMV - Besluit Deputatie - Houthalenseweg 2 en 2A - 2023/00228 - Kennisneming

2024_CBS_00772 - OMV - Besluit Deputatie - Houthalenseweg 2 en 2A - 2023/00228 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Beslissing van de Bestendige deputatie van 10 juli 2024:

Besluit

Artikel 1
§1. Aan de heer Bammens Mario, Houthalenseweg 2 bus a, 3520 Zonhoven wordt, onder de voorwaarden bepaald in dit besluit, de omgevingsvergunning verleend voor het project “Het regulariseren van verharding, omgevingswerken” met als voorwerp: de volgende stedenbouwkundige handelingen: zoals aangeduid in het omgevingsloket, aangevraagd door de heer Bammens Mario, Houthalenseweg 2 bus a, 3520 Zonhoven:

- Handeling: Verbouwen en/of uitbreiden zonder functiewijziging en zonder wijziging van aantal woongelegenheden - (Planaanduiding: 2 appartementen)
- Handeling: Verbouwen / Wijzigen Infrastructuur - (Planaanduiding: kiezel verharding)
- Handeling: Nieuwbouw van bijgebouwen, niet-overdekte lage constructies en andere handelingen - (Planaanduiding: TERRAS OVERKAPPING)
- Handeling: Nieuwbouw van bijgebouwen, niet-overdekte lage constructies en andere handelingen - (Planaanduiding: CONTAINER)
- Handeling: Nieuwbouw of aanleggen - (Planaanduiding: TERRAS)

gelegen ter plaatse Houthalenseweg 2 en 2A, 3520 Zonhoven, kadastraal gekend: 71442C0505/00E000,

§2. De plannenlijst, PIV2, zoals opgeladen in het omgevingsloket, maken er een integraal deel van uit.

Artikel 2
De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend voor onbepaalde duur.

Artikel 3
De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend:
§1. Voor wat betreft de stedenbouwkundige handelingen:

weigeren van:
o terrasoverkapping 2de verdieping

voorwaardelijk verlenen van:
o aanpassingen aan voor-, zij- en achtergevel
o vrijstaand bijgebouw (container) in de achtertuin
o dakterras 2de verdieping, inclusief glazen balustrade
o terrasoverkapping gelijkvloers
o afsluitingen in voortuin, zijtuin en achtertuin

onder volgende voorwaarden:
o Het openbaar domein dient een grasberm te worden links langs de inrit en voetpad.
o Enkel de inrit en het voetpad mag aangelegd te worden in waterdoorlatende of waterpasserende materialen.
o Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer moet gevolgd worden.
o Een strook van 1m langsheen de perceelgrenzen mag bij eventuele terreinwijzigingen nooit hoger gebracht worden dan het niveau van de aanpalende percelen.
o Met uitzondering van de vergunde inrit in de voortuin, moet het perceel ontoegankelijk gemaakt worden voor voertuigen door het voorzien van een afzetpaal met een minimale hoogte van 1,00m, die te allen tijde moet behouden blijven. De inrit aan de Kleine Hemmenweg mag enkel toegankelijk zijn voor traag verkeer.

Artikel 4
De beslissing wordt ter beschikking gesteld van:
1) de aanvrager, met name de heer Bammens Mario, Houthalenseweg 2 bus a, 3520 Zonhoven
2) de beroeper, met name de heer Merlijn De Rechter, advocaten Publius, Cogels-Osylei 61, 2600 Antwerpen namens de heer Bammens Mario, Houthalenseweg 2 bus a, 3520 Zonhoven 3) het college van burgemeester en schepenen van en te Zonhoven, Kerkplein 1 te 3520 Zonhoven
4) de adviesinstanties, vermeld in artikel 35, 37, 38/1 en/of 38/3 die advies verlenen in eerste aanleg

Artikel 5
De beslissing wordt, overeenkomstig de artikelen 56 t.e.m. 63 van het besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet betreffende de Omgevingsvergunning van 25 april 2014 (OVB), bekendgemaakt door:
1° in voorkomend geval, de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden, conform artikel 59;
2° de publicatie op de website van de gemeente waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden, conform artikel 60;
3° in voorkomend geval, de publicatie in een dag- of weekblad, conform artikel 61;
4° in voorkomend geval, de individuele kennisgeving, conform artikel 62;
5°  de analoge of digitale terinzagelegging van de beslissing in het gemeentehuis van de gemeente waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden, conform artikel 63.

Artikel 6
Tegen deze beslissing is geen georganiseerd administratief beroep mogelijk.
Er kan enkel nog een beroep ingesteld worden bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen.

Het beroep kan worden ingesteld door:
1° de vergunningsaanvrager, de vergunningshouder, de exploitant of de persoon die de melding heeft verricht;
2° het betrokken publiek;
3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties, vermeld in artikel 24 of in artikel 42 (van het OVD) of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde, als die instantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;
4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;
5° (…)
6° de leidend ambtenaar van het departement Omgeving, of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde
7° de leidend ambtenaar van het agentschap Innoveren & Ondernemen of bij zijn afwezigheid, zijn gemachtigde, als het project vergunningsplichtige kleinhandelsactiviteiten omvat;
8° de leidend ambtenaar van het agentschap, bevoegd voor natuur en bos, of, bij zijn afwezigheid, zijn gemachtigde als het project vergunningsplichtige wijzigingen van de vegetatie omvat;

De persoon aan wie kan worden verweten dat hij een voor hem nadelige vergunningsbeslissing niet heeft bestreden door middel van het daartoe openstaande georganiseerd administratief beroep bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52 OVD wordt geacht te hebben verzaakt aan zijn recht om zich tot de Raad voor Vergunningsbetwistingen te wenden.

Het beroep moet met een verzoekschrift tot vernietiging en/of schorsing, al dan niet bij uiterste dringende noodzakelijkheid, op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending worden ingesteld binnen een vervaltermijn van 45 dagen, die ingaat:
1° de dag na de datum van de betekening voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;
2° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de beslissing in de overige gevallen.

Het indienen per beveiligde zending kan via:
- een aangetekend schrijven gericht aan de Dienst van de Bestuursrechtscolleges, t.a.v. de Raad voor Vergunningsbetwistingen, Koning Albert II-laan 15 bus 130, 1210 Brussel
- een afgifte tegen ontvangstbewijs tijdens de openingsuren van de griffie van de Raad voor Vergunningsbetwistingen in het Marie-Elisabeth Belpairegebouw, Toren Noord (2de verdieping), Simon Bolivarlaan 17, 1000 Brussel
- een elektronische neerlegging via het digitaal loket bereikbaar via de website https://www.dbrc.be/loket volgens de modaliteiten bepaald in artikel 8/1 Besluit van de Vlaamse Regering houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges.

In geval van een vordering tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid, kan het verzoekschrift aan de Raad voor Vergunningsbetwistingen ook bezorgd worden via het e-mailadres udn.vergunningsbetwistingen@vlaanderen.be. De verzoeker bezorgt dan, op straffe van onontvankelijkheid, het verzoekschrift uiterlijk de eerstvolgende werkdag per beveiligde zending zoals hierboven vermeld.

Het indienen van een verzoekschrift bij de Raad impliceert de betaling van een rolrecht, te storten op de rekening van het Fonds Bestuursrechtscolleges waarbij de naam van de verzoekende partij wordt opgenomen als vrije mededeling. Het verschuldigde rolrecht bedraagt:
-200 euro per verzoekende partij bij de indiening van een verzoekschrift tot vernietiging
-100 euro per verzoekende partij bij de indiening van een verzoekschrift tot schorsing.

Gelijktijdig met de indiening van het verzoekschrift moet, op straffe van onontvankelijkheid, het bewijs geleverd worden dat een overschrijvingsopdracht is gegeven of dat een storting is uitgevoerd tot betaling van het vermelde rolrecht.

Gelijktijdig met het indienen van het verzoekschrift bij de Raad moet tevens, ter informatie, een afschrift van dat verzoekschrift bezorgd worden aan de overheid wiens beslissing bestreden wordt en, in voorkomend geval, aan de begunstigde van de bestreden beslissing.

Met betrekking tot de inhoud van het verzoekschrift gelden voorts de modaliteiten bepaald in artikel 13 e.v. evenals artikel 55 e.v. van het besluit van de Vlaamse Regering houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtcolleges. Een nadere toelichting van deze modaliteiten kan worden verkregen via de website https://www.dbrc.be/vergunningsbetwistingen of via info.vergunningsbetwistingen@vlaanderen.be.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de beslissing van de Bestendige deputatie van 10 juli  2024.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit over te gaan tot de bekendmaking van deze beslissing overeenkomstig de artikelen 56 t.e.m. 63 van het besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning van 25 april 2014.

16.

2024_CBS_00773 - Aktename overdracht omgevingsvergunning - 2024/00147MM - Halveweg 49 - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
16.

2024_CBS_00773 - Aktename overdracht omgevingsvergunning - 2024/00147MM - Halveweg 49 - Kennisneming

2024_CBS_00773 - Aktename overdracht omgevingsvergunning - 2024/00147MM - Halveweg 49 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

De melding ingediend door ERC nv namens ERCKENS TWEEWIELERSHOP BVBA, gevestigd te Lange Schouwenstraat 32A, 3520 Zonhoven werd ingediend op 02/07/2024 op het omgevingsloket. 

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de ter zake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten. 

Voorwerp van de melding
De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen te Halveweg 49-51, kadastraal gekend als: afdeling 1ste sectie B nrs. 911V; 912W en 912X.  

De melding betreft de volledige overdracht van een omgevingsvergunning (OMV_2022099592, interne nummer OV/2022/00191), vergund op naam van E.R.C. nv namens Tweewielershop Erckens bvba, op 08.11.2022. Vanaf 19/07/2024 wordt de vergunning overgedragen op naam van SERNEELS BIKES NV, Olenseweg 125B, 2260 Westerlo. 

De omgevingsvergunning omvat de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van de derde klasse met rubrieknummers: 

 

Bevoegdheid
De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.
Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename. 

Beoordelingselement 
Vanuit de dienst wordt een gunstig advies verleend.

Er wordt akte genomen van de melding ingediend door E.R.C. nv, namens ERCKENS TWEEWIELERSHOP BVBA, gevestigd te Lange Schouwenstraat 32A, 3520 Zonhoven, voor de volledige overdracht van een omgevingsvergunning (OMV_2022099592), vergund op naam van SERNEELS BIKES NV, Olenseweg 125B, 2260 Westerlo, als exploitant, op 19/07/2024

De voorwaarden opgenomen in de vergunning, verleend door het college van burgemeester en schepenen dd. 08/11/2022, blijven geldig en moeten dus verder nageleefd worden.

Besluit

Artikel 1

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft op 19/07/2024 akte genomen van de melding ingediend door E.R.C. nv namens ERCKENS TWEEWIELERSHOP BVBA, voor de volledige overdracht van een omgevingsvergunning (OMV_2022099592, interne nummer OV/2022/00191), vergund op naam van E.R.C. nv namens TWEEWIELERSHOP ERCKENS BVBA, op 08/11/2022.
Vanaf 19/07/2024 wordt de vergunning overgedragen op naam van SERNEELS BIKES NV, Olenseweg 125B, 2260 Westerlo.

Artikel 2
De voorwaarden opgenomen in de vergunning, verleend door het college van burgemeester en schepenen dd. 08/11/2022, blijven geldig en moeten dus verder nageleefd worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het besluit van de gemeentelijk omgevingsambtenaar.

17.

2024_CBS_00774 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00026/SPLITSING - Vogelsancklaan 303 - inlichtingen notariƫle splitsing - Mededeling

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
17.

2024_CBS_00774 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00026/SPLITSING - Vogelsancklaan 303 - inlichtingen notariƫle splitsing - Mededeling

2024_CBS_00774 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00026/SPLITSING - Vogelsancklaan 303 - inlichtingen notariƫle splitsing - Mededeling

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het perceel is kadastraal gekend als afdeling 4, sectie B, nummer 705A2/deel.

Het perceel 705A2/deel met een oppervlakte van 30 ca, weergegeven op het opmetingsplan van 16 april 2024, opgesteld door landmeter-expert Johan Paquay, wordt verkocht voor de oprichting van een distributiecabine.

De verkoop kadert in uitvoering van de afgeleverde omgevingsvergunning 2023/00112 voor het verbouwen, uitbreiden en wijzigen van de functie van een bestaande eengezinswoning naar tandartspraktijk, het voorzien van een distributiecabine en de herinrichting van het terrein.

Het perceel 705A2/deel ligt volgens het gewestplan Hasselt-Genk in woongebied met landelijk karakter.

Het perceel is niet gelegen binnen een BPA/RUP of goedgekeurde verkaveling.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen aangaande de verkoop van een deel van het perceel afdeling 4, sectie B, nummer 705A2, weergegeven op het opmetingsplan van 16 april 2024, opgesteld door landmeter-expert Johan Paquay, om verkocht te worden voor de oprichting van een distributiecabine.

18.

2024_CBS_00775 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00025/SPLITSING - Bruinstraat - inlichtingen notariƫle splitsing - Mededeling

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
18.

2024_CBS_00775 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00025/SPLITSING - Bruinstraat - inlichtingen notariƫle splitsing - Mededeling

2024_CBS_00775 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00025/SPLITSING - Bruinstraat - inlichtingen notariƫle splitsing - Mededeling

Motivering

Feiten context en argumentatie

De percelen zijn kadastraal gekend als afdeling 1, sectie A, nummers 647H, 614, 615, 644H, 647D, 647K, 645M, 645N, als volgt opgedeeld:

  1. Het perceel 647H heeft een oppervlakte van 14a 31ca en is volgens het gewestplan Hasselt-Genk gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied en gedeeltelijk in woongebied landelijk karakter.
    Het perceel is gelegen binnen de afbakening van het BPA Zonevreemde bedrijven – deelplan 46 – Limburgs Frigo Bedrijf bvba.
    Het perceel is niet gelegen binnen een goedgekeurde verkaveling.
     Voor het perceel werd volgende stedenbouwkundige vergunning bekomen:
    1. Het bouwen van een werkhuis dd. 28/12/1965.
       Het bestaande werkhuis werd zonder vergunning uitgebreid. Hiervoor zal dan ook een vergunning moeten bekomen worden die tevens zal moeten voldoen aan de voorwaarden binnen het BPA Zonevreemde bedrijven – deelplan 46 – Limburgs Frigo Bedrijf bvba.
  2. Het perceel 614 heeft een oppervlakte van 23a 90ca en is volgens het gewestplan Hasselt-Genk gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.
    Het perceel is niet gelegen binnen de afbakening van een BPA of verkaveling.
     Voor het perceel werden geen relevante vergunning afgeleverd.
  3. Het perceel 615 heeft een oppervlakte van 24a 00ca en is volgens het gewestplan Hasselt-Genk gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.
    Het perceel is niet gelegen binnen de afbakening van een BPA of verkaveling.
     Voor het perceel werd geen relevante vergunning afgeleverd.
  4. Het perceel 644H heeft een oppervlakte van 1a 79ca en is volgens het gewestplan Hasselt-Genk gelegen in woongebied landelijk karakter.
    Het perceel is gelegen binnen de afbakening van het BPA Zonevreemde bedrijven – deelplan 46 – Limburgs Frigo Bedrijf bvba. Het is gelegen in de zone voor ontsluiting van achterliggend perceel.
    Het perceel is niet gelegen binnen een goedgekeurde verkaveling.
     Voor het perceel werd geen relevante vergunning afgeleverd.
  5. Het perceel 647D heeft een oppervlakte van 21a 42ca en is volgens het gewestplan Hasselt-Genk gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.
    Het perceel is niet gelegen binnen de afbakening van een BPA of verkaveling.
     Voor het perceel werd geen relevante vergunning afgeleverd.
  6. Het perceel 647K heeft een oppervlakte van 10a 15ca en is volgens het gewestplan Hasselt-Genk gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.
    Het perceel is gedeeltelijk gelegen binnen de afbakening van het BPA Zonevreemde bedrijven – deelplan 46 – Limburgs Frigo Bedrijf bvba.
    Het perceel is niet gelegen binnen een goedgekeurde verkaveling.
     Voor het perceel werd geen relevante vergunning afgeleverd.
  7. Het perceel 645M heeft een oppervlakte van 3a 45ca en is volgens het gewestplan Hasselt-Genk gelegen in woongebied landelijk karakter.
    Het perceel is gelegen binnen de afbakening van het BPA Zonevreemde bedrijven – deelplan 46 – Limburgs Frigo Bedrijf bvba.
     Het perceel is niet gelegen binnen een goedgekeurde verkaveling.
  8. Het perceel 645N heeft een oppervlakte van 5a 60ca en is volgens het gewestplan Hasselt-Genk gelegen in woongebied landelijk karakter.
    Het perceel is gelegen binnen de afbakening van het BPA Zonevreemde bedrijven – deelplan 46 – Limburgs Frigo Bedrijf bvba.
     Het perceel is niet gelegen binnen een goedgekeurde verkaveling.

De percelen 1 tot en met 6 maken deel uit van de verkoop.

Percelen 7 en 8 blijven bij de huidige eigenaar.

Volgende opmerkingen kunnen worden gegeven:

  • Het werkhuis op perceel 647H werd uitgebreid zonder stedenbouwkundige vergunning.
    Bij een eventuele aanvraag tot regularisatie zal moeten voldaan worden aan de voorwaarden van het BPA Zonevreemde bedrijven – deelplan 46 – Limburgs Frigo Bedrijf bvba.
    Hierbij moeten wij opmerken dat een uitbreiding met maximum 30% ten opzichte van het vergunde gedeelte mogelijk is.
  • Door de verkoop van de percelen 1 tot en met 6 wordt het werkhuis afgesplitst van de voorliggende woning (percelen 7 en 8).
    Gezien de ligging binnen het BPA vormen zowel het werkhuis als de voorliggende woning een onlosmakelijk geheel binnen dit BPA.
    Bij een verkoop wordt er een bedrijfszone gecreëerd achter een woonzone wat zeker niet aangewezen is binnen de geest van het BPA.
    Het is dan ook opportuun om de verschillende percelen binnen het BPA als één geheel te beschouwen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist om volgende opmerking aangaande de verkoop van de percelen afdeling 1, sectie A, nummers 647H, 614, 615, 644H, 647D, 647K, 645M, 645N:

  • Het werkhuis op perceel 647H werd uitgebreid zonder stedenbouwkundige vergunning.
    Bij een eventuele aanvraag tot regularisatie zal moeten voldaan worden aan de voorwaarden van het BPA Zonevreemde bedrijven – deelplan 46 – Limburgs Frigo Bedrijf bvba.
    Hierbij moeten wij opmerken dat een uitbreiding met maximum 30% ten opzichte van het vergunde gedeelte mogelijk is.
  • Door de verkoop van de percelen 1 tot en met 6 wordt het werkhuis afgesplitst van de voorliggende woning (percelen 7 en 8).
    Gezien de ligging binnen het BPA vormen zowel het werkhuis als de voorliggende woning een onlosmakelijk geheel binnen dit BPA.
    Bij een verkoop wordt er een bedrijfszone gecreëerd achter een woonzone wat zeker niet aangewezen is binnen de geest van het BPA.
    Het is dan ook opportuun om de verschillende percelen binnen het BPA als één geheel te beschouwen.
19.

2024_CBS_00776 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - buurtfeest Betteshof - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
19.

2024_CBS_00776 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - buurtfeest Betteshof - Goedkeuring

2024_CBS_00776 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - buurtfeest Betteshof - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Overwegende dat het in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid noodzakelijk is dat er voor de inrichting van bovengenoemde manifestaties, bijzondere verkeersmaatregelen worden getroffen

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om een tijdelijk aanvullend verkeersreglement inzake buurtfeest Betteshof op zaterdag 24 augustus 2024 uit te vaardigen.

Artikel 2

Zaterdag 24 augustus  2024  tussen 16.00 uur tot 23.45 uur is het verkeer van voertuigen, uitgezonderd deze van hulp- en veiligheidsdiensten, verboden in het Betteshof t.h.v. huisnummer 13 en 14.

Artikel 3

Dit verbod wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door de verkeerstekens C3 geplaatst op een nadarafsluiting over de volledige breedte van de rijbaan. De signalisatie moet worden verlicht tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en als de zichtbaarheid minder is dan 200 meter.

Artikel 4

Door dit reglement worden de bestaande aanvullende gemeentelijke verkeersreglementen opgeschort voor zover zij betrekking hebben op de straten bedoeld in de artikel 2 en dit voor zover deze strijdig zijn met huidig reglement.

Artikel 5

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening kunnen vastgesteld worden door de leden van de federale en lokale politie.

Artikel 6

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening worden bestraft met politiestraffen, voor zover door wetten die op dit stuk zouden bestaan, geen andere straffen zijn voorzien.

Artikel 7

De politie kan bijkomende maatregelen nemen om de openbare orde, rust en veiligheid te handhaven en zowel inrichters als de deelnemer moeten deze naleven.

Artikel 8

De aanvrager is aansprakelijk voor de schade aan het openbaar domein zo deze rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van het bestaan van de manifestatie.

Artikel 9

Het college van burgemeester en schepenen beveelt dat onderhavige verordening zal bekendgemaakt worden overeenkomstig het decreet.

20.

2024_CBS_00777 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - buurtfeest Grote Hemmenweg/Langsteeg - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
20.

2024_CBS_00777 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - buurtfeest Grote Hemmenweg/Langsteeg - Goedkeuring

2024_CBS_00777 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - buurtfeest Grote Hemmenweg/Langsteeg - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Overwegende dat het in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid noodzakelijk is dat er voor de inrichting van bovengenoemde manifestaties, bijzondere verkeersmaatregelen worden getroffen

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om een tijdelijk aanvullend verkeersreglement inzake buurtfeest Grote Hemmenweg/Langsteeg  op zaterdag 7 en zondag 8 september 2024 uit te vaardigen als volgt:

Artikel 2

Van zaterdag 7 september 2024 om 10.00 uur tot zondag 8 september 2024 om 19.00 uur is het verkeer van voertuigen, uitgezonderd deze van hulp- en veiligheidsdiensten, verboden in de Langsteeg.

Artikel 3

Dit verbod wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door de verkeerstekens C3 geplaatst op een nadarafsluiting over de volledige breedte van de rijbaan. De signalisatie moet worden verlicht tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en als de zichtbaarheid minder is dan 200 meter.

Artikel 4

Voor het doorgaand fietsverkeer zal de volgende wegomlegging ingelegd worden:

Grote Hemmenweg – Vaartstraat - Senator A. Jeurissenlaan en omgekeerd.

Artikel 5

Deze wegomleggingen worden ter kennis gebracht van de weggebruikers door de verkeerstekens  F41.

Artikel 6

Door dit reglement worden de bestaande aanvullende gemeentelijke verkeersreglementen opgeschort voor zover zij betrekking hebben op de straten bedoeld in de artikelen 2 en 4 en dit voor zover deze strijdig zijn met huidig reglement.

Artikel 7

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening kunnen vastgesteld worden door de leden van de federale en lokale politie.

Artikel 8

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening worden bestraft met politiestraffen, voor zover door wetten die op dit stuk zouden bestaan, geen andere straffen zijn voorzien.

Artikel 9

De politie kan bijkomende maatregelen nemen om de openbare orde, rust en veiligheid te handhaven en zowel inrichters als de deelnemer moeten deze naleven.

Artikel 10

De aanvrager is aansprakelijk voor de schade aan het openbaar domein zo deze rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van het bestaan van de manifestatie.

Artikel 11

Het college van burgemeester en schepenen beveelt dat onderhavige verordening zal bekendgemaakt worden overeenkomstig het decreet.

21.

2024_CBS_00778 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - EK wielrennen - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
21.

2024_CBS_00778 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - EK wielrennen - Goedkeuring

2024_CBS_00778 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - EK wielrennen - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Overwegende dat het EK wielrennen plaatsvindt van  11 t.e.m.15 september 2024;

Overwegende dat de manifestatie de nodige overlast met zich meebrengt in de omliggende straten;

Overwegende dat het in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid noodzakelijk is dat er voor de inrichting van de manifestatie, bijzondere verkeersmaatregelen worden getroffen;

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om een tijdelijk aanvullend verkeersreglement inzake EK wielrennen van woensdag 11 tot en met zondag 15 september 2024 uit te vaardigen als volgt:

Artikel 2

Het is verboden stil te staan en te parkeren op volgende dagen en plaatsen:

  • Van woensdag 11 september 2024 te 08.00 uur tot en met donderdag 12 september 2024 te 23.00 uur langs de Moverkensstraat.
  • Van woensdag 11 september 2024 te 08.00 uur tot en met zondag 15 september 2024 te 23.00 uur langs De Drij Dreven.

Artikel 3

Dit verbod wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door het verkeersbord E3, al dan niet aangevuld met een onderbord.

Artikel 4

Door dit reglement worden de bestaande aanvullende gemeentelijke verkeersreglementen opgeschort voor zover zij betrekking hebben op de straten bedoeld in artikel 2 en dit voor zover deze strijdig zijn met huidig reglement.

Artikel 5

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening kunnen vastgesteld worden door de leden van de federale en lokale politie.

Artikel 6

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening worden bestraft met politiestraffen, voor zover door wetten die op dit stuk zouden bestaan, geen andere straffen zijn voorzien.

Artikel 7

De politie kan bijkomende maatregelen nemen om de openbare orde, rust en veiligheid te handhaven.

Artikel 8

Onderhavige verordening zal bekendgemaakt worden overeenkomstig het decreet Lokaal Bestuur.

22.

2024_CBS_00779 - Viering verjaardag CaraBar - Principiƫle Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
22.

2024_CBS_00779 - Viering verjaardag CaraBar - Principiƫle Goedkeuring

2024_CBS_00779 - Viering verjaardag CaraBar - Principiƫle Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De uitbaters van de CaraBar hebben de vraag gesteld om op zaterdag 12 oktober 2024 de verjaardag van de opening van hun zaak te mogen vieren op het Dorpsplein.

Ze zien de organisatie als volgt:

- het Dorpsplein afsluiten voor het doorgaand verkeer van aan het vroegere Bekkerke tot aan de rotonde.

- parkeerverbod op een deel van het Dorpsplein

- ze willen een podium zetten tegenover hun zaak met de rug richting VMS en zicht op het podium vanuit hun zaak.

- eventueel willen ze enkele getunede wagens plaatsen op de parking of de weg om het geheel op te fleuren

- de festiviteiten zouden in de namiddag beginnen en duren tot maximum 22 uur.


Dit evenement heeft een slechts beperkte impact op:

- de verkeerssituatie in het Dorp: enkel stukje weg voor de CaraBar en Bernie's wordt afgesloten voor het verkeer op een zaterdag. We vragen advies aan de Lijn en AWV (Agentschap Wegen en Verkeer)

- inzet vanuit de dienst facilitair management: enkel parkeerverbod moet geplaatst worden en stroomvoorziening.


Conclusie van de dienst: 

De dienst vrije tijd staat positief tegenover deze aanvraag.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen gaat principieel akkoord met deze organisatie. 

23.

2024_CBS_00780 - Uitbetaling vrijwilligers Zonhoven Trapt Door - Goedkeuring

Goedgekeurd
23.

2024_CBS_00780 - Uitbetaling vrijwilligers Zonhoven Trapt Door - Goedkeuring

2024_CBS_00780 - Uitbetaling vrijwilligers Zonhoven Trapt Door - Goedkeuring
24.

2024_CBS_00781 - Aanvraag verplaatsing kapel van de Engstegenseweg-Stabweg naar gemeentelijk domein - Principiƫle Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
24.

2024_CBS_00781 - Aanvraag verplaatsing kapel van de Engstegenseweg-Stabweg naar gemeentelijk domein - Principiƫle Goedkeuring

2024_CBS_00781 - Aanvraag verplaatsing kapel van de Engstegenseweg-Stabweg naar gemeentelijk domein - Principiƫle Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De familie Baeten heeft hun eigendom op de hoek van de vroegere Stabweg en de Engstegenseweg verkocht aan een projectontwikkelaar. Momenteel staat op deze grond nog een kapelletje dat op 18/8/1888 gebouwd is door de toenmalige molenaar, de overgrootvader van de huidige generatie Baeten. Dit moet echter plaats maken voor het nieuwbouwproject dat de nieuwe eigenaar hier wil realiseren. De familie Baeten zou dit kapelletje echter willen bewaren en vraagt daarom om dit door de technische dienst van de gemeente te laten verplaatsen naar de andere kant van de haag waar nu beplanting staat. Zij willen daarna zelf instaan voor het dagdagelijks onderhoud van de kapel.

Volgens het kadasterplan is het perceel waarop men de kapel wil laten plaatsen gemeentelijke eigendom. Om het kapelletje op deze grond te mogen zetten, dient volgens contractmanagement eerst het college van burgemeester en schepenen zijn principiële goedkeuring geven maar moet dit ook door de gemeenteraad bekrachtigd worden.

Monumentenwacht twijfelt erover dat men dit kapelletje in zijn geheel kan verplaatst worden. Het is immers bijna 150 jaar oud en het risico is groot dat bij de verplaatsing het kapelletje uit elkaar valt. Het kapelletje dient ook gerestaureerd te worden. Het dakje is licht beschadigd en het hele kapelletje is begroeid met mos. Ook de nis, die momenteel leeg is, moet terug opgeknapt worden. De familie Baeten wil zelf voor een nieuw beeldje zorgen en kan het kapelletje ook opknappen.

Het is niet alleen voor de familie Baeten belangrijk dat het kapelletje bewaard blijft, ook voor de bewoners van het tegenoverliggende rusthuis zouden dit zeker op prijs stellen. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen geeft zijn principiële goedkeuring om het kapelletje op gemeentelijke grond te plaatsen. De familie Baeten dient zelf in te staan voor de verplaatsing en restauratie van het kapelletje.

25.

2024_CBS_00782 - Ondertekening engagementsverklaring Dementievriendelijke Gemeente’ - PrincipiĆ«le Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
25.

2024_CBS_00782 - Ondertekening engagementsverklaring Dementievriendelijke Gemeente’ - PrincipiĆ«le Goedkeuring

2024_CBS_00782 - Ondertekening engagementsverklaring Dementievriendelijke Gemeente’ - PrincipiĆ«le Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

In de gemeente Zonhoven zijn we het engagement aangegaan om dementievriendelijke gemeente te worden. In 2023 werd er door de Seniorenadviesraad (SAR) in samenwerking met schepen Frank Vandebeek, sectormanager Liselotte Alentijns en de toenmalige seniorenconsulente Lien Thijsen een memorandum uitgeschreven (zie document in de bijlage). 

In dit memorandum zijn volgende speerpunten opgesteld, nl. 

  1. Vergeet dementie, onthou mens
  2. Drempels verlagen
  3. Inzetten op preventie van dementie 
  4. Zorg voor wie zorgt 
  5. Kwaliteitsvol wonen
  6. Autonomie bevorderen
  7. Optimaal inzetten op samenspel tussen informele en formele zorg 
  8. Communiceren  

Vanaf mei 2024 is er de mogelijkheid om als gemeente een ‘Engagementsverklaring Dementievriendelijke Gemeente’ te ondertekenen. Dit is een verderzetting van het memorandum. 

Wat is de engagementsverklaring Dementievriendelijke Gemeente? 

Een dementievriendelijke stad of gemeente zorgt ervoor dat mensen met dementie nog meetellen en maakt van het behouden van hun sociale identiteit een vanzelfsprekendheid. Het focust aldus op het bevorderen van sociale inclusie en het behoud van autonomie van de burgers met dementie. 

Het ultieme doel is ervoor te zorgen dat de burgers met dementie blijven meetellen in de samenleving, dat ze kunnen blijven deelnemen aan het ‘gewone leven’ en worden aangesproken op hun mogelijkheden. Dit doel kan bereikt worden via zowel sensibilisering/kennisverhoging van alle burgers als via het organiseren van allerhande dementievriendelijke initiatieven vertrekkende vanuit de noden en behoeften van de doelgroep. 

Inhoud van het engagement (zie ook document in bijlage)

De ondertekenaars van deze engagementsverklaring engageren zich om mensen met dementie te ondersteunen in de samenleving. Ze ijveren voor een betere levenskwaliteit van mensen met dementie en hun omgeving. 

De dienst Welzijn zal er, samen met externe partners (bijvoorbeeld Alzheimer Liga, Regionaal Expertisecentrum Dementie, woonzorgcentra, e.a.), de komende jaren over waken dat we voldoende initiatieven nemen in het kader van deze engagementsverklaring. 

De ondertekening 

Voor de ondertekening van de ‘engagementsverklaring Dementievriendelijke Gemeente’ zouden we graag een officieel (pers)moment organiseren. Voor dit (pers)moment nodigen we volgende partners uit, nl.

  • Alzheimer Liga Vlaanderen (ALZ)
  • Regionaal Expertisecentrum Dementie (RECD) 
  • Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten (VVSG) 
  • Vlaamse Ouderenraad (VLORA) 

De kans is groot dat enkel de contactpersonen van het RECD en ALZ aanwezig kunnen zijn op het persmoment. De partners, die afwezig zijn op het persmoment, zullen hun handtekening digitaal bezorgen. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen gaat principieel akkoord met de engagementsverklaring Dementievriendelijke Gemeente. 

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen agendeert de goedkeuring van de engagementsverklaring op de eerstvolgende raad.

26.

2024_CBS_00783 - Buitengewoon onderhoud wegenis 2020 - Definitieve oplevering - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
26.

2024_CBS_00783 - Buitengewoon onderhoud wegenis 2020 - Definitieve oplevering - Goedkeuring

2024_CBS_00783 - Buitengewoon onderhoud wegenis 2020 - Definitieve oplevering - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 21 juni 2022 goedkeuring aan het proces-verbaal van voorlopige oplevering van 16 juni 2022, opgesteld door Patrimonium.

De eerste helft (€ 2.740) van de borgtocht met nr. 10/319628 (Borgstellingskas: Fideris - Borgstelling) van € 5.480 werd vrijgegeven.

Feiten context en argumentatie

De aannemer V&V Infra bvba, Industriepark 20 - IZ Webbekom te 3290 Diest heeft aan zijn verplichtingen voldaan.

De dienst patrimonium stelde een proces-verbaal op van definitieve oplevering (document in bijlage).

Uit het bijgevoegde proces-verbaal van definitieve oplevering blijkt dat er geen opmerkingen zijn.

De tweede helft (€ 2.740) van borgtocht nr. 10/319628 (Borgstellingskas: Fideris - Borgstelling) van € 5.480 mag worden vrijgegeven.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt het PV van definitieve oplevering goed.

Artikel 2

De tweede helft van borgtocht met nr. 10/319628 (Borgstellingskas: Fideris - Borgstelling) van € 2.740 mag worden vrijgegeven.

27.

2024_CBS_00784 - Werken i.k.v. wateroverlast Termolen: PV van voorlopige oplevering - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
27.

2024_CBS_00784 - Werken i.k.v. wateroverlast Termolen: PV van voorlopige oplevering - Goedkeuring

2024_CBS_00784 - Werken i.k.v. wateroverlast Termolen: PV van voorlopige oplevering - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Op maandag 22 april 2024 vond de rondgang plaats voor de voorlopige oplevering in het bijzijn van:

Dhr. Jo Ginestra, Fluvius cvba

Dhr. Dirk Tytgat, Gemeente Zonhoven

Dhr. Dries Drijkoningen, V&V Infra

Dhr. Gert Martens, Arcadis Belgium nv

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt het PV van voorlopige oplevering voor het project R/005836 Zonhoven Molenweg, Dennenweg goed.

28.

2024_CBS_00785 - Project "Rendierjagerspad" op Molenheide - Gunning - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
28.

2024_CBS_00785 - Project "Rendierjagerspad" op Molenheide - Gunning - Goedkeuring

2024_CBS_00785 - Project "Rendierjagerspad" op Molenheide - Gunning - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Het bestek en de raming voor de opdracht “Project Rendierjagerspad" op Molenheide.

Besluit_GR_27/05/2024 - Project “Molenheide” aan het Rendierjagerspad - Lastvoorwaarden en gunningswijze - Goedkeuring

Besluit_CBS_28/05/2024 - Project "Rendierjagerspad" op Molenheide - Starten procedure en publicatie - Goedkeuring

PV van opening;

Offertes inschrijvers;

Verslag van nazicht, opgemaakt door Fugzia.

Feiten context en argumentatie

In het kader van de opdracht “Project "Rendierjagerspad" op Molenheide te Zonhoven” werd een bestek met nr. 2024/502 opgesteld door het studiebureau Fugzia.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 1.037.404,33 excl. btw of € 1.255.259,24 incl. 21 % btw (€ 217.854,91 btw medecontractant).

De gemeenteraad verleende in zitting van 27 mei 2024 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de openbare procedure.

De offertes dienden het bestuur ten laatste op 2 juli 2024 om 11.00 uur te bereiken.

De verbintenistermijn van 180 kalenderdagen eindigt op 29 december 2024.

Er werden 7 offertes ontvangen :

  • Hoogmartens Wegenbouw nv, Industrieweg Noord 1137 te 3660 Oudsbergen (€ 1.082.520,97 excl. btw of € 1.309.850,37 incl. 21 % btw);
  • Aertssen Infra NV, Laageind 91 te 2940 Stabroek (€ 900.954,99 excl. btw of € 1.090.155,54 incl. 21 % btw);
  • Baldewijns & Co bvba, Veldstraat 170 te 3511 Kuringen (€ 925.355,50 excl. btw of € 1.152.325,96 incl. 21 % btw);
  • Biesmans-DPE, Sint-Lodewijkstraat 12 te 3740 Bilzen (€ 929.906,35 excl. btw of € 1.125.186,68 incl. 21 % btw);
  • Martens Wegenbouw nv, Grote Baan 572 te 3530 Houthalen-Helchteren (€ 928.040,83 excl. btw of € 1.122.929,40 incl. 21 % btw);
  • Quintelier nv, Hoogveld 27 te 9200 Dendermonde (€ 1.281.211,60 excl. btw of € 1.550.266,06 incl. 21 % btw);
  • V&V Infra bvba, Industriepark 20 - Industriezone Webbekom 1048 te 3290 Diest (€ 1.245.499,92 excl. btw of € 1.507.054,90 incl. 21 % btw);

De volgende 3 offertes werden uitgesloten van de plaatsingsprocedure aangezien zij niet voldoen aan de gevraagde selectiecriteria en/of gevraagde erkenning:

  • Baldewijs & Co bvba, Veldstraat 170 te 3511 Kuringen;
  • Quintelier NV, Hoogveld 27 te 9200 Dendermonde;
  • V&V Infra bvba, Industriepark 20 - Industriezone Webbekom 1048 te 3290 Diest.

Er wordt door het studiebureau Fugzia voorgesteld om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan de economisch meest voordelige regelmatige bieder (op basis van de prijs), zijnde Aertssen Infra NV, Laageind 91 te 2940 Stabroek tegen het nagerekende offertebedrag van € 900.954,99 excl. btw of € 1.090.155,54 incl. 21 % btw (€ 189.200,55 btw medecontractant).

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Goedkeuring wordt verleend aan het gunningsvoorstel, opgesteld door het studiebureau Fugzia. 

Artikel 2

Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.

Artikel 3

De opdracht “Project "Rendierjagerspad" op Molenheide te Zonhoven” wordt gegund aan de economisch meest voordelige regelmatige bieder (op basis van de prijs), zijnde Aertssen Infra NV, Laageind 91 te 2940 Stabroek tegen het nagerekende offertebedrag van € 900.954,99 excl. btw of € 1.090.155,54 incl. 21 % btw (€ 189.200,55 btw medecontractant).

Artikel 4

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2024/502.

Artikel 5

De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het investeringsbudget van het meerjarenplan 2020-2025 op MJP001119 - Het rendierjagerspad wort ontwerpen en uitgewerkt.

29.

2024_CBS_00786 - Aankoopcentrale VEB voor de levering van gas en groene elektriciteit - Nieuwe overeenkomsten - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Kristine Kaminski, Waarnemend AD
Verontschuldigd
Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Bart Telen, Algemeen directeur
29.

2024_CBS_00786 - Aankoopcentrale VEB voor de levering van gas en groene elektriciteit - Nieuwe overeenkomsten - Goedkeuring

2024_CBS_00786 - Aankoopcentrale VEB voor de levering van gas en groene elektriciteit - Nieuwe overeenkomsten - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Besluit_CBS_14/05/2024 - Deelname aankoopcentrale VEB voor de levering van gas en groene elektriciteit - Goedkeuring

Klikovereenkomst voor de levering van aardgas door het VEB aan gemeente Zonhoven

Klikovereenkomst voor de levering van groene elektriciteit en injectie tussen het VEB en gemeente Zonhoven

Feiten context en argumentatie

Het Vlaams Energie Bedrijf (VEB) is een aankoopcentrale in de zin van titel 2 van de wet van 17.06.2016 inzake overheidsopdrachten (overheidsopdrachten in klassieke sectoren). Dit is een aanbesteder die gecentraliseerde aankoopactiviteiten en eventueel aanvullende aankoopactiviteiten verricht als bedoeld in de bepalingen onder respectievelijk artikel 2, 7° en 8° van voornoemde wet. Door de omvang van overheidsopdrachten te vergroten via de techniek van een aankoopcentrale wordt het nl. mogelijk de mededinging te verbreden en overheidsbestellingen efficiënter te plaatsen.

VEB treedt op als aankoopcentrale voor de gunning van de levering gas en groene elektriciteit.

Het college heeft, in zitting van 14 mei 2024, beslist om aan te sluiten bij de aankoopcentrale Vlaams Energie Bedrijf (VEB) voor de plaatsingen van opdrachten, in het bijzonder de levering van gas en elektriciteit.

VEB heeft nieuwe overeenkomsten bezorgd voor de levering van gas en groene elektriciteit gebaseerd op een prijswijziging. 

De dynamische energieprijs voor de afname van aardgas of voor afname van elektriciteit, zoals beschreven in artikel 7.1 van de overeenkomsten, kan geheel of gedeeltelijk worden omgezet naar een vaste energieprijs. Deze prijswijziging wordt een ‘klik’ genoemd.

De kliks voor de afname van aardgas worden uitgevoerd op basis van de baseload volumes (MW) voor de periodes:

  • Kwartaal Q1-25, Q1-26, Q1-27
  • Maanden Nov25/26/27 & Dec25/26/27

De kliks voor de afname van elektriciteit worden uitgevoerd op basis van de baseload volumes (MW) voor de periodes: CAL25, CAL26, CAL27.

De kliks worden automatisch uitgevoerd door VEB, en dit op basis van het klikmandaat dat deel uitmaakt van deze nieuwe overeenkomsten.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de nieuwe overeenkomsten voor de levering van gas en groene elektriciteit in bijlage.

Artikel 2

De overeenkomsten in bijlage maken integraal deel uit van deze beslissing.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen beslist om de klikovereenkomsten van de aankoopcentrale Vlaams Energie Bedrijf (VEB) voor levering van gas en elektriciteit goed te keuren. 

Artikel 4

De overeenkomsten zullen ondertekend aan VEB bezorgd worden. 

30.

2024_CBS_00787 - Aanstelling voltijds administratief medewerker evenementen, sector mens en maatschappij, met een contract van onbepaalde duur - Goedkeuring

Goedgekeurd
30.

2024_CBS_00787 - Aanstelling voltijds administratief medewerker evenementen, sector mens en maatschappij, met een contract van onbepaalde duur - Goedkeuring

2024_CBS_00787 - Aanstelling voltijds administratief medewerker evenementen, sector mens en maatschappij, met een contract van onbepaalde duur - Goedkeuring
31.

2024_CBS_00788 - Beƫindiging van de arbeidsovereenkomst door de werknemer met opzegtermijn - voltijds contractueel afdelingshoofd facilitair management - dienst facilitair management - Goedkeuring

Goedgekeurd
31.

2024_CBS_00788 - Beƫindiging van de arbeidsovereenkomst door de werknemer met opzegtermijn - voltijds contractueel afdelingshoofd facilitair management - dienst facilitair management - Goedkeuring

2024_CBS_00788 - Beƫindiging van de arbeidsovereenkomst door de werknemer met opzegtermijn - voltijds contractueel afdelingshoofd facilitair management - dienst facilitair management - Goedkeuring
32.

2024_CBS_00789 - Aanstelling voltijds contractueel administratief medewerker burgercontactcenter C1-C3 - sector organisatiemanagement - Goedkeuring

Goedgekeurd
32.

2024_CBS_00789 - Aanstelling voltijds contractueel administratief medewerker burgercontactcenter C1-C3 - sector organisatiemanagement - Goedkeuring

2024_CBS_00789 - Aanstelling voltijds contractueel administratief medewerker burgercontactcenter C1-C3 - sector organisatiemanagement - Goedkeuring
33.

2024_CBS_00790 - Aanstelling voltijds contractueel administratief medewerker burgerzaken C1-C3 - sector organisatiemanagement - Goedkeuring

Goedgekeurd
33.

2024_CBS_00790 - Aanstelling voltijds contractueel administratief medewerker burgerzaken C1-C3 - sector organisatiemanagement - Goedkeuring

2024_CBS_00790 - Aanstelling voltijds contractueel administratief medewerker burgerzaken C1-C3 - sector organisatiemanagement - Goedkeuring
34.

2024_CBS_00791 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming

Goedgekeurd
34.

2024_CBS_00791 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming

2024_CBS_00791 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming