Terug
Gepubliceerd op 17/04/2024

2024_CBS_00374 - OMV - Vergunning - Beringersteenweg 89 - 2023/00208 - Weigering

College van burgemeester en schepenen
di 09/04/2024 - 13:30 schepenzaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Bram De Raeve, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur

Verontschuldigd

Johny De Raeve, burgemeester; Frederick Vandeput, 2de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen

Secretaris

Bart Telen, Algemeen directeur
2024_CBS_00374 - OMV - Vergunning - Beringersteenweg 89 - 2023/00208 - Weigering 2024_CBS_00374 - OMV - Vergunning - Beringersteenweg 89 - 2023/00208 - Weigering

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2023/00208
Referentie omgevingsloket:    OMV_2023141743

De aanvraag, ingediend door Evitso BVBA gevestigd te Beringersteenweg 87 te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 25/10/2023 en op 27/12/2023 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Beringersteenweg 89, kadastraal gekend als afdeling 3 sectie F nr. 393F2.

De aanvraag gaat over het regulariseren en uitbreiden van een eengezinswoning met detailhandel en herinrichting van het terrein.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

 De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebieden.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.
Het project maakt deel uit van de goedgekeurde verkaveling 7204.V.72 goedgekeurd op 4 november 1965, het betreft lot 4.
De verkaveling is ouder dan 15 jaar. Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

• algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

Volgende dossiers zijn relevant:
• Stedenbouwkundige vergunning (1995/07172) voor het bouwen van een handelshuis - goedgekeurd op 27/03/1995.
• Stedenbouwkundige vergunning (2002/09033) voor het ombouwen van een bakkerij met woonst tot een winkelwoonhuis - goedgekeurd op 10/03/2003.
• Verkavelingsvergunning (7204.V.72) voor het verkavelen van een grond - goedgekeurd op 04/11/1965.
• Milieuvergunning 752.2-85 voor ambachtelijke bakkerij - goedgekeurd op 29/03/1995.
• Bouwmisdrijf dossier 2000/0005 voor instand houden van een woning met bakkerij niet gebouwd volgens de goedgekeurde plannen. -  op .

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

 Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich aan de Beringersteenweg, een gewestweg (N72) ten zuidwesten van het centrum van Zonhoven.

De omgeving bestaat hoofdzakelijk uit residentiële bebouwing in open en halfopen verband al dan niet in combinatie met handelsactiviteiten/ bedrijvigheid.
De bebouwing in de omgeving bestaat voornamelijk uit twee bouwlagen onder hellende daken, en is afgewerkt in overwegend gevelsteen in diverse tinten en texturen.
Aan de overzijde van de straat situeert zich een bedrijvensite van drankenfabrikant Konings over een oppervlakte van ca. 3,6Ha. In het binnengebied aan de achterzijde van het goed van de aanvraag is een magazijn aanwezig dat dateert van 1976.

Op het perceel bevindt zich een gebouw in halfopen verband met 1 bouwlaag en plat dak. De bouwbreedte bedraagt 12m, de bouwdiepte bedraagt 20,9m.
Het gebouw werd opgericht in 1996, in strijd met de afgeleverde vergunning en verkavelingsvoorschriften. Hiervoor werd een proces verbaal opgesteld op 18/12/2000. In 2003 werd opnieuw een vergunning aangevraagd voor een bakkerij met woonst maar wederom werden de werken niet uitgevoerd. Het bouwmisdrijf anno 2000 is bijgevolg nog steeds actief.
Naast de bebouwing werd ook verharding aangelegd voor, naast en achter het gebouw, er werd publiciteit geplaatst en een tentconstructie in de tuinzone opgericht (al dan niet tijdelijk).

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het regulariseren en uitbreiden van een gebouw tot een eengezinswoning met winkelruimte en de herinrichting van het terrein.

Het perceel van de aanvraag maakt deel uit van een verkaveling ouder dan 15 jaar  en de bestemming van het lot 4 van de verkaveling is “residentieel gebruik en/of handelshuis” waarbij louter commercieel gebruik niet is toegestaan.
Het bestaande geheel is thans onvergund. Met de huidige aanvraag wenst men een regularisatie, functiewijziging en een uitbreiding te bekomen tot een handelshuis.

Het bestaande gelijkvloerse gedeelte met een bouwdiepte van 20,9m zal gedeeltelijk gesloopt worden tot op een bouwdiepte van 17m.
Door het isoleren van de vrijblijvende gevels aan de buitenzijde en aanbrengen van steenstrips, zal een totale bouwdiepte van 17,14m gehaald worden en een bouwbreedte van 12,14m.
De inplanting van de voorgevel blijft aangehouden op 1,09m afstand tot de rooilijn, de afstand tot de voorste perceelgrens bedraagt 6,41m, de linker zijgevel zal tot op 2,86m van de linker perceelgrens komen. De rechter zijgevel is voorzien tot tegen de rechter perceelgrens.
De aanbouw met 1 bouwlaag met plat dak heeft een bouwdiepte van 7,79m en een dakrandhoogte tot 3,76m.
De bouwdiepte op de 1ste verdieping en dakverdieping bedraagt 9,35m.
De kroonlijsthoogte aan de voorzijde bedraagt 6m, aan de achterzijde heeft deze een hoogte van 8,47m en de nokhoogte bedraagt 10,50m.

De zijgevels worden doorgetrokken tot op 12m bouwdiepte zodat visueel een profiel  bekomen wordt voor de verdieping van 12m bouwdiepte en een hellend dak.

De oorspronkelijk vergunde functie “bakkerij” (ambacht) wenst men te wijzigen naar winkelruimte (detailhandel).
De totale oppervlakte van de handelsfunctie bedraagt ca. 126m² waarvan 100m² als publiek toegankelijk wordt aangegeven.

Op het gelijkvloers wordt een winkelruimte met toilet, berging, hal en bureau voorzien, een aparte inkomhal tot de bovenliggende woongelegenheid en achteraan een garage voor 2 wagens en een tuinberging.
Op de 1ste verdieping heeft men de traphal met toilet, een leefruimte met aansluitend overdekt terras, een keuken en een bureauruimte.
Op de 2de verdieping/ dakverdieping zijn een nachthal met toilet, 3 slaapkamers, een badkamer en berging voorzien.

Het terreinniveau blijft ongewijzigd, op een beperkte afgraving voor de wadi na.
Door de inplanting op korte afstand van de rooilijn, kunnen aan de voorzijde geen parkeerplaatsen voorzien worden, noch een interne garage waar men op veilige wijze uit kan rijden.
De parkeerruimte voor bewoners en klanten wordt hierdoor in de achtertuin en intern het gebouw voorzien.
Als inrit voorziet men een karrenspoor in grind (32,28m²) tot aan de achtergevel en vandaar wordt de verharding in grastegels uitgevoerd voor een oppervlakte van 110m². Er worden 5 parkeerplaatsen in openlucht voorzien en voor de bewoners 2 interne autostaanplaatsen. Hiermee wordt voldaan aan de vooropgestelde parkeernorm van 1 parkeerplaats per 20m² winkelruimte en 1,5 (2) staanplaatsen voor de woongelegenheid. Door de grastegels wordt de verharde oppervlakte minimaal gehouden en krijgt deze een natuurlijke uitstraling.
Naast de oprit worden 2 toegangspaden in grind (14,49m²) voorzien naar de inkomdeuren vooraan en een beperkt hellend vlak aan de inkom van de winkelruimte.
In de achtertuin wordt een wadi aangelegd als infiltratiezone voor hemelwater. Deze krijgt een lengte van 7m en een breedte van 2,8m en de bodem ligt tot 45cm onder het maaiveld.
Voor het overige voorziet men enkele hagen, een bestaande boom blijft behouden en blijft “onverharde zone” (de invulling werd niet verder aangegeven).

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 6 januari 2024 t.e.m. 4 februari 2024.

5.    ADVIEZEN

 Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:
- Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie
- Agentschap Wegen en Verkeer
- Inter.

6.    PROJECT-MER

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Beringersteenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.
De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.
Wat betreft de toegang van personen met een functiebeperking tot voor het publiek toegankelijke onroerende goederen werd d.d. 10/01/2024 een gunstig advies met voorwaarden verleend door Inter Vlaanderen (zie bespreking adviezen).
Het perceel van de aanvraag is getroffen door de rooilijn van gewestweg N72 en de aanvraag bevindt zich deels in een achteruitbouwstrook.

VCRO 4.3.8. Rooilijnplan
§ 1. Onverminderd andersluidende wettelijke, decretale of reglementaire bepalingen, kan geen vergunning verleend worden voor het bouwen, verbouwen, herbouwen of uitbreiden van een constructie op een stuk grond dat door een rooilijn of een achteruitbouwstrook is getroffen, met uitzondering van de gevallen waarin voldaan is aan een van volgende voorwaarden:
1° de aanvraag heeft louter betrekking op onderhouds- of stabiliteitswerken aan een vergunde of vergund geachte constructie;
2° de aanvraag heeft louter betrekking op sloop- of aanpassingswerken die tot gevolg hebben dat de constructie aan de rooilijn of achteruitbouwstrook wordt aangepast;
3° de aanvraag heeft betrekking op de verbouwing van een monument dat bij een decreet definitief of voorlopig beschermd is, of een constructie die deel uitmaakt van een stads- of dorpsgezicht of een cultuurhistorisch landschap dat bij een decreet definitief of voorlopig beschermd is;
4° de aanvraag heeft louter betrekking op het aanbrengen van gevelisolatie aan een bestaande vergunde of vergund geachte constructie, met een overschrijding van ten hoogste veertien centimeter.

In afwijking van het eerste lid mag een vergunning worden verleend:
1° die afwijkt van de rooilijn als uit het advies van de wegbeheerder blijkt dat de rooilijn niet binnen vijf jaar na de afgifte van de vergunning zal worden gerealiseerd. Als er na het verstrijken van die termijn wordt onteigend, wordt bij het bepalen van de vergoeding geen rekening gehouden met de waardevermeerdering die uit de vergunde handelingen voortvloeit;
2° die afwijkt van de achteruitbouwstrook als de wegbeheerder een gunstig advies heeft gegeven.

Werkzaamheden en handelingen waarvoor geen vergunning is vereist, mogen onder dezelfde voorwaarden als vermeld in het eerste en tweede lid worden uitgevoerd na machtiging van de wegbeheerder.

Als het bij het aanbrengen van gevelisolatie als vermeld in het eerste lid, 4°, gaat om de overschrijding van een rooilijn die wordt gevormd door de huidige grens tussen de openbare weg en de aangelande eigendommen, kan na een gunstig advies van de wegbeheerder die gevelisolatie ook tot veertien centimeter toegestaan worden. In dat geval is, in afwijking van artikel 40 van het decreet van 18 december 1992 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1993, geen vergunning vereist voor het privatieve gebruik van het openbaar domein.

De aanvraag is in strijd met dit rooilijnplan, meer bepaald met de bepalingen inzake de achteruitbouwstrook van 8m.
Aangezien de aanwezige bebouwing niet vergund is, men hier een omvangrijke uitbreiding (verdieping en dakverdieping) voorziet, handelt de aanvraag over een feitelijke nieuwbouw.
De aanvraag voldoet niet aan één van de voorwaarden in §1.
De aanvraag werd voor advies voorgelegd aan de wegbeheerder, het agentschap Wegen en verkeer.
Op 18/01/2024 werd een voorwaardelijk gunstig advies verleend door de wegbeheerder voor de afwijking van de achteruitbouwstrook.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Toegankelijkheid

De aanvraag valt onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen, tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. Dit besluit trad in werking op 1 maart 2010.
Om die reden werd advies gevraagd aan Inter Vlaanderen.  Op 10/01/2024 werd er door Inter Vlaanderen een gunstig advies met voorwaarden verleend. (zie bespreking adviezen)

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.
Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023. De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.
Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.
Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt.
Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

De plannen geven aan dat voor de nieuw opgerichte woning met een horizontale dakoppervlakte van 222,87m² een hemelwaterput voorzien wordt met een inhoud van 30000 liter (vereiste inhoud minimum 22287 liter)en recuperatie van het hemelwater voor toiletspoeling, wasmachine, dienstkraan poetswater en buitenkraan.
De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een infiltratievoorziening met een opvangcapaciteit van 6500 liter (vereiste minimum 6365 liter) en een infiltratieoppervlakte van 19m² (vereiste minimum 15,43m²).
De oppervlakte en het volume van de voorzieningen voldoen aan de verordening.

De verordening is niet van toepassing op de aanleg van de voorziene verhardingen.
De totale oppervlakte aan verharding bedraagt 151,59m² en wordt uitgevoerd in waterdoorlatende grastegels en grind.
Het hemelwater dat op de verharding valt, wordt niet opgevangen en afgevoerd, maar kan volgens de aanvraag op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem infiltreren.
Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied. Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden. 

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.
Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

De verkaveling is ouder dan 15 jaar. Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond, en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.

Functionele inpasbaarheid

De aanvraag voorziet een handelshuis waarbij op het gelijkvloers een winkelruimte ingericht wordt en op de verdiepingen een woongelegenheid voorzien is.
De woonfunctie en nevenfunctie detailhandel zijn functioneel inpasbaar op deze locatie.

Mobiliteitsimpact

De gemeente Zonhoven hanteert volgende parkeernorm voor een woning  met detailhandel:
1,5 autostaanplaatsen per woonentiteit, af te ronden naar boven.
1 parkeerplaats per 20m² verkoopruimte
Er wordt aangegeven dat er 100m² voor publiek toegankelijk is. Hiervoor worden 5 parkeerplaatsen in de achtertuin voorzien.
Voor de bewoners, tevens de uitbaters van de zaak, worden 2 interne autostaanplaatsen voorzien.
De aanvraag komt tegemoet aan de parkeerbehoefte.
Het voorzien van parkeerruimte in de achtertuin is principieel echter niet aanvaardbaar op kavels met als hoofdbestemming wonen. Het niet privatief gebruik kan hinder naar de omwonenden veroorzaken en de eigenlijke bestemming tuinzone komt hierdoor in het gedrang.
Er is geen ruimte voor stalling van fietsen voorzien; voor de bewoners kan dit eventueel in de in het hoofdgebouw geïntegreerde tuinberging. Voor klanten is niets voorzien.

Schaal

Door het behoud van de bestaande niet vergunde situatie, wijkt men af van de minimale breedte voor de zijtuinstrook. De isolatie van de gevel brengt de minimale breedte van 3m terug tot 2,86m.
De bouwdiepte van het gelijkvloers gaat tot 17,14m, de vooropgestelde 15m bouwdiepte wordt hier overschreden. Op de verdieping werd de bouwdiepte beperkt tot 9,35m met achteraan evenwel een kroonlijsthoogte van 8,47m en men trekt zijgevels door tot op 12m bouwdiepte.
Men tracht hiermee de verkavelingsvoorschriften te volgen om het thans nog onbebouwde perceel rechts van de aanvraag geen afwijking op te leggen (deze dienen in principe aan te sluiten op de bestaande bebouwing); een aansluiting is echter uitgesloten omdat een nieuwe woning zich dient te richten naar de regelgeving van de wegbeheerder.
Een vergunning voor het aangevraagde profiel afleveren zou naar de toekomst toe een zeer vreemd straatbeeld geven, het betreft geen beperkte afwijking op de aansluiting tussen 2 halfopen woningen. 

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Met het ontwerp wordt uitgegaan van de inplanting van het bestaande, niet vergunde gebouw. Het gebouw bevindt zich achter de rooilijn van de gewestweg maar de eerste 7m situeert zich in de achteruitbouwstrook (tot 8m achter de rooilijn).
Stedenbouwkundig gezien betreft het een nieuwbouw aangezien het bestaande gedeelte niet als vergund beschouwd kan worden en de uitbreiding sowieso nieuw is. Voor de inplanting dient dan ook rekening gehouden te worden met de geldende regelgeving van de wegbeheerder. Ondanks het feit dat de wegbeheerder een afwijking voor de bouwlijn toestaat, er vanuit gaande dat het een bestaand gebouw betreft dat uitgebreid wordt, kan de inplanting niet aanvaard worden. Het betreft namelijk een halfopen woning; in geval van bebouwing op het rechts aangrenzende perceel, dient aangesloten te worden op de bestaande bebouwing. Dit zal echter niet gaan omdat een nieuwbouwwoning pas mag aanvatten 21m uit de wegas (het totaal van de rooilijn op 13m en de achteruitbouwstrook van 8m). De wegbeheerder heeft immers aangegeven dat in geval van nieuwbouw, men achteruit moet gaan.
Het bestaande gedeelte is bijgevolg niet regulariseerbaar en derhalve kan ook de uitbreiding op de verdieping niet toegestaan worden.

Doordat men blijft vasthouden aan de huidige inplanting en ook een handelsfunctie hieraan koppelt, is er geen parkeermogelijkheid in de voortuinstrook en voorziet men deze in de achtertuin. Het niet privatief gebruik kan hinder naar de omwonenden veroorzaken en de eigenlijke bestemming tuinzone komt hierdoor in het gedrang.

Het terrein heeft een oppervlakte van 822m² waarvan 79,8m² zich voor de rooilijn bevindt.
De totale oppervlakte aan bebouwing en (waterdoorlatende) verhardingen bedraagt 379,64m². Dit is ca. 46% van de perceeloppervlakte.
Indien enkel het terrein achter de rooilijn in aanmerking genomen wordt (742,2m²), ligt de verhardingsgraad op ca. 51%.
De footprint (bebouwing/verharding) op het perceel ligt behoorlijk hoog en is niet in  overeenstemming met de visie van de gemeente. Er wordt gestreefd naar een groenpercentage van 60%.

Visueel-vormelijke elementen

Het betreft een zeer klassieke architectuur met weinig volumespel en een breed gevelvlak. Het geheel komt hierdoor vrij zwaar over. De materiaalkeuze, oranjerood genuanceerde steenstrips als gevelafwerking, zorgt evenmin voor het doorbreken van de gevelvlakken. Ook de gevelopeningen zijn vrij standaard qua omvang.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf niet gewijzigd.
Het maaiveld wordt slechts plaatselijk verlaagd in functie van de wadi in de achtertuin.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Door het voorzien van de parking in de achtertuin kan het gebruiksgenot van de aangrenzende tuinzones beperkt worden. Men voorziet wel groenbuffers om inkijk te vermijden, toch zal hinder niet te vermijden zijn. Aankomst en vertrek van klanten zorgt voor geluiden die daar normaliter niet thuis horen (motorgeluid, dichtslaan portieren…).

Resultaten van het openbaar onderzoek

Er werden geen bezwaren ingediend.

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie d.d. 12 januari 2024 is voorwaardelijk gunstig.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. Indien structurele wijzigingen nodig zijn om aan de voorwaarden van de brandweer te voldoen, dan dient een nieuwe omgevingsvergunning bekomen te worden.

•    Het advies van Agentschap Wegen en Verkeer d.d. 18 januari 2024 is voorwaardelijk gunstig.

Hierbij stuur ik u het advies van mijn afdeling. Gelieve mij een afschrift van de beslissing toe te sturen.

INLICHTINGEN EN BEPERKINGEN
1.Vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N0720002 van 1.1 +38 tot 1.1 +53):
o de grens van het openbaar domein is geschat op Ca 7.70 meter.
o de rooilijn ligt op 13 meter volgens de vigerende wegnormen.
o de zone van achteruitbouw bedraagt 8 meter.
o de minimaal te respecteren bouwlijn ligt op 21 meter.

Publiciteit:
Afmeting: 3 x 0,8, boodschap: The Country Store, verlicht: niet, inplanting: tegen de voorgevel, t.o.v. rooilijn: tussen de rooi- en bouwlijn

2. Constructie voor rooilijn
De parkings op privégrond dienen ingepland te worden achter de voorgeschreven rooilijn.

De Gemeente / Stad dient er op toe te zien dat de voorziene geveluitbreiding t.o.v. de huidige bouwlijn voldoet aan Art. 16 punt 3 van de bepalingen van het decreet houdende vaststelling en realisatie van rooilijnen d.d. 8 mei 2009 (het aanbrengen van gevelisolatie).

3. Constructie in zone van achteruitbouw
o Peil van de dorpels van het gebouw : 31 cm hoger dan het peil van de uiterste rand van de verharding.
o Regenwaterputten, septische putten , bufferbekkens, een afrit naar een ondergrondse kelder/garage/souterrains, …e.d. dienen achter de bouwlijn te worden ingeplant.
o De sloopwerken / terreinwerken / kapwerken mogen geen hinder veroorzaken voor de weggebruikers. Eventuele vervuiling op openbaar domein ten gevolge van deze werken dient men dagelijks ten eigen laste te verwijderen.

4.Constructie op of over openbaar domein
o De berm dient in zijn oorspronkelijke toestand, zijnde grasberm, te worden hersteld. Op de onverharde/verharde berm langs de gewestweg mogen er geen parkeerplaatsen ingericht worden. (Cfr BVR 29/03/2002 retributiebesluit).
o Voor elke inname van het openbaar domein zie punt 10 van de algemene voorwaarden. Er dient voorafgaandelijk aan de werken een afzonderlijke aanvraag aan de diensten van Agentschap Wegen en Verkeer te gebeuren (District Centraal-Limburg, Trekschurenstraat 270, B-3500 Hasselt).
o Het is niet toegestaan om losse, kleinschalige materialen (zoals dolomiet, grind,…) te gebruiken op het openbaar domein.

5. Toegang
o Conform de bepalingen dient het perceel aan de perceelgrens onoverrijdbaar te worden afgesloten behoudens vergunde inrit.
o Voor private woningen en gebouwen met een beperkte verkeersgenererende activiteit wordt slechts 1 gebundelde in- en uitrit toegestaan met een maximumbreedte van 4,5 m rekening houdend met de op het openbare domein aanwezige hindernissen.
o  Insteekparkings langs een gewestweg zijn niet toegestaan omwille van de verkeersveiligheid. Het gebruik van insteekparkings geeft onvoldoende zicht bij het oprijden van de gewestweg, wat een gevaar is voor automobilisten en zwakke weggebruikers.

6. Mobiliteitsimpact
Er dienen voldoende parkeerplaatsen (1,5 per woongelegenheid en 1/20 m² handelsruimte) te worden voorzien op de privégrond. Dit zal anders zoekverkeer en overlast bezorgen aan het openbaar domein wat de verkeersveiligheid in het gedrang brengt.

7. Publiciteit
Zie punt 17 van de algemene voorwaarden.

GUNSTIG ADVIES ONDER VOORWAARDEN
Om deze redenen adviseert het Agentschap Wegen en Verkeer VOORWAARDELIJK GUNSTIG.

De volgende voorwaarden dienen te worden opgelegd:
o Voor wat betreft de afwijking op de bouwlijn, indien de huidige bouw behouden blijft en er vervolgens volume wordt bij gecreëerd kan de feitelijke bouwlijn (huidige voorgevel) aanvaard worden als bouwlijn.
o Indien de huidige bouw wordt afgebroken, dient de nieuwe bouw te worden opgeschoven, verder weg van de gewestweg.
o De deurdorpel staat op 31 cm, dit om eventuele wateroverlast te vermijden. Indien jullie deze richtlijn niet volgen, kan AWV niet aansprakelijk gesteld worden bij eventuele wateroverlast.
o Voor publiciteit zie punt 17 van de algemene voorwaarden
o Parkeerplaatsen achteraan het gebouw

Bij de uitvoering van de vergunning dient de aanvrager rekening te houden met de hierna omschreven aandachtspunten.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich deels aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. Er dient echter uitgegaan te worden van een “nieuwbouw” aangezien het bestaande gedeelte niet als vergund beschouwd kan worden. Er wordt bijgevolg niet akkoord gegaan met de afwijking van de bouwlijn.

•    Het advies van Inter d.d. 10 januari 2024 is gedeeltelijk voorwaardelijk gunstig.

Advies toegankelijkheid bij de aanvraag van een omgevingsvergunning / melding.

In toepassing van art. 4.3.7.i, art. 4.3.3.ii en art. 4.3.4.iii van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
In toepassing van het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheidiv.

Voorwaardelijk gunstig

In toepassing van art. 4.2.19.§1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordeningv, adviseren we de voorwaarden opgenomen in dit advies op te leggen.

Dit advies bekijkt de wettelijke voorschriften op basis van de op plan afleesbare elementen in de vergunningsfase. Dit advies doet geen uitspraak over de integrale toegankelijkheid van het gebouw na volledige afwerking. Afwerkingselementen die niet op plan staan, bepalen immers in grote mate mee de toegankelijkheid van het geheel. U kan, tijdens het project, bij ons inlichtingen verkrijgen of een begeleidingstraject volgen om de integrale toegankelijkheid van uw project te garanderen.

1 Bijlage B26 verantwoordingsnota omgevingsvergunning: Toegankelijkheidstoelichting / checklist inzake toegankelijkheidvi

Er is geen toegankelijkheidstoelichting aanwezig.

2 Verplichting advies
Niet verplicht

3 Toepassingsgebied
Dit advies is van toepassing op het (deel van het) gebouw dat gebouwd, herbouwd, verbouwd of uitgebreid wordt.

De aanvraag betreft:
Art 3: Gebouw(en) waarbij de totale publiek toegankelijke oppervlakte kleiner is dan 150 m².

De bepalingen van de artikelen 10, §1, artikel 12 tot en met 14, artikel 16, 18, 19, artikel 22 tot en met 25 en artikel 33 zijn van toepassing op de toegang tot deze gebouwen.

Indien een aanvraag valt onder de toepassing van de Vlaamse stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid, dan dienen de normbepalingen van hoofdstuk IIIvii te worden nageleefd. De normen, principetekeningen en bijkomende info kan teruggevonden worden op www.toegankelijkgebouw.be.

4 Normen
4.1 Het gebouw
4.1.1 Toegangen, deuropeningen en deuren (art. 22-26):

Publieke deuren dienen een vrije doorgangsbreedte te hebben van ruwbouw min. 105cm, na afwerking min. 90cm. Dit komt overeen met een deurblad van min. 98cm. Volgende deuren voldoen hier niet aan:
o    Inkomdeur winkel

Voor en na deuren moet er een vrije en vlakke draaicirkel met een diameter van min. 150cm beschreven kunnen worden, rakend aan het draaivlak van de deur. Dit is niet zo bij volgende deuren:

o    Inkomdeur buitenzijde

Verplichting tot het creëren van een toegankelijke toegang:

Als de bestaande toegang niet voldoet aan deze bepalingen, moet bij uitbreidings- of verbouwingswerken een toegang voorzien worden die voldoet aan de normen, tenzij de handelingen niet raken aan een gevel, of wanneer het onmogelijk is een ontsluiting naar het openbaar domein te realiseren. 

Drempel aan inkom:
Art. 22 §2 (art.1, 26°): De inkomdeur is niet drempelloos. Er mag echter een niveauverschil van max. 2 cm zijn bij de overgang tussen de binnen- en buitenruimte (art. 18). Dit niveauverschil wordt best afgeschuind uitgevoerd. Het niveauverschil is echter X cm. 

Maatvoering algemeen:
De vrije doorgangshoogte in toegangen en deuropeningen moet minstens 209 cm bedragen, de vrije doorgangsbreedte moet minstens ruwbouw 105 cm bedragen (afgewerkt 90 cm).
Toegangsdeuren tot wooneenheden dienen een vrije doorgangsbreedte te hebben van ruwbouw min. 100cm (afwerkt min. 85cm). 

Draaideuren (carrousel/draaikruisdeur):
Bij elke draaideur, die niet kan gebruikt worden door personen met een handicap, moet een alternatieve toegang of deur voorzien zijn. Deze verplichting geldt niet bij draaideuren die uitgerust zijn met mechanismen die het gebruik door personen met een handicap garanderen. 

Aanliggende circulatieruimte:
Voor en na elke deur moet een vrije en vlakke draairuimte beschreven kunnen worden van 150 cm.
Bij manueel bedienbare deuren moet de vrije en vlakke draairuimte aan de duwzijde tegen het deurvlak van de deur en aan de trekzijde tegen het draaivlak van de deur raken.
Bij manueel bedienbare deuren moet aan de krukzijde van de deur een aanliggende vlakke wand en vloer gezorgd worden van minstens 50 cm breed (ruwbouw), na afwerking minstens 45 cm breed. 

Principetekeningen: zie advies

5 Bijkomende informatie
Aanbevelingen voor het realiseren van een integraal toegankelijk gebouw:
Handboek Toegankelijkheid Publieke Gebouwen (www.toegankelijkgebouw.be)

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. Met de huidige inplanting en drempelhoogte kan echter niet voldaan worden aan de bepalingen betreffende de toegang. Een hellend vlak dat voldoet (1,50m draaicirkel), zou immers voor de rooilijn komen te liggen.

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag deels in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, maar dat het gevraagde niet verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 03/04/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het weigeren van de omgevingsvergunning aan Evitso BVBA gevestigd te Beringersteenweg 87 te 3520 Zonhoven voor het regulariseren en uitbreiden van een eengezinswoning met detailhandel en herinrichting van het terrein, gelegen te Beringersteenweg 89, kadastraal gekend als afdeling 3 sectie F nr. 393F2.