Terug
Gepubliceerd op 08/05/2024

Notulen  College van burgemeester en schepenen

di 30/04/2024 - 13:30 schepenzaal

Samenstelling

Aanwezig

Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur

Verontschuldigd

Johan Schraepen, 5de schepen

Secretaris

Bart Telen, Algemeen directeur

Agendapunten

1.

2024_CBS_00447 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
1.

2024_CBS_00447 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

2024_CBS_00447 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De gemeenteraadsleden beschikken over de mogelijkheid om de goedgekeurde notulen via eBesluit te raadplegen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen over het verslag. Bijgevolg is het verslag van de zitting van 23 april 2024 goedgekeurd.

2.

2024_CBS_00449 - Schikkingsvoorstel Visual Rights Group - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
2.

2024_CBS_00449 - Schikkingsvoorstel Visual Rights Group - Goedkeuring

2024_CBS_00449 - Schikkingsvoorstel Visual Rights Group - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Zending Visual Rights Group d.d. 22/04/2024

Feiten context en argumentatie

Visual Rights Group heeft een brief verzonden naar de gemeente Zonhoven waarin zij stellen dat de gemeente zonder toestemming een foto op de gemeentelijke website heeft gebruikt waarvan Buiten-Beeld het auteursrecht bezit.

Visual Rights Group is een private onderneming die optreedt namens Buiten-Beeld. Voorheen bestond deze firma onder de naam "Permission Machine" maar na een verloren rechtszaak tegen Kortom vzw hebben ze hun naam veranderd. In deze rechtszaak (Gentse ondernemingsrechtbank) stelde de rechter in diens vonnis het volgende: "“De activiteiten die Permission Machine ontwikkelt, zijn hoofdzakelijk gericht op het onder druk genereren van inkomsten uit vastgestelde (vermeende) schendingen van auteursrechten en niet op het doen ophouden ervan”. Het finale doel van deze firma is aldus niet om op te komen voor de rechten van fotografen/persagentschappen maar wel om uit deze schendingen inkomsten te genereren. Deze firma heeft er m.a.w. baat bij dat inbreuken op auteursrechten blijven bestaan, wat net het omgekeerde is wat de wetgever voor ogen had met schadevergoedingen te voorzien voor dergelijke inbreuken.

Na dit vonnis heeft Permission Machine niet enkel diens naam maar ook diens werkwijze veranderd. In basis heeft deze firma gelijk: We mogen geen foto gebruiken zonder toestemming van de (rechts)persoon die de auteursrechten bezit en hier staat, conform een Europese Richtlijn, een schadevergoeding tegenover. Deze foto werd effectief op onze website gevonden. De fout staat m.a.w. vast, er wordt niet aangeraden dat te betwisten. Er wordt opgemerkt dat de foto enkel achterliggend op de website te vinden is en m.a.w. niet te vinden is door een gewone bezoeker van de website.

Er wordt wel aangeraden het bedrag van het "schikkingsvoorstel" te betwisten, nl. 378,35 euro. Dit wordt door Visual Rights Group opgesplitst in de gemiste licentievergoeding (60,00 euro), een vergoeding wegens het niet bekomen van voorafgaandelijke toestemming (60,00 euro), kosten van opsporing en onderzoek (209,00 euro) en een buitengerechtelijke procedurekost (49,35 euro).

Betreffende de inbreuk zelf, het auteursrecht dient vermeld te worden dat conform de richtgevende tarieven van SOFAM betreffende foto tussen 101,59 en 110,30 euro zou kosten indien er toestemming gegeven zou zijn, vermeerderd met 25% vanwege het langdurig gebruik. Dat brengt ons tot een bedrag tussen 126,99 en 137,88 euro. Dezelfde richtlijnen vanuit SOFAM bepalen echter ook dat bij gebrek aan toestemming, er een schadevergoeding van 200% van dat bekomen bedrag voorzien wordt. Dat zou dan een bedrag tussen 253,98 en 275,76 euro betekenen.  Er wordt bijgevolg aangeraden deze eerste twee posten, samen 120,00, euro te aanvaarden.

Een derde post van hun "schikkingsvoorstel" bedraagt de kosten voor opsporing, onderzoek en documentatie t.b.v. 209 euro. Dit bedrag is compleet bij de haren gegrepen, de foto werd mogelijks zelfs via een gratis zoekmotor gezocht en de opgestelde brieven zijn standaardbrieven dewelke niet aangepast moeten worden naar gelang de concrete situatie, m.a.w. in lijn met hun efficiënt verdienmodel. De Europese richtlijn bepaalt hierrond dat een rechter moet bepalen dat gerechtskosten en andere kosten gedragen moeten worden door de verliezende partij. In het geval wij de inbreuk niet ontkennen en hiervoor een redelijke vergoeding betalen, kunnen wij niet eenvoudig bestempeld worden als verliezende partij waardoor het procesrisico bij Visual Rights Group komt te liggen. Er wordt aangeraden dit bedrag redelijkerwijze te herleiden naar 25,00 euro.

Een vierde post zijn de buitengerechtelijke procedurekosten t.b.v. 49,35 euro. Dit impliceert dat een door de gemeente bekende, niet-betwiste, schadevergoeding niet betaald werd waardoor er extra kosten gemaakt moesten worden. Aangezien deze brief het eerste bericht is dewelke ons bereikt heeft met betrekking tot deze inbreuk, wordt aangeraden deze kost integraal te betwisten. We waren eerder nl. niet op de hoogte van de schade-eis.

Er wordt bijgevolg aangeraden Visual Rights Group een brief te verzenden waarbij de inbreuk erkend wordt maar het schikkingsbedrag te herleiden naar 145,00 euro (120,00 + 25,00). Er wordt aangeraden om deze som gelijktijdig met het verzenden van de brief over te maken en niet verder te wachten op het akkoord van Visual Rights Group.

De onterecht gebruikte foto wordt vanzelfsprekend zo snel mogelijk offline gehaald door de websitebeheerder.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist principieel de inbreuk te erkennen en het schikkingsvoorstel te herleiden naar 145,00 euro.

3.

2024_CBS_00450 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

Goedgekeurd
3.

2024_CBS_00450 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

2024_CBS_00450 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring
4.

2024_CBS_00451 - Verkiezingen 09/06/2024: enkele praktische afspraken - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
4.

2024_CBS_00451 - Verkiezingen 09/06/2024: enkele praktische afspraken - Kennisneming

2024_CBS_00451 - Verkiezingen 09/06/2024: enkele praktische afspraken - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Op zondag 9 juni 2024 vinden de verkiezingen plaats voor het Europees, het Federaal en het Vlaams Parlement.

Enkele praktische regelingen betreffende de verkiezingen.

Demostemcomputers :
vanaf 21/05/2024 tot en met vrijdag 7/06/2024 12.00 uur zijn er 2 oefencomputers.

- In de bibliotheek : beschikbaar tijdens de openingsuren van de bibliotheek
- Op het gemeentehuis aan de ingang langs de trap : beschikbaar tijdens de openingsuren van de dienst burgerzaken
Medewerkers van de dienst burgerzaken zullen de inwoners helpen.

In de gemeente Zonhoven worden de officiële aanplakborden opgesteld op de volgende plaatsen:  (vanaf 08/05/2024 om 12.00 uur)
- Aan de basisschool “De Zonnewijzer” - Centrum Kleine Hemmenweg – tegenover de school
- Voor de vroegere kerk – Molen Molenweg
- Parking kerk - Halveweg Heikensstraat
- Naast het vroegere kerkgebouw- Terdonk - Kievitveldstraat 
Voor elke partij wordt eenzelfde oppervlakte tot aanplakking voorzien. 

Tijdens het weekend van de verkiezingen zal het gemeentehuis op zondag open zijn voor verkiezingszaken van 8 tot 16.00 uur.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van enkele praktische afspraken.

5.

2024_CBS_00452 - Goedkeuring bestelbons - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
5.

2024_CBS_00452 - Goedkeuring bestelbons - Goedkeuring

2024_CBS_00452 - Goedkeuring bestelbons - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van de bestelbons goed.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van bestelbons goed voor een bedrag van € 27.011,97.

6.

2024_CBS_00453 - Leveren en plaatsen speeltoestellen (2024) - Gunning - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
6.

2024_CBS_00453 - Leveren en plaatsen speeltoestellen (2024) - Gunning - Goedkeuring

2024_CBS_00453 - Leveren en plaatsen speeltoestellen (2024) - Gunning - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Offerte van 10 februari 2024 van Time2Play en van 25 januari 2024 van Spereco en van 12 februari 2024 van Robinia. 

Gunningsverslag van 25 april 2024.

Feiten context en argumentatie

Voor de speeltuinen aan het Vlinderplein, de Boskrekelstraat en GC Tentakel heeft de dienst Vrije Tijd bij verschillende firma's een offertevraag gedaan voor het leveren en plaatsen van volgende speeltoestellen:

  • 1 basketbaltoren voor het speelplein Vlinderplein;
  • 2 stalen voetbaldoelen voor het speelplein Boskrekelstraat;
  • 1 leeuwenhol voor het speelplein CC Tentakel.

Drie firma's hebben een offerte overgemaakt:

  • Time 2Play: € 14.883,00 incl. btw met een levertijd van 6 weken;
  • Spereco: € 14.118,28 incl. btw met een levertijd van 6 weken;
  • Robinia: € 12.722,91 incl. btw met een levertijd van 6 tot 8 weken. 

De offerte van 12 februari 2024 van de firma Robinia, Noordlaan 82-84, 9200 Dendermonde met een kostprijs van € 12.722,91 incl. btw, is na controle de meest voordelige offerte.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt de offerte van 12 februari 2024 van de firma Robinia, Noordlaan 82/84, 9200 Dendermonde, goed voor het leveren en plaatsen van speeltoestellen (1 basketbaltoren, 2 stalen voetbaldoelen en 1 leeuwenhol) voor de som van € 12.722,91 incl. btw. 

Artikel 2

De betaling van deze opdracht zal gebeuren met het krediet vastgelegd in het meerjarenplan 2020-2025 op MJP000365 (De speelterreinen en het skatepark worden uitgebaat en onderhouden volgens de geldende reglementering). 

7.

2024_CBS_00455 - Stopzetting De Hoev - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
7.

2024_CBS_00455 - Stopzetting De Hoev - Goedkeuring

2024_CBS_00455 - Stopzetting De Hoev - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Complex De Hoev, gelegen te Hoeveweg 10 en achterliggende gronden, werd opgestart in 2012 en omvat de site waar een volkstuinencomplex werd opgericht door vzw Werkende Handen. 

Naast gemeenschappelijke delen werden volkstuintjes ter beschikking gesteld aan derden. De gemeente ondersteunde het complex door de uitbouw van een demonstratieplaats voor thuiscomposteren, op een beperkte oppervlakte, met tuinberging. 

Historiek

Op 4 juli 2011 gaat het college principieel akkoord met het project arbeidszorg op voorwaarde dat het conform is met de stedenbouwkundige en milieuwetgeving. Op 10.09.2012 verleent het college een tijdelijke vergunning tot de oprichting van volkstuintjes met een berging en binnenliggende wegenis. 

Op 8 augustus 2011 beslist het college van burgemeester en schepenen zich kandidaat te stellen bij Limburg.net voor het project 'Limburg ecologisch'.

Op 23 januari 2012 werd het huishoudelijk reglement en de overeenkomst voor de volkstuintjes goedgekeurd op het college van burgemeester en schepenen. De volkstuintjes zijn op dat moment een initiatief van vzw Werkende Handen Zonhoven, een samenwerking tussen de gemeente, het OCMW en Limburg.net en wordt ondersteund door Velt vzw en VTZ Zonhoven.

Op 29 mei 2012 gaat het college van burgemeester en schepenen akkoord met de organisatie van een bespreking over de verdeling van de financiën en het voorstel voor de organisatie van een officiële opening.

Op 27 augustus 2012 gaat het college van burgemeester en schepenen akkoord met de medefinanciering van de tuinberging met een maximumbedrag van 12.500 euro op voorwaarde dat er 3 prijsvragen gebeuren.

Op 23 april 2013 beslist het college van burgemeester en schepenen akkoord te gaan met de betaling van 12.500 euro nadat het OCMW al eerder 12.500 euro had uitbetaald voor de bouw van de tuinberging. De bouw van de tuinberging is hiermee volledig gefinancierd geweest door gemeente/OCMW waardoor de dienst afleidt dat de tuinberging eigendom is van de gemeente.  

De inrichting van de democompostplaats werd volledig gefinancierd door het gemeentebestuur.

Melding stopzetting

In het najaar van 2023 kwamen de eerste geruchten over de mogelijke verkoop van de percelen in eigendom van Werkende Handen vzw. Einde maart 2024 kregen we de bevestiging dat de percelen inderdaad te koop stonden en dat de tuiniers van de Volkstuintjes nog tot het einde van de oogst hun tuintjes mogen bewerken en de democompostplaats ook nog tot dan kan blijven.

Nota dienst

Wat betreft de democompostplaats is volgende evaluatie gemaakt: De laatste tijd kwamen er weinig tot geen bezoekers naar de democompostplaats. De vrijwilligers gaan meestal naar de inwoners toe om daar het nodige advies en de nodige begeleiding te geven. De democompostplaats kan dus ontmanteld worden en moet niet noodzakelijk op een nieuwe plaats opgebouwd worden. Uit het plaatsbezoek blijkt dat de bakken aan het verslijten zijn en mogelijks na demontage ook niet meer in elkaar te plaatsen zijn. De geplaatste omheining is wel nog bruikbaar, net als de compostvaten. Deze zijn nog in goede staat. Ook de platen op de compostbakken zijn nog bruikbaar.

Wat betreft de volkstuintjes. Momenteel zijn nog 2 tuiniers actief. De andere tuintjes liggen er verwaarloosd bij. De tuiniers hebben de boodschap gekregen dat ze nog mogen tuinieren tot aan de oogst en dan stopt hun mogelijkheid om daar te tuinieren. De tuinberging is nog in goede staat. Het aanwezige composteertoilet is heel vies en niet correct gebruikt. De compostbakken van de tuintjes zijn al allemaal verwijderd. 

In overleg met de dienst facilitair management wensen wij de nog bruikbare materialen waaronder de tuinberging af te breken en tijdelijk te stockeren tot een nieuwe functie voor deze materialen bekend is. Een mogelijke optie zou zijn om de tuinberging opnieuw op te bouwen in Ten Eikenen ter vervanging van dat wat er nu staat. Het gebruikte hout is van heel hoge kwaliteit. De nodige uren voor de afbraak en wederopbouw lonen tov de werkuren die hiervoor nodig zouden zijn.

Verder zijn er nog andere mogelijks bruikbare materialen (gebouwen/beplanting) aanwezig. Deze zijn niet betaald door de gemeente nog het OCMW. Voor ons (dienst facilitair management en dienst duurzaamheid en wonen) lijken deze op termijn ook nog nuttig te kunnen zijn. Zo willen we voorkomen dat deze worden weggegooid. We willen hier inzetten op maximaal hergebruik. Daarom wensen wij hiervoor contact op te nemen met Werkende Handen vzw en later eventueel in overleg te gaan met hen.

Gezien de ligging van het complex in woonuitbreidingsgebied, er geen uitbating meer gekoppeld is aan de site en het feit dat het een tijdelijke vergunning betreft, dienen overige constructies verwijderd te worden. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord met het voorstel van de dienst dat de materialen, die door de gemeente/het OCMW werden betaald, door de dienst facilitair management worden gerecupereerd. Voor de andere constructies en materialen die het gemeentebestuur mogelijk wenst te hergebruiken, dient er een akkoord met de betrokken vzw te zijn.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord met het voorstel van de diensten om in contact te treden met Werkende Handen vzw over de andere aanwezige nog bruikbare materialen om deze eveneens te recupereren zonder betaling van enige vergoeding.

8.

2024_CBS_00456 - OMV - Vergunning - Bekerveldweg 50 - 2024/00018 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
8.

2024_CBS_00456 - OMV - Vergunning - Bekerveldweg 50 - 2024/00018 - Goedkeuring

2024_CBS_00456 - OMV - Vergunning - Bekerveldweg 50 - 2024/00018 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:                               2024/00018
Referentie omgevingsloket:             OMV_2024013444

De aanvraag, ingediend door AUREUM PROJECTS BV gevestigd te Galgeneinde 13/11 te 3550 Heusden-Zolder en mevrouw Jessica Verheggen wonende te Galgeneinde 13/11 te 3550 Heusden-Zolder, werd ontvangen op 06/02/2024 en op 05/03/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Bekerveldweg 50, kadastraal gekend als afdeling 3 sectie E nr. 227G.

De aanvraag gaat over het bouwen van 2 halfopen eengezinswoningen.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.
De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan grup afbakening regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk, goedgekeurd op 20 juni 2014.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

• algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

Volgende dossiers zijn relevant:
• Stedenbouwkundige vergunning (1955/00086) voor bouwen van een woonhuis - goedgekeurd op 12/03/1955.
• Stedenbouwkundige vergunning (1957/00188) voor oprichten van bergplaats en kippenhok - goedgekeurd op 01/07/1957.
• Stedenbouwkundige vergunning (1962/00240) voor oprichten van bijgebouw - goedgekeurd op 19/04/1962.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

 Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich langs de Bekerveldweg, een gemeenteweg.
De omgeving bestaat hoofdzakelijk uit vrijstaande eengezinswoningen.
Het straatbeeld wordt gevormd door een zeer gevarieerde bebouwing. De bebouwing varieert qua inplanting, bouwhoogte, dakprofiel alsook materiaalgebruik.

Op het perceel bevindt zich een vrijstaande eengezinswoning en een bijgebouw.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het slopen van de bestaande bebouwing en het bouwen van 2 halfopen eengezinswoningen.
Het slopen van de bestaande bebouwing is vrijgesteld van vergunningsplicht.
Na sloop van de bestaande bebouwing wenst de aanvragen 2 halfopen eengezinswoningen op te richten.

Linker woning

De woning wordt ingeplant op 14,90m uit de as van de weg en op minimum 3,12m van de linker perceelgrens.
De bouwdiepte op het gelijkvloers bedraagt maximaal 14,20m en op de verdieping 11,25m.

Rechter woning

De woning wordt ingeplant op 14,10m uit de as van de weg en op minimum 3,56m van de rechter perceelgrens.
De bouwdiepte op het gelijkvloers bedraagt maximaal 15m en op de verdieping 12m.

Beide woningen vormen samen één bouwblok die uitgevoerd wordt met een hellend dak. De kroonlijsthoogte is gelegen op 6,10m ten opzichte van de as van de weg.
De maximale nokhoogte is gelegen op 10,80m ten opzichte van de as van de weg.
In het voorste dakvlak wordt een dakkapel aangebracht voor de linker woongelegenheid. De uitbouw aan de achterzijde van de linker woongelegenheid wordt uitgevoerd met een plat dak. De dakrandhoogte is gelegen op 3,75m ten opzichte van de as van de weg.
De gevelafwerking is voorzien in licht grijs genuanceerde gevelsteen.

Behoudens de 2 halfopen eengezinswoningen worden ook verhardingen voorzien.
In de voortuin wordt voor beide woningen een inrit voorzien.
Op ca. 0,50m van de linker perceelgrens wordt de inrit voor de linker woongelegenheid aangelegd. Deze inrit heeft een breedte van minimum 2,50m en een lengte van ca. 16m.
Voor de rechter woongelegenheid wordt de inritverharding tevens voorzien op minimum 0,50m van de rechter perceelgrens. De inrit heeft een breedte van 3m en een lengte van ca. 15,80m.
Vanuit elke inrit wordt ter hoogte van de voorgevel een pad aangelegd, evenwijdig met de voorliggende weg, dat tevens toegang verleent tot de voordeur van elke woongelegenheid.
Aan de achterzijde van elke woongelegenheid wordt een niet-overdekt terras aangelegd over de volledige breedte van elke woning (= 7m) en een diepte van maximum 3,14m.
De verhardingen worden uitgevoerd in polybeton. Het hemelwater infiltreert in de aangrenzende groenzones.

Langsheen de perceelgrenzen alsook in de achtertuin tussen de 2 woongelegenheden wordt een haagbeplanting voorzien met een hoogte van 1,80m.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

Het dossier werd volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.
Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.

5.    ADVIEZEN

Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:
Proximus
Wyre
Agentschap voor Natuur en Bos
De Watergroep
Fluvius.

6.    PROJECT-MER

Het project komt voor op bijlage III van het project-m.e.r.-besluit, nl. rubriek 10b – stadsontwikkelingsprojecten. Daarom moet een project-m.e.r. opgemaakt worden, tenzij de initiatiefnemer via een project-m.e.r.-screeningsnota kan aantonen dat het project geen aanzienlijke milieueffecten zal veroorzaken.
Er werd een project-m.e.r.-screeningsnota bij de aanvraag gevoegd. De effecten op milieu en omgeving werden voldoende omschreven en uit de nota blijkt dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

 Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Bekerveldweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.
De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.
De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.
Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.
Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023. De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.

Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

Linker woongelegenheid:
De plannen geven aan dat voor de nieuw opgerichte woning met een horizontale dakoppervlakte van 91,25m² een hemelwaterput voorzien wordt met een inhoud van 7 500 liter en recuperatie van het hemelwater voor de toiletten, een dubbeldienstkraan en alle huishoudelijk gebruik. De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een open infiltratievoorziening waarvan de oppervlakte (37,85m²) en het volume (5 677,50 liter) voldoen aan de verordening.

Rechter woongelegenheid:
De plannen geven aan dat voor de nieuw opgerichte woning met een horizontale dakoppervlakte van 88,05m² een hemelwaterput voorzien wordt met een inhoud van 7 500 liter en recuperatie van het hemelwater voor de toiletten, een dubbeldienstkraan en alle huishoudelijk gebruik. De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een open infiltratievoorziening waarvan de oppervlakte (37,85m²) en het volume (5 677,50 liter) voldoen aan de verordening.

De verordening is niet van toepassing op de aanleg van de voorziene verhardingen. Het hemelwater dat op de verharding valt, wordt namelijk niet opgevangen en afgevoerd, maar kan volgens de aanvraag op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem infiltreren.

Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied.  Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.
Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De woonfunctie blijft behouden en is functioneel inpasbaar in de omgeving.

Mobiliteitsimpact

Het ontwerp voorziet voor beide woningen een inrit die elk parkeerplaats biedt voor 2 wagens.
Het stallen van voertuigen gebeurt geheel op eigen terrein waardoor de last van het autobezit niet wordt afgeschoven naar het openbaar domein.
Langsheen de perceelgrenzen alsook in de achtertuin tussen de 2 woongelegenheden wordt een haagbeplanting voorzien met een hoogte van 1,80m.  Om de verkeersveiligheid te garanderen bij het in- en uitrijden dient de haagbeplanting in de voortuin beperkt te worden tot een hoogte van 1m.

Schaal

De voorgestelde bebouwing is in overeenstemming met de algemeen gehanteerde normen.
De bebouwing in de directe omgeving varieert sterk qua inplanting, bouwdiepte, bouwhoogte alsook materiaalgebruik. Rekening houdend met de gevarieerde bebouwing in de directe omgeving zal het voorgestelde niet als storend ervaren worden in het bestaande straatbeeld.
Er resteert nog een ruime groenzone die ingericht kan worden als tuin.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De bebouwing heeft een totale oppervlakte van 179,30m² en de verharding 145,50m².  Rekening houdend met de oppervlakte van het perceel resteert er een tuinzone van ca. 85%.  Wanneer we zelfs enkel rekening houden met een perceeldiepte van 50m resteert nog een tuinzone van net geen 70%.
Het ontwerp komt dan ook tegemoet aan de visie van de gemeente Zonhoven.

Visueel-vormelijke elementen

De gevelafwerking van de woning is voorzien in licht grijs genuanceerde gevelsteen.
De bebouwing in de omgeving varieert qua bouwstijl alsook materiaalgebruik.  Bijgevolg zal het voorgestelde materiaalgebruik niet als storend ervaren worden in het straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf quasi niet gewijzigd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

De aanvraag creëert voldoende woonkwaliteit en gebruiksgenot voor de bewoners.  Door de aanvraag ontstaat geen bijkomende hinder.

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van De Watergroep d.d. 6 maart 2024 is gedeeltelijk voorwaardelijk gunstig.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van Omgevingsloket Wyre d.d. 7 maart 2024 is gunstig.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Agentschap voor Natuur en Bos heeft op 2 april 2024 aangegeven dat ze geen advies gaan verstrekken.

•    Het advies van Proximus d.d. 4 april 2024 is gunstig.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van Fluvius Het advies van Fluvius werd niet ontvangen binnen de termijn. Het advies wordt geacht stilzwijgend gunstig te zijn.

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:
Stedenbouwkundige voorwaarden
• Het advies van De Watergroep moet gevolgd worden.
• De haagbeplanting in voortuin dient beperkt te worden tot een hoogte van 1m.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 19/04/2024 en volgt dit standpunt, mits het opleggen van een bijkomende voorwaarde omtrent bomen. 

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan AUREUM PROJECTS BV gevestigd te Galgeneinde 13/11 te 3550 Heusden-Zolder en mevrouw Jessica Verheggen wonende te Galgeneinde 13/11 te 3550 Heusden-Zolder voor het bouwen van 2 halfopen eengezinswoningen, gelegen te Bekerveldweg 50 kadastraal gekend als afdeling 3 sectie E nr. 227G, mits het opleggen van een bijkomende voorwaarde omtrent de aanplant van bomen. 

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:
Stedenbouwkundige voorwaarden

  • Het advies van De Watergroep moet gevolgd worden.
  • De haagbeplanting in voortuin dient beperkt te worden tot een hoogte van 1m.

Bijkomende voorwaarde:

  • Per woonentiteit worden 3 bomen aangeplant, waarvan 1 in de voortuin en 2 in de achtertuin. Dit zijn steeds streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstam bomen, van minstens 2de grootte en in een maat niet kleiner dan 14-16.  
  • De bomen dienen aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het beëindigen van de bouwwerken.

    De aanplant dient steeds opnieuw herhaald te worden tot de boom aanslaat.

9.

2024_CBS_00457 - OMV - Vergunning - Hasseltse Beverzakstraat zn - verkaveling 1369.E.874.2 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
9.

2024_CBS_00457 - OMV - Vergunning - Hasseltse Beverzakstraat zn - verkaveling 1369.E.874.2 - Goedkeuring

2024_CBS_00457 - OMV - Vergunning - Hasseltse Beverzakstraat zn - verkaveling 1369.E.874.2 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

verslag GEMEENTELIJKE omgevingsambtenaar

De aanvraag betreft het verkavelen van gronden in 5 loten voor halfopen bebouwing (lot 1 t.e.m. lot 5) en het ontbossen van het terrein. De achterliggende 5 loten (lot 1a t.e.m. lot 5a) worden uit de verkaveling gesloten. Lot 6 wordt gratis afgestaan om toe te voegen aan het openbaar domein.

De aanvraag werd op 4 januari 2024 ontvangen.

Op 9 januari 2024 werd aanvullende informatie opgevraagd.

Op 11 januari 2024 werd de gevraagde aanvullende informatie aangeleverd.

Op 17 januari 2024 werd de aanvraag ontvankelijk en volledig verklaard.

De gewone vergunningsprocedure wordt gevolgd.

Er werd een openbaar onderzoek gehouden, lopende van 27 januari 2024 tot en met 25 februari 2024. Het openbaar onderzoek werd gesloten met 0 bezwaarschriften.

HISTORIEK VAN HET EIGENDOM WAAROP DE AANVRAAG BETREKKING HEEFT

Stedenbouwkundig

  • 1959/00004: Op 25/08/1959 bouwvergunning CBS voor het bouwen van een woonhuis
  • 1966/00075: Op 06/06/1966 bouwvergunning CBS voor het bouwen van een bergplaats en veranda.
  • 2023/00152: Op 7/11/2023 omgevingsvergunning CBS voor het kappen van 7 bomen

“Er dient voldaan te worden aan de voorwaarden en aanbevelingen opgelegd in het advies van de dienst facilitair management d.d. 24 oktober 2023:

  • Ter compensatie van de 7 te rooien bomen dienen er 4 nieuwe streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstambomen aangeplant te worden. Deze bomen dienen bomen van minstens 2de grootte te zijn en worden aangeplant in een maat niet kleiner dan 14-16.
  • De bomen worden aangeplant in het plantseizoen volgend op het rooien van de bomen.
  • Voor deze aan te planten bomen geldt een heraanplant verplichting, d.w.z. bij afsterven, dienen deze bomen steeds vervangen te worden.
  • Deze verplicht aan te planten bomen kunnen in de toekomst enkel gerooid worden mits hiervoor de nodige vergunningen werden bekomen.
  • Deze bomen dienen op een dusdanige manier ingeplant te worden dat zij een mogelijke verkaveling van het terrein niet hypothekeren.

Bewijs van de nieuwe aanplanting (foto’s, aankoopbewijs,…) dient overgemaakt te worden aan de dienst planning en vergunningen, uiterlijk 1 maand na de nieuwe aanplant.”

De aanvraag werd in overleg gebracht met de gemeentelijke administratie. De aanvraag werd voorwaardelijk gunstig beoordeeld (emailverkeer d.d. 4/10/2023):

zou ik mogen vragen waarom de loten in de diepte worden opgedeeld?  Gezien de ligging in woongebied ben ik akkoord dat de volledige projectzone geteld mag/moet worden voor de berekening van de woondichtheid, maar dit uiteraard ook onder voorwaarde dat de achterliggende gronden behouden blijven bij het projectgebied van de verkaveling (en bv. niet worden verkocht aan de achterliggende percelen).
Indien de achterliggende gronden geen deel uitmaken van het projectgebied van de verkaveling (maar dat lijkt me vreemd, want dan zijn deze niet meer bereikbaar?), moet de woondichtheid berekend worden op basis van de woonkavels (aan 15 we/ha max. --> in dat geval is het huidige voorstel m.a.w. te dens). In dat geval is de archeologienota mogelijk ook niet noodzakelijk.
Het hangt er, in mijn ogen, dus vanaf wat de intentie is met de 'achterliggende' grond.
Gelieve ook rekening te houden met ons kwaliteitskader voor woonprojecten: Bouwdiepte 15/12 ipv 17/10, verplichte aanplant bomen, beperking van de ontbossing, enz.
 Mogelijk dient er ook een BEA voorgelegd te worden, gezien er mogelijk waardevolle bomen aanwezig zijn op het terrein die behoud en bescherming vereisen.”

 Voorliggende aanvraag voldoet aan de opgenomen voorwaarden: Zo wordt de achterliggende grond (lot 1a t/m 5a) opgesplitst omwille van de bebossing, maar hoort deze integraal bij de voorliggende loten 1 t/m 5 en dienen deze ook met hun respectievelijke voorliggende percelen worden verkocht, de bouwdiepte bedraagt respectievelijk 15 meter en 12 meter, er wordt een BEA voorgelegd,…

 Uit de gegevens waarover de gemeente beschikt, blijkt niet dat voor het voorwerp van de aanvraag een PV is opgesteld noch dat een meerwaarde werd opgelegd of dat op het goed een vonnis of arrest rust. Er zijn ook geen geschriften bekend waaruit zou blijken dat er wederrechtelijke werken werden uitgevoerd.

 OPENBAAR ONDERZOEK

Overeenkomstig artikel 17 van het decreet betreffende de omgevingsvergunning en hoofdstuk 3 Toepassingsgebied van de gewone en vereenvoudigde procedure, artikels 11 t.e.m. 14 van het besluit tot uitvoering van het decreet betreffende de omgevingsvergunning, werd dit dossier volgens de gewone procedure behandeld.

Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 27 januari 2024 tot en met 25 februari 2024. Er werden geen bezwaren ingediend.  

ADVIEZEN

Op 17/01/2024 werd advies gevraagd aan de dienst contractmanagement.

Op 17/01/2024 werd advies gevraagd aan de dienst facilitair management.

Op 17/01/2024 werd advies gevraagd aan de dienst mobiliteit.

Op 17/01/2024 werd advies gevraagd aan de dienst patrimonium.

Op 17/01/2024 werd advies gevraagd aan Fluvius System Operator.

Op 17/01/2024 werd advies gevraagd aan de Provincie Limburg, dienst Water en Domeinen.

Op 17/01/2024 werd advies gevraagd aan Proximus.

Op 17/01/2024 werd advies gevraagd aan De Watergroep.

Op 02/02/2024 werd advies gevraagd aan het Agentschap voor Natuur en Bos.

Op 26/02/2024 werd opnieuw advies gevraagd aan de Provincie Limburg, dienst Water en Domeinen.

MILIEUEFFECTENRAPPORTAGE

Het project komt voor op bijlage III van het project-mer-besluit wat maakt dat een project MER opgemaakt moet worden, tenzij de initiatiefnemer via een project-m.e.r.-screening kan aantonen dat het project geen aanzienlijke milieueffecten zal veroorzaken.  Er werd een project-m.e.r.-screening bij de aanvraag gevoegd. De effecten op milieu en omgeving werden voldoende omschreven en uit de screening bleek dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

STEDENBOUWKUNDIG ADVIES

 TOETSING AAN DE REGELGEVING EN VOORSCHRIFTEN

OVEREENSTEMMING MET BESTEMMINGS- EN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gewestplan

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979, gelegen in woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van een goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen en latere wijzigingen).

Ruimtelijk uitvoeringsplan, bijzonder plan van aanleg of verkaveling

De aanvraag is niet gelegen in een ruimtelijk uitvoeringsplan, noch in een bijzonder plan van aanleg noch in een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

De aanvraag voldoet principieel aan de geldende bestemmingsvoorschriften van het gewestplan.

Watertoets

Het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013 en het wijzigingsbesluit van 25 november 2022, verplicht de vergunningverlenende overheid om de watertoets uit te voeren bij elke aanvraag tot omgevingsvergunning. Dit decreet vormt het juridisch kader voor het integraal waterbeleid in Vlaanderen. Het decreet bevat ook de omzetting van de kaderrichtlijn Water en de Overstromingsrichtlijn. De watertoets werd uitgevoerd op 17 januari 2024. Het eigendom is gelegen binnen de contour van de advieskaart watertoets, maar niet binnen pluviaal of fluviaal overstromingsgevoelig gebied. Er dient een advies gevraagd te worden aan de Provincie Limburg , dienst Water en Domeinen. Op 12 februari 2024 leverde de Provincie Limburg , dienst Water en Domeinen een ongunstig advies af m.b.t. de watertoets. Er werd een gewijzigde projectinhoudversie ingediend en hierop leverde de Provincie Limburg, dienst Water en Domeinen op 11 maart 2024 een voorwaardelijk gunstig advies af m.b.t. de watertoets, dat luidt als volgt:

“…

3 Toetsen aan de doelstellingen decreet integraal waterbeheer, gecoördineerd op 15 juni 2018 – artikel 1.2.2 

De adviesvraag handelt over de richtlijn gewijzigd overstromingsregime. 

Het perceel is gelegen in een effectief overstromingsgebied: het kritisch overstromingspeil bedraagt het peil van de as van de weg + 20 cm. 

Er mag gebouwd worden omdat de berging die verloren gaat, beperkt blijft en er dus geen bijkomende schade veroorzaakt wordt aan derden of aan het watersysteem voor zover voldaan wordt aan de onderstaande constructievoorwaarden

  • Het vloerpeil moet minstens 10 cm boven het kritisch overstromingspeil gelegen zijn (i.e. 30 cm boven de as van de weg). 
  • Geen openingen in de constructie (in buitenmuren en bodem) mogen voorzien worden onder het kritisch overstromingspeil plus 10 cm. 
  • Kelders en ondergrondse garages zijn niet toegestaan. 
  • Niet-waterdichte doorvoer van nutsleidingen en andere leidingen onder het kritisch overstromingspeil is verboden. 
  • Inspectieputten op rioleringen, ontluchtingssystemen moeten waterdicht afgeschermd worden of opgesteld worden boven het kritisch overstromingspeil. 
  • Ondergrondse tanks moeten verankerd worden tegen opwaartse druk, bijvoorbeeld d.m.v. een betonnen voetplaat of dekplaat. 
  • Elektrische installaties die niet waterdicht afgeschermd zijn, moeten 10 cm boven het kritisch overstromingspeil opgesteld worden. 
  • Aansluitingen op de riolering moeten afgeschermd worden met een terugslagklep en eventueel met een eigen pompinstallatie. 
  • Kruipkelders onder het kritisch peil moeten overstroombaar blijven. 
  • Ophoging van het perceel moet beperkt blijven tot het gebouw zelf met een randzone van 3 m rond die in helling aansluit bij het niet-opgehoogde gedeelte. 
  • Vrijstaande bijgebouwen (m.u.v. tuinhuisjes) zijn niet toegestaan. 
  • Zwembaden zijn niet toegestaan. 
  • Alleen waterdoorlatende verhardingen zijn toegelaten. Er kan hierop enkel uitzondering gemaakt worden indien om technische redenen geen waterdoorlatende verharding mogelijk is 

DEEL 2 CONCLUSIES ONDERZOEK WATERBEHEERDER 

Uit de toepassing van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, is gebleken dat het verkavelen van grond in 5 loten voor HOB een verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) tot gevolg heeft. Deze verandering heeft geen betekenisvol schadelijk effect op het watersysteem voor zover de voorwaarden onder Deel 1 worden opgenomen in de vergunning. 

Het wateradvies is dan ook voorwaardelijk gunstig.”

Decretale beoordelingselementen

Art. 4.3.5.

§ 1. Een omgevingsvergunning voor het bouwen van een gebouw met als hoofdfunctie “wonen”, “verblijfsrecreatie”, “dagrecreatie”, met inbegrip van sport, “detailhandel”, “dancing”, “restaurant en café”, “kantoorfunctie”, “dienstverlening”, “vrije beroepen”, “industrie”, “bedrijvigheid”, “gemeenschapsvoorzieningen” of “openbare nutsvoorzieningen”, kan slechts worden verleend op een stuk grond, gelegen aan een voldoende uitgeruste weg, die op het ogenblik van de aanvraag reeds bestaat.

§ 2. Een voldoende uitgeruste weg is ten minste met duurzame materialen verhard en voorzien van een elektriciteitsnet. De Vlaamse Regering kan bepalen in welke gevallen, en onder welke voorwaarden, gelet op de plaatselijke toestand, van deze minimale uitrusting kan worden afgeweken. 

De aanvraag voldoet aan deze bepaling.

Archeologienota

Conform het Onroerenderfgoeddecreet de dato 12 juli 2013 en latere wijzigingen is een bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag. Op 29 december 2023 nam het Agentschap Onroerend Erfgoed akte van de ingediende archeologienota met referentienummer: https://id.erfgoed.net/archeologie/archeologienotas/28251. Er dienen geen verdere maatregelen te worden genomen

VERKAVELINGSVERGUNNINGSPLICHT

Artikel 4.2.15. § 1. Niemand mag zonder voorafgaande omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden een stuk grond verkavelen voor woningbouw of voor het opstellen van vaste of verplaatsbare constructies die voor bewoning kunnen worden gebruikt.

Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden kan worden aangevraagd en verleend voor het verkavelen voor de aanleg en het bebouwen van terreinen voor andere functies.

§ 2. Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden omvat reglementaire voorschriften aangaande de wijze waarop de verkaveling ingericht wordt en de kavels bebouwd kunnen worden.

§ 3. De verkavelaar zorgt ervoor dat de in de verkaveling opgenomen loten kunnen aansluiten op alle voorzieningen van openbaar nut die vereist worden door het vergunningverlenende bestuursorgaan. In voorkomend geval bepaalt de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden op welke wijze in de nodige infrastructuur voor de nutsvoorzieningen wordt voorzien.

 Artikel 4.2.16. § 1. Een kavel uit een vergunde verkaveling of verkavelingsfase kan enkel verkocht worden, verhuurd worden voor méér dan negen jaar, of bezwaard worden met een recht van erfpacht of opstal, nadat de verkavelingsakte door de instrumenterende ambtenaar is verleden.

§ 2. De verkavelingsakte wordt eerst verleden na overlegging van een attest van het college van burgemeester en schepenen, waaruit blijkt dat, voor de volledige verkaveling of voor de betrokken verkavelingsfase, het geheel van de lasten uitgevoerd is of gewaarborgd is door :

1° de storting van een afdoende financiële waarborg;

2° een door een bankinstelling op onherroepelijke wijze verleende afdoende financiële waarborg.

Het attest, vermeld in het eerste lid, kan worden afgeleverd indien de vergunninghouder deels zelf de lasten heeft uitgevoerd, deels de nodige waarborgen heeft gegeven.

Artikel 4.2.17. Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden geldt als omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen wat betreft alle handelingen die zijn opgenomen in de vergunning en die de verkaveling bouwrijp maken, zoals in het bijzonder:

1° de aanleg van nieuwe verkeerswegen, of de tracéwijziging, verbreding of opheffing daarvan;

2° de wijziging van het reliëf van de bodem;

3° de ontbossing, met behoud van de toepassing van artikel 90bis van het Bosdecreet van 13 juni 1990;

4° het afbreken van constructies.

Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden geldt tevens als omgevingsvergunning voor het wijzigen van de vegetatie, vermeld in artikel 9bis, § 7, en artikel 13, § 4 en § 5, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, wat betreft alle handelingen die zijn opgenomen in de vergunning en die de verkaveling bouwrijp maken.

Het eerste en het tweede lid gelden als de vergunningsaanvraag voor het verkavelen van gronden voldoet aan de vereisten inzake ontvankelijkheid en volledigheid die gelden voor de aanvraag voor stedenbouwkundige handelingen of voor het wijzigen van de vegetatie.

De aanvraag voldoet aan deze bepalingen.

1.- Het dossier bevat voldoende gegevens over het ontbossen van het terrein. 

Op 21 maart 2024 leverde het Agentschap voor Natuur en Bos een voorwaardelijk gunstig af dat luidt als volgt:

“…

Bespreking aanvraag 

Het betreft een aanvraag voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het ontbossen van een terrein in functie van het realiseren van een verkaveling. 

De ontbossing en de voorgestelde werken zijn verenigbaar met de bestemmingsvoorschriften. Gelet op de ruimtelijke bestemming is er buiten het gegeven van goed- of afkeuring van het boscompensatievoorstel en beoordeling van de eigenlijke ontbossing geen verdere adviesvereiste aan ons agentschap. 

Bespreking boscompensatievoorstel 

Uit het dossier kan afgeleid worden dat de aanvrager een oppervlakte van 94 m² wenst te ontbossen. 

Volgens onze gegevens is het perceel bezet met gemengd bos. 

Volgens het Agentschap voor Natuur en Bos is er voor het uitvoeren van de geplande werken een ontbossing nodig van 1217 m². Het betreft over het algemeen natuurlijke bosopslag jonger dan 22 jaar. 1325 m² dient als bos behouden te worden. 

Na onderzoek van het compensatievoorstel overwoog het Agentschap voor Natuur en Bos een aanpassing aan dit voorstel. Voor deze aanpassing werd geen inspraakprocedure gestart omwille van aanpassingen in het voordeel van de aanvrager. Bijgevolg kan het Agentschap voor Natuur en Bos een definitieve beslissing aangaande dit compensatievoorstel nemen. Het compensatievoorstel wordt goedgekeurd, maar aangepast. De aanpassingen bevinden zich in het boscompensatievoorstel, in bijlage bij deze brief. Dit compensatievoorstel moet integraal deel uitmaken van de omgevingsvergunning. Het dossier is bij het Agentschap voor Natuur en Bos geregistreerd onder het kenmerk 24-202364 . 

Wanneer u als vergunningverlenende instantie het advies van Agentschap voor Natuur en Bos niet wenst te volgen en de ontbossing voor een andere oppervlakte wenst toe te staan dan vermeld in het goedgekeurde of aangepaste compensatievoorstel, dan moet u voorafgaand aan het verlenen van de vergunning het compensatievoorstel opnieuw aan ons agentschap voorleggen, met de vraag om het aan te passen naar de gewenste bosoppervlakte. Het is belangrijk dat de te compenseren bosoppervlakte overeenstemt met de vergunde te ontbossen oppervlakte. De vergunningverlenende instantie heeft zelf niet de bevoegdheid om het compensatievoorstel aan te passen. 

Conclusie 

Op basis van bovenstaande uiteenzetting verleent het Agentschap voor Natuur en Bos een gunstig advies mits naleving van de volgende voorwaarde

  • Het goedgekeurde boscompensatievoorstel met inbegrip van haar voorwaarde(n) dient 

integraal deel uit te maken van de stedenbouwkundige vergunning. 

  • De bomen dienen gekapt te worden buiten de schoontijd (= april tot eind juni) 

De vergunningverlenende overheid kan de vergunning slechts toekennen mits naleving van deze voorwaarden. Onderstaande direct werkende normen zijn hierbij van toepassing: 

  • Artikel 90 bis Decreet Bosdecreet van 13.06.1990 
    • Artikel 2 Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van nadere regels inzake compensatie van ontbossing en ontheffing van het verbod op ontbossing van 16.02.2001 

 Volgende voorwaarden moeten letterlijk in de vergunningsvoorwaarden van de omgevingsvergunning worden opgenomen: 

  •  De vergunning wordt verleend op grond van artikel 90bis, §5, derde lid, van het Bosdecreet en onder de voorwaarden zoals opgenomen in het hierbij gevoegde compensatieformulier met kenmerk: 24-202364. 
  • De te ontbossen oppervlakte bedraagt 1217 m². Deze oppervlakte valt niet meer onder het toepassingsgebied van het Bosdecreet. 
  • De resterende bosoppervlakte 1325 m² moet ALS BOS behouden blijven. Bijkomende kappingen in deze zone kunnen maar uitgevoerd worden mits machtiging door het Agentschap voor Natuur en Bos. Het is evenmin toegelaten in deze zone constructies op te richten of ingrijpende wijzigingen van de bodem, de strooisel-, kruid- of boomlaag uit te voeren. 
  • De ontbossing kan enkel worden uitgevoerd conform het plan toegevoegd als bijlage, waarop ook de als bos te behouden zones zijn aangeduid. 
  • De bosbehoudsbijdrage bedraagt € 0 omwille van natuurlijke bosopslag grotendeels jonger dan 22 jaar. 
  • De op het verkavelingsplan aangeduide openbare/niet-openbare beboste groene ruimtes over een oppervlakte van 1325 m² worden integraal opgenomen in de verkavelingsvoorschriften. Deze beboste groene ruimtes moeten ALS BOS behouden blijven. Bijkomende kappingen in deze zone kunnen maar uitgevoerd worden mits machtiging door het Agentschap voor Natuur en Bos. Het is evenmin toegelaten in deze zone constructies op te richten of ingrijpende wijzigingen van de bodem, de strooisel-, kruid- of boomlaag uit te voeren. Bijkomende ontbossing in de op het verkavelingsplan aangeduide groene ruimtes is slechts mogelijk na het wijzigen van de verkavelingsvergunning. 

Om een correcte inning van de bosbehoudsbijdrage en/of controle op de compenserende bebossingen mogelijk te maken, is het verplicht dat de vergunningverlenende instantie zo snel mogelijk een afschrift van haar beslissing bezorgt aan het Agentschap voor Natuur en Bos. De vergunningverlenende instantie dient ons ook op de hoogte te brengen van een eventuele (opschortende) beroepsprocedure tegen de genomen beslissing. 

Alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen zijn beschermd in het Vlaamse Gewest op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Bij het uitvoeren van werken in de periode van 1 maart tot 1 juli moet men er zich – vóór men overgaat tot de uitvoering van de werken – van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden. Bij het werken aan (oude) constructies of het kappen van bomen dient men na te gaan vóór de werken beginnen of er vleermuizen aanwezig zijn. Als nesten of rustplaatsen in het gedrang komen dient de aanvrager contact op te nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos via het algemeen e-mailadres van AVES.”

De omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden kan dus gelden als omgevingsvergunning voor het ontbossen van het terrein.

2.- Uit het verkavelingsplan blijkt dat er constructies dienen te worden gesloopt. Meer specifiek gaat het o.a. over een woning, een werkhuis, een serre, een mestopslagplaats en stalletjes.  Volgens art. 13 van het besluit van de Vlaamse regering van 16 juli 2010 tot bepaling van handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is, in werking getreden op 1 december 2010, is er voor het slopen van de constructies geen omgevingsvergunning nodig. Het slopen van de constructies wordt derhalve ook niet aangevraagd in voorliggende aanvraag.

OVERIGE REGELGEVING 

Slopen

De afbraak dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand. Aan de afbraak is geen milieuvergunningsplicht verbonden, wel dient rekening gehouden te worden met de wettelijke verplichtingen opgenomen in het Vlarem II, omgevingsvergunningsdecreet, het bodemsaneringsdecreet en het materialendecreet. Vooraleer te starten met de afbraakwerken dienen de constructies volledig ontruimd te worden. De afvalstoffen die vrijkomen bij de afbraakwerken dienen selectief ingezameld te worden. Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken in open lucht dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II, hoofdstuk 6.12 Beheersing van stofemissies tijdens bouw- , sloop- en infrastructuurwerken”, indien deze uitgevoerd worden door een aannemer.

Het verwijderen van asbest dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II Beheersing van asbest, hoofdstuk 6.4.

Alle bebouwing dient afgebroken te worden alvorens er een verkoop van een lot en/of een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan bekomen worden. De volledige verkaveling dient vrij en onbelast te zijn van materialen.

Erfdienstbaarheden

Uit het verkavelingsplan, opgesteld door landmeter – expert Guy Gillissen, blijkt dat er geen waterlopen noch erfdienstbaarheden aanwezig zijn op het terrein. Hier dient dan ook geen rekening mee gehouden te worden.  Het eigendom grenst wel aan de voorzijde aan de Slangbeek (2de categorie). Op 7 maart 2024 leverde de Provincie Limburg, dienst Water en Domeinen een voorwaardelijk gunstig advies af in verband met bindende bepalingen en machtigingen rond onbevaarbare waterlopen van tweede of derde categorie over, 

  • de afstand van gebouwen, vaste constructies en beplantingen naast de waterloop
  • het plaatsen van afsluitingen naast de waterloop
  • machtigingen

dat luidt als volgt”:

“…

DEEL 2 AFSTAND TOT DE WATERLOOP: VIJFMETERZONE VRIJHOUDEN – ZONE NON AEDIFICANDI 

De vergunninghouder moet volgende voorwaarden naleven: 

2.1 Afstand tot de waterloop 

De minimumafstand voor het oprichten van gebouwen, vaste constructies en vaste beplantingen tot de taludinsteek van de waterloop moet vijf meter bedragen zowel op de linker- als de rechteroever zodat het recht van doorgang, het afzetten van ruimingsproducten en het onderhoud van de waterloop gewaarborgd blijft. Leidingen of verhardingen binnen de vijfmeterzone moeten overrijdbaar zijn voor voertuigen met aslast 15 ton en totaal gewicht tot 30 ton. 

Geen grondbewerkingen zijn toegelaten op minder dan 1 m langs de waterloop volgens het decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gecoördineerd op 15 juni 2018. 

Binnen een afstand van 6 m langs de waterloop mogen geen naaldbomen geplant of herplant worden. 

Nieuwe bomen en struiken worden alleen aangeplant binnen een afstand van vijf meter landinwaarts van de bovenste rand van het talud indien: 

  • een minimale tussenafstand van 12 m voor opgaande bomen gerespecteerd wordt 
  • de houtkant regelmatig teruggezet wordt en indien nodig voor de toegankelijkheid van de waterloop periodiek teruggezet wordt op vraag van de waterbeheerder 
  • voor een andere plantwijze geopteerd wordt nadat de waterbeheerder daarvoor een schriftelijke toestemming gaf. 

Ophoging van de oever binnen de vijf meter vanaf de rand van de overwelving/taludinsteek van de waterloop is vergunningsplichtig en moet beoordeeld worden in kader van de watertoets. 

De vijfmeterzone is niet aangeduid op het plan. 

De afstand is gerespecteerd. 

2.2. Afrasteringen en afsluitingen 

Om het talud te beschermen kan de waterbeheerder aangelanden verplichten om gronden die aan een waterloop of publieke gracht palen en die begraasd worden, af te rasteren. 

Bij afrastering bevindt het deel van de afsluiting aan de kant van de grond die aan de waterloop paalt, zich op een afstand van 0,75 meter tot 1 meter, landinwaarts gemeten vanaf het einde van het talud van de waterloop. De afsluiting mag niet hoger dan 1,50 meter boven de begane grond zijn. 

De afsluiting is zo opgesteld dat ze geen belemmering vormt bij het onderhoud van de waterlopen, of ze kan weggenomen worden. 

DEEL 3 MACHTIGINGEN 

Inrichtingswerken of andere werken aan, over of onder de waterloop: machtiging van de waterbeheerder is vereist voor: 

  • ophoging van de oever binnen vijf meter vanaf de rand van de overwelving/taludinsteek 

van de waterloop: er is geen ophoging op het plan aangeduid 

  • aanbrengen van oeververdediging, overwelving, herprofilering, verlegging of andere werken aan de waterloop: er is geen werk aan de waterloop op het plan aangeduid. 
  • lozingen en lozingsconstructies (ook van regenwater ) in de waterloop (ook voor tijdelijke lozingen): er is geen lozing op het plan aangeduid 

 Het regenwater moet aangesloten worden op de waterloop, het afvalwater moet worden aangesloten op de openbare riolering. 

DEEL 4 CONCLUSIE 

Het dossier wordt in het kader van de bindende bepalingen rond onbevaarbare waterlopen voorwaardelijk gunstig beoordeeld. 

De voorwaarden onder Deel 2 en 3 moeten worden opgenomen in de vergunning.”

Decreet grond- en pandenbeleid 

De aanvraag voorziet minder dan 10 loten bestemd voor woningbouw, noch heeft de verkaveling een grondoppervlakte die groter is dan een halve hectare. De verkaveling sluit niet aan op een andere, ook door de aanvrager te ontwikkelen perceel, die samen met de percelen waarop de aanvraag betrekking heeft, een oppervlakte van meer dan een halve hectare beslaan. Er dient bijgevolg geen sociaal, noch bescheiden woonaanbod gerealiseerd te worden.

De aanvraag is verenigbaar met de regelgeving.

Toetsing AAN DE goede ruimtelijke ordening

OMSCHRIJVING VAN DE FEITELIJKE AANVRAAG

De aanvraag betreft het verkavelen van gronden in 5 loten voor halfopen bebouwing (lot 1 t.e.m. lot 5) en het ontbossen van het terrein. De achterliggende 5 loten (lot 1a t.e.m. lot 5a) worden uit de verkaveling gesloten. Lot 6 wordt gratis afgestaan om toe te voegen aan het openbaar domein.

BEOORDELING VAN DE GOEDE RUIMTELIJKE ORDENING

De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen:

1°         het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4;

2°         het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in 1°, in rekening brengen;

Omschrijving ligging en omgeving

De percelen van de aanvraag (loten 1 t.e.m. 5) worden ontsloten via de Hasseltse Beverzakstraat, een gemeenteweg. Links van de verkaveling zijn er enkele halfopen bebouwingen met 2 bouwlagen en een zadeldak en/of plat dak. Rechts van de verkaveling

liggen open bebouwingen met 1 bouwlaag en een zadeldak. Op het te verkavelen terrein staat een eengezinswoning met garage, een serre met afdak, tuinberging en een

een houtopslagplaats dewelke worden afgebroken.

Verkavelingsvoorwerp

Het verkavelingsontwerp voorziet in 5 loten voor halfopen bebouwing (lot 1 t.e.m. lot 5). De bouwloten hebben een diepte van 50 meter en zijn, met uitzondering van lot 5, elk 11,70 meter breed. Lot 5 heeft een breedte van 11,04 meter aan de straatzijde en 12,16 meter aan de achterzijde. Naar oppervlakte betekent dit 4 loten met een oppervlakte van 585 m² en één lot met een oppervlakte van 584 m². De woning op lot 1 wordt opgericht tegen de wachtgevel van de links aanpalende woning, op 16,08 meter uit de ontwerp rooilijn. Loten 2 t.e.m. 5 worden opgericht op 12 meter uit de ontwerp rooilijn. De vrije gevel van de woningen wordt op 3 meter van de zijdelingse perceelgrens voorzien. De achtertuinzone varieert tussen de 19 meter voor lot 1 en 23 meter voor lot 2 t.e.m. lot 5. De bouwstrook heeft een minimale breedte van 8,70 meter op de voorgevelbouwlijn en een maximale diepte van 15 meter. 

Functionele inpasbaarheid in de onmiddellijke en ruime omgeving

Het voorzien van halfopen eengezinswoningen, met eventueel een zorgwoning en een complementaire functie (kantoor, vrij beroep en dienstverlening), in een residentiële woonomgeving, is functioneel inpasbaar in de onmiddellijke en ruime omgeving. 

Mobiliteitsimpact

Het college van burgemeester en schepenen verwacht bij het oprichten van een eengezinswoning principieel een aantal autostaanplaatsen dat overeenkomt met het aantal woongelegenheden. De last van het autobezit kan niet volledig op het openbaar domein worden afgeschoven. Er moet een inpandige garage en/of carport voorzien worden om de tuin te vrijwaren van overdreven bebouwing en verharding. Het parkeren kan op eigen terrein gebeuren. De aanvraag heeft geen negatieve impact op de mobiliteit.

De schaal van de voorgenomen werken

In de omgeving is een diversiteit van bouwvolumes aanwezig gaande van 1 bouwlaag tot 2 bouwlagen met schuin of plat dak. De maximale bouwdiepte van 15 meter op het gelijkvloers en 12 meter op de verdieping, een maximale kroonlijsthoogte van 6,5 meter en een zadeldak of plat dak stemt overeen met de normaal gehanteerde normen voor bebouwing in deze omgeving en zijn aanvaardbaar.

Het ruimtegebruik en de bouwdichtheid

De inplanting van de nieuwe woningen wordt voorzien op respectievelijk 16,08 meter voor lot 1 en 12 meter voor de loten 2 t.e.m. 5 uit de rooilijn en op minimum 3 meter van de vrije zijdelingse perceelgrens. Deze inplanting sluit aan bij de normaal gehanteerde normen voor bebouwing in deze omgeving.

Er wordt een tuinhuis tot 12m² voorgesteld, hetgeen aanvaardbaar is op deze loten.  Er blijft nog voldoende onbebouwde en onverharde ruimte over op het lot om aan te leggen als een kwalitatieve tuinzone.

Door het oprichten van 5 extra woningen op het terrein wordt een woondichtheid bekomen van ca. 8,5 woningen per hectare wat aanvaardbaar is in deze omgeving.

Visueel-vormelijke elementen

De omgeving wordt gekenmerkt door een verscheidenheid aan bebouwing, niet alleen qua bouwlagen maar ook naar bouwvorm (vrijstaande en gekoppelde), dakvorm (schuin dak en plat dak) en materiaalgebruik. Het voorgestelde profiel in de verkavelingsvoorschriften sluit aan bij deze in de omgeving. Als materiaal wordt binnen de verkavelingsvoorschriften opgelegd dat dit in overeenstemming moet zijn met de omgeving.  

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing.

Bodemreliëf

Het perceel ligt 10 à 20 cm lager dan de voorliggende straat. In de door de gemeente aangepaste verkavelingsvoorschriften zal gesteld worden dat reliëfwijzigingen zoveel mogelijk beperkt moeten worden. Het vloerpeil van de nieuw op te richten woning dient evenwel boven het straat- of trottoirniveau (minimaal 30cm) gelegen te zijn om mogelijke waterschade te voorkomen. Ophoging van het perceel moet beperkt blijven tot het gebouw zelf met een randzone van 3 m rond het gebouw die in helling aansluit bij het niet opgehoogde gedeelte.

Hinderaspecten met betrekking tot gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Er wordt geen hinder verwacht door voorliggende aanvraag m.b.t. tot de gezondheid, het gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen. Er werden geen bezwaarschriften ingediend tijdens het openbaar onderzoek.

De aanvraag voldoet aan de criteria voor de goede ruimtelijke ordening in de onmiddellijke en ruime omgeving mits te voldoen aan de voorschriften in bijlage, opgesteld door het college van burgemeester en schepenen.

BESPREKING VAN DE ADVIEZEN

1.- Het advies van 18/01/2024 van de Watergroep is voorwaardelijk gunstig:

“Advies Aftakkingen en Aansluitingen
 
Gedeeltelijk gunstig advies met voorwaarden

Voor de afbraak van het bestaande gebouw dient de eigenaar schriftelijk De Watergroep te verwittigen voor uitbraak van de bestaande aftakking.
 De kosten van de uitbraak van de aftakking zijn ten laste van de aanvrager. 

 Advies Ontwerpbureau
 
Volledig gunstig advies met voorwaarden

Voor de uitrusting van de verkaveling met een drinkwaterleiding op het openbaar domein moet door de initiatiefnemer onderstaande betaald worden:

  • een forfaitaire kost per bebouwbaar kavel
  • een kost voor ontwerp en veiligheidscoördinatie per project

Wanneer aan alle voorwaarden is voldaan zal De Watergroep de gemeente hiervan op de hoogte brengen, pas dan zal de gemeente cfr. De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening een verkoopbaarheidsattest afleveren.

Iedere wooneenheid dient over een afzonderlijke watermeter te beschikken.
De plaats van de watermeter dient te beantwoorden aan de voorschriften van De Watergroep.
 De kosten van de nieuwe aftakkingen zijn ten laste van de individuele aanvragers.

Bijkomende informatie kan u vinden op : www.dewatergroep.be

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

2.- Het advies van 01/02/2024 van Fluvius System Operator is voorwaardelijk gunstig: 

“ Naar aanleiding van uw vraag hebben wij een studie opgemaakt voor de aanleg en/of aanpassingen van de nutsleidingen voor het bovenvermeld project en dit op basis van de gegevens waarover wij vandaag beschikken. 

Voor uw project zijn volgende werken van toepassing en noodzakelijk: 

- Aanleg van nieuwe nutsleidingen voor elektriciteit 

Deze voorwaarden worden gelijktijdig overgemaakt aan u en aan het betrokken college van burgemeester en schepenen van de gemeente Zonhoven, die de voorwaarden mee zal opnemen in de omgevingsvergunning. 

Bij een eventuele wijziging, zeker indien het gaat om een wijziging van de gevraagde vermogens, of herverkaveling, moet u een nieuwe aanvraag indienen. Op basis van de gewijzigde gegevens zullen wij een studie uitvoeren om te bepalen of een netuitbreiding en/of het plaatsen van een nieuwe distributiecabine vereist is om het project te kunnen aansluiten. De bouwheer dient in dat geval een grond of lokaal op het gelijkvloers ter beschikking te stellen voor deze distributiecabine. 

De aansluitingskosten van de individuele woningen, appartementen of panden zijn niet inbegrepen in deze voorwaarden, zij worden later met de offerte voor aansluiting afgerekend. Bijkomende kosten die moeten worden gemaakt naar aanleiding van het verplaatsen van bestaande leidingen of installaties, kunnen afzonderlijk worden aangerekend na de vaststelling van de noodzaak tot verplaatsing. 

Indien u deze werken wenst te laten uitvoeren, verzoeken wij u dit document voor akkoord te ondertekenen en terug te sturen via het digitaal omgevingsloket via ('Acties' > 'Versturen bericht') of via bovenstaand e-mailadres. 

De volledige reglementering kunt u raadplegen op www.fluvius.be. U dient deze na te leven. 

Het detail van de voorwaarden en de daaraan verbonden financiële tussenkomsten zijn opgenomen in onderstaande tabel. (zie advies)

De voorwaarden blijven 6 maanden geldig. 

Op basis van de gegevens waarover wij beschikken valt uw project onder de definitie van grote verkaveling/groot appartementsgebouw cfr. het Energiedecreet van 8/5/2009 en het Energiebesluit van 19/11/2010. Als distributienetbeheerder mogen wij dan ook geen aansluitingen gas realiseren in dit project. Bijgevolg zullen wij ook geen gasdistributienet aanleggen binnen dit project. Indien u meent dat dit project toch niet onder deze definitie zou vallen of als u beroep wenst te doen op de wettelijke uitzondering, dan dient u ons hiervan zo snel als mogelijk in te lichten. Uw offerte zal in dat geval immers herzien moeten worden. 

Riolering: 

Voor de activiteit riolering, kunnen deze loten/woningen aangesloten worden op de riolering in de aanpalende straat. 

De toekomstige eigenaars van de respectievelijke loten/woningen dienen voor hun rioolaansluiting een aanvraag in te dienen bij Fluvius, telefonisch via 078 35 35 34 of online via www.fluvius.be/aansluitingen. Wij raden de klanten ten zeerste aan om zo vroeg mogelijk een aansluitingsaanvraag riolering in te dienen bij Fluvius vooraleer de grondwerken op privé aan te vatten. De mogelijke diepte van aansluiting is pas gekend na plaatsing van de huisaansluitputjes door Fluvius. De klant dient de privé-riolering op deze diepte af te stemmen. 

De eigenaars dienen een vergoeding voor de 1ste ingebruikname te betalen. 

Indien de huisaansluitputjes reeds voorafgaandelijk geplaatst werden op het perceel, ontslaat dit de klant niet van het indienen van een aansluitingsaanvraag bij Fluvius. De klant mag, na het doorlopen van de aanvraagprocedure, dan zelf aansluiten op de h

huisaansluitputjes. Fluvius zal dan niet meer ter plaatse komen, om de verbinding van de aansluitputjes naar de privé-riolering te maken. 

Indien de huisaansluitputjes nog niet geplaatst zouden zijn op het perceel en de privé-riolering werd wel reeds uitgevoerd tot op de grens openbaar/privé, zal Fluvius op het moment van de plaatsing van de huisaansluitputjes (na aanvraag procedure), deze putjes met de privé-riolering (indien technisch mogelijk) verbinden. 

De klant dient zelf in te staan voor het plaatsen van de privé-riolering voor zijn nieuwe woning en is verplicht deze uit te voeren volgens de wettelijke bepalingen ter zake. Voor meer info kan u terecht op www.fluvius.be/aansluitingen

Indien de privé-riolering niet correct en volledig volgens deze wettelijke bepalingen werd uitgevoerd, zelfs indien dit niet expliciet door de omgevingsvergunning opgelegd is, behoudt Fluvius het recht om de woning niet aan te sluiten op het rioleringsnet. Dit gescheiden stelsel op privaat terrein dient doorgetrokken te worden met afzonderlijke leidingen vuilwater en indien van toepassing regenwater tot aan de huisaansluitputjes. 

Fluvius voorziet per aansluiting 1 vuilwaterhuisaansluitputje met aansluitdiameter 125 mm en indien van toepassing 1 regenwaterhuisaansluitputje met aansluitdiameter 160mm op privé-grond (net achter de rooilijn) en zal instaan voor de aansluiting van deze privé-riolering op het rioleringsnet op openbaar domein. 

Door de invoering van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van privé-riolering verplicht vanaf 1 juli 2011. De lijst van Fluvius erkende keurders kan u vinden op: www.fluvius.be/nl/thema/aansluitingen/keuring-riolering

Verdere verloop van de procedure: 

Als u akkoord gaat met de voorwaarden van deze offerte, starten wij met de voorbereiding van het dossier, nemen wij de uitvoering ervan op in onze planning en versturen wij u de bijhorende facturen. 

Na uw akkoord, moet u rekening houden met een termijn van minimum 120 werkdagen voor de start van de infrastructuurwerken. 

U moet ook rekening houden met de levertermijn van materialen en eventuele vergunningen. Ten vroegste 8 weken nadat uw facturen zijn betaald, kunnen de werken worden aangevat. 

Na ontvangst van uw akkoord wordt de factuur opgemaakt om deze binnen de 30 dagen te betalen. 

Er moet een nieuwe aanvraag worden ingediend bij wijziging of herverdeling. De overeenkomst vervalt als de omgevingsvergunning wordt geweigerd. 

De gemeente wordt in kennis gesteld als u aan alle voorwaarden heeft voldaan. De gemeente zal dan volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening een verkoopbaarheidsattest afleveren. De omgevingsvergunning die reeds is afgeleverd mag in uitvoering gebracht worden. 

Wij hopen u met deze informatie van dienst te zijn. Indien u hieromtrent nog vragen hebt, kunt u ons altijd contacteren.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

3.- Het advies van 31/01/2024 van Proximus is gunstig

“Met aandacht hebben wij uw adviesvraag onderzocht. Proximus voorziet geen uitbreidingen voor de aansluiting van dit project. Aanvragen tot aansluiting op het Proximus netwerk kunnen door de aanvrager gericht worden naar onze klantendienst via het nummer 0800 22 800. In functie van de beschikbare capaciteit van onze infrastructuur op dat moment, bekijken we de mogelijkheden om een aansluiting te voorzien.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. 

4.- Het advies van 02/02/2024 van de dienst Facilitair management is voorwaardelijk gunstig

“Akkoord voor de verkaveling zoals voorgesteld, mits volgende voorwaarden in de verkavelingsvoorschriften worden opgenomen:

Op elk van de loten dienen er minstens 2 streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstam bomen te worden aangeplant, waarvan minstens 1 in de voortuin. De aan te planten bomen zijn bomen van minstens 2de grootte en worden aangeplant in een maat niet kleiner dan 14-16. De bomen dienen aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het beëindigen van de bouwwerken.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

5.- Het advies van 18/01/2024 van de dienst contractmanagement is voorwaardelijk gunstig

“Gunstig onder de last dat lot 6 (87ca) zoals weergegeven op het plan van landmeter-expert Guy Gillissen d.d. 4/11/2023 gratis wordt overgedragen naar de gemeente Zonhoven, met het oog op inlijving bij het openbaar domein. Alle kosten voortvloeiende uit de gratis grondoverdracht dienen door aanvragers gedragen worden.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De lasten in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

6.- Het advies van 02/02/2024 van de dienst mobiliteit is gunstig

“De verkeersgeneratie t.g.v. deze ontwikkeling is beperkt (berekeningen verkeersgeneratie op basis van de kencijfers wonen in regionaal stedelijk gebied randgemeenten van het richtlijnenboek mobiliteitseffectenstudies, mobiliteitstoets, en mober).” 

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. 

7.- Het advies van 22/01/2024 van de dienst patrimonium is gunstig. 

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. 

8.- Het advies van 07/03/2024 van de Provincie Limburg, dienst Water en Domeinen is voorwaardelijk gunstig zoals hierboven reeds weergegeven.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

9.- Het advies van 21/03/2024 van het Agentschap voor Natuur en Bos is voorwaardelijk gunstig zoals hierboven reeds weergegeven.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies zoals hoger aangehaald, dienen gevolgd te worden.

Uit de bovenstaande motivering blijkt dat de ruimtelijke draagkracht van het gebied niet wordt overschreden en dat de voorziene verweving van functies de aanwezige of te realiseren bestemmingen in de onmiddellijke omgeving niet in het gedrang brengen noch verstoren. De aanvraag is verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening.

EINDADVIES

Uit bovenstaande motiveringen blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening, en dat het voorgestelde ontwerp verenigbaar is met de goede plaatselijke ordening en met zijn onmiddellijke omgeving. 

De aanvraag is vatbaar voor een omgevingsvergunning voor het verkavelen in 5 loten voor halfopen bebouwing (lot 1 t.e.m. lot 5) en het ontbossen van het terrein, mits het opleggen van voorwaarden.  

Bijgevolg adviseert de gemeentelijke omgevingsambtenaar het dossier voorwaardelijk gunstig voor het verkavelen in 5 loten voor halfopen bebouwing (lot 1 t.e.m. lot 5) en het ontbossen van het terrein, zoals voorgesteld op de voorgebrachte plannen die als bijlage aan de aanvraag zijn verbonden en voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden.

Voorwaarden

  1. De achterliggende 5 loten (lot 1a t.e.m. lot 5a) dienen samen met hun respectievelijke voorliggende percelen te worden verkocht.
  2. Te voldoen aan de voorwaarden gesteld door Dienst Facilitair management:
    Deze voorwaarden werden opgenomen in de voorschriften.
  3. Te voldoen aan de voorwaarden gesteld door De Watergroep.
  4. Te voldoen aan de voorwaarden gesteld door het Agentschap voor Natuur en Bos, waaronder:
    * De vergunning wordt verleend op grond van artikel 90bis, §5, derde lid, van het Bosdecreet en onder de voorwaarden zoals opgenomen in het hierbij gevoegde compensatieformulier met kenmerk: 24-202364.
    * De te ontbossen oppervlakte bedraagt 1217 m². Deze oppervlakte valt niet meer onder het toepassingsgebied van het Bosdecreet.
    * De resterende bosoppervlakte 1325 m² moet ALS BOS behouden blijven. Bijkomende kappingen in deze zone kunnen maar uitgevoerd worden mits machtiging door het Agentschap voor Natuur en Bos. Het is evenmin toegelaten in deze zone constructies op te richten of ingrijpende wijzigingen van de bodem, de strooisel-, kruid- of boomlaag uit te voeren.
    * De ontbossing kan enkel worden uitgevoerd conform het plan toegevoegd als bijlage, waarop ook de als bos te behouden zones zijn aangeduid.
    * De bosbehoudsbijdrage bedraagt € 0 omwille van natuurlijke bosopslag grotendeels jonger dan 22 jaar.
    * De op het verkavelingsplan aangeduide openbare/niet-openbare beboste groene ruimtes over een oppervlakte van 1325 m² worden integraal opgenomen in de verkavelingsvoorschriften. Deze beboste groene ruimtes moeten ALS BOS behouden blijven. Bijkomende kappingen in deze zone kunnen maar uitgevoerd worden mits machtiging door het Agentschap voor Natuur en Bos. Het is evenmin toegelaten in deze zone constructies op te richten of ingrijpende wijzigingen van de bodem, de strooisel-, kruid- of boomlaag uit te voeren. Bijkomende ontbossing in de op het verkavelingsplan aangeduide groene ruimtes is slechts mogelijk na het wijzigen van de verkavelingsvergunning.
  5. Te voldoen aan de voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies van Fluvius System Operator.
  6. Te voldoen aan de voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies van de Provincie Limburg, dienst Water en Domeinen.
  7. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementeringen van de nutsmaatschappijen.
  8. Kosten voor het voorzien / verleggen of uitbreiden van de nutsleidingen moeten gedragen worden door de verkavelaar;
  9. Aanpassingen aan inrichtingen, constructies of beplantingen op het openbaar domein naar aanleiding van de omgevingsaanvraag of de toekomstige omgevingsaanvraag zijn steeds ten laste van de aanvrager. Alle kosten naar aanleiding van een heraanplanting op het openbaar domein, uitgevoerd naar aanleiding van een omgevingsaanvraag voor het verkavelen van gronden of een omgevingsaanvraag van een particulier, blijft ten laste van de aanvrager.
  10. Gelet op artikel 4.2.17 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening waarin bepaald wordt dat een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden geldt als omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen wat betreft alle handelingen die zijn opgenomen in de vergunning en die de verkaveling bouwrijp maken. Dat rekening houdend met dit artikel een machtiging wordt verleend tot het ontbossen van het terrein conform de voorwaarden opgenomen in het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos.
  11. Alle bebouwing dient te worden gesloopt vooraleer de verkaveling ten uitvoer kan worden gebracht. Dit houdt in dat zolang aan de opschortende voorwaarde tot sloping, die verbonden is aan de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden zelf en waarvan de naleving rust op de verkavelaar zelf, niet voldaan is, de verkavelaar niet kan overgaan tot verkoop van de loten, noch een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan verkregen worden.
    Onder afbraak wordt tevens het verwijderen van de vloerplaten en van al het materiaal / afval van het terrein bedoeld. Alle materialen / afval dienen afgevoerd te worden naar een erkende verwerker.
    De volledige verkaveling dient vrij en onbelast te zijn van gebouwen, materialen en afval;
  12. De afbraak van de constructies dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand. Aan de afbraak is geen milieuvergunningsplicht verbonden, wel dient rekening gehouden te worden met de wettelijke verplichtingen opgenomen in het Vlarem II, omgevingsvergunningsdecreet, het bodemsaneringsdecreet en het materialendecreet. Vooraleer te starten met de afbraakwerken dienen de constructies volledig ontruimd te worden. De afvalstoffen die vrijkomen bij de afbraakwerken dienen selectief ingezameld te worden. Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken in open lucht dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II, hoofdstuk 6.12 Beheersing van stofemissies tijdens bouw-, sloop- en infrastructuurwerken”, indien deze uitgevoerd worden door een aannemer. Het verwijderen van asbest dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II Beheersing van asbest, hoofdstuk 6.4.;
  13. De paalstenen aan de rooilijn dienen geplaatst te worden.
  14. De verkavelingsvoorschriften in bijlage, opgesteld door het college van burgemeester en schepenen zijn van toepassing op voorliggende aanvraag.
  15. Vervreemding van een lot uit de verkaveling kan pas geschieden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan.
  16. Een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan pas verkregen worden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan.
  17. Na het afleveren van het attest conform artikel 4.2.16§2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dient de verkaveling in een officiële akte gegoten de worden.  De gemeente dient in kennis te worden gebracht van de akte van neerlegging van de verkaveling.

 Last

Lot 6 (87ca) zoals weergegeven op het plan van landmeter-expert Guy Gillissen d.d. 4/11/2023 moet gratis worden overgedragen naar de gemeente Zonhoven, met het oog op inlijving bij het openbaar domein. Alle kosten voortvloeiende uit de gratis grondoverdracht dienen door de aanvragers gedragen te worden.

 Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen volgt het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar van 24/04/2024 gedeeltelijk.

Het advies van de dienst Facilitair Management wordt slechts gedeeltelijk gevolgd.

Gezien op de achterliggende loten, die mee aangekocht moeten worden met de voorliggende percelen, reeds een bos aanwezig is en dit behouden moet blijven (cfr. het advies van ANB), is de aanplant van 1 streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstam boom in de voortuin voldoende.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het afleveren van een omgevingsvergunning met voorwaarden aan de aanvrager.

De omgevingsvergunning omvat het verkavelen in 5 loten voor halfopen bebouwing (lot 1 t.e.m. lot 5) en het ontbossen van het terrein, zoals voorgesteld op de voorgebrachte plannen die als bijlage aan de aanvraag zijn verbonden en voor zover rekening gehouden wordt met de gestelde voorwaarden.

Artikel 3

De omgevingsvergunning wordt aldus afgegeven onder volgende voorwaarden: 

  1. De achterliggende 5 loten (lot 1a t.e.m. lot 5a) dienen samen met hun respectievelijke voorliggende percelen te worden verkocht.
  2. Te voldoen aan de voorwaarden gesteld door Dienst Facilitair management:
    Deze voorwaarden werden opgenomen in de voorschriften.
  3. Te voldoen aan de voorwaarden gesteld door De Watergroep.
  4. Te voldoen aan de voorwaarden gesteld door het Agentschap voor Natuur en Bos, waaronder:
    * De vergunning wordt verleend op grond van artikel 90bis, §5, derde lid, van het Bosdecreet en onder de voorwaarden zoals opgenomen in het hierbij gevoegde compensatieformulier met kenmerk: 24-202364.
    * De te ontbossen oppervlakte bedraagt 1217 m². Deze oppervlakte valt niet meer onder het toepassingsgebied van het Bosdecreet.
    * De resterende bosoppervlakte 1325 m² moet ALS BOS behouden blijven. Bijkomende kappingen in deze zone kunnen maar uitgevoerd worden mits machtiging door het Agentschap voor Natuur en Bos. Het is evenmin toegelaten in deze zone constructies op te richten of ingrijpende wijzigingen van de bodem, de strooisel-, kruid- of boomlaag uit te voeren.
    * De ontbossing kan enkel worden uitgevoerd conform het plan toegevoegd als bijlage, waarop ook de als bos te behouden zones zijn aangeduid.
    * De bosbehoudsbijdrage bedraagt € 0 omwille van natuurlijke bosopslag grotendeels jonger dan 22 jaar.
    * De op het verkavelingsplan aangeduide openbare/niet-openbare beboste groene ruimtes over een oppervlakte van 1325 m² worden integraal opgenomen in de verkavelingsvoorschriften. Deze beboste groene ruimtes moeten ALS BOS behouden blijven. Bijkomende kappingen in deze zone kunnen maar uitgevoerd worden mits machtiging door het Agentschap voor Natuur en Bos. Het is evenmin toegelaten in deze zone constructies op te richten of ingrijpende wijzigingen van de bodem, de strooisel-, kruid- of boomlaag uit te voeren. Bijkomende ontbossing in de op het verkavelingsplan aangeduide groene ruimtes is slechts mogelijk na het wijzigen van de verkavelingsvergunning. 
  5. Te voldoen aan de voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies van Fluvius System Operator.
  6. Te voldoen aan de voorwaarden en opmerkingen gesteld in het advies van de Provincie Limburg, dienst Water en Domeinen.
  7. De initiatiefnemer handelt volgens en voldoet aan de reglementeringen van de nutsmaatschappijen.
  8. Kosten voor het voorzien / verleggen of uitbreiden van de nutsleidingen moeten gedragen worden door de verkavelaar;
  9. Aanpassingen aan inrichtingen, constructies of beplantingen op het openbaar domein naar aanleiding van de omgevingsaanvraag of de toekomstige omgevingsaanvraag zijn steeds ten laste van de aanvrager. Alle kosten naar aanleiding van een heraanplanting op het openbaar domein, uitgevoerd naar aanleiding van een omgevingsaanvraag voor het verkavelen van gronden of een omgevingsaanvraag van een particulier, blijft ten laste van de aanvrager.
  10. Gelet op artikel 4.2.17 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening waarin bepaald wordt dat een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden geldt als omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen wat betreft alle handelingen die zijn opgenomen in de vergunning en die de verkaveling bouwrijp maken. Dat rekening houdend met dit artikel een machtiging wordt verleend tot het ontbossen van het terrein conform de voorwaarden opgenomen in het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos.
  11. Alle bebouwing dient te worden gesloopt vooraleer de verkaveling ten uitvoer kan worden gebracht. Dit houdt in dat zolang aan de opschortende voorwaarde tot sloping, die verbonden is aan de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden zelf en waarvan de naleving rust op de verkavelaar zelf, niet voldaan is, de verkavelaar niet kan overgaan tot verkoop van de loten, noch een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan verkregen worden.
    Onder afbraak wordt tevens het verwijderen van de vloerplaten en van al het materiaal / afval van het terrein bedoeld. Alle materialen / afval dienen afgevoerd te worden naar een erkende verwerker.
    De volledige verkaveling dient vrij en onbelast te zijn van gebouwen, materialen en afval;
  12. De afbraak van de constructies dient te gebeuren tot in de grond en de plaats moet hersteld worden in de vorige toestand. Aan de afbraak is geen milieuvergunningsplicht verbonden, wel dient rekening gehouden te worden met de wettelijke verplichtingen opgenomen in het Vlarem II, omgevingsvergunningsdecreet, het bodemsaneringsdecreet en het materialendecreet. Vooraleer te starten met de afbraakwerken dienen de constructies volledig ontruimd te worden. De afvalstoffen die vrijkomen bij de afbraakwerken dienen selectief ingezameld te worden. Alle bouw-, sloop- en infrastructuurwerken in open lucht dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II, hoofdstuk 6.12 Beheersing van stofemissies tijdens bouw-, sloop- en infrastructuurwerken”, indien deze uitgevoerd worden door een aannemer. Het verwijderen van asbest dient te gebeuren conform de bepalingen van Vlarem II Beheersing van asbest, hoofdstuk 6.4.;
  13. De paalstenen aan de rooilijn dienen geplaatst te worden.
  14. De verkavelingsvoorschriften in bijlage, opgesteld door het college van burgemeester en schepenen zijn van toepassing op voorliggende aanvraag.
  15. Vervreemding van een lot uit de verkaveling kan pas geschieden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan.
  16. Een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan pas verkregen worden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan.
  17. Na het afleveren van het attest conform artikel 4.2.16§2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dient de verkaveling in een officiële akte gegoten de worden.  De gemeente dient in kennis te worden gebracht van de akte van neerlegging van de verkaveling.

 Last

Lot 6 (87ca) zoals weergegeven op het plan van landmeter-expert Guy Gillissen d.d. 4/11/2023 moet gratis worden overgedragen naar de gemeente Zonhoven, met het oog op inlijving bij het openbaar domein. Alle kosten voortvloeiende uit de gratis grondoverdracht dienen door de aanvragers gedragen te worden.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

10.

2024_CBS_00458 - OMV - Hoorzitting beroep - Binnengebied Kleine Hellekensstraat /Heuveneindeweg - 1361.F.874.2 - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
10.

2024_CBS_00458 - OMV - Hoorzitting beroep - Binnengebied Kleine Hellekensstraat /Heuveneindeweg - 1361.F.874.2 - Kennisneming

2024_CBS_00458 - OMV - Hoorzitting beroep - Binnengebied Kleine Hellekensstraat /Heuveneindeweg - 1361.F.874.2 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Omgevingsvergunningsaanvraag van Bert Cox namens Vooruitzien CVBA met als contactadres Violetstraat 15 te 3580 Beringen (1361.F.874.2), voor het ontbossen en het verkavelen van een binnengebied voor sociale huisvesting en de aanleg van wegenis, gelegen op kadastraal perceel 3de afdeling, sectie F, nummers 129_, 130_, 131/2 F, 146A, 150Z, 841D, 841C en 848B, gelegen in het binnengebied Kleine Hellekensstraat / Heuveneindeweg. 

De hoorzitting inzake het beroep van Vandecruys Jonas tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van Zonhoven, d.d. 12/12/2023 waarbij een voorwaardelijke vergunning werd verleend voor het verkavelen van gronden in 7 loten voor sociale huisvesting en 1 lot voor een nutscabine (lot 8), het aanleggen van nieuwe wegenis (lot 9), het ontbossen, het wijzigen van het reliëf en het kappen van 8 hoogstammige bomen, zal plaatsvinden op dinsdag 14 mei 2024 om 10.2uur.

Deze hoorzitting zal plaatshebben in de Europazaal van het Bestuursgebouw van het Provinciehuis, Universiteitslaan 1 te Hasselt.

Onderstaande richtlijnen dienen aangehouden te worden bij het bezoek aan het provinciehuis:
- Er worden slechts 2 personen toegelaten voor iedere betrokken partij. Dit betekent dat enkel uzelf met uw vertegenwoordiger aanwezig kan zijn op de hoorzitting.
- Indien personen ziektesymptomen vertonen of personen in hun gezin ziek zijn of symptomen vertonen, wordt met aandrang gevraagd NIET naar de hoorzitting te komen en een vertegenwoordiger af te vaardigen.
- Om de samenkomst van het aantal wachtende personen te beperken vragen we om enkel naar het provinciehuis te komen op het gevraagde uur.
- De aanwijzingen op de voorziene stickers/bordjes zijn strikt op te volgen.
- De spreektijd zal beperkt worden tot ca. 10 minuten per partij. Dit om de strikte timing van de hoorzittingen te kunnen garanderen.
- De Europazaal is uitgerust met een grote tafel van ca. 4m bij 4m waarbij de aanwezige personen kunnen vergaderen met inachtneming van een fysieke afstand van 1,5m.

Met het oog op een vlot verloop van de hoorzitting wordt aangeraden om het verslag van de Provinciale Omgevingsambtenaar voorafgaandelijk te raadplegen. Een afschrift van dit verslag zal beschikbaar worden gesteld via het Omgevingsloket door middel van een bericht dat  terug te vinden is onder 'alle gebeurtenissen' of via een bericht voor het beroepschrift dat u kan terugvinden onder de procedurestap 'fase beroepsperiode' > 'beroepschrift' > 'acties en overzicht'. Zodra het verslag wordt opgeladen op het Omgevingsloket zal u hiervan een melding ontvangen per e-mail.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist niet aanwezig te zijn op de hoorzitting van 14 mei 2024.

11.

2024_CBS_00459 - OMV - Vergunning - Hazendansweg 60 - 2023/00253 - Gedeeltelijke goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
11.

2024_CBS_00459 - OMV - Vergunning - Hazendansweg 60 - 2023/00253 - Gedeeltelijke goedkeuring

2024_CBS_00459 - OMV - Vergunning - Hazendansweg 60 - 2023/00253 - Gedeeltelijke goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2023/00253

Referentie omgevingsloket:    OMV_2023168296

De aanvraag, ingediend door de heer Hugo Van Wyngaerden wonende te Catharinalaan 4 te 3110 Rotselaar, werd ontvangen op 22/12/2023 en op 04/03/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Hazendansweg 60, kadastraal gekend als afdeling 2 sectie C nrs. 950C en 951E.

De aanvraag gaat over het verbouwen van een zonevreemde woning, het wijzigen van een klein landschapselement, het verwijderen en aanleggen van verhardingen en de sloop van een vrijstaand bijgebouw.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen en vegetatiewijzigingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).


1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

    De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in natuurgebied.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.

De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan grup afbakening regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk, goedgekeurd op 20 juni 2014.

De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan RUP zonevreemde woningen, goedgekeurd op 29 november 2017gelegen binnen perimeter reservatiezone.

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

•    algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

•    Omgevingsvergunning 2019/00078 voor het verbouwen van een bestaande woning, het regulariseren van een losstaande tuinberging en het rooien van een kastanjeboom goedgekeurd op 16/07/2019.

•    Gebouwen en constructie dossier GEB/2017/00004 voor hoevewoning met aanhorigheden - opname in register op 22/08/2017.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

    Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich op het adres Hazendansweg 60.  Dit gedeelte van de Hazendansweg loopt over het traject van buurtweg “Chemin nr. 117” in de buurt Korenmolen in het midden van de gemeente Zonhoven.  De buurtweg bevindt zich op het goed van de aanvraag.

De in de aanvraag betrokken percelen en de nabije omgeving bevinden zich in natuurgebied.  In de ruimere omgeving vinden we vrijstaande eengezinswoningen met achterliggend agrarisch gebied, woonuitbreidingsgebied en natuurgebied.  De bebouwing bestaat er uit één bouwlaag onder voornamelijk hellende daken, en is voornamelijk afgewerkt in een gevelsteen in diverse tinten en texturen.

Op het perceel bevindt zich een L-vormige zonevreemde eengezinswoning die in 2017 als ‘vergund geacht’ is beschouwd.  Het meest zuidelijke deel van deze woning is gesloopt.  De aanwezige verhardingen rondom de woning zijn niet mee opgenomen in het vergunningenregister.

Op 16 juli 2019 werd een voorwaardelijke omgevingsvergunning uitgereikt voor het verbouwen van de woning, het rooien van een boom die deel uitmaakt van een klein landschapselement en de regularisatie van een schuilhok.  Op 25/09/2020 werd de start van de werken gemeld.

Op het perceel zijn 2 kleine landschapselementen in de vorm van een solitaire bomengroep met nummer 295 bestaande uit 2 wilde kastanjes in intacte staat en een houtkant met nummer 296 in goede en intacte staat.

Volgens de informatie waarover wij beschikken is er aan de woning zonder vergunning een veranda gebouwd en is er rondom de woning verharding aanwezig die niet in overeenstemming met de vergunning uit 2020 is uitgevoerd.  Verder stellen we vast dat de werken zoals vergund in 2020 tot op heden voor een aanzienlijk deel niet zijn uitgevoerd.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het verbouwen van een bestaande leegstaande zonevreemde eengezinswoning, het verwijderen en plaatsen van verhardingen.

Na uitvoering van de verbouwing zal 148,61 m² van een totale geveloppervlakte van 237,82 m², oftewel 62,5% behouden blijven.  Door het plaatsen van buitenisolatie zal de breedte van de woning vergroten met 0,52 meter tot 18,39 meter.  De bouwdiepte van het gelijkvloers vermeerdert met 0,2 meter tot 14,61 meter en deze van de verdieping met 0,43 meter tot 7,93 meter.  Het gevolg hiervan is dat de woning ingeplant wordt op minimum 5,02 meter van de voorste perceelsgrens en op minimum 0,69 meter van de rechter perceelsgrens.

De hoogte van de kroonlijst verlaagt met 0,06 meter tot 3,36 meter boven het maaiveld.  De nokhoogte en de hoogte van de dakrand vergroten met respectievelijk 0,2 en 0,26 meter tot 6,71 meter en 3,19 meter boven het maaiveld.

Alle bestaande verhardingen worden verwijderd en het vrijstaande bijgebouw wordt afgebroken. Er zullen een inrit en een toegangspad naar de voordeur aangelegd worden in een waterdoorlatende klinkerverharding met een gezamenlijke oppervlakte van 33,28m², een pad in kiezelverharding naar de tuinzone met een oppervlakte van 14,5m² en een niet-waterdoorlatend terras met een oppervlakte van 29,7m².

Uitgezonderd de gevolgen van het verwijderen van vergunde verhardingen en het plaatsen van een open infiltratievoorziening wijzigt het terreinprofiel verder niet.

Beschrijving van de aangevraagde vegetatiewijzigingen

Volgende vegetatiewijzigingen worden aangevraagd: 

•    Er wordt gevraagd om een kastanjeboom met een omtrek van 1,95 meter op een hoogte van 1 meter, die deel uitmaakt van een klein landschapselement met nummer 295 in groengebied, te rooien.  Het gaat om de boom die het dichtst bij de woning staat.

•    Er wordt gevraagd om het microreliëf te wijzigen.  Het gaat om het verwijderen van de vergunde verharding in de achtertuin met een oppervlakte van 330m².

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

    Het dossier werd volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.

Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.

5.    ADVIEZEN

    Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:

•    dienst facilitair management

•    Dienst Water en Domeinen provincie Limburg

•    Agentschap voor Natuur en Bos

•    Fluvius.

6.    PROJECT-MER

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

    Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Hazendansweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.  

De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Het goed is getroffen door de rooilijn van buurtweg “Chemin nr. 117”.  De werken hebben geen impact op de rooilijn.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in collectief te optimaliseren buitengebied. Er is riolering gepland, of er is riolering aanwezig maar die is nog niet aangesloten op een waterzuivering. Er moet een septische put voorzien worden in afwachting van een aansluiting op de riolering en rioolwaterzuivering.

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.

Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

De plannen geven aan dat voor de verbouwing van de woning met een horizontale dakoppervlakte van 173 m² een hemelwaterput voorzien wordt met een inhoud van 10000 liter en recuperatie van het hemelwater voor buitenkraan, wasmachine en 2 toiletten. De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een infiltratievoorziening waarvan de oppervlakte en het volume voldoen aan de verordening.

De verordening is niet van toepassing op de aanleg van de voorziene verhardingen. Het hemelwater dat op de verharding valt, wordt namelijk niet opgevangen en afgevoerd, maar kan volgens de aanvraag op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem infiltreren.

Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen in een speciale beschermingszone maar wel in natuurgebied.  Omwille van de ligging worden er compenserende maatregelen opgelegd in de vorm van groenaanplanten.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.  

Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien het goed zich niet in een beschermde archeologische site en/of ook niet in een vastgestelde archeologische zone bevindt en de vergunningsplichtige bodemingreep kleiner is dan 1000m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De bestaande woonfunctie blijft behouden, maar is niet functioneel inpasbaar op deze locatie aangezien het goed onder de bestemming natuurgebied valt en de aanvraag tegelijk niet kan voldoen aan art. 3, art. 4 en art. 5 van het Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan “zonevreemde woningen” perimeterplan reservatiezone dd. 6/11/2017 omdat het pand voor meer dan 5 jaar leeg staat cfr. Art. 3.  De bevoegde overheid heeft in Gecodificeerd Decreet Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dd. 15/05/2009 echter basisrechten toegekend waaraan voldaan kan worden mits het opleggen van voorwaarden.

De aanvraag is aanvaardbaar.

Mobiliteitsimpact

De gemeente Zonhoven hanteert volgende parkeernorm voor een woning: 1,5 autostaanplaatsen/wooneenheid.

De aanvraag komt hieraan tegemoet, want de inrit biedt plaatst aan 2 voertuigen.  Bij gebrek aan een inrit is er nog steeds voldoende parkeerruimte in voortuinen van de woning om aan de parkeernormen te voldoen.

De aanvraag is op dit vlak aanvaardbaar.

Schaal

De verbouwing vergroot de schaal van de woning die is opgenomen in het vergunningenregister via het dossier GEB/2017/00004, met uitzondering van het plaatsen van buitenisolatie, niet.  Aangezien de buitengevels voor 62,5% behouden blijven, geen enkele gevel ten gevolge van het isoleren aan de buitenzijde voor meer dan 26 cm uitbreidt en de hoogte van het gebouw met ten hoogste 26 cm vermeerdert, voldoet de aanvraag aan de voorwaarde in art. 4.1.1, 12° van het Gecodificeerd Decreet Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dd. 15/05/2009.

De aanvraag is aanvaardbaar.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De woondichtheid wijzigt niet ten opzichte van de vergunde toestand en is dan ook aanvaardbaar.

Het ruimtegebruik wijzigt verder ten gevolge van het verwijderen van de bestaande verhardingen, het slopen van het vrijstaand bijgebouw en het plaatsen van nieuwe verhardingen.  Aangezien er geen gebruik gemaakt kan worden van de rechten met betrekking tot art. 3, art. 4 en art. 5 van het Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan “zonevreemde woningen” perimeterplan reservatiezone dd. 6/11/2017, er volgens het Gecodificeerd Decreet Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening dd. 15/05/2009 geen zonevreemde rechten kunnen toegekend worden aan het plaatsen van verhardingen in natuurgebied en er ook geen gebruik gemaakt kan worden van het Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van stedenbouwkundige handelingen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is dd. 16/07/2010, is het plaatsen van enige nieuwe verhardingen wettelijk niet toegestaan.

De nieuwe verhardingen kunnen bijgevolg niet aanvaard worden.  Dit zal worden opgenomen in de beslissing.

Visueel-vormelijke elementen

62,5% van de gevels alsook het overgrote merendeel van de dakbedekking blijft behouden; onderaan wordt een cementeringslaag verwijderd.  Het buitenschrijnwerk wordt vervangen door antraciet grijs aluminium.  Deze kleur komt terug in de gevelbekleding van de achterbouw, de dakrand en de regenafvoer.

Met de subtiele wijzigingen blijft de woning geïntegreerd in zijn omgeving.  Dit is aanvaardbaar.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf niet gewijzigd met uitzondering van het verwijderen van bestaande verhardingen en het plaatsen van een open infiltratievoorziening.  Aangezien deze wijzigingen van het microreliëf door het Agentschap Natuur en Bos worden toegestaan, zijn ze aanvaardbaar.

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie Limburg Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie Limburg werd niet ontvangen binnen de termijn.  Het advies wordt geacht stilzwijgend gunstig te zijn. 

•    Het advies van Agentschap voor Natuur en Bos d.d. 29 maart 2024 is voorwaardelijk gunstig.

- De stedenbouwkundige voorschriften dienen gevolgd te worden;

- De kastanjeboom dient te vervangen worden door 1 nieuwe hoogstammige inheemse, standplaatsgeschikte boom zoals bv. Zomereik, winterlinde, berk, haagbeuk met maat minstens 12-14 binnen de perimeter van de percelen.

- De boom dient bij aanplant voldoende ruimte te krijgen om te kunnen groeien;

- De heraanplanting dient te gebeuren in het plantseizoen onmiddellijk volgend op het kappen van de aangevraagde boom;

- De aanvrager neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen met het oog op het welslagen van de nieuwe aanplant. Dit veronderstelt niet alleen een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwalitatief degelijk plantgoed, maar ook het gebruik van een steunpaal of wortelverankering;

- Bij uitval dient het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats terug te worden ingevuld. In ieder geval is de aanvrager er toe gehouden om op zijn percelen minstens 1 nieuwe hoogstammige boom tot volle wasdom te brengen.

- Alle andere bomen en struiken op het perceel dienen gespaard te worden.

- Alle afbraakmaterialen afkomstig van de werken dienen van het terrein verwijderd te worden.

- Er mag geen overtreding gebeuren op het Besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot soortenbescherming en soortenbeheer. Dit betekent dat er dient nagegaan te worden, alvorens de afbraakwerken/restauratiewerken beginnen, of er beschermde soorten (zoals vleermuizen, zwaluwen, …) of indicaties ervan (zoals resten van nesten, uitwerpselen,…) in of aan de gebouwen aanwezig zijn. Indien er een vermoeden bestaat van aanwezigheid van soorten dient contact opgenomen te worden met ANB;

- De ligging van het perceel in natuurgebied op gewestplan dient gerespecteerd te worden. Bij (her)inrichting van de tuin dient gebruik gemaakt te worden van inheemse, standplaatsgeschikte plantensoorten;

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van dienst facilitair management d.d. 5 maart 2024 is voorwaardelijk gunstig.

Gunstig voor het rooien van de kastanjeboom en wel om volgende reden:

- meer dan 60% van de schors is over een hoogte van circa 3 meter volledig verdwenen,

- boom is t.h.v. de verdwenen schors al zwaar aan het inrotten,

- door de algemene toestand van de boom, afgestorven schors en inrotten, is de levensverwachting van deze boom eerder beperkt, < 5 jaar.

- door de inrotting is de kans dat deze boom gaat omvallen bij extreem weer zeer groot

Ook gunstig voor de overige werken zoals voorgesteld, mits er voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

Voorliggende aanvraag valt onder de toepassing van artikel 75 §1 4° b) OVD nl. de basisrechten voor zonevreemde constructies conform artikel 4.4.10 tot 4.4.20 VCRO. 

Om aan bovenstaande te voldoen wordt volgende last opgelegd aan de vergunninghouder: 

De vergunninghouder is verplicht de volgende groenaanplantingen uit te voeren op zijn perceel en volgens onderstaande modaliteiten: 

* Aanplanten van minstens 11 streekeigen en/of klimaat robuuste bomen in een maat niet kleiner dan 14-16. 

* Aanplanten van één hoogstammige inheemse standplaatsgeschikte boom, in een maat niet kleiner dan 18-20 ter vervanging van de te rooien kastanjeboom. 

* Er dient een bufferstrook in streekeigen planten te worden aangelegd langsheen de perceelsgrenzen van perceel 2/C/950, ter hoogte van de percelen 2/C/933A, 2/C/931A, 2/C/948A, 2/C/949A, 2/C/968C en langsheen de oostelijke perceelsgrens aan de Hazendansweg ter versterking van het bestaande, te behouden, klein landschapselement.  Deze bufferstroken dienen minstens 5 meter breed te zijn, en in volle wasdom minstens 4 meter hoog. 

* De vergunninghouder neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplantingen van het groenscherm te laten slagen. Dit houdt een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwalitatief degelijk plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelverankering en zo nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- en/of veevraat. Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aanplantingen tot volle wasdom te brengen;

* De vergunninghouder neemt de nodige flankerende maatregelen om de aanwezige te behouden bomen maximaal te beschermen tijdens de duur van werken. Zo mogen er geen materialen gestapeld worden binnen de kruinprojectie van de bomen en mogen er geen werken uitgevoerd worden binnen de kruinprojectie van de bomen. Moest dit laatste toch noodzakelijk zijn, dienen deze werken tot een absoluut minimum beperkt te worden en moet eventuele schade aan de boom en/of zijn wortels op een vakkundige manier behandeld worden. Ook is er geen verkeer toegestaan binnen de kruinprojectie van de bomen. Als voor de uitvoer van de werken verkeer binnen de kroonprojectie nodig is, zal de bouwheer flankerende maatregelen treffen om verdichting van de bodem te voorkomen. Dit laatste kan door bv. het leggen van rijplaten.

In navolging van artikel 77 OVD wordt voor de opgelegde last in natura de volgende financiële waarborg gevraagd:

* Er dient een financiële waarborg ter waarde van € 2.785 gesteld te worden, dewelke slechts kan vrijgegeven worden na realisatie van de opgelegde aanplantingen.

De te behouden en de verplicht aan te planten bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden mits het bekomen van de nodige vergunningen. Eventuele vrijstellingen die er zouden mogen zijn m.b.t. bomen komen hier te vervallen.

Voor de verplicht aan te planten bomen geldt er een groeigarantie, d.w.z. dat deze bomen moeten vervangen worden door nieuwe als ze zouden afsterven.

Plantseizoen loopt van 15 september tot en met 15 mei.

Volgende linken kunnen een hulp zijn in de zoektocht naar de meest geschikte boomsoorten:

- https://www.plantvanhier.be/plantengids

- https://www.ecopedia.be/bomenwijzer

Via volgende linken vinden jullie extra info m.b.t. het beschermen van bomen op een werf:

- https://www.vvog.info/publicaties/beschermen-van-bomen

- https://www.deboomdokter.be/bomen-beschermen/

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van Fluvius d.d. 25 maart 2024, aangepast op 24 april 2024, is voorwaardelijk gunstig.

De aanvrager dient het Algemeen Waterverkoopreglement, de aanvullende voorwaarden en de aanvullende technische voorschriften van Fluvius na te leven.  

De aanvrager dient ook de voorwaarden zoals bepaald in afdeling 6.2.2. van Vlarem II voor de afvoer van hemel- en afvalwater na te leven.  

De aanvrager staat in voor de plaatsing van de privériolering voor het bouwproject en is verplicht deze uit te voeren volgens de wettelijke bepalingen ter zake. Zo dient hij onder meer te voldoen aan de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (GSV ‘hemelwater’) van 5/07/2013. 

Als voor het bouwproject een aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel noodzakelijk is, dient de aanvrager zo snel mogelijk na het bekomen van de bouwvergunning een aanvraag tot aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel aan te vragen. Dit kan online via www.fluvius.be.  

Van zodra de aansluitputjes (1 DWA- & 1 RWA-putje) geplaatst zijn, is de effectieve plaats en diepte van de aansluiting gekend. De privéwaterafvoer dient hierop afgestemd te worden. Alle maatregelen die de aanvrager dient te nemen tot het aanpassen van de privéwaterafvoer om te kunnen aansluiten, als niet aan deze voorwaarden voldaan wordt, zijn ten laste van de aanvrager. 

Alleen Fluvius of een door ons aangestelde uitvoerder zorgt voor de realisatie van het gedeelte van de aansluiting op het openbaar domein tot aan de perceelsgrens van het privédomein. 

Als de privériolering niet correct en volledig volgens deze wettelijke bepalingen werd uitgevoerd, zelfs als dit niet expliciet door de stedenbouwkundige vergunning werd opgelegd, behoudt Fluvius zich het recht voor om dit perceel niet aan te sluiten op het openbaar rioleringsstelsel. 

Als de bouwplannen en meer specifiek het rioleringsplan niet in overeenstemming zijn met deze voorschriften, hebben deze voorschriften voorrang. 

We raden aan om: 

− Geen sifonputjes te plaatsen op de vuilwaterafvoerleiding(en) aangezien deze putjes vaak verstoppen en in principe alle waterafvoeren in de woning een waterslot/sifon hebben. 

− Het opgeslagen water van de hemelwaterput optimaal te gebruiken voor eventueel het spoelen van de toiletten, een buitenkraan voor het wassen van de auto, het besproeien van de tuin, ... en eventueel voor de wasmachine. 

− Een terugslagklep te plaatsen op de overloop van de hemelwaterput om terugstuwing vanuit de riolering te vermijden. 

− Een ontluchting te voorzien op het private vuilwaterafvoerstelsel, eventueel via een ontluchtingspijp door het dak. 

− Het is niet toegestaan om drainageleidingen aan te sluiten op de openbare riolering. Overeenkomstig de milieuwetgeving dient dit op eigen terrein te worden geïnfiltreerd.

Er is geen aansluiting voor hemelwater voorzien ter hoogte van deze woning, al het water dient op eigen terrein te infiltreren. Een noodoverloop op het afvalwater is niet toegestaan. 

De aansluitputjes voor vuilwaterafvoer (=DWA) werden onlangs geplaatst.  

Hierop kan het private afvoerstelsel met respectievelijk vuilwater (op DWA-putje) pas lozen na het indienen van een aansluitingsaanvraag bij Fluvius. Dit kan online via www.fluvius.be. Men dient hierbij extra aandachtig te werk te gaan zodat de lozing van vuilwater (=DWA) effectief via het vuilwaterputje (roodbruine schacht en deksel met “vuilwater”-inscriptie). 

Volgens de GSV “hemelwater”, dient voor de verharding en dakoppervlakte een bovengrondse infiltratievoorziening toegepast te worden. 

Het buffervolume van de infiltratievoorziening dient minimum 33 liter per vierkante meter referentieoppervlakte te bedragen. De infiltratievoorziening mag niet dieper zijn dan 50cm. Het buffervolume dient zich volledig tussen de bodem en het peil van de noodoverlaat te bevinden. De oppervlakte van de infiltratievoorziening dient minimaal 8% van de afwaterende oppervlakte. 

De eventuele noodoverloop dient voldoende hoog voorzien te worden, en niet dieper dan 30 cm onder het laagste deksel of aangesloten kolk, en zodanig dat de noodoverlaat zich boven de hoogste grondwaterstand bevindt. Deze noodoverlaat dient te allen tijde inspecteerbaar en bereikbaar te zijn (bv. onder een deksel). Er wordt enkel een aansluiting met max. diam. 160 mm als overloop van de infiltratievoorziening toegestaan. Op de overloop van de infiltratievoorziening moet een terugslagklep staan, zodat geen water vanuit de openbare riolering kan terugstromen in de infiltratievoorziening. 

Indien een hemelwaterput gebouwd wordt dient de overloop van de hemelwaterput aangesloten te worden op de toevoer naar de infiltratievoorziening. 

Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van de privéwaterafvoer verplicht sinds 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar rioleringsstelsel dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12/1, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement. De keuring dient uitgevoerd te worden vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer. Enkel de door Fluvius erkende keurders komen voor deze keuring in aanmerking (zie Keuring riolering | Fluvius)

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies en de bijlage ‘SB advies Hazendansweg Zonhoven ref. 5000062043.pdf’ moeten gevolgd worden. 

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag deels in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.  

Er dient een weigering te worden afgeleverd voor het plaatsen van verhardingen.

Gezien de afbraak van verhardingen en het vrijstaande bijgebouw als vrijgesteld beschouwd kunnen worden, worden hier verder geen uitspraken over gedaan.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarden

•    Deze vergunning vervangt en vernietigt de voorgaande vergunning met nummer OMV_2018116203 (interne referentie: 2019/00078), goedgekeurd op het college van burgemeester en schepenen d.d. 16/07/2019.

•    Alle groenelementen die niet weergegeven werden op de ingediende plannen of waarvoor geen handeling werd aangevraagd dienen behouden te blijven.

•    Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:

Er moeten tenminste 11 streekeigen en/of klimaatrobuuste bomen in een maat niet kleiner dan 14-16 aangeplant worden.  

De vergunninghouder neemt de nodige flankerende maatregelen om de aanwezige te behouden bomen maximaal te beschermen tijdens de duur van werken. Zo mogen er geen materialen gestapeld worden binnen de kruinprojectie van de bomen en mogen er geen werken uitgevoerd worden binnen de kruinprojectie van de bomen. Moest dit laatste toch noodzakelijk zijn, dienen deze werken tot een absoluut minimum beperkt te worden en moet eventuele schade aan de boom en/of zijn wortels op een vakkundige manier behandeld worden. Ook is er geen verkeer toegestaan binnen de kruinprojectie van de bomen. Als voor de uitvoer van de werken verkeer binnen de kroonprojectie nodig is, zal de bouwheer flankerende maatregelen treffen om verdichting van de bodem te voorkomen. Dit laatste kan door bv. het leggen van rijplaten.

De te behouden en de verplicht aan te planten bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden mits het bekomen van de nodige vergunningen. Eventuele vrijstellingen die er zouden mogen zijn m.b.t. bomen komen hier te vervallen.

Voor de verplicht aan te planten bomen geldt er een groeigarantie, d.w.z. dat deze bomen moeten vervangen worden door nieuwe als ze zouden afsterven.

Bewijs van de aanplant moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de werken.

•    Er moet integraal voldaan worden aan het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos.

•    Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.

•    Er mogen geen handelingen uitgevoerd worden die toegelaten worden door art. 3, art. 4 en art. 5 in de stedenbouwkundige voorschriften van het Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan “zonevreemde woningen” perimeterplan reservatiezone dd. 6/11/2017 met uitzondering van het verbouwen van de woning en de lasten en voorwaarden opgelegd door de adviesinstanties.  Er mogen geen verhardingen aangelegd worden.  De tuinzone mag niet bijkomend ingericht worden.

Lasten

Voorliggende aanvraag valt onder de toepassing van artikel 75 §1 4° b) van het Decreet betreffende de omgevingsvergunning dd. 25/04/2014.  Om hieraan te voldoen wordt volgende last opgelegd aan de vergunninghouder:

Er dient een bufferstrook in streekeigen planten te worden aangelegd langsheen de perceelsgrenzen van perceel 2/C/950, ter hoogte van de percelen 2/C/933A, 2/C/931A, 2/C/948A, 2/C/949A, 2/C/968C en langsheen de oostelijke perceelsgrens aan de Hazendansweg ter versterking van het bestaande, te behouden, klein landschapselement. Deze bufferstroken dienen minstens 5 meter breed te zijn, en in volle wasdom minstens 4 meter hoog. 

De vergunninghouder neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplantingen van het groenscherm te laten slagen. Dit houdt een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwalitatief degelijk plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelverankering en zo nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- en/of veevraat. Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aanplantingen tot volle wasdom te brengen. 

In navolging van artikel 77 van het Decreet betreffende de omgevingsvergunning dd. 25/04/2014 wordt voor de opgelegde last in natura de volgende financiële waarborg gevraagd:

Er dient een financiële waarborg ter waarde van € 2.785 gesteld te worden, dewelke slechts kan vrijgegeven worden na realisatie van de opgelegde aanplantingen.

De waarborg moet vóór de start van de werken worden geleverd aan de hand van een borgstelling via een overschrijving op de Deposito- en Consignatiekas of door een financiële instelling borg te laten staan voor het bedrag van het project.

Vegetatiewijziging voorwaarden

Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:

Aanplanten van één hoogstammige inheemse standplaatsgeschikte boom, in een maat niet kleiner dan 18-20 ter vervanging van de te rooien kastanjeboom. 

De te behouden en de verplicht aan te planten bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden mits het bekomen van de nodige vergunningen. Eventuele vrijstellingen die er zouden mogen zijn m.b.t. bomen komen hier te vervallen.

Voor de verplicht aan te planten bomen geldt er een groeigarantie, d.w.z. dat deze bomen moeten vervangen worden door nieuwe als ze zouden afsterven.

Bewijs van de aanplant moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk het eerste plantseizoen volgend op de kapping.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 24/04/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het gedeeltelijk voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Hugo Van Wyngaerden wonende te Catharinalaan 4 te 3110 Rotselaar voor het verbouwen van een woning en het rooien van een kastanjeboom zoals aangeduid en ingetekend op de ingediende plannen.

Er wordt een weigering afgeleverd voor het plaatsen van een toegang naar de voordeur, een inrit naar de woning, een pad vanaf de inrit naar de tuinzone en een terras zoals aangegeven op de ingediende plannen, gelegen te Hazendansweg 60 kadastraal gekend als afdeling 2 sectie C nrs. 950C en 951E.

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag voor vegetatiewijzigingen aanvaardbaar zijn, mits het opleggen van voorwaarden.

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:

Stedenbouwkundige voorwaarden

  • Deze vergunning vervangt en vernietigt de voorgaande vergunning met nummer OMV_2018116203 (interne referentie: 2019/00078), goedgekeurd op het college van burgemeester en schepenen d.d. 16/07/2019.
  • Alle groenelementen die niet weergegeven werden op de ingediende plannen of waarvoor geen handeling werd aangevraagd dienen behouden te blijven.
  • Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:
    Er moeten tenminste 11 streekeigen en/of klimaatrobuuste bomen in een maat niet kleiner dan 14-16 aangeplant worden.
    De vergunninghouder neemt de nodige flankerende maatregelen om de aanwezige te behouden bomen maximaal te beschermen tijdens de duur van werken. Zo mogen er geen materialen gestapeld worden binnen de kruinprojectie van de bomen en mogen er geen werken uitgevoerd worden binnen de kruinprojectie van de bomen. Moest dit laatste toch noodzakelijk zijn, dienen deze werken tot een absoluut minimum beperkt te worden en moet eventuele schade aan de boom en/of zijn wortels op een vakkundige manier behandeld worden. Ook is er geen verkeer toegestaan binnen de kruinprojectie van de bomen. Als voor de uitvoer van de werken verkeer binnen de kroonprojectie nodig is, zal de bouwheer flankerende maatregelen treffen om verdichting van de bodem te voorkomen. Dit laatste kan door bv. het leggen van rijplaten.
    De te behouden en de verplicht aan te planten bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden mits het bekomen van de nodige vergunningen. Eventuele vrijstellingen die er zouden mogen zijn m.b.t. bomen komen hier te vervallen.
    Voor de verplicht aan te planten bomen geldt er een groeigarantie, d.w.z. dat deze bomen moeten vervangen worden door nieuwe als ze zouden afsterven.
    Bewijs van de aanplant moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de werken.
  • Er moet integraal voldaan worden aan het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos.
  • Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.
  • Er mogen geen handelingen uitgevoerd worden die toegelaten worden door art. 3, art. 4 en art. 5 in de stedenbouwkundige voorschriften van het Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan “zonevreemde woningen” perimeterplan reservatiezone dd. 6/11/2017 met uitzondering van het verbouwen van de woning en de lasten en voorwaarden opgelegd door de adviesinstanties.  Er mogen geen verhardingen aangelegd worden.  De tuinzone mag niet bijkomend ingericht worden.

Lasten

Voorliggende aanvraag valt onder de toepassing van artikel 75 §1 4° b) van het Decreet betreffende de omgevingsvergunning dd. 25/04/2014.  Om hieraan te voldoen wordt volgende last opgelegd aan de vergunninghouder:

Er dient een bufferstrook in streekeigen planten te worden aangelegd langsheen de perceelsgrenzen van perceel 2/C/950, ter hoogte van de percelen 2/C/933A, 2/C/931A, 2/C/948A, 2/C/949A, 2/C/968C en langsheen de oostelijke perceelsgrens aan de Hazendansweg ter versterking van het bestaande, te behouden, klein landschapselement. Deze bufferstroken dienen minstens 5 meter breed te zijn, en in volle wasdom minstens 4 meter hoog.

De vergunninghouder neemt alle nodige voorzorgsmaatregelen om de nieuwe aanplantingen van het groenscherm te laten slagen. Dit houdt een met zorg uitgevoerde aanplanting met kwalitatief degelijk plantgoed in, het gebruik van een steunpaal of wortelverankering en zo nodig het aanbrengen van een bescherming tegen wild- en/of veevraat. Bij uitval dient/dienen in het eerstvolgende plantseizoen de opengevallen plaats/plaatsen terug te worden ingevuld. In ieder geval is de aanvrager ertoe gehouden om op zijn perceel de nieuwe aanplantingen tot volle wasdom te brengen.

In navolging van artikel 77 van het Decreet betreffende de omgevingsvergunning dd. 25/04/2014 wordt voor de opgelegde last in natura de volgende financiële waarborg gevraagd:

Er dient een financiële waarborg ter waarde van € 2.785 gesteld te worden, dewelke slechts kan vrijgegeven worden na realisatie van de opgelegde aanplantingen.

De waarborg moet vóór de start van de werken worden geleverd aan de hand van een borgstelling via een overschrijving op de Deposito- en Consignatiekas of door een financiële instelling borg te laten staan voor het bedrag van het project.

 Vegetatiewijziging voorwaarden

Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:

Aanplanten van één hoogstammige inheemse standplaatsgeschikte boom, in een maat niet kleiner dan 18-20 ter vervanging van de te rooien kastanjeboom.

De te behouden en de verplicht aan te planten bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden mits het bekomen van de nodige vergunningen. Eventuele vrijstellingen die er zouden mogen zijn m.b.t. bomen komen hier te vervallen.

Voor de verplicht aan te planten bomen geldt er een groeigarantie, d.w.z. dat deze bomen moeten vervangen worden door nieuwe als ze zouden afsterven.

Bewijs van de aanplant moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk het eerste plantseizoen volgend op de kapping.

12.

2024_CBS_00460 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - buurtfeest Klaasveldweg - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
12.

2024_CBS_00460 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - buurtfeest Klaasveldweg - Goedkeuring

2024_CBS_00460 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - buurtfeest Klaasveldweg - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Overwegende dat het in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid noodzakelijk is dat er voor de inrichting van bovengenoemde manifestaties, bijzondere verkeersmaatregelen worden getroffen

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om een tijdelijk aanvullend verkeersreglement inzake buurtfeest Klaasveldweg zondag 25 augustus 2024 uit te vaardigen.

Artikel 2

Op zondag 25 augustus 2024 van 13.00 uur tot 23.45 is het verkeer van voertuigen, uitgezonderd deze van hulp- en veiligheidsdiensten, verboden in de Klaasveldweg.

Artikel 3

Dit verbod wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door de verkeerstekens C3 geplaatst op een nadarafsluiting over de volledige breedte van de rijbaan. De signalisatie moet worden verlicht tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en als de zichtbaarheid minder is dan 200 meter.

Artikel 4

Door dit reglement worden de bestaande aanvullende gemeentelijke verkeersreglementen opgeschort voor zover zij betrekking hebben op de straten bedoeld in artikel 2 en dit voor zover deze strijdig zijn met huidig reglement.

Artikel 5

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening kunnen vastgesteld worden door de leden van de federale en lokale politie.

Artikel 6

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening worden bestraft met politiestraffen, voor zover door wetten die op dit stuk zouden bestaan, geen andere straffen zijn voorzien.

Artikel 7

De politie kan bijkomende maatregelen nemen om de openbare orde, rust en veiligheid te handhaven en zowel inrichters als de deelnemer moeten deze naleven.

Artikel 8

De aanvrager zorgt ervoor dat ten allen tijden een obstakelvrije doorgang wordt voorzien van minimum 3,00 meter voor de hulp- en veiligheidsdiensten.

Artikel 9

De aanvrager is aansprakelijk voor de schade aan het openbaar domein zo deze rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van het bestaan van de manifestatie.

Artikel 10

Het college van burgemeester en schepenen beveelt dat onderhavige verordening zal bekendgemaakt worden overeenkomstig het decreet.

13.

2024_CBS_00461 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - Teutenjogging - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
13.

2024_CBS_00461 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - Teutenjogging - Goedkeuring

2024_CBS_00461 - Tijdelijk aanvullend verkeersreglement - Teutenjogging - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Overwegende dat het in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid noodzakelijk is dat er voor de inrichting van bovengenoemde manifestaties, bijzondere verkeersmaatregelen worden getroffen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om een tijdelijk aanvullend verkeersreglement inzake Teutenjogging op vrijdag 7 juni 2024 uit te vaardigen als volgt:

Artikel 2

Op vrijdag 7 juni 2024 tussen 18.30 en 21.00 uur is het verkeer van voertuigen, uitgezonderd plaatselijk verkeer, verboden in de volgende straten:

  • Berkenenstraat tussen Ossendriesstraat en huisnr 33
  • Pleinstraat
  • Waardstraat (gedeelte tussen huisnummer 127 en autosnelweg)

Artikel 3

Dit verbod wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door de verkeerstekens C3 voorzien van een onderbord uitgezonderd plaatselijk verkeer,  en bijvoeging van de tekens F41 en F45 geplaatst op een nadarafsluiting welke de volledige rijbaan inneemt. De signalisatie moet worden verlicht tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en als de zichtbaarheid minder is dan 200 meter.

Artikel 4

Op vrijdag 7 juni 2024 tussen 18.30 en 21.00 uur is het verkeer van voertuigen, uitgezonderd de hulpdiensten en veiligheidsdiensten, verboden in de volgende straten:

  • Berkenenstraat tussen huisnr. 33 en 47
  • Breilaarschansweg tussen huisnr. 2 tot aan de bocht t.h.v. de E314
  • Schansveldstraat

Artikel 5

Dit verbod wordt ter kennis gebracht van de weggebruikers door de verkeerstekens C3 geplaatst op een nadarafsluiting welke de volledige rijbaan inneemt. De signalisatie moet worden verlicht tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en als de zichtbaarheid minder is dan 200 meter.

Artikel 6

Voor het doorgaand verkeer zal de volgende wegomlegging ingelegd worden:

Berkenenstraat – Ossendriesstraat – Waardstraat en omgekeerd.

Artikel 7

Deze wegomlegging wordt ter kennis gebracht van de weggebruikers door de verkeerstekens F41.

Artikel 8

Door dit reglement worden de bestaande aanvullende gemeentelijke verkeersreglementen opgeschort voor zover zij betrekking hebben op de straten bedoeld in de artikelen 2, 4 en 6 en dit voor zover deze strijdig zijn met huidig reglement. 

Artikel 9

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening kunnen vastgesteld worden door de leden van de federale en lokale politie.

Artikel 10

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening worden bestraft met politiestraffen, voor zover door wetten die op dit stuk zouden bestaan, geen andere straffen zijn voorzien.

Artikel 11

De politie kan bijkomende maatregelen nemen om de openbare orde, rust en veiligheid te handhaven en zowel inrichters als de deelnemer moeten deze naleven.

Artikel 12

De aanvrager is aansprakelijk voor de schade aan het openbaar domein zo deze rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van het bestaan van de manifestatie.

Artikel 13

Het college van burgemeester en schepenen beveelt dat onderhavige verordening zal bekendgemaakt worden overeenkomstig het decreet.

14.

2024_CBS_00462 - Implementatie 'open bibliotheek' met onderhoudscontract - Gunning bijkomende opties - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
14.

2024_CBS_00462 - Implementatie 'open bibliotheek' met onderhoudscontract - Gunning bijkomende opties - Goedkeuring

2024_CBS_00462 - Implementatie 'open bibliotheek' met onderhoudscontract - Gunning bijkomende opties - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten
Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen heeft, in zitting 23 januari 2024, de gunning van de opdracht "Implementatie 'open bibliotheek' met onderhoudscontract" goedgekeurd aan de firma Bibliotheca Belgium, Antwerpsesteenweg 124-71 te 2630 Aarstelaar tegen het nagerekende offertebedrag van € 19.800,00 excl. btw of € 23.958,00 incl. 21% btw, waarvan € 16.698,00 incl. btw investeringsbedrag en € 7.260,00 incl. btw als wederkerende kost voor 5 jaar onderhoud (eerste 12 maanden gratis, daarna € 1.815,00 incl. btw per jaar).

De optie "zuil voor montage toegangspaneel" (Open+ Floor stand) werd ook gelicht, dit is een totaalbedrag van € 350,00 excl. btw of € 423,50 incl. btw, maar deze optie zal niet besteld worden dus de lichting wordt ingetrokken.

De volgende opties worden voorgesteld om wel gelicht te worden:

  • Open+ count: 
    • Hiervan enkel de jaarlijkse licentiekost voor de software voor statistieken en bezettingsgraad tellen twv € 500,00 excl. btw of € 605,00 incl. btw per jaar (al vanaf eerste jaar te tellen, in tegenstelling tot rest van SLA waar eerst nog 12 maanden vrijstelling is wegens garantie).
    • De eenmalige aanschaf twv € 1.150,00 excl. btw of € 1.391,50 incl. btw is niet van toepassing omdat we al een bezoekersteller (aankoop 2021) hebben die compatibel is met hun software en die dus herbruikt kan worden.
  • Open+ VMS NAS server: 
    • In goedgekeurde offerte is de standaardversie ‘VMS NAS 1.0 Small’ voorzien twv € 600,00 excl. btw of € 726,00 incl. btw. Onze ICT-dienst verkiest echter om deze te vervangen door de optie ‘VMS NAS 1.0 standard’ met 2 harde schijven zodat disk-mirroring ingesteld kan worden’. Deze kost € 850,00 excl. btw of € 1.028,50 incl. btw, dus € 250,00 excl. btw of € 302,50 incl. btw meerkost t.o.v. goedgekeurde offerte.

Totale bijkomende kostprijs: € 750,00 excl. btw of € 907,50 incl. btw, waarvan € 500,00 excl. btw of € 605,00 incl. btw jaarlijks te voorzien. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist om de lichting van de optie "zuil voor montage toegangspaneel" te schrappen, dit is een totaalbedrag van € 350,00 excl. btw of € 423,50 incl. btw en komt te vervallen.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist om de bijkomende opties te lichten:

  • Open+ count: 
    • hiervan enkel de jaarlijkse licentiekost voor de software voor statistieken en bezettingsgraad tellen twv € 500,00 excl. btw of € 605,00 incl. btw per jaar (al vanaf eerste jaar te tellen, in tegenstelling tot rest van SLA waar eerst nog 12 maanden vrijstelling is wegens garantie).
  • Open+ VMS NAS server: 
    • De optie ‘VMS NAS 1.0 standard’ met 2 harde schijven zodat disk-mirroring ingesteld kan worden’. Deze kost € 850,00 excl. btw of € 1.028,50 incl. btw, dus € 250,00 excl. btw of € 302,50 incl. btw meerkost ten opzichte van goedgekeurde offerte.

Artikel 3

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2023-616-open_bibliotheek.

Artikel 4

De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het budget van het meerjarenplan 2020-2025:

  • MJP001100: investeringsbedrag ten belope van € 302,50 incl. btw (bijkomend)
  • MJP001099: jaarlijks wederkerende kost ten belope van € 605,00 incl. btw (bijkomend)
15.

2024_CBS_00463 - Uitbreiding wekelijkse markt tijdens werkzaamheden dorpshart - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
15.

2024_CBS_00463 - Uitbreiding wekelijkse markt tijdens werkzaamheden dorpshart - Goedkeuring

2024_CBS_00463 - Uitbreiding wekelijkse markt tijdens werkzaamheden dorpshart - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Onze wekelijkse markt is al meerdere keren beschreven als één van de mooiste markten van Limburg. Dit zorgt er dan ook voor dat het een zeer gegeerde markt is voor standhouders, maar ook voor bezoekers. Momenteel staan er 80 vaste marktkramers, maar komen er gemiddeld 10 tot 20 losse standhouders opdagen voor een plekje op de markt. Als alle vaste kramen aanwezig zijn, is er maar ruimte voor een 5-tal losse kramen. Hierdoor moeten we momenteel creatief uit de hoek komen om toch iedereen een plaats te voorzien, wat de veiligheid van de markt niet bevordert. 

We stellen daarom voor om de markt uit te breiden naar de Sprinkwaterstraat en de Grote Hemmenweg tot aan de Kantoorweg, waardoor de losse standhouders vlotter kunnen geplaatst worden. Maar er ook kan gekeken worden om een aantal vaste standhouders te herschikken zodat de markt terug in regel is met de veiligheidsvoorschriften. Dit willen we dan zo behouden tot de markt terug kan verhuizen naar het dorpshart. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt de uitbreiding van de markt in eerste instantie naar de Sprinkwaterstraat goed. Na evaluatie zal beoordeeld worden of een verdere uitbreiding in de Grote Hemmenweg tot aan de Kantoorweg zich opdringt, en dit alles tot de werken aan het dorpshart afgerond zijn. 

16.

2024_CBS_00464 - Buitengewoon onderhoud gemeentewegen 2024 - Starten procedure en publicatie - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
16.

2024_CBS_00464 - Buitengewoon onderhoud gemeentewegen 2024 - Starten procedure en publicatie - Goedkeuring

2024_CBS_00464 - Buitengewoon onderhoud gemeentewegen 2024 - Starten procedure en publicatie - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 26 maart 2024 betreffende de goed te keuren lijst met gemeentewegen en verschuiving van budget.

Het bestek en de raming voor de opdracht “Buitengewoon onderhoud gemeentewegen 2024".

Besluit van de gemeenteraad van 29 april 2024 betreffende de goedkeuring van de lastvoorwaarden en gunningswijze.

Feiten context en argumentatie

In het kader van de opdracht “Buitengewoon onderhoud gemeentewegen 2024” werd een bestek met nr. 2024-627-buitengewoon_onderhoud.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 264.601,28 excl. btw of € 320.167,55 incl. 21 % btw (€ 13.656,64 btw medecontractant).

De gemeenteraad verleende in zitting van 29 april 2024 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de openbare procedure.

Er wordt voorgesteld om de plaatsingsprocedure op te starten en een aankondiging van opdracht op nationaal niveau te verzenden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

De openbare procedure voor de opdracht “Buitengewoon onderhoud gemeentewegen 2024” wordt opgestart.

Artikel 2

De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.

Artikel 3

De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 4 juni 2024 om 11.00 uur.

Artikel 4

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van het meerjarenplan 2020-2025 op MJP000403 (Jaarlijks vindt er een buitengewoon onderhoud van de wegen plaats). Het college van burgemeester en schepenen heeft in zitting van 26 maart 2024 beslist om een verschuiving van € 150.000,00 uit te voeren van MJP000384 (project Schutenseweg) naar MJP000403. 

17.

2024_CBS_00465 - Elstrekenweg - aanleg fietspaden - afvoer verontreinigde grond - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
17.

2024_CBS_00465 - Elstrekenweg - aanleg fietspaden - afvoer verontreinigde grond - Goedkeuring

2024_CBS_00465 - Elstrekenweg - aanleg fietspaden - afvoer verontreinigde grond - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Binnen het project Aanleg fietspaden op de Elstrekenweg, is aannemer Besix klaar met alle grondwerken.

In de ontwerpfase werd de grond beproefd en werd aan de bodem de code toegekend voor vrij gebruik buiten de werf. Intussen werd de wetgeving verstrengd naar aanleiding van de diverse PFAS-verontreinigingen in Vlaanderen en werd de reeds uitgegraven grond, wat er van over bleef, getest op de aanwezigheid van vervuilende PFAS. Indien dit niet zou getest worden zou geen enkele grondopslagplaats de grondoverschotten aannemen. Nu, na bijkomende testen blijkt de grond vervuild te zijn met zink en krijgt het de code 901. Het mag dus niet meer als bodem toegepast worden buiten de werkzone, maar wel nog een bouwkundige of vormvaste toepassing. In een talud, gebonden met cement dus.

Besix heeft hiervoor twee grondreinigingscentra (GRC) gecontacteerd om de grondoverschotten over te nemen. GRC Carmans te Lummen vraagt hiervoor € 116.157,60, GRC Bioterra te Genk € 84.775,60. Daarop onderzocht Besix de mogelijkheid om de gezeefde grond over te nemen en te stapelen op hun terreinen in Bilzen. Dit zou neerkomen op een meerkost van € 44.907,20 exclusief BTW, € 54.337,71 inclusief BTW.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt verrekening 18 van aannmer Besix in het project Elstrekenweg, aanleg fietspad goed voor een meerprijs van € 44.907,20, exclusief BTW, € 54.337,71 BTW inclusief goed voor de verwijdering van de resterende grond.

18.

2024_CBS_00466 - Stopzetting met wederzijds akkoord aanstelling onbepaalde duur statutair administratief medewerker uitpunt, sector mens en maatschappij - Goedkeuring

Goedgekeurd
18.

2024_CBS_00466 - Stopzetting met wederzijds akkoord aanstelling onbepaalde duur statutair administratief medewerker uitpunt, sector mens en maatschappij - Goedkeuring

2024_CBS_00466 - Stopzetting met wederzijds akkoord aanstelling onbepaalde duur statutair administratief medewerker uitpunt, sector mens en maatschappij - Goedkeuring
19.

2024_CBS_00467 - Aanstelling voltijds contractueel diensthoofd evenementen B4-B5 sector mens en maatschappij met een contract van onbepaalde duur - Goedkeuring

Goedgekeurd
19.

2024_CBS_00467 - Aanstelling voltijds contractueel diensthoofd evenementen B4-B5 sector mens en maatschappij met een contract van onbepaalde duur - Goedkeuring

2024_CBS_00467 - Aanstelling voltijds contractueel diensthoofd evenementen B4-B5 sector mens en maatschappij met een contract van onbepaalde duur - Goedkeuring
20.

2024_CBS_00468 - Openverklaring betrekking via interne en externe personeelsmobiliteit: 1 voltijds contractueel administratief medewerker burgercontactcenter - Goedkeuring

Goedgekeurd
20.

2024_CBS_00468 - Openverklaring betrekking via interne en externe personeelsmobiliteit: 1 voltijds contractueel administratief medewerker burgercontactcenter - Goedkeuring

2024_CBS_00468 - Openverklaring betrekking via interne en externe personeelsmobiliteit: 1 voltijds contractueel administratief medewerker burgercontactcenter - Goedkeuring
21.

2024_CBS_00469 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming

Goedgekeurd
21.

2024_CBS_00469 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming

2024_CBS_00469 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming