Terug
Gepubliceerd op 20/11/2024

Notulen  College van burgemeester en schepenen

di 12/11/2024 - 13:30 schepenzaal

Samenstelling

Aanwezig

Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur

Verontschuldigd

Johan Schraepen, 5de schepen

Secretaris

Bart Telen, Algemeen directeur

Agendapunten

1.

2024_CBS_01147 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
1.

2024_CBS_01147 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

2024_CBS_01147 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De gemeenteraadsleden beschikken over de mogelijkheid om de goedgekeurde notulen via eBesluit te raadplegen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen over het verslag. Bijgevolg is het verslag van de zitting van 5 november 2024 goedgekeurd.

2.

2024_CBS_01148 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

Goedgekeurd
2.

2024_CBS_01148 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

2024_CBS_01148 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring
3.

2024_CBS_01149 - Raamovereenkomst "Inhuren van een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW)" door Proclim - Sluiting opdracht - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
3.

2024_CBS_01149 - Raamovereenkomst "Inhuren van een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW)" door Proclim - Sluiting opdracht - Goedkeuring

2024_CBS_01149 - Raamovereenkomst "Inhuren van een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW)" door Proclim - Sluiting opdracht - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Bestek en inventaris voor deze opdracht. 

Besluit_CBS_28/05/2024 - Raamovereenkomst "Inhuren van een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW) door Proclim - Mandaatstelling - Goedkeuring

Offertes en verslag van nazicht.

Besluit van de deputatie van de provincie Limburg van 17/10/2024 betreffende de gunning van de opdracht.

Specifieke overeenkomst Proclim.

Feiten context en argumentatie

De gemeenteraad van 23 februari 2015 keurde de samenwerkingsovereenkomst met de opdrachtencentrale van de provincie Limburg (Proclim) goed. 

ln 2016 werd bovengenoemde raamovereenkomst door Fluvius (lnfrax) afgesloten voor een periode van 5 jaren, met de mogelijkheid tot drie keer verlenging met één jaar. De raamovereenkomst van Fluvius werd gestart op 1/1/2017, en zal definitief eindigen op 31 december 2024. Er werd besloten dat PROCLIM zich zal engageren naar de lokale, openbare besturen en deze rol van Fluvius op zich zal nemen.

De provinciale aankoopcentrale PROCLIM is daarom overgaan tot de hernieuwing van de opdracht "lnhuren van een Externe Dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk (EDPBW)". Zij hebben de procedure gevoerd hiervoor. Het gemeentebestuur is ingestapt bij deze raamovereenkomst, door de mandaatstelling goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 28/05/2024.

De opdracht werd afgesloten voor een periode van zes jaar. De opdracht omvat het inhuren van een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW).

De raamovereenkomst werd afgesloten met meerdere ondernemers waarbij niet alle voorwaarden in de raamovereenkomst werden bepaald. De deelnemers aan de raamovereenkomst zullen opnieuw in mededinging worden geplaatst via een procedure van minicompetitie. Door het gebruik van deze techniek wordt de competitie maximaal benut en kunnen wij als lokaal bestuur kiezen uit enkele vooraf bepaalde gunningscriteria. Deze procedure van minicompetitie zal volledig ten laste zijn van het deelnemend lokaal bestuur. Er is gegund aan vijf firma's:

  • Mensura vzw, ondernemingsnummer 0410.664.742, Gaucheretstraat 88/90, 1030 Schaarbeek;
  • Idewe vzw, ondernemingsnummer 0409.862.612, Interleuvenlaan 58, 3001 Heverlee;
  • Liantis Externe Dienst voor Preventie en Bescherming vzw, ondernemingsnummer 0409.862.018, Willebroekkaai 37, 1000 Brussel;
  • CLB EDPB vzw, ondernemingsnummer 0830.566.458, Industrieterrein Komen 1085, 3570 Alken;
  • COHEZIO vzw, ondernemingsnummer 0410.623.764, Bischoffsheimlaan 1-8, 1000 Brussel.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt de sluiting van de opdracht "Inhuren van een externe dienst voor preventie en bescherming op het werk (EDPBW)" door Proclim goed. 

Artikel 2

Er wordt kennis genomen van de gunning aan volgende firma's:

  • Mensura vzw, ondernemingsnummer 0410.664.742, Gaucheretstraat 88/90, 1030 Schaarbeek;
  • Idewe vzw, ondernemingsnummer 0409.862.612, Interleuvenlaan 58, 3001 Heverlee;
  • Liantis Externe Dienst voor Preventie en Bescherming vzw, ondernemingsnummer 0409.862.018, Willebroekkaai 37, 1000 Brussel;
  • CLB EDPB vzw, ondernemingsnummer 0830.566.458, Industrieterrein Komen 1085, 3570 Alken;
  • COHEZIO vzw, ondernemingsnummer 0410.623.764, Bischoffsheimlaan 1-8, 1000 Brussel.

De raamovereenkomst werd afgesloten met meerdere ondernemers waarbij niet alle voorwaarden in de raamovereenkomst werden bepaald. De deelnemers aan de raamovereenkomst zullen opnieuw in mededinging worden geplaatst via een procedure van minicompetitie. Deze procedure van minicompetitie zal volledig ten laste zijn van het deelnemend lokaal bestuur.

Artikel 3

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2023N106279 van 27 juni 2024.

Artikel 4

De uitgaven voor deze opdracht zijn voorzien in het exploitatiebudget van het meerjarenplan 2020-2025 op MJP001022 (De preventieadviseur onderzoekt arbeidsongevallen en werkt indien nodig/mogelijk een actieplan uit om herhaling te voorkomen), MJP000310 (De preventieadviseur verstrekt advies bij de aankoop van nieuwe arbeidsmiddelen, persoonlijke beschermingsmiddelen en chemische agentia) en MJP000309 (De preventieadviseur controleert samen met de leidinggevende de werkplekken/uitvoering van taken van de personeelsleden zoals beschreven in de welzijnscodex en levert op basis hiervan de nodige adviezen).

4.

2024_CBS_01101 - Raamovereenkomst voor de verwerving van diensten inzake Cloud, cybersecurity, infrastructuur, netwerken, procesautomatisering en aankoop van bijbehorende hardware/software, georganiseerd door gemeente Kampenhout - Bestelling consultancy bij Semper Fi - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
4.

2024_CBS_01101 - Raamovereenkomst voor de verwerving van diensten inzake Cloud, cybersecurity, infrastructuur, netwerken, procesautomatisering en aankoop van bijbehorende hardware/software, georganiseerd door gemeente Kampenhout - Bestelling consultancy bij Semper Fi - Goedkeuring

2024_CBS_01101 - Raamovereenkomst voor de verwerving van diensten inzake Cloud, cybersecurity, infrastructuur, netwerken, procesautomatisering en aankoop van bijbehorende hardware/software, georganiseerd door gemeente Kampenhout - Bestelling consultancy bij Semper Fi - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Bestek en offerte voor de opdracht "Raamovereenkomst voor de verwerving van diensten inzake cloud, cybersecurity, infrastructuur, netwerken, procesautomatisering en aankoop van bijhorende hardware/software".

Gemotiveerde gunningsbeslissing van het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Kampenhout van 6 maart 2023.

Offerte SF20240057 van Semper Fi voor bestelling consultancy.

Feiten context en argumentatie

De ICT-dienst streeft naar een vereenvoudiging van het beheer en de uitrol van alle type toestellen binnen de organisatie en een betere borging over de veiligheid. Dit willen we o.a. realiseren door een diepere integratie met de Microsoft Office 365-omgeving, waardoor we optimaler gebruik gaan maken van de huidige Microsoft 365-licenties. Een onderdeel hiervan zal nodig zijn bij de renovatie van het gemeentehuis om te zorgen dat alle diensten netwerk onafhankelijk kunnen blijven werken.

Voor de begeleiding en uitvoering van deze acties wil de ICT-afdeling gespecialiseerde technische expertise inhuren via perceel 4 (Semper Fi IT Solutions) uit de raamovereenkomst van Kampenhout.

De offerte in bijlage gaat om een pakket van consultancy uren van 20 mandagen tegen een totaalbedrag van € 18.289,15 incl. btw.

Deze offerte omvat volgende diensten/begeleiding:

Uitfaseren van het lokaal domein en netwerk onafhankelijke opstelling met Microsoft 365 als centrale oplossing. Enkele gekende factoren welke technisch uitgewerkt moeten worden zijn de overschakeling van alle bestaande computers naar Azure Domain joined apparaten. Elk bestaand toestel zal daarbij met grote voorzichtigheid volledig gereset moeten worden in de Intune omgeving met aandacht voor verlies van data en bedrijfscontinuïteit. De registratie van nieuwe toestellen kan daarna via Windows Autopilot rechtstreeks vanuit de leverancier gebeuren. Dat beperkt aanzienlijk de toekomstige werklast voor ICT voor het inrichten van nieuwe toestellen via imaging of manuele opzet.

Om de lokale domain controller te kunnen uitfaseren moeten ook alle GPO instellingen omgezet worden in Intune MDM varianten. Deze aanpassingen hebben een impact op de werking van alle medewerkers waardoor gerichte nazorg van groot belang is. Elke wijziging kan conflicterende configuraties opleveren wat het troubleshooten bemoeilijkt en benodigde kennis van de werking van een lokaal bestuur is daarbij niet te onderschatten.

Het is ook duidelijk dat door de complexiteit van historische verwevingen in de klassieke infrastructuur dit project een groot aantal onbekende problemen naar boven gaat brengen. Vooral richting authenticatie van legacy applicaties, maar ook systemen en netwerkauthenticatie. Problemen die we gezien de timing van verhuis naar het pop-up gemeentehuis liefst zo snel mogelijk, maar ook op een duurzame manier aanpakken.

De nood om het lokale domein uit te schakelen is een verderzetting van de huidige cloud-first strategie met focus op flexibiliteit en zat in de voorziene activiteiten voor de komende 3 jaar. Met de renovatie van het gemeentehuis en het daarmee verdwijnen van het centrale punt van onze netwerkinfrastructuur komt mee het probleem dat elke site de connectie met het lokale domein zal verliezen. We proberen de problematiek om te zetten in een opportuniteit om achteraf niet nog eens te moeten investeren bij elke verhuis om technisch maar break-even te blijven. Dat doen we door dit project versneld uit te voeren over de komende 6 maanden.

Via Semper Fi iT Solutions kunnen we de bestaande werken die opgezet zijn binnen de Office365 omgeving in kader van security verder zetten op een goedkopere manier en met meer focus op de functionele bedrijfsprocessen en continuïteit van werken.

Daar waar het startpunt van dit project duidelijk is, zijn de ingeschatte risico’s zowel technologisch zeer breed als diepgaand van aard en hebben we ook de expertise nodig die dit kan opvangen zolang we in overgang zitten.

Zodra we een stabiele werkende omgeving hebben kan de standaard operationele werking zonder problemen intern door de ICT-dienst opgenomen worden.

Vanuit de ICT dienst werd de inschatting gemaakt dat we met 20 dagen aan ondersteuning al een zeer sterk fundament kunnen uitwerken. Daarbij hebben we de overweging gemaakt om liever te onderschatten dan te overschatten in het aantal mandagen om de kosten niet onnodig omhoog te drijven. De kans is reëel dat deze uren niet toekomen, maar de problemen die in de loop van het project naar boven kunnen komen zouden een andere expertise kunnen vereisen en daarmee overgebleven uren potentieel nutteloos maken.

De algemene term “consultancy” in de offerte en het aantal geschatte mandagen is een vraag vanuit de dienst ICT in overleg met Semper Fi iT Solutions om te durven breed mee na te denken en tot gerichte oplossingen te komen zonder specifieke scope limitaties. De bewaking van de scope ligt daarmee niet in handen van de leverancier met eventuele commerciële doelstellingen, maar in beheer bij de dienst ICT.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist om de offerte van Semper Fi voor de bestelling van consultancy, via de raamovereenkomst voor de verwerving van diensten inzake Cloud, cybersecurity, infrastructuur, netwerken, procesautomatisering en aankoop van bijbehorende hardware/software, georganiseerd door gemeente Kampenhout. 

De offerte in bijlage gaat om een pakket van consultancy uren van 20 mandagen tegen een totaalbedrag van € 18.289,15 incl. btw.

Artikel 2

De uitgave van deze opdracht wordt voorzien op het exploitatiebudget van het meerjarenplan 2020-2025 op MJP000340 (Toepassingssoftware beheren en toetsen aan strategisch plan met aandacht voor systeemanalyse).

5.

2024_CBS_01151 - Bestelbons - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
5.

2024_CBS_01151 - Bestelbons - Goedkeuring

2024_CBS_01151 - Bestelbons - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van de bestelbons goed.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van bestelbons goed voor een bedrag van € 11.057,01.

6.

2024_CBS_01152 - Raamovereenkomst voor het aanstellen van lesgevers of begeleiding themakampen en één- en meerdaagse sportactiviteiten - Lastvoorwaarden en starten procedure - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
6.

2024_CBS_01152 - Raamovereenkomst voor het aanstellen van lesgevers of begeleiding themakampen en één- en meerdaagse sportactiviteiten - Lastvoorwaarden en starten procedure - Goedkeuring

2024_CBS_01152 - Raamovereenkomst voor het aanstellen van lesgevers of begeleiding themakampen en één- en meerdaagse sportactiviteiten - Lastvoorwaarden en starten procedure - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Het bestek en de raming voor de opdracht “Raamovereenkomst voor het aanstellen van lesgevers of begeleiding themakampen en één- en meerdaagse sportactiviteiten”.

Feiten context en argumentatie

In het kader van de opdracht “Raamovereenkomst voor het aanstellen van lesgevers of begeleiding themakampen en één- en meerdaagse sportactiviteiten” werd een bestek met nr. 2024-645-lesgevers_begeleiding opgesteld.

Deze opdracht is opgedeeld in volgende percelen:

  • Perceel 1(Sportkampen);
  • Perceel 2 (Themakamp sport);
  • Perceel 3 (Sportbegeleiding);
  • Perceel 4 (Skatekampen);
  • Perceel 5 (Creakampen);
  • Perceel 6 (Kookkampen);
  • Perceel 7 (Natuurkampen);
  • Perceel 8 (STEM-kampen);
  • Perceel 9 (Media & gaming);
  • Perceel 10 (Graffiti).

De totale uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 200.000,00 incl. btw voor de looptijd van 24 maanden.

Het bestuur beschikte bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet over de exact benodigde hoeveelheden.

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking, de plaatsingsprocedure op te starten en een aankondiging van opdracht op nationaal niveau te verzenden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het bestek met nr. 2024-645-lesgevers_begeleiding en de raming voor de opdracht “Raamovereenkomst voor het aanstellen van lesgevers of begeleiding themakampen en één- en meerdaagse sportactiviteiten” worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 150.000,00 incl. btw.

Artikel 2

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

Artikel 3

De vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking voor de opdracht “Raamovereenkomst voor het aanstellen van lesgevers of begeleiding themakampen en één- en meerdaagse sportactiviteiten” wordt opgestart.

Artikel 4

De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.

Artikel 5

De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 9 december 2024 om 11.00 uur.

Artikel 6

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het exploitatiebudget van het meerjarenplan 2020-2025 op

  • MJP000357 (De gemeente voorziet een vrijetijdsaanbod voor jeugd dat leemten in het particuliere aanbod aanvult. - kampen);
  • MJP000505 (Er wordt een aanvullend sportaanbod op de lessen lichamelijke opvoeding op school ontwikkeld en georganiseerd (na de schooluren) en de afstemming van dit aanbod op het opvangaanbod).
7.

2024_CBS_01153 - Gemeentebelasting op de drijfkracht der motoren (dienstjaar 2024 - toestand 2023) - definitief kohier - Goedkeuring

Goedgekeurd
7.

2024_CBS_01153 - Gemeentebelasting op de drijfkracht der motoren (dienstjaar 2024 - toestand 2023) - definitief kohier - Goedkeuring

2024_CBS_01153 - Gemeentebelasting op de drijfkracht der motoren (dienstjaar 2024 - toestand 2023) - definitief kohier - Goedkeuring
8.

2024_CBS_01154 - Voorbereidingen personeelsfeest met bijbehorende uitgaven - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
8.

2024_CBS_01154 - Voorbereidingen personeelsfeest met bijbehorende uitgaven - Goedkeuring

2024_CBS_01154 - Voorbereidingen personeelsfeest met bijbehorende uitgaven - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de voorbereidingen betreffende het personeelsfeest van 10 januari 2025 en keurt de bijbehorende uitgaven goed.

Omdat er echter nog geen budgetten ter beschikking zijn voor 2025 kunnen er nog geen bestelbons opgemaakt worden. Om toch het college van burgemeester en schepenen in te lichten over de uitgaven hieromtrent staat hieronder een opsomming van de bestellingen om het personeelsfeest te kunnen regelen.

De prijzen die hierbij vermeld worden zijn richtprijzen op basis van offertes.  De prijzen kunnen afwijken, maar zullen wel altijd in de buurt van deze bedragen liggen.

  • Inrichting feestzaal incl DJ: Stresske: € 5.000 (Stresske levert ook onze DJ Wim aan en de daarbij horende geluidsinstallatie.  Dat spaart extra huurprijzen waardoor hij voor de inrichting van het personeelsfeest de goedkoopste is).
  • Koffiebar Monx: € 383,41 (Sinds vorig jaar kan bij Monx een toestel gehuurd worden zonder bediening.  Dat is veel goedkoper dan er bediening bij voorzien.  De huur van zo een machine is dan ook via hun mogelijk en ligt aanzienlijk lager dan andere opties)
  • Drank via Evenementenhal inclusief wijn en bubbels: € 2.000
  • Extra versiering, drukken uitnodigingen diverse leveranciers: 1.500
  • Sabam: € 300
  • Bar Genius: € 4.500 (Zij zijn van Zonhoven EN kunnen perfect werken in het gekozen thema)
  • Decor Alter Ego: € 2.875,72 (Van opgevraagde prijzen zijn zij de enige die de materialen nog ter beschikking hebben EN willen leveren in Zonhoven).
  • AllProject Services: € 1.000 (prijs moet nog binnenkomen. Dit is de transportfirma die samenwerkt met Alter Ego en dus ook hun werkwijze kent, manier van verpakken en zorgt voor het leveren en ophalen van de gehuurde decoratie bij Alter Ego Decor).
  • Atelier Ria Bloemberg: € 150 (huren van specifieke geschilderde decordoeken) 

In geval van bijkomende kosten voor het personeelsfeest, zal dit apart voor het college van burgemeester en schepenen gebracht worden.

Er zal ten alle tijden op toegezien worden dat de uitgaven voor het organiseren van het personeelsfeest binnen het voorziene budget blijven.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de voorbereidingen betreffende het personeelsfeest van 10 januari 2025 en keurt de bijbehorende uitgaven goed.

9.

2024_CBS_01155 - Verhuur gemeentegrond gelegen langs de Holsteenweg, sectie D nr. 82r9 (deel) - Einde huurovereenkomst - Kennisneming

Goedgekeurd
9.

2024_CBS_01155 - Verhuur gemeentegrond gelegen langs de Holsteenweg, sectie D nr. 82r9 (deel) - Einde huurovereenkomst - Kennisneming

2024_CBS_01155 - Verhuur gemeentegrond gelegen langs de Holsteenweg, sectie D nr. 82r9 (deel) - Einde huurovereenkomst - Kennisneming
10.

2024_CBS_01156 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00033/SPLITSING - Rosmolenweg - inlichtingen notariële splitsing - Mededeling

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
10.

2024_CBS_01156 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00033/SPLITSING - Rosmolenweg - inlichtingen notariële splitsing - Mededeling

2024_CBS_01156 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00033/SPLITSING - Rosmolenweg - inlichtingen notariële splitsing - Mededeling

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het perceel is kadastraal gekend als afdeling 3, sectie E, nummer 86A.

De delen van het perceel 86A betreffende de grondafstand heeft een oppervlakte van 3a 07ca (lot 2) en 0a 63ca (lot 4).

Het perceel 86A ligt volgens het gewestplan Hasselt-Genk in woongebied.

Het perceel is gelegen binnen de afbakening regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk.

Het perceel is niet gelegen binnen een BPA.

Het perceel is niet gelegen binnen een goedgekeurde verkaveling.

Voor het perceel werd door de deputatie een vergunning afgeleverd op 13/01/2023 voor het bouwen van 20 appartementen.

Opmerkingen:

De loten 2 en 4 dienen gratis afgestaan te worden om gevoegd te worden bij het openbaar domein.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen over de verdeling van een deel van het perceel 86A, zijnde lot 2 met een oppervlakte van 3a 07ca en lot 4 met een oppervlakte van 0a 63ca, zoals weergegeven op het opmetingsplan van Landmeter-expert Benny Linden van 8 maart 2023, om gevoegd te worden bij het openbaar domein.

11.

2024_CBS_01157 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00032/SPLITSING - Boomsteeg 4-4A - inlichtingen notariële splitsing - Mededeling

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
11.

2024_CBS_01157 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00032/SPLITSING - Boomsteeg 4-4A - inlichtingen notariële splitsing - Mededeling

2024_CBS_01157 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2024/00032/SPLITSING - Boomsteeg 4-4A - inlichtingen notariële splitsing - Mededeling

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het perceel is kadastraal gekend als afdeling 1, sectie B, nummer 1039G2.

Het perceel 1039G2 heeft een oppervlakte van 6a 69ca.

Het perceel 1039G2 ligt volgens het gewestplan Hasselt-Genk in woongebied met landelijk karakter.

Het perceel is gelegen binnen het BPA Boomsteeg in de zone voor open en halfopen bebouwing.

Het perceel is gelegen binnen de goedgekeurde verkaveling 1026.B.874.2 (lot 4).

Voor het perceel werd een vergunning afgeleverd op 25/02/2015 voor het bouwen van een tweewoonst.

Opmerkingen:

De tweewoonst op lot 4 van de verkaveling 1026.B.874.2 werd door de deputatie in beroep voorwaardelijk goedgekeurd op 25/02/2015.

Als voorwaarde werd expliciet opgelegd dat de stedenbouwkundige vergunning wordt verleend onder de voorwaarde dat het lot 4 als één kavel behouden blijft conform de verleende verkavelingsvergunning.

De opsplitsing van het lot 4 is dan ook niet in overeenstemming met de verkaveling. De verkoop van het opgesplitste lot is niet mogelijk zonder bijstelling van de verkaveling.

Bijkomend merken we op dat de voortuin van Boomsteeg 4A volledig werd verhard en dit in tegenstelling tot de afgeleverde vergunning (inrit 3 meter en rest groenaanleg).

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit dan ook aan de aanvrager mee te delen dat de voorgelegde splitsing voor verkoop van het perceel 1039G2, zijnde lot 4 van de goedgekeurde verkaveling 1026.B.874.2, in strijd is met de voorwaarden in de afgeleverde verkavelingsgunning.

Er moet voorafgaand aan de splitsing voor verkoop een bijstelling van de verkaveling aangevraagd worden.

12.

2024_CBS_01158 - OMV - Vergunning - Schopdriesweg 24A - 2024/00104 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
12.

2024_CBS_01158 - OMV - Vergunning - Schopdriesweg 24A - 2024/00104 - Goedkeuring

2024_CBS_01158 - OMV - Vergunning - Schopdriesweg 24A - 2024/00104 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00104
Referentie omgevingsloket:    OMV_2024063397

De aanvraag, ingediend door Wouter Hermans en Valerie Snoekx wonende te Putsesteenweg 46/202 te 2800 Mechelen, werd ontvangen op 21/05/2024 en op 07/08/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Schopdriesweg 24A, kadastraal gekend als afdeling 1 sectie B nr. 813N.

De aanvraag gaat over het slopen van de bestaande bebouwing, bouw van een ééngezinswoning met vrijstaand bijgebouw, aanleg van het terrein en het plaatsen van een tijdelijke wooncontainer.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

  De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied en woonuitbreidingsgebied.
De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het bijzonder plan van aanleg B.P.A. HALVEWEG-BESKENSSTRAAT, goedgekeurd op 15 juni 2006.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.
Men vraagt volgende afwijkingen volgens art. 4.4.9/1 van de VCRO:
- De BPA-voorschriften stellen dat het behoud en de versterking van het bestaande klein landschapselement voorop moet staan.
In de aanvraag blijft slechts 1 van de 2 bomen die zich ter hoogte van de achterste perceelsgrens bevinden, en die deel uitmaken van klein landschapselement met nr. 1792, behouden.
- De BPA-voorschriften stellen dat er maximaal één vergunningsplichtig bijgebouw op min 1m achter het hoofdgebouw toegelaten is. Het bouwen van een bijgebouw is niet toegelaten binnen de brouwvrije zone van 8 of 10m ten opzichte van de achterste perceelsgrens.
Het ontwerp voor ziet een bijgebouw en een tijdelijke woonunit. De tijdelijke woonunit zal zich bevinden in de bouwvrije zone, daar deze op 2m van de achterste perceelsgrens wordt ingeplant.
- De BPA-voorschriften stellen dat de oppervlakte van het vergunningsplichtig bijgebouw maximaal 40m² bedraagt.
Het ontwerp voorziet een tijdelijke woonunit met een oppervlakte van 56,55m².
- De BPA-voorschriften stellen dat de bijgebouwen uitsluitend bestemd zijn voor ondersteunende functies die inherent verbonden zijn met de hoofd- en nevenbestemmingen van het hoofdgebouw zoals de berging van goederen, gebruiksvoorwerpen en voertuigen. Een feitelijke bedrijfsuitvoering of een woonfunctie is hierin uitgesloten.
Het ontwerp voorziet een woonfunctie in de tijdelijke woonunit.

Volgende verordeningen zijn van kracht:
• algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

Volgende dossiers zijn relevant:
• Omgevingsvergunning 2019/00021 voor het kappen van een boom goedgekeurd op 16/04/2019.
• Stedenbouwkundige vergunning (1973/00037) voor het bouwen van een bergplaats - goedgekeurd op 28/02/1973.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

Beschrijving van de plaats & omgeving
Het perceel bevindt zich op de hoek van de Schopdriesweg met de Boskrekelstraat, beide gemeentewegen in de deelkern Halveweg van de gemeente Zonhoven.

De nabije en ruimere omgeving bestaat uit vrijstaande, halfopen alsook gesloten bebouwing. De omgeving wordt gekenmerkt door zowel eengezinswoningen, appartementen, handel alsook horeca. Het betreft dan ook een zeer gevarieerd straatbeeld, dit zowel op vlak van functie, bouwhoogte, dakprofiel alsook materiaalgebruik. 

Het perceel is achteraan bebouwd met twee geschakelde constructies ingeplant op minimaal 0,8m uit de achterste perceelsgrens en op minimaal 3,07m uit de rechter perceelsgrens. De totale oppervlakte van deze bijgebouwen bedraag 61,78m². Ter hoogte van deze bijgebouwen werden ook verhardingen aangelegd met een oppervlakte van 60,72m². 

Het rechts aanpalend perceel is bebouwd met een vrijstaande eengezinswoning opgericht met twee bouwlagen onder een hellend dak. Links grenst het perceel aan Boskrekelstraat, een gemeenteweg die toegang geeft tot een achterliggende sociale woonwijk. Het perceel grenzend aan de achterste perceelsgrens is bebouwd met een halfopen (sociale) eengezinswoning bestaande uit 1 bouwlaag onder een hellend dak. 

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
De aanvraag het slopen van de bestaande bebouwing, bouw van een ééngezinswoning met vrijstaand bijgebouw, aanleg van het terrein en het plaatsen van een tijdelijke wooncontainer.

De aanwezige bijgebouwen en verhardingen achteraan het perceel worden gesloopt. Het betreft twee aaneengeschakelde bijgebouwen waarvan het eerste een breedte heeft van 6,96m en een diepte van 4,97 (oppervlakte 34,59m²). Het tweede bijgebouw heeft een breedte van 6,29m en een diepte van 4,32m (oppervlakte 27,19m². De verhardingen grenzen aan deze bijgebouwen en hebben een totale oppervlakte van 60,72m². Gezien deze constructies opgericht werden zonder vergunning of niet uitgevoerd werden overeenkomstig de vergunning, zijn deze constructies niet vergund of vergund geacht. Voor het slopen van niet-vergunde constructies is geen vergunning vereist, daar het slopen van niet-vergunde constructies niet vergunningsplichtig is. Dit gedeelte van de aanvraag is dan ook zonder voorwerp.

De vrijstaande eengezinswoning wordt opgericht op min. 6m uit de voorste perceelsgrens (bekeken vanuit de Schopdriesweg), 3m van de linker perceelsgrens en op minimaal 3,42m van de rechter perceelsgrens. De woning wordt opgericht met twee bouwlagen onder een hellend dak. De kroonlijst is gelegen tussen 5,40m en 6,30m en de nokhoogte bevindt zich op 11,30m ten opzichte van het maaiveld. De woning wordt op het gelijkvloers alsook op de verdieping opgericht met een maximale bouwdiepte van 12m en een bouwbreedte van 11,50m. De woning wordt afgewerkt in een landelijke stijl met een rood/bruin genuanceerde gevelsteen gecombineerd met buitenschrijnwerk in donkerbruin aluminium en hout. De dorpels en omlijsting van de deur zijn voorzien in blauwe hardsteen. De dakbedekking wordt uitgevoerd antracietgrijze leien. 

Intern is de woning op het gelijkvloers ingericht met een inkomhal, een toilet en een trap naar de verdieping, een berging/wasplaats met badkamer, een achteringang, een bureau en een leefruimte met aansluitend een open keukenruimte. Op de verdieping voorziet men 4 slaapkamers waarvan een met dressing, twee badkamers, een apart toilet en nachthal. 

Op de zolderverdieping voorziet men twee bergruimten en 2 nog in te delen ruimten.

Op 10m achter de woning wordt een vrijstaand bijgebouw opgericht op 1,06m uit de rechter perceelsgrens. Het bijgebouw heeft een bouwbreedte van 4,50m en een bouwdiepte van 8,85m (oppervlakte 39,83m²). Dit wordt opgericht met 1 bouwlaag onder een hellend dak met een kroonlijsthoogte van 2,80m en een nokhoogte van 5,10m ten opzichte van het maaiveld. De afwerking van dit bijgebouw is conform aan dit van het hoofdvolume. Afgewerkt met een rood/bruin genuanceerde gevelsteen gecombineerd in buitenschrijnwerk in donkerbruin aluminium. De dorpels zijn voorzien in blauwe hardsteen en de dakbedekking wordt uitgevoerd met antracietgrijze leien. 

Men voorziet de aanplant van een boom, ingeplant op 2m uit zowel de achterste als linker perceelsgrens. In de voortuin in functie van de Schopdriesweg word een haagafsluiting voorzien met een hoogte van 1m. De overige haagafsluitingen worden uitgevoerd met een hoogte van 1,80m. Verder voorziet met een oprit met een breedte van 3,5m ter hoogte van de voorste perceelsgrens, deze oprit loopt tot aan het vrijstaande bijgebouw (garage). Waardoor deze een lengte krijgt van 28m, waarvan 22m uitgevoerd in waterdoorlatende verharding. Vanuit de oprit wordt een toegangspad naar de voordeur voorzien over een lengte van 6,50m uitgevoerd in niet waterdoorlatende verharding met een hellingspercentage van meer dan 2%, afwaterend in de naastliggende groenzone. Achteraan de woning voorziet men een terras over de volledige breedte van de achtergevel (11,50m) met een oppervlakte van 47,94m², uitgevoerd in niet waterdoorlatende terrasverharding. Het terras zal afwateren in de groenzone rondom het terras. 

Behoudens de woning, de vrijstaande garage en de verhardingen wordt er ook een tijdelijke woonunit geplaatst, tijdens de werffase. Deze tijdelijke woonunit wordt ingeplant op minimaal 3m uit de achterste perceelsgrens en op 3m uit de linker perceelsgrens. Deze tijdelijke woonunit heeft een breedte van 6,14m en een diepte van 9,21m. De unit zal bestaan uit 1 bouwlaag uitgevoerd met een plat dak met een dakrandhoogte van 2,90m ten opzichte van het maaiveld. De unit wordt op betondallen geplaatst als tijdelijke fundering, tot op een hoogte van 0,3m boven het maaiveld. 

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

 Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.
Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 17 augustus 2024 t.e.m. 15 september 2024.

5.    ADVIEZEN

Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:
• dienst facilitair management
• dienst patrimonium
• Fluvius

6.    EFFECTEN OMGEVING

 Project-MER
De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

Stikstofdecreet
Voor een eengezinswoning, kunnen we uitgaan van ongeveer 2920 vervoersbewegingen per jaar (4 personen x 2 vervoersbewegingen/persoon x365 dagen/jaar= 2920 jaarlijkse vervoersbewegingen). Dit is minder dan 70.000 jaarlijkse vervoersbewegingen (VITO tabel 3, licht verkeer, KDW =6 en afstand = 0). Dit betekent dat zelfs indien een huis op het meest kritische habitat gebouwd wordt, de impact van het verkeer nog niet zal zorgen voor een overschrijding van de 1% de minimis. We kunnen bijgevolg met absolute zekerheid besluiten dat de impactscore van de bouw van deze eengezinswoning, voor wat betreft mobiliteit, lager is dan 1%.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

Decretale beoordelingselementen
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Schopdriesweg en de Boskrekelstraat voldoende uitgeruste openbare wegen zijn.
De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.
De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.
Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

Zonering
Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf
Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.

Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

De plannen geven aan dat voor de nieuw opgerichte woning en bijgebouw met een totale horizontale dakoppervlakte van 172,83m² (woning 133m² + bijgebouw 39,83m²) een hemelwaterput voorzien wordt met een inhoud van 10.000 liter en recuperatie van het hemelwater voor toiletten, wasmachine, buitenkraan en irrigatie tuin. De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een open infiltratievoorziening met een oppervlakte van 51,74m² (minimaal vereist 11,43m²) en een volume van 4.765 liter (minimaal vereist 4.713,39 liter), waarmee voldaan wordt aan de verordening.

De verordening is niet van toepassing op de aanleg van de voorziene verhardingen en ook niet op de tijdelijke woonunit. Het hemelwater dat op de verharding en de tijdelijke woonunit valt, wordt namelijk niet opgevangen en afgevoerd, maar kan volgens de aanvraag op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem infiltreren.

Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Natuurtoets
Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied. Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets
Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving. 
Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m² en het goed zich niet in een beschermde archeologische site en ook niet in een vastgestelde archeologische zone bevindt.

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening
De aanvraag voldoet grotendeels aan de voorschriften van het BPA. Er worden afwijkingen gevraagd volgens art. 4.4.9/1 van de VCRO. Gezien de voorschriften van het BPA de criteria van een goede ruimtelijke ordening weergeven, stemt de aanvraag hiermee overeen, met uitzondering van de gevraagde afwijkingen:

Er wordt afgeweken van artikel 12.1 voor wat betreft het behoud en versterking van het klein landschapselement. In de BPA- voorschriften wordt voorzien dat het behoud en de versterking van het bestaande klein landschapselement voorop moet staan.

Uit de aanvraag blijkt dat er momenteel maar 1 van de 2 bomen, die zich ter hoogte van de achterste perceelsgrens bevinden, en die deel uitmaken van klein landschapselement met nr. 1792, nog aanwezig is op het perceel. Deze KLE was reeds verwijderd bij het afleveren van een voorgaande vergunning (16/04/2019). 

De gemeente Zonhoven streeft ernaar het groene karakter van de gemeente niet alleen te behouden maar ook te versterken.

Om die reden wordt bij elk nieuwbouwproject de aanplant van min. 1 hoogstamboom per 400m² gevraagd.  Er zal dan ook als voorwaarde worden opgenomen dat rekening houdend met de oppervlakte van het perceel (979m²), 2 inheemse, streekeigen en/of klimaatrobuuste bomen van minstens 2de grootte dienen aangeplant te worden.  Om ook het groene straatbeeld te versterken moet minimum 1 van deze bomen aangeplant worden in de voortuin. Bij eventuele sterfte dient de aanplant herhaald te worden.

Bijkomend werd er op 16/04/2019 een vergunning afgeleverd voor het rooien van een boom, geen deel uitmakend van een klein landschaspelement, mits het aanplanten van minstens 1 inheemse hoogstammige boom. Uit onze gegevens blijkt dat deze tot op heden nog niet werd aangeplant. Hiermee rekening houdend dient deze voorwaarde alsnog uitgevoerd te worden. Bijgevolg dient men in het totaal min. 3 inheemse, streekeigen en/of klimaatrobuuste bomen van minstens 2de grootte dienen aangeplant te worden, waarvan 1 in de voortuin.  Dit wordt opgenomen in de vergunningsvoorwaarden

Bijgevolg is deze afwijking aanvaardbaar mits er voldaan wordt aan bovenstaande voorwaarden. 

Er wordt afgeweken van artikel 12.2 en artikel 12.4 voor wat betreft de eisen met betrekking tot het bijgebouw. 

-    In de BPA-voorschriften wordt voorzien dat er ten opzichte van de achterste perceelsgrens een bouwvrije zone van 10m dient te zijn. 

-    In de BPA-voorschriften wordt voorzien dat er maximaal één vergunningsplichtig bijgebouw op min 1m achter het hoofdgebouw toegelaten is. Het bouwen van een bijgebouw is niet toegelaten binnen de brouwvrije zone van 8 of 10m ten opzichte van de achterste perceelsgrens.

-    In de BPA-voorschriften wordt voorzien dat de oppervlakte van het vergunningsplichtig bijgebouw maximaal 40m² mag bedragen.

-    In de BPA-voorschriften wordt voorzien dat de bijgebouwen uitsluitend bestemd zijn voor ondersteunende functies die inherent verbonden zijn met de hoofd- en nevenbestemmingen van het hoofdgebouw zoals de berging van goederen, gebruiksvoorwerpen en voertuigen.

De voorliggende aanvraag voorziet in het plaatsen van een tijdelijke woonunit (woonfunctie), met een oppervlakte van 56,55m² binnen de aangeven bouwvrije zone van 10m. 

Het betreft een tijdelijke, verplaatsbare constructie. Dit tijdelijk en verplaatsbaar karakter wordt bevestigd door het plaatsen van de woonunit op betondallen, waardoor deze op 0,3m boven het maaiveld komt te staan. Deze unit wordt bijgevolg niet verankerd in de grond. De woonunit wordt ingeplant op 3m uit zowel de achterste als linker perceelsgrens. Deze zal een diepte 9,21m en een breedte van 6,14m krijgen, de hoogte blijft beperkt tot 2,9m ten opzichte van het maaiveld. Het hemelwater zal geheel op eigen terrein infiltreren. Gezien de afstand tot de perceelsgrenzen en de beperkte hoogte zullen de aanpalende eigenaars hiervan geen hinder ontvangen. Bijgevolg is de plaatsing van deze tijdelijke woonunit aanvaardbaar op voorwaarde dat deze tijdelijk is van aard, voor een maximale duur van drie jaar. Binnen een termijn van drie maanden na het beëindigen van deze tijdelijke woonsituatie dient men de verplaatsbare tijdelijke constructie te verwijderen. Deze twee voorwaarden zullen opgenomen worden in deze omgevingsvergunning. 

Resultaten van het openbaar onderzoek
Er werden geen bezwaren ingediend.

Bespreking van de adviezen
•    Het advies van Fluvius d.d. 9 augustus 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“Naar aanleiding van uw aanvraag over de stedenbouwkundige vergunning voor bovenvermeld project geven we volgend advies voor riolering.
Dit advies handelt over de technische aansluitbaarheid op het openbaar rioleringsnetwerk indien aanwezig. Dit desbetreffende perceel mag de bestaande rioleringsaansluiting herbruiken in de aanpalende straat. De Fluvius-aansluitingsvoorwaarden voor o.a. diepte, diameter en locatie, zijn terug te vinden op www.fluvius.be.
Bij sloop dient de bestaande huisaansluiting(en) tijdelijk of definitief buiten dienst gesteld te worden door de klant. De bestaande huisaansluiting dient door de aanvrager gedetecteerd te worden en dit dient te gebeuren nog voor de start van de grondwerken. De huisaansluiting(en) dient hierbij buiten dienst gesteld te worden op dergelijke wijze dat de huisaansluiting(en) water- en gronddicht is afgesloten en detecteerbaar op terrein. Het afsluiten dient onmiddellijk bij sloop van de riolering te gebeuren zodat geen aarde, slijk of gro vuil via de huisaansluiting in de riolering terecht komt.
Bestaande rioolaansluiting hergebruiken: Indien er bestaande huisaansluitingen aanwezig zijn ter hoogte van de rooilijn dienen deze hergebruikt te worden en dienen de eventuele nieuwe hemelwaterafvoerleiding en vuilwaterafvoerleiding ter hoogte van de rooilijn tot aan en niet dieper dan de bestaande huisaansluitingen samen gebracht te worden. Ter hoogte van de bestaande huisaansluitingen voorziet de aanvrager aan de rooilijn op privaat domein aparte controleputjes op de eventuele hemelwaterafvoer en op de eventuele vuilwaterafvoer indien deze nog niet aanwezig zijn. Dit ontslaat de klant niet van het indienen van een aansluitingsaanvraag bij Fluvius. Dit kan online via www.fluvius.be.
Daarnaast dient u voor wat betreft riolering uiteraard te voldoen aan alle geldende gewestelijke, provinciale en gemeentelijke wettelijke bepalingen dienaangaande.
Dit advies doet geen uitspraak over of nazicht op de ontworpen riolering op het privé-gedeelte.
Via https://www.vmm.be/data/zonering-en-uitvoeringsplan kan u eenvoudig nakijken in welke cluster het perceel zich bevindt en de daaraan gekoppelde verplichtingen inzake septische putten.
Als voor uw bouwproject een (her-)aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel noodzakelijk is, dient u zo snel als mogelijk na het bekomen van de bouwvergunning een aanvraag tot aansluiting op het openbaar rioleringsnetwerk aan te vragen.
Dit kan online via www.fluvius.be. Dit is belangrijk om verloren kosten te vermijden daar wij de locatie en diepte van de aansluiting pas kunnen garanderen na realisatie van de aansluiting op openbaar domein.
Alleen Fluvius of een door ons aangestelde uitvoerder zorgt voor de realisatie van het gedeelte van de aansluiting op het openbaar domein.
Keuring privéwaterafvoer
Elke rioleringsaansluiting op het openbaar rioleringsstelsel dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform de wettelijke bepalingen (oa Algemeen Waterverkoopreglement en ministerieel besluit voor de keuring).
Enkel de door Fluvius erkende keurders komen voor deze keuring in aanmerking (zie website: Keuring riolering | Fluvius).
Als de privériolering niet correct en volledig volgens de wettelijke bepalingen werd uitgevoerd, zelfs als dit niet expliciet door de stedenbouwkundige vergunning werd opgelegd, behoudt Fluvius zich het recht voor om de aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel van dit perceel te schorsen. 

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. 

•    Het advies van dienst patrimonium d.d. 13 september 2024 is voorwaardelijk gunstig.
“Berm op openbaar domein dient een grasberm te zijn. Enkel de inrit mag op het openbaar domein verhard worden met waterdoorlatende materialen (geen kiezel).

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.  
Gezien de sloop van de bestaande niet vergunde constructies (bijgebouwen en verhardingen) niet vergunningplichtig is, worden hier verder geen uitspraken over gedaan.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:
Stedenbouwkundige voorwaarden
•    Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.

•    Het advies van de dienst patrimonium moet gevolgd worden.

•    Er dienen minimum 3 hoogstammige bomen aangeplant te worden, waarvan 1 in de voortuin.
  De bomen dienen inheemse, streekeigen en/of klimaatrobuuste bomen van minstens 2de grootte te zijn.
  Bij eventuele sterfte dient de aanplant herhaald te worden.
  Deze bomen moeten aangeplant worden ten laatste in het plantseizoen na de ingebruikname van de woning. Bewijs hiervan (foto’s, factuur) moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk 3 maanden na aanplant van de bomen.

•    De te behouden en verplicht aan te planten bomen kunnen enkel nog gerooid worden na goedkeuring van een gemotiveerde vergunningsaanvraag.

•    De duur van de plaatsing van de tijdelijke, verplaatsbare woonunit mag maximaal 3 jaar bedragen.

•    Binnen een termijn van 3 maanden na het beëindigen van de tijdelijke woonsituatie dient men de tijdelijke verplaatsbare constructie te verwijderen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 06/11/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan Wouter Hermans en Valerie Snoekx wonende te Putsesteenweg 46/202 te 2800 Mechelen voor het slopen van de bestaande bebouwing, bouw van een ééngezinswoning met vrijstaand bijgebouw, aanleg van het terrein en het plaatsen van een tijdelijke wooncontainer, gelegen te Schopdriesweg 24A kadastraal gekend als afdeling 1 sectie B nr. 813N.

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:
Stedenbouwkundige voorwaarden

•    Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.

•    Het advies van de dienst patrimonium moet gevolgd worden.

•    Er dienen minimum 3 hoogstammige bomen aangeplant te worden, waarvan 1 in de voortuin.
De bomen dienen inheemse, streekeigen en/of klimaatrobuuste bomen van minstens 2de grootte te zijn.
Bij eventuele sterfte dient de aanplant herhaald te worden.
Deze bomen moeten aangeplant worden ten laatste in het plantseizoen na de ingebruikname van de woning.  Bewijs hiervan (foto’s, factuur) moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk 3 maanden na aanplant van de bomen.

•    De te behouden en verplicht aan te planten bomen kunnen enkel nog gerooid worden na goedkeuring van een gemotiveerde vergunningsaanvraag.

•    De duur van de plaatsing van de tijdelijke, verplaatsbare woonunit mag maximaal 3 jaar bedragen.

•    Binnen een termijn van 3 maanden na het beëindigen van de tijdelijke woonsituatie dient men de tijdelijke verplaatsbare constructie te verwijderen.

13.

2024_CBS_01159 - OMV - Vergunning - Sparrenweg 41 - 2024/00153 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
13.

2024_CBS_01159 - OMV - Vergunning - Sparrenweg 41 - 2024/00153 - Goedkeuring

2024_CBS_01159 - OMV - Vergunning - Sparrenweg 41 - 2024/00153 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00153

Referentie omgevingsloket:    OMV_2024101610

De aanvraag, ingediend door Yves Lemmens wonende te Sparrenweg 41 te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 15/07/2024 en op 30/07/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Sparrenweg 41, kadastraal gekend als afdeling 2 sectie D nr. 133Y.

De aanvraag gaat over het regulariseren van een afdak en een zwembad, het bouwen van een veranda en het wijzigen van de terreininrichting.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

    De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied met landelijk karakter en woonuitbreidingsgebied.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.

Het project maakt deel uit van de goedgekeurde verkaveling 7204.V.95 goedgekeurd op 22 december 1964, het betreft lot 17.

De aanvraag wijkt af van volgende verkavelingsvoorschriften:

•    Bouwbreedte woning:

De verkavelingsvoorschriften stellen dat de maximale bouwbreedte 12m bedraagt.

Door de uitbreiding van de woning met een veranda wordt de bouwbreedte gebracht op 17m.

•    Dakhelling:

De verkavelingsvoorschriften stellen dat de dakhelling gelegen moet zijn tussen 25° en 50°.  Tevens dienen de daken minstens 2 schuine vlakken te hebben.

Het ontwerp voorziet het uitbreiden van de woning met een veranda.  De veranda wordt voorzien van een plat dak.

•    Oppervlakte bijgebouwen:

De verkavelingsvoorschriften stellen dat kleine en lage bergplaatsen, kiekenhokken, garages,… toegelaten zijn op min. 2m van de perceelsgrenzen.

Tegen de achtergevel van de vergunde garage werd een afdak opgericht met een oppervlakte van 15m².  De totale oppervlakte van het bijgebouw wordt hierdoor gebracht op 61,8m².  Het bijgebouw is ingeplant tegen de linker perceelgrens en op min. 0,5m van de achterste perceelgrens.

De verkaveling is ouder dan 15 jaar.  Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

•    algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

•    Stedenbouwkundige vergunning (1994/00200) voor bouwen van een woonhuis - goedgekeurd op 28/11/1994.

•    Stedenbouwkundige vergunning (2003/09173) voor het bouwen van een nieuwbouw van een vrijstaande woning en garage met tuinberging op de perceelgrens - goedgekeurd op 15/04/2003.

•    Verkavelingsvergunning (7204.V.95) voor het verkavelen van een grond in 25 loten - goedgekeurd op 22/12/1964.

•    Milieuvergunning 752.4-547 voor tijdelijke bronbemaling voor de bouw van een ééngezinswoning - goedgekeurd op 09/04/2003.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

    Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich langs de Sparrenweg, een gemeenteweg.

Het perceel betreft een hoekperceel.

De omgeving bestaat hoofdzakelijk uit vrijstaande en halfopen eengezinswoningen.

De bebouwing in de directe omgeving varieert qua bouwhoogte, dakprofiel alsook materiaalgebruik.

Op het perceel bevindt zich een vrijstaande eengezinswoning met 2 bouwlagen en een piramidedak.

In de achtertuin, tegen de linker perceelgrens bevindt zich een dubbele garage.

Aan de achterzijde van de garage werd een overkapping opgericht zonder vergunning.

Achter de woning werd een zwembad aangelegd van 28,2m² zonder vergunning.

Verder werd een grote hoeveelheid verharding aangebracht zonder vergunning, nl.:

-    Parkeerplaats rechts van de inrit: 21m² (6m x 3,5m);

-    Toegangspad naar de voordeur (klinkers): 24m² (8m x 3m);

-    Kiezelverharding tussen plantvak in de voortuin: 80m²;

-    Pad achterzijde woning (tegels): 29m²;

-    Klinkerverharding tussen garage en woning: ca. 18m²;

-    Kiezelverharding rechts van de garage: ca. 37m²;

-    Grindpad: 6m²;

-    Tegels rond zwembad: 30m²;

-    Niet-overdekt terras rechts van zwembad (klinkers): 36m²;

-    Grindverharding (grenzend aan klinkers): 28m².

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het regulariseren van een afdak en een zwembad, het bouwen van een veranda en het wijzigen van de terreininrichting.

Tegen de achterzijde van de garage werd een afdak opgericht over de volledige breedte van de garage en een diepte van 2,50m.

Het afdak bestaande uit een houten constructie met een metalen dakbedekking heeft een hoogte van 2,30m.

Het zwembad werd aangelegd op ca. 3m achter de achtergevel van de woning en op ca. 13m van de linker perceelgrens.

Het zwembad met een oppervlakte van 28,2m² heeft een diepte van 1,55m.

De aanvrager wenst de woning aan de rechterzijde uit te breiden met een veranda.

De veranda wordt ingeplant op 2,75m achter de voorgevellijn.

De veranda heeft een bouwdiepte van 6m en een bouwbreedte van 5m.

De veranda wordt uitgevoerd met een plat dak.  De dakrandhoogte is gelegen op 2,80m ten opzichte van het maaiveld.

De veranda wordt uitgevoerd in witte EPS panelen en hoofdzakelijk glas.

Tot slot wenst de aanvrager een gedeelte van de niet-vergunde verharding te regulariseren, nl.:

-    Toegangspad naar de voordeur (klinkers): 24m² (8m x 3m);

-    Kiezelverharding tussen plantvak in de voortuin: 80m²;

-    Pad achterzijde woning (tegels): 7m²

De overige tegelverharding van het pad wordt vervangen door groenaanplanting en 11m² wordt vervangen door grind.

-    Tegels rond zwembad: 30m²;

-    Grindverharding (grenzend aan klinkers: 28m²).

De overige niet-vergunde verharding wordt verwijderd en ingericht als groenzone.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

    Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 9 augustus 2024 t.e.m. 7 september 2024.

5.    ADVIEZEN

    Aan volgende adviesverlener werd advies gevraagd:

Fluvius.

6.    EFFECTEN OMGEVING

    De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

    Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Sparrenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.

Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

Het hemelwater van de op te richten veranda alsook van de te regulariseren verharding infiltreert op eigen terrein.

Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied.  Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn (geen) monumenten in de omgeving.

Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De bestaande woonfunctie blijft behouden en is functioneel inpasbaar op deze locatie.

Mobiliteitsimpact

Op het perceel bevindt zich een dubbele garage, bijgevolg kunnen meerdere voertuigen gestald worden op eigen terrein en wordt de last van het autobezit niet afgeschoven naar het openbaar domein.

Uit onze gegevens blijkt dat de inritverharding ter hoogte van de rooilijn een breedte heeft van 5m.  Conform de vergunning afgeleverd op 15/04/2003 diende de inritverharding beperkt te worden tot 3m ter hoogte van de rooilijn/voorste perceelgrens.

Om de verkeersveiligheid bij het in- en uitrijden te garanderen dient de breedte van de inrit ter hoogte van de rooilijn beperkt te worden tot 3m, conform de eerder afgeleverde vergunning.  Dit zal als voorwaarde worden opgenomen in de vergunning.

Tevens blijkt uit onze gegevens dat het openbaar domein volledig verhard werd.

De gemeente Zonhoven streeft ernaar het groene karakter van de gemeente niet alleen te behouden maar ook te versterken.  Hiermee dient de wegberm dan ook als groenzone ingericht te worden.

Er zal dan ook als voorwaarde in de vergunning worden opgenomen dat de kiezelverharding op het openbaar domein verwijderd moet worden en deze zone als groenzone dient ingericht te worden.

Schaal

De veranda heeft een beperkte oppervlakte en is ondergeschikt aan de woning.

Uit onze gegevens blijkt dat het afdak aan de achterzijde van de garage deels werd uitgevoerd over de achterste perceelgrens.

Tevens is de bestaande garage met een oppervlakte van ca. 50m² voldoende ruim voor het stallen van 2 wagens alsook bijkomend tuinmateriaal.

Er kan dan ook niet akkoord gegaan worden met de regularisatie van het afdak.

De bestaande terreinverharding heeft een oppervlakte van ca. 462m² (incl. zwembad en inrit), wat neerkomt op ca. 47% van het perceel en wat sterk overdreven is.

Uit de ingediende plannen blijkt dat de aanvrager een gedeelte van deze verharding reeds zal verwijderen en zal inrichten als groenzone.

De aanvrager wenst het toegangspad naar de voordeur, de kiezelverharding tussen de plantvakken in de voortuin, het pad aan de achterzijde van de woning, de tegelverharding rond het zwembad en de grindverharding aan de rechterzijde te regulariseren alsook het zwembad.  Het betreft alsnog een verharding van ca. 197m² (excl. inrit 125m²).

De klinkerverharding aan de achterzijde van de woning zal vervangen worden door grindverharding en beperkt worden tot een oppervlakte van 11m².

De aanvrager wenst aldus een terreinverharding te behouden van ca. 333m² (incl. inrit) wat neerkomt op ca. 33%, wat nog steeds overdreven is.

De visie van de gemeente Zonhoven is het creëren van een kwalitatieve groenzone/tuinzone per perceel van 60%.  Tevens wordt een voortuinverharding van maximum 50% nagestreefd.

Door de kiezelverharding in de voortuin tussen de plantvakken (80m²) te verwijderen wordt de terreinverharding van 333m² gereduceerd tot ca. 253m².  Tevens wordt op deze manier de voortuin nog meer vergroend en wordt de verharding in de voortuin gereduceerd tot minder dan 50%.

Tot slot blijkt uit de gegevens waar de gemeente over beschikt dat tegen de draadafsluiting langs de rechter perceelgrens (= voorste perceel gezien hoekperceel) een groene doek werd geplaatst.  Gezien de beplanting reeds voldoende is dichtgegroeid en dus voor voldoende privacy in de tuinzone zorgt, heeft deze doek geen functie meer.  Er zal dan ook als voorwaarde worden opgenomen dat deze groene doek verwijderd moet worden.  Op deze manier ontstaat een groener straatbeeld.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Gezien de functie als eengezinswoning ongewijzigd blijft en de woondichtheid bijgevolg behouden blijft is deze aanvaardbaar op deze locatie.

De bebouwing (woning, veranda en garage) heeft een oppervlakte van 201,88m², een zwembad van 28,2m² en de verharding ca. 253m².  Rekening houdend bovenstaande voorwaarden en met de oppervlakte van het perceel (988,21m²) resteert er een tuin-/groenzone van ca. 51%.  Rekening houdend dat het perceel een hoekperceel betreft kan akkoord gegaan worden met een beperkte verruiming van de verhardinggraad.

Visueel-vormelijke elementen

De veranda wordt grotendeels met glas uitgevoerd en deels met witte EPS panelen.  Het volume is ondergeschikt en sluit aan bij de bestaande gevelmaterialen.

De bebouwing in de omgeving varieert sterk qua bouwstijl alsook materiaalgebruik. Bijgevolg zal het voorgestelde materiaalgebruik niet als storend ervaren worden in het straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf niet gewijzigd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

De aanvraag creëert voldoende woonkwaliteit en gebruiksgenot voor de bewoners. Door de aanvraag ontstaat geen bijkomende hinder.

Resultaten van het openbaar onderzoek

Er werden geen bezwaren ingediend.

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van Fluvius d.d. 7 augustus 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“Naar aanleiding van uw aanvraag over de stedenbouwkundige vergunning voor bovenvermeld project geven we volgend advies voor riolering.

Dit advies handelt over de technische aansluitbaarheid op het openbaar rioleringsnetwerk indien aanwezig. Dit desbetreffende perceel kan aansluiten op de bestaande gescheiden riolering in de Sparrenweg.

De Fluvius-aansluitingsvoorwaarden voor o.a. diepte, diameter en locatie, zijn terug te vinden op www.fluvius.be.

De bestaande hemelwaterafvoerstraatriolering ligt ondiep. De diepte van het private rioolstelsel dient hier dan ook op aangepast te worden. De mogelijke diepte van aansluiting is pas gekend na plaatsing het aansluitputje door Fluvius.

Daarnaast dient u voor wat betreft riolering uiteraard te voldoen aan alle geldende gewestelijke, provinciale en gemeentelijke wettelijke bepalingen dienaangaande. Fluvius doet hierop geen nazicht.

Dit advies doet geen uitspraak over of nazicht op de ontworpen riolering op het privé-gedeelte.

Via https://www.vmm.be/data/zonering-en-uitvoeringsplan kan u eenvoudig nakijken in welke cluster het perceel zich bevindt en de daaraan gekoppelde verplichtingen inzake septische putten.

Als voor uw bouwproject een (her-)aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel noodzakelijk is, dient u zo snel als mogelijk na het bekomen van de bouwvergunning een aanvraag tot aansluiting op het openbaar rioleringsnetwerk aan te vragen.

Dit kan online via www.fluvius.be. Dit is belangrijk om verloren kosten te vermijden daar wij de locatie en diepte van de aansluiting pas kunnen garanderen na realisatie van de aansluiting op openbaar domein.

Alleen Fluvius of een door ons aangestelde uitvoerder zorgt voor de realisatie van het gedeelte van de aansluiting op het openbaar domein.

Keuring privéwaterafvoer

Elke lozing of creatie v/e lozingspunt dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform de wettelijke bepalingen (oa Algemeen Waterverkoopreglement en ministerieel besluit voor de keuring).

Enkel de door Fluvius erkende keurders komen voor deze keuring in aanmerking (zie website: Keuring riolering | Fluvius).

Als de privériolering niet correct en volledig volgens de wettelijke bepalingen werd uitgevoerd, zelfs als dit niet expliciet door de stedenbouwkundige vergunning werd opgelegd, behoudt Fluvius zich het recht voor om de aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel van dit perceel te schorsen.

Alvast bedankt om zo spoedig mogelijk uw aansluitingsaanvraag in te dienen.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde gedeeltelijk verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.

De omgevingsambtenaar adviseert de aanvraag gunstig voor het regulariseren van een zwembad, het bouwen van een veranda en het regulariseren/wijzigen van de terreininrichting.

De omgevingsambtenaar adviseert de aanvraag ongunstig voor het regulariseren van een afdak aan de achterzijde van de garage en het regulariseren van de kiezelverharding tussen de plantvakken in de voortuin.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarden

•    Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.

•    Met uitzondering van de inrit, met een maximale breedte van 3 meter, moet de verharding op het openbaar domein verwijderd worden, deze zone moet groen aangeplant worden.

•    De breedte van de inrit moet ter hoogte van de rooilijn / voorste perceelsgrens beperkt worden tot maximum 3 meter.

•    De groene doek tegen de draadafsluiting aan de rechter perceelgrens (= voorste perceelgrens) dient verwijderd te worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 07/11/2024 en volgt dit standpunt deels.

Het college gaat tevens akkoord met het regulariseren van het afdak aan de achterzijde van de garage. Het afdak heeft een functie als technische ruimte voor het zwembad. De verharding op het perceel is hoger dan ons streefcijfer maar nog steeds aanvaardbaar. Het college vergunt het afdak met als voorwaarde dat het niet mag overhangen op het naburige perceel.
Het college oordeelt ook dat de groene inrichting van de voortuin een meerwaarde is en aldus vergunbaar is. Inzake biodiversiteit maar ook inzake waterhuishouding is de huidige toestand te verkiezen boven de vorige toestand als grasvlakte. Het college beaamt dat de verharding van de voortuin boven het streefcijfer zit maar stelt tevens vast dat de doelstelling van dit streefcijfer, nl een groener straatbeeld, meer biodiversiteit en een betere waterhuishouding wél bereikt worden. Aldus oordeelt het college om de inrichting van de voortuin te vergunnen. 

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan Yves Lemmens wonende te Sparrenweg 41 te 3520 Zonhoven voor het regulariseren van een afdak en een zwembad, het bouwen van een veranda en het regulariseren/wijzigen van de terreininrichting.

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:

  • Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.
  • Met uitzondering van de inrit, met een maximale breedte van 3 meter, moet de verharding op het openbaar domein verwijderd worden, deze zone moet groen aangeplant worden.
  • De breedte van de inrit moet ter hoogte van de rooilijn / voorste perceelsgrens beperkt worden tot maximum 3 meter.
  • De groene doek tegen de draadafsluiting aan de rechter perceelgrens (= voorste perceelgrens) dient verwijderd te worden.
  • Het afdak mag niet overhangen op het naburige perceel.
14.

2024_CBS_01160 - OMV - Vergunning - Zavelstraat 71 - 2024/00066 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
14.

2024_CBS_01160 - OMV - Vergunning - Zavelstraat 71 - 2024/00066 - Goedkeuring

2024_CBS_01160 - OMV - Vergunning - Zavelstraat 71 - 2024/00066 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00066
Referentie omgevingsloket: OMV_2024048959
Inrichtingsnummer: 20240503-0024
Ondernemingsnummer exploitant:    0440614085  

De aanvraag, ingediend door mevrouw Suzy Knevels en WCK Management BV met als contactadres Zavelstraat 71 te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 04/04/2024 en op 31/05/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Zavelstraat 71, kadastraal gekend als afdeling 1 sectie B nr. 410H.

De aanvraag gaat over het bouwen van een bowlinghal en terreinaanlegwerken en de uitbating ervan.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen en de exploitatie van een of meerdere ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied en parkgebied.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Volgende verordeningen zijn van kracht:
• algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

• Stedenbouwkundige vergunning (1973/00125) voor bowling en winkelcentrum - goedgekeurd op 26/09/1973.
• Stedenbouwkundige vergunning (1997/07648) voor uitbreiding van een bowlingclub met cafetaria - goedgekeurd op 04/08/1997.
• Stedenbouwkundige vergunning (2000/08495) voor het uitbreiden van een bowling - geweigerd op 08/01/2001.
• Stedenbouwkundige vergunning (2001/08580) voor het uitbreiden van een bowling. - goedgekeurd op 15/05/2001.
• Stedenbouwkundige vergunning (2003/09179) voor het regularisatie van een handelsruimte en woongelegenheid - goedgekeurd op 09/09/2003.
• Stedenbouwkundige vergunning (2005/09914) voor renovatie en omgevingsinrichting van de parking - goedgekeurd op 13/06/2005.
• Stedenbouwkundige vergunning (2005/09937) voor het vernieuwen van de oude gevelbekleding - goedgekeurd op 01/08/2005.
• Stedenbouwkundige vergunning (2005/09935) voor het plaatsen van een prefab hoogspanningscabine bij een polyvalent handelsgebouw - goedgekeurd op 01/08/2005.
• Stedenbouwkundige vergunning (2005/09944) voor het wijzigen van de bestemming op verdieping van bureel en opslagruimte naar restaurant - goedgekeurd op 01/08/2005.
• Stedenbouwkundige vergunning (2006/10432) voor het plaatsen van een publiciteitsbord op palen voor de bowling - geweigerd op 25/09/2006.
• Stedenbouwkundige vergunning (2010/11777) voor het uitbreiden van de woongelegenheid/conciërgerie aan een handelsruimte - goedgekeurd op 09/08/2010.
• Stedenbouwkundig attest 2003/00007 voor het bouwen van 4 appartementen op bestaande winkel en magazijn - positief gevonden op 24/02/2003.
• Stedenbouwkundig attest 2004/00003 voor het herinrichten van het interieur voor gebruik als kerkgebouw voor erediensten. - positief gevonden op 03/05/2004.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich aan de Zavelstraat, een gemeenteweg, en is gelegen op ca. 500m ten noordwesten van het centrum van Zonhoven, nabij de aansluiting met de Ekkersputstraat en tevens grenzend aan de gewestweg N74. 

Tussen het perceel en de Zavelstraat bevindt zich nog een privaat perceel met een handelsruimte en conciërgewoning; de toegang verloopt over dit private terrein.
De directe omgeving bestaat uit een vrij gevarieerde bebouwing met zowel eengezinswoningen, meergezinswoningen als handelsfuncties. De ruimere omgeving is hoofdzakelijk residentieel aan westelijke zijde van de N74 en richting centrum zijn tevens diverse andere functies aanwezig, eigen aan een centrum.
Het links aangrenzende perceel aan de straatzijde is bebouwd met een meergezinswoning en het perceel erachter is onbebouwd en groen ingevuld.
De rechts gelegen aangrenzende percelen zijn bebouwd met/ bestemd voor eengezinswoningen.
De voorliggende percelen zijn bebouwd met enerzijds een ingesloten gebouw met religieuze bestemming en aan de straatzijde een bedrijf met toonzaal en woonst.

Het perceel van de aanvraag is thans grotendeels braakliggend nadat de aanwezige bebouwing nagenoeg volledig vernield werd door brand en het terrein opgeruimd werd. De aanwezige conciërgewoning, horende bij de door brand vernielde bowlinghal, is nog aanwezig en intact gebleven.
Vanaf de Zavelstraat gezien, is aan de voorzijde van de site een handelspand met woonst aanwezig en daarachter een gebouw met religieuze functie dat zich links van de conciërgewoning bevindt. De verwijderde constructies situeren zich op het achterste gedeelte van het terrein dat ook grenst aan de N74.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het bouwen van een bowlinghal en terreinaanlegwerken en de uitbating ervan.

De bestaande bowlinghal werd door een brand vernield in april 2021, slechts de conciërgewoning bleef intact.
De restanten van het gebouw werden verwijderd, de verhardingen zijn nog aanwezig.
De percelen werden opgemeten en uitgetekend in een afpalingsplan door een erkend landmeter, de terreinoppervlakte bedraagt 4059m².

Met de huidige aanvraag wenst men de bowlinghal te herbouwen en het terrein opnieuw in te richten.
De nieuwe bowlinghal zal tegen de bestaande bebouwing opgetrokken worden, zijnde de nog aanwezige conciërgewoning en het gebouw Zavelstraat 71A.

Vanaf de Zavelstraat gezien heeft het perceel vooraan een breedte van 14,33m aan de linkerzijde en 9,75m aan de rechterzijde. Daartussen bevindt zich nog een gebouw met een breedte van ca. 25,5m en een bouwdiepte van zo’n 25m à 30m. Achter dit gebouw krijgt het terrein een breedte van ca. 47,40m en ter hoogte van de achterste perceelgrens die evenwijdig loopt met de N74 bedraagt de breedte 44,05m.
Het nieuwe gebouw zal aansluiten op de bestaande achtergevel van Zavelstraat 71A en de nog aanwezige conciërgewoning bij de vroegere bowlinghal.
De breedte van het gebouw zal 26m bedragen en de bouwdiepte bedraagt 55,90m, plaatselijk 61,02m.

De afstand tot de linker perceelgrens zal 16,56m (vooraan) à 12,19m (achteraan) bedragen en de afstand tot de rechter perceelgrens bedraagt 5,33m (vooraan) en ca. 4,50m (achteraan).

De bowlinghal zal afgewerkt worden met een plat dat met een dakrandhoogte van 4,95m tegenover het maaiveld. Een beperkt gedeelte aan de achterzijde omvat 2 bouwlagen met een dakrandhoogte tot 8,10m.
Ter hoogte van de aansluiting met de bestaande bebouwing, zal een compartimentwand voorzien worden tot 1m boven de dakrand, zijnde 5,95m, in functie van brandveiligheid.
Het volume met 2 bouwlagen heeft een breedte van 11m en een bouwdiepte van 15m. De afstand tot de zijgevel van het gelijkvloerse volume links bedraagt 9,50m en aan de rechterzijde 5,50m.
De bebouwde oppervlakte zal zo’n 1519m² bedragen, 1769m² inclusief de bestaande woonentiteit, en het gebouw krijgt een totaal volume van 8413m³.
De publiek toegankelijke oppervlakte bedraagt 670m², er zullen tot 360 personen aanwezig kunnen zijn.

De inkomzone situeert zich links achteraan het gebouw. Hier is een overdekte zone aanwezig van 9,50m breed en 10m diep met een hellend vlak naar de inkomdeur alsook een trapje naar het terras van zo’n 70m².

In de achterste 25m van het gebouw worden gelijkvloers de verbruiksruimtes voorzien (ca. 328m²), een darts- ruimte, bedieningstoog, drankenberging, keukenruimte, traphal, voorraadberging en de sanitaire ruimte. In het voorste deel van het gebouw wordt een technische ruimte ingericht en de kegelbanen (14) over een lengte van zo’n 30m (ca. 809m²).

Op de verdieping voorziet men een polyvalente ruimte/ verbruiksruimte van zo’n 105m² en een berging.

De vloerpas gelijkvloers bevindt zich op 80cm boven het maaiveld.

Alle trappen en hellingen worden voorzien van een leuning conform het advies inzake toegankelijkheid en het hellingspercentage bedraagt max. 5%.

Er werd getracht om een architecturaal kwalitatief gebouw te voorzien dat een visuele opwaardering geeft naar straatbeeld en omgeving toe en voor de afwerking zal gebruik gemaakt worden van esthetische verantwoorde en duurzame materialen.

De gevelafwerking zal algemeen bestaan uit lichtgrijze (geïsoleerde) betonpanelen, bevestigd aan de betonnen draagkolommen. 

De achtergevel van het volume op de verdieping krijgt een houten gevelafwerking en houten lamellen voor de grote raampartij. De overige gevels zijn voorzien in lichtgrijze betonpanelen.

Voor het gelijkvloerse gedeelte worden in de linker zijgevel, ter hoogte van de verbruiksruimte, grote glaspartijen voorzien waarvan een gedeelte ook met houten lamellen afgewerkt wordt. Ook de achtergevel krijgt grote raampartijen. In de rechter zijgevel zullen enkel 5 deuropeningen komen, 4 nooduitgangen en de toegang naar de sleutelkluis voor de brandweer.

Het buitenschrijnwerk zal uitgevoerd worden in aluminium met een bruine kleur. Deze tint zal ook terugkomen in de dakrand en de steunkolommen aan het overdekt terras. Langsheen het terras zijn balustrades in glas voorzien.

Naar aanleiding van de bezwaarschriften uit een eerste openbaar onderzoek, wenst men enige verduidelijking toe te voegen inzake de te verwachten geluidsproductie en de te nemen maatregelen om eventuele overlast te voorkomen.

De geïsoleerde betonpanelen die in de nieuwbouw zullen worden toegepast hebben een dikte van minimaal 20cm met welbepaalde akoestische eigenschappen die ervoor zorgen dat het geluidsniveau buiten een stuk lager zal liggen dan in het verleden het geval was. Door de massa wordt hier automatisch voldoende akoestisch comfort gecreëerd waardoor de naaste omgeving geen geluidsoverlast zal ondervinden van de activiteiten van de bowling. In het verleden ging het om een oud en slecht geïsoleerd gebouw.

Uitgaande van een studie uit 2011 in opdracht van de Vlaamse overheid blijkt dat een geluidsniveau van maximaal 65 dB als aanvaardbaar wordt geacht en de dagdagelijkse werkzaamheden binnen de bowling zullen onder dit niveau blijven en bijgevolg niet voor overlast zorgen op in de omgeving.

Naast de nieuwe bowlinghal zal ook het terrein heringericht worden met diverse verhardingen, groenvoorzieningen en opvangvoorzieningen voor hemelwater.

De toegangsweg/ brandweg en parkeerzone zal zich aan de linkerzijde van het gebouw situeren, gezien vanaf de Zavelstraat. Hier worden ook de hemelwaterputten geplaatst en de wadi aangelegd. Ook aan de achterzijde van het gebouw loopt de toegangsweg/ brandweg door en worden bijkomende parkeerplaatsen en een zone voor fietsen aangelegd.

De verhardingen worden voorzien van een groenomranding langsheen de perceelgrenzen aan de linkerzijde en achterzijde. De zijtuinstrook aan de rechterzijde wordt volledig als groenbuffer aangelegd behoudens een beperkte verharding ten behoeve van nooduitgangen.

De toegangsweg/ inrit, manoeuvreerruimte, mindervalide parkeerplaats, zone voor fietsen en paden zullen in  waterdoorlatende klinkers aangelegd worden. De totale oppervlakte hiervan bedraagt zo’n 889m².

De 30 parkeerplaatsen worden in grasdallen aangelegd met een totale oppervlakte van 416,61m². Hiermee wordt getracht om het groene karakter te versterken en alsnog voldoende parkeerruimte te voorzien.

Aan de voorzijde van het perceel, links van de toegangsweg en op minstens 1m van de perceelscheiding, wordt een wadi aangelegd met een oppervlakte van 128m².

Er wordt aangegeven dat er voor de groenvoorziening nog zo’n 858m² resteert, aan te leggen met streekeigen beplanting/ gazon.

Naar aanleiding van het bezwaarschrift inzake het gebruiksrecht van de parkeerplaatsen wenst men aan te geven dat de erfdienstbaarheid die in het verleden werd overeengekomen in functie van het kerkgebouw, van kracht zal blijven. 

De aanleg van het terrein voorziet in een (verplichte) wadi en deze ligt optimaal zoals ingetekend op het inplantingsplan. De parkeerplaatsen mogen steeds gebruikt worden conform de notariële akte, om welke specifieke parkeerplaatsen dit

zal gaan kan opnieuw overeengekomen worden met de eigenaar. De erfdienstbaarheid zal gevrijwaard worden bij de nieuwe inrichting.

Beschrijving van de milieuaspecten

De aanvraag betreft een nieuwe ingedeelde inrichting, namelijk een bowling met bijhorende warmtepomp. 

Met volgende aangevraagde rubrieken: 

Rubriek

Omschrijving

Hoeveelheid

Klasse

16.3.2°a)

Er wordt een warmtepomp van 25kW voorzien. Deze zal gebruikt worden voor verwarming/koeling. (Nieuw)

25 kW

3

32.3.

Er worden 14 geautomatiseerde kegelbanen voorzien. (Nieuw)

14 stuks

3


 Zodat de ingedeelde inrichting of activiteit voortaan omvat:

Rubriek

Omschrijving

Hoeveelheid

Klasse

16.3.2°a)

Er wordt een warmtepomp van 25kW voorzien. Deze zal gebruikt worden voor verwarming/koeling. (Nieuw)

25 kW

3

32.3.

Er worden 14 geautomatiseerde kegelbanen voorzien. (Nieuw)

14 stuks

3


4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

 Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.
Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 10 juni 2024 t.e.m. 9 juli 2024.
Het tweede openbaar onderzoek werd georganiseerd omwille van een wijzigingslus van 23 augustus 2024 t.e.m. 21 september 2024.

5.    ADVIEZEN

Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:
• dienst facilitair management
• dienst mobiliteit
• Agentschap Wegen en Verkeer
• FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie
• Fluvius
• Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie
• Onroerend Erfgoed
• Dienst Water en Domeinen provincie Limburg
• Proximus
• Inter
• De Watergroep

6.    EFFECTEN OMGEVING

Project-MER
Het project komt voor op bijlage III van het project-m.e.r.-besluit, nl. rubriek 10b – stadsontwikkelingsprojecten.
Daarom moet een project-m.e.r. opgemaakt worden, tenzij de initiatiefnemer via een project-m.e.r.-screeningsnota kan aantonen dat het project geen aanzienlijke milieueffecten zal veroorzaken.
Er werd een project-m.e.r.-screeningsnota bij de aanvraag gevoegd. De effecten op milieu en omgeving werden voldoende omschreven en uit de nota blijkt dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

Stikstofdecreet
Impactscore aanlegfase / stationaire bronnen 

Om de aanlegfase van eenvoudige projecten te beoordelen in kader van het stikstof decreet werd door VITO een studie opgemaakt ‘Emissies in de aanlegfase en de minimis-normen: een analytische benadering’ (VITO-rapport 2024/EI/R/3206). In het rapport werd een methode voorgesteld om op basis van een rekenblad de emissies van stationaire bronnen in de aanlegfase te bepalen. Vervolgens kunnen de emissies afgetoetst worden aan de waarden uit tabel 1 in de VITO studie, die de emissies van de puntbron weergeeft waarbij geen overschrijding optreedt van de 1%-de minimis-drempel voor een habitatgebied gelegen op een bepaalde afstand en voor een bepaalde KDW. Deze tabel is opgemaakt op basis van worst-case aannames. Indien de berekende emissies lager zijn dan de waarde in de tabel kan met zekerheid besloten worden dat de impactscore van de puntbronnen in de aanlegfase lager is dan 1%. 

Input: Het project is gelegen op 1138m van het dichtstbijzijnde habitatrichtlijngebied. Laten we in dit project afronden op 1km.

Emissies werfmachines: = 3,760 kg NOx/jaar -> puntbron 

Zware vervoersbewegingen tijdens aanlegfase:
- Aan- afvoer kraan via vrachtwagenvervoer: 2 verkeersbewegingen
- Vervoer bouwmaterialen via vrachtwagen: +- 600 verkeersbewegingen 

TOTAAL: 602 zware verkeersbewegingen -> lijnbron

Emissies werfmachines: = 3,760 kg NOx/jaar -> puntbron (afstand 1000m, KDW = 6 (worst-case aanname))

602 zware verkeersbewegingen -> lijnbron 

Lijnbron: (afstand = 0, KDW = 6 (worst-case aanname)) 

Er wordt steeds eerst gerekend op een afstand van 0m, KDW = 6. Dit is de meest kritische habitat, alsof het project op het meest gevoelige habitat geëxploiteerd wordt. Indien er aangetoond kan worden dat de voertuigbewegingen van het project lager zijn dan de waarde uit de VITO-tabellen, kan met zekerheid gesteld worden dat de impactscore van het project nooit meer dan 1% zal bedragen. 

Op een afstand van 1000m zullen de effecten dus zéker minder dan 1% bedragen. Uit de bovenstaande tabellen kunnen we volgende getallen afleiden: 

- Puntbron op 1000m, KDW 6: 2239
Het project genereert hier (3,76 / 2239 = 0,0017*100) = 0,17% 

- Lijnbron op 0m, KDW 6: 9000
Het project genereert hier (602 / 9000 = 0,07*100) = 7% Som: = 7,17% < 100%

Conclusie:
Er kan aangetoond worden dat de emissies van de aanlegfase van het project lager zijn dan de waarde uit de VITO tabellen. Er kan dus met zekerheid gesteld worden dat de impactscore van het project nooit meer dan 1% zal bedragen. Er is met andere woorden geen verdere opmaak van een passende beoordeling nodig.

Impactscore mobiliteit 

Voor het bepalen van de impactscore van de mobiliteit werd een drietrapsbenadering uitgewerkt. In eerste instantie dient gebruikgemaakt te worden van de VITO studie ‘Voertuigemissies en de minimis-normen: een analytische benadering voor wegverkeer’ en daar bijhorende tabellen. Indien op basis daarvan niet met zekerheid kan aangetoond worden dat de impactscore van het project lager is dan 1% de minimis-drempel dient in de impactscoretool wegenis ingetekend worden. Indien het resultaat van de mobiliteit boven 1% uitkomt of bij MER-plichtige projecten dient tot slot gemodelleerd te worden in IMPACT.

Bepalen verkeersbewegingen op exploitatie, combinatie licht + zwaar verkeer:

Lichte vervoersbewegingen: 

- Huisvesting: 3 gezinsleden, 2 verkeersbewegingen per dag/persoon x 365 dagen = 2190 jaarlijkse verkeersbewegingen
- 4 voltijdse werknemers, 2 verkeersbewegingen per dag/ persoon x 6 dagen/week x 52 weken = 2496 jaarlijkse verkeersbewegingen
- Klanten: +- 40 wagens/ dag x 6d/week = 240 bewegingen/week x 52 weken = 12480 jaarlijkse verkeersbewegingen / jaar
- Leveringen met kleine bestelwagens: +- 2x/ week = 4 verkeersbewegingen / week = 208 jaarlijkse verkeersbewegingen 

TOTAAL: 17374 verkeersbewegingen 

Zware vervoersbewegingen: Niet van toepassing.

Conclusie: 

De som van het aantal lichte en zware voertuigen / jaar zal geen overschrijding teweegbrengen aan de 1%-drempelwaarde. Het project genereert 17374 verkeersbewegingen (max 70000). Bijgevolg is er geen verdere berekening (trap 2 en 3 van de drietrapsbenadering) nodig. Hieruit kunnen we concluderen dat de impactscore minder dan 1% is, en bijgevolg geen significante effecten zullen optreden. 

Impactscore wegenis 

Niet van toepassing. 

Er kan met zekerheid aangetoond worden dat de impactscore van het project (mobiliteit) lager is dan 1% de minimis-drempel. De impactscoretool wegenis dient in dit geval niet ingevuld te worden.

Algemene conclusie 

Het voorgeschreven project zal geen bijkomende druk veroorzaken op het habitatrichtlijngebied “ Valleien van de Laambeek, Zonderikbeek, Slangebeek en Rossterbeek met vijvergebieden en heiden” (BE2200031). Er kan geconcludeerd worden dat de impactscore van het project lager is dan 1% en een verdere passende beoordeling voor wat betreft de effecten van stikstofdepositie via lucht niet nodig is.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

Decretale beoordelingselementen
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat:

De Zavelstraat een voldoende uitgeruste openbare weg is maar het perceel van de aanvraag zelf grenst niet aan de openbare weg. Aangezien het gaat om een heropbouw van de door brand vernielde constructie, vormt dit geen weigeringsgrond.

De aanvraag niet gaat over de oprichting van een bedrijfswoning.

Wat betreft de toegang van personen met een functiebeperking tot voor het publiek toegankelijke onroerende goederen, werd op 14/08/2024 een voorwaardelijk gunstig advies verleend werd door Inter Vlaanderen.  

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Zonering
Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Toegankelijkheid
De aanvraag valt onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen, tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. Dit besluit trad in werking op 1 maart 2010.

De aanvraag valt onder toepassing van art. 3: gebouw(en) waarbij de totale publiek toegankelijke oppervlakte groter is dan 400 m².
Het besluit is van toepassing op alle nieuw te bouwen, te herbouwen, te verbouwen of uit te breiden publiek toegankelijke delen van een constructie.

Om die reden werd advies gevraagd aan Inter Vlaanderen.
Op 14/08/2024 werd er door Inter Vlaanderen een voorwaardelijk gunstig advies verleend, ref. 20241580BIS. (zie bespreking adviezen)

Waterparagraaf
Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

Het voorliggende bouwproject heeft een vrij omvangrijke oppervlakte maar ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.

Met betrekking tot de impact op oppervlaktewater, werd de aanvraag voor advies voorgelegd aan de waterbeheerder, de provinciale dienst Water en domeinen.

Op 21/08/2024 werd er door de Provincie, dienst Water en Domeinen een voorwaardelijk gunstig advies verleend:

“Hierbij kan ik u meedelen dat het dossier in het kader van de watertoets voorwaardelijk gunstig beoordeeld werd.
Ik verzoek u evenwel de voorwaarden in de omgevingsvergunning op te nemen zoals ze geformuleerd werden in het bijgaand advies.
DOSSIER: HET BOUWEN VAN EEN BOWLINGHAL, E.A.
DEEL 1 INLICHTINGENFICHE
Aanvrager:
• naam en adres: WCK Management bv, Zavelstraat 71 te 3520 Zonhoven
• telefoon: 0473 98 04 01
•    e-mailadres: knevelsuzy@gmail.com 

Ontwerper:
• naam en adres: BISAR Business Architecture bvba, Grensstraat 82, 3740 Bilzen
•    e-mailadres: info@bisar.be 

Ligging van het perceel:
• kadaster: gemeente Zonhoven, afdeling 1, sectie B, nr. 410H
• adres: Zavelstraat 71
•    niet gelegen in een overstromingsgevoelig gebied 

Waterloop en machtiging
• stroomgebied van de onbevaarbare waterlopen: ROOSTERBEEK, nummer 43, categorie: 2de
•    watering: neen 

DEEL 2 WATERADVIES I.V.M. DE WATERTOETS
(art. 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018) 

1 Beschrijving van het watersysteem 

• Het betreft een activiteit binnen het stroomgebied van een onbevaarbare waterloop van 2de categorie.
• Het perceel is volgens het gewestplan gelegen in woongebied
• Het perceel is daarenboven gelegen in:
o het bekken van de Demer
o het deelbekken Midden-Demer 

2 Waterplannen 

Het stroomgebiedbeheerplan van de Schelde is van toepassing. 2 

3 Toetsen aan de doelstellingen decreet integraal waterbeheer, gecoördineerd op 15 juni 2018 – artikel 1.2.2 

De adviesvraag handelt over de richtlijn gewijzigd afstromingsregime. 

Vanaf een verharde oppervlakte van meer dan 1 000 m² moet door de vergunningverlenende instantie advies worden gevraagd aan de waterbeheerder met betrekking tot mogelijke schadelijke effecten op de toestand van het oppervlaktewater. In het kader daarvan moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden: het volume van de open infiltratievoorziening moet minimaal 330 m³/ha verharde oppervlakte bedragen (los van de aanwezige hemelwaterputten), de infiltratieoppervlakte moet minimaal 8 % van de verharde oppervlakte bedragen. De infiltratiegracht/bekken moet minimaal 30 cm dekking behouden boven de hoogste grondwaterstand, en moet vlak of in tegenhelling worden aangelegd. Bodem en wanden moeten in waterdoorlatende materialen worden uitgevoerd en ingezaaid met gras. De infiltratiegracht/bekken kan niet worden beplant met verlandingsvegetatie (bv. riet). 

Er moet een dwarsprofiel van het open bufferbekken bijgebracht worden met het niveau van de verschillende inloopleidingen en noodoverloop. Het volume dat voor nuttige buffering instaat is het volume onder de overloop. 

Aan deze voorwaarden is voldaan: het buffervolume bedraagt 49 m³ voor een aangesloten verharde oppervlakte van 0,15 ha. De infiltratie-oppervlakte bedraagt 128 m². 

DEEL 3 CONCLUSIES ONDERZOEK WATERBEHEERDER 

Uit de toepassing van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, is gebleken dat het bouwen van een bowlinghal, e.a. een verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) tot gevolg heeft. Deze verandering heeft geen betekenisvol schadelijk effect op het watersysteem voor zover de volgende voorwaarden worden opgenomen in de vergunning: 

•    De waterdoorlatende verharding mag niet worden voorzien van afwatering.
•    De infiltratiegracht/bekken moet minimaal 30 cm dekking behouden boven de hoogste grondwaterstand, en moet vlak of in tegenhelling worden aangelegd. Bodem en wanden moeten in waterdoorlatende materialen worden uitgevoerd en ingezaaid met gras. De infiltratiegracht/bekken kan niet worden beplant met verlandingsvegetatie (bv. riet). 

Het wateradvies is dan ook voorwaardelijk gunstig.”

Er moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is mits de voorwaarden van de waterbeheerder nageleefd worden. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. 

Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

De plannen geven aan dat het nieuw op te richten gebouw met een horizontale dakoppervlakte van 1519m², er 8 hemelwaterputten met een totale inhoud van 152000 liter geplaatst worden (151890 liter minimum vereist) en dat er recuperatie van het hemelwater voorzien is voor de toiletten, een buitenkraan en de sprinklerinstallatie.

De overloop van de hemelwaterputten wordt aangesloten op een open infiltratievoorziening met een opvangcapaciteit van 49500 liter (minimaal 49137 liter vereist) en een infiltratieoppervlakte van 128m² (minimaal 119,12m² vereist).

De oppervlakte en het volume van de voorzieningen voldoen aan de verordening.

De verordening is niet van toepassing op de aanleg van de voorziene verhardingen. Het hemelwater dat op de verharding valt, wordt namelijk niet opgevangen en afgevoerd, maar kan volgens de aanvraag op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem infiltreren door het gebruik van waterdoorlatende materialen en een groenomranding.

Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Natuurtoets
Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied. Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets
Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving. 
Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag.

Het perceel is 3915m² en gelegen in woongebied.
Er wordt een nieuw gebouw opgericht met een grondoppervlakte van 1518,9m² en er worden verhardingen aangelegd met een oppervlakte van 1408,08m².

Op het terrein was reeds een bowlinghal aanwezig en nagenoeg het volledige terrein was verhard. In de nacht van 10 op 11 april 2021 werd de zaak (bowling Champion) volledig vernield door brand. Het terrein werd intussen opgeruimd.

De nieuwe aanvraag omvat in feite geen bijkomende verstoring van de bodem. Er wordt zeker niet meer dan 1000m² buiten het bestaande/ vroegere/ opgeruimde gabarit gewerkt.

Perceelrapport Onroerend Erfgoed 31-05-2024

Het opgevraagde perceel is geen:
• Beschermd monument
• Beschermd cultuurhistorisch landschap
• Overgangszone
• Beschermd stads- of dorpsgezicht
• Beschermde archeologische site
• Vastgestelde historische tuin of park
• Vastgestelde houtige beplanting met erfgoedwaarde
• Vastgesteld landschapsatlasrelict
• Vastgestelde archeologische zone
• Vastgesteld landschappelijk erfgoed
• Vastgesteld bouwkundig erfgoed
• Erfgoedlandschap
• Gebied geen archeologie
• Unesco werelderfgoed kernzone
• Unesco werelderfgoed bufferzone

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De functie ten opzichte van de oorspronkelijk vergunde toestand blijft ongewijzigd. De conciërgewoning blijft behouden en het nieuwe gebouw verkrijgt opnieuw een gemengde functie dagrecreatie (bowlinghal) met aanvullend café/ eetgelegenheid. Gezien de ligging zijn de gewenste functies inpasbaar.

Mobiliteitsimpact

Er worden 31 parkeerplaatsen ingericht waarvan 1 voorbehouden voor mindervaliden en er worden een 20-tal plaatsen voor fietsen voorzien.
De aanvraag werd ook voor advies voorgelegd aan de dienst mobiliteit.

Uit het advies blijkt dat de inschatting van de maximale extra autoverkeersdruk, op het uur met de hoogste verkeersgeneratie en dit voor het inkomend als uitgaand verkeer, op weekdagen en in het weekend 11 extra voertuigen zal bedragen. 

Uitgaande van de beschikbare gegevens op de plannen en te verwachten aantal werknemers, en bij een maximumcapaciteit waarbij alle tafels en bowlingbanen bezet zijn, is de maximum geschatte parkeervraag voor auto’s 47 plaatsen en voor fietsers 17 plaatsen. 

Op piekmomenten is het afwikkelen van de parkeervraag mogelijk niet toereikend aangezien er 30 + 1 parkeerplaatsen voor auto’s aanwezig zijn, en dient de afwikkeling te gebeuren op het openbaar domein. Als dit slechts sporadisch voorkomt en geen overlast veroorzaakt naar de bewoners, dan is dit aanvaardbaar.
Indien er toch parkeerproblemen ontstaan, dan zal de eigenaar/ exploitant hiervoor een afdoende oplossing moeten zoeken op privaat terrein.

Schaal

Voor de aangegeven functies zijn de voorgestelde afmetingen niet ongebruikelijk. Er is voldoende afstand tot de vrijblijvende perceelgrenzen voorzien ten opzichte van de hoogte van het gebouw.
De afstand tot de linker perceelgrens zal 16,56m (vooraan) à 12,19m (achteraan) bedragen en de afstand tot de rechter perceelgrens bedraagt 5,33m (vooraan) en ca. 4,50m (achteraan). De dakrandhoogte bedraagt 4,95m tegenover het maaiveld. Het gedeelte met 2 bouwlagen (8,10m hoog) bevindt zich op minstens 10,45m afstand tot de perceelgrenzen.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Gelet op de terreinoppervlakte van 4059m², de totale bebouwde oppervlakte van 1769m² (bowlinghal en woonst) en de verhardingen (waterdoorlatend) met een oppervlakte van 1306m², zal zo’n 984m² resteren aan groene ruimte oftewel ca. 24% van de terreinoppervlakte.
De bebouwde/ verharde oppervlakte bedraagt meer dan 75% wat erg hoog is. De voorziene functie noopt echter tot een ruime bebouwing om rendabel te zijn en voldoende parkeerruimte. De footprint kan vergeleken worden met deze van industrieterreinen/ bedrijvensites. Men heeft getracht een groener karakter te bekomen door de parkeerplaatsen (416m²) in grasdallen te voorzien.
In vergelijking met de toestand voor de vernieling door brand, waarbij het terrein nagenoeg volledig verhard was, is dit alleszins een verbetering.
Uitzonderlijk kan de gemeente meegaan in het voorgestelde omdat het in dit specifieke geval gaat om een geval van overmacht waarbij de eigenaar haar zaak verloren heeft. Andere ontwikkelingsvoorstellen dan een heropbouw werden dan ook afgewezen.

Visueel-vormelijke elementen

Het geheel krijgt een moderne industriële look door het gebruik van (geïsoleerde) betonpanelen, met accenten in hout/ houten lamellen en grote glaspartijen in de achtergevel en linker zijgevel. Er wordt evenwel opgelegd dat de afwerking van de betonpanelen dient te gebeuren met glad beton om de architecturale kwaliteit voldoende hoog te houden en meer op residentieel gebruik af te stemmen.
De materialen zijn mooi op elkaar afgestemd en zullen geen negatieve impact hebben op het straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf maximaal behouden. De bestaande verhardingen dienen verwijderd te worden tot in de grond, er dienen 8 hemelwaterputten geplaatst te worden en er wordt een wadi van 128m² aangelegd. Dit zal plaatselijke wijzigingen met zich meebrengen. Algemeen zal het maaiveld zo’n 18cm boven het peil van de wegas (Zavelstraat) liggen, de vloerpas gelijkvloers wordt op 80cm boven het maaiveld voorzien.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Ten opzichte van de eerder vergunde toestand met een bowlinghal valt minder hinder inzake geluid te verwachten doordat het nieuwe gebouw een betere isolatie zal hebben dan het oude gebouw.

Qua vervoersbewegingen valt niet meer hinder te verwachten dan voorheen en er worden op eigen terrein 31 parkeerplaatsen en 20 stallingsplaatsen voor fietsen voorzien. Er zal geen inkijk in de tuinzones van de rechts gelegen woningen zijn door de groenbuffer en gesloten gevel. Voor de parkeerplaatsen en fietsenstalling rechts achteraan is evenwel geen groenbuffering voorzien; deze dienen op 1m afstand tot de perceelgrens rechts aangelegd te worden zodat minstens een haag tot 2m hoog kan aangeplant worden. Dit zal als voorwaarde opgenomen worden. Aan de linkerzijde (braakliggend terrein) wordt een groenbuffer langs de perceelgrens aangelegd.

Milieutechnisch luik

De aanvraag betreft een nieuwe ingedeelde inrichting, namelijk een bowling met bijhorende warmtepomp.

Milieu-aspecten

Het project voorziet in een nieuwe bowlinghal met 14 geautomatiseerde kegelbanen. Voor de verwarming en koeling van de inrichting wordt gebruik gemaakt van een warmtepomp. De warmtepomp bevindt zich in de technische ruimte en heeft een buiten unit boven op het platte dak. De warmtepomp heeft een totale geïnstalleerde drijfkracht van 25 kW.

Ligging t.o.v. de buurt

De inrichting is volgens het gewestplan gelegen in woongebied.
In een straal van 100 m zijn ca. 30 (meer)gezinswoningen gelegen.
Op 3,5 m van de perceelsgrenzen en op 35 m van de bedrijfsgebouwen staat een woning.
Dit maakt dat de inrichting hinder kan creëren voor de buurt.

Bodem

Het bedrijf valt volgens de Vlaremindelingslijst niet onder de categorie van risico-inrichting.

Geluidshinder

Door de aard van de activiteiten kan het bedrijf geluidshinder veroorzaken die buiten het bedrijf waar te nemen is: geluid van de kegelbaan, muziek, geluid en trillingen afkomstig van de warmtepomp,…
Het geluid kan in dergelijke mate storend zijn, dat dit een probleem vormt en volgende maatregelen genomen moeten worden: ramen en deuren gesloten houden zodat buurtbewoners geen geluidsoverlast ondervinden. Trillings- en/of geluidsdempende materialen gebruiken bij de omkasting van de buitenunit van de warmtepomp.
Indien deze maatregelen onvoldoende blijken, moet gebruik gemaakt worden van de best beschikbare technieken om de geluidshinder naar een aanvaardbaar niveau te reduceren.

Luchtverontreiniging

De verwarming van de gebouwen gebeurt d.m.v. een warmtepomp. Bijgevolg is er geen sprake van luchtverontreiniging.

Lichtbeheersing

Het bedrijf maakt geen melding van lichtreclame, klemtoonverlichting of verlichting voor de veiligheid/uitbating. Indien deze toch aanwezig zou zijn, kan dit zorgen voor lichthinder.
Gelet op hoofdstuk 4.6 van Vlarem II: het gebruik en de intensiteit van lichtbronnen in open lucht zijn beperkt tot het noodzakelijke met betrekking tot uitbating en veiligheid. Niet-functionele lichtoverdracht naar de omgeving wordt maximaal beperkt. Klemtoonverlichting wordt gericht op de inrichting of onderdelen ervan.
Lichtreclame mag de normale intensiteit van de openbare verlichting niet overtreffen.

Afvalstoffen

In de aanvraag wordt niet gesproken over afvalstoffen die bij de uitbating geproduceerd zullen worden. De dienst wijst er op de uitbating zich dient te houden aan de wettelijke sorteerverplichtingen, zoals opgelegd in VLAREMA art. 4.3.2.

Voorwaarden

Gezien bovenstaande motivering worden volgende voorwaarden voorgesteld:

•    De van toepassing zijnde algemene en sectorale voorwaarden uit Vlarem II moeten nageleefd worden.
• Het bedrijf zamelt de verschillende bedrijfsafvalstoffen apart in, zoals bepaald in de VLAREMA-wetgeving (VLAREMA, art. 4.3.2.).
•    In geval van geluidsoverlast naar omwonenden moeten gepaste maatregelen genomen worden om de hinder tot een minimum te beperken.

Vergunningstermijnen

Het omgevingsproject vraagt een omgevingsvergunning van onbepaalde duur. Gezien bovenstaande motivering, kan dit gevolgd worden.

Resultaten van het openbaar onderzoek

Er werden 2 bezwaren ingediend.
Deze bezwaarschriften kunnen als volgt samengevat worden: 

Bezwaarschrift: 1 - 09/09/2024

Omschrijving:
Hierbij dienen wij een bezwaar in tegen de geplande bowling. In het verleden is er geluidsoverlast ervaren. Daarom wordt er verzocht om in het ontwerp en de uitvoering van de nieuwe bowling adequate maatregelen te nemen om geluidshinder te voorkomen.
Specifiek wordt gevraagd om het gebruik van geluidsisolatie en andere technieken die effectief zijn in het onderdrukken van het geluid. Dit is essentieel om de rust in de omgeving te waarborgen.
Bij voorbaat dank voor uw begrip en medewerking.

Evaluatie:
In de aanvraag wordt verduidelijkt dat er sandwichpanelen met een dikte van minimaal 20 cm gebruikt zullen worden. Deze panelen zorgen voor een significante geluidsreductie. Gezien het feit dat het een nieuwbouw betreft die volgens moderne isolatienormen gebouwd zal worden, wordt verwacht dat de vroegere geluidsoverlast niet opnieuw zal voorvallen. Indien er toch aanwijzingen zijn dat er sprake is van onaanvaardbare hinder volgens de Vlaremwetgeving, zullen maatregelen opgelegd worden om de hinder naar een aanvaardbaar niveau te herleiden.
In het kader van de beoordeling van hinderaspecten en het gebruiksgenot voor de gebruikers van de aanpalende eigendommen, zal de opmerking betreffende mogelijke geluidshinder meegenomen worden als aandachtspunt.

Bezwaarschrift: 2 - 26/08/2024

Omschrijving:
Bij inzien van de plannen zie ik een open infiltratie op parkeerplaatsen die zijn toegekend op notariële akte  aan het aanliggend pand voor gebruik tijdens de sluitingstijden van de bowling

•    Tussen koper en verkoper werd het volgende overeengekomen:
de bestaande weg aan de voor- en achterzijde van het gebouw, mag ten allen tijde gebruikt worden door de koper, de verkoper en belanghebbenden, al naargelang de noodzakelijkheid;

•    de parkeerplaatsen grenzend aan het eigendom, worden met voorrang gebruikt door de belanghebbenden die zich toegang willen verschaffen naar het eigendom in kwestie. Indien één van beide gebouwen gesloten is, mag de parking vrij gebruikt worden door de belanghebbenden die zich toegang willen verschaffen naar het andere eigendom;

Alsook is de certitudeweg rond het perceel niet meer te zien op het intekeningsplan
Zodat de auto’s / brandweer rond kunnen rijden en zeker bij nood.

Evaluatie:
Gebruiksrechten en erfdienstbaarheden betreffen burgerlijke rechten en geen stedenbouwkundige of milieutechnische aspecten. Binnen de omgevingsaanvraag kan hierover dan ook geen uitspraak gedaan worden.
De bezwaarindiener en aanvrager worden er evenwel op gewezen dat het afleveren van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen géén afbreuk doet aan de burgerlijke rechten zoals erfdienstbaarheden/ gebruiksrechten.
De toegankelijkheid voor de brandweer / hulpdiensten wordt behandeld binnen de adviesverlening. Aangezien een voorwaardelijk gunstig advies verleend werd door de preventiedienst van de brandweer, stelt zich hier geen probleem.

Het bezwaar wordt niet weerhouden.

Bespreking van de adviezen

Een eerste adviesronde werd georganiseerd op 31/05/2024. Naar aanleiding van een wijzigingsaanvraag op 13/08/2024, werd een tweede adviesronde georganiseerd.

•    Het advies van Agentschap Wegen en Verkeer d.d. 2 september 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“Hierbij stuur ik u het advies van mijn afdeling. Gelieve mij een afschrift van de beslissing toe te sturen.
INLICHTINGEN EN BEPERKINGEN
1.Vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N0740002 van 7.2 -45 tot 7.1 +8):
• de grens van het openbaar domein is geschat op 20 meter.
• de rooilijn ligt op 20 meter volgens vigerende wegnormen.
• de zone van achteruitbouw bedraagt 8 meter.
• de minimaal te respecteren bouwlijn ligt op 28 meter.
2. Constructie voor rooilijn
De parkings op privégrond dienen ingepland te worden achter de voorgeschreven rooilijn.
3. Constructie in zone van achteruitbouw
• Peil van de dorpels van het gebouw : 31 cm hoger dan het peil van de uiterste rand van de verharding.
• Regenwaterputten, septische putten , bufferbekkens, een afrit naar een ondergrondse kelder/garage/souterrains, …e.d. dienen achter de bouwlijn te worden ingeplant.
• De sloopwerken / terreinwerken / kapwerken mogen geen hinder veroorzaken voor de weggebruikers. Eventuele vervuiling op openbaar domein ten gevolge van deze werken dient men dagelijks ten eigen laste te verwijderen.
4. Constructie op of over openbaar domein
• De berm dient in zijn oorspronkelijke toestand, zijnde gras, te worden hersteld. Op de onverharde/verharde berm langs de gewestweg mogen er geen parkeerplaatsen ingericht worden. (Cfr BVR 29/03/2002 retributiebesluit).
• Voor elke inname van het openbaar domein zie punt 10 van de algemene voorwaarden. Er dient voorafgaandelijk aan de werken een afzonderlijke aanvraag aan de diensten van Agentschap Wegen en Verkeer te gebeuren (District Centraal-Limburg, Trekschurenstraat 270, B-3500 Hasselt).
• Het is niet toegestaan om losse, kleinschalige materialen (zoals dolomiet, grind,…) te gebruiken op het openbaar domein.
5. Toegang
• Conform de bepalingen dient het perceel aan de perceelgrens onoverrijdbaar te worden afgesloten behoudens vergunde inrit.
• Voor private woningen en gebouwen met een beperkte verkeersgenererende activiteit wordt slechts 1 gebundelde in- en uitrit toegestaan met een maximumbreedte van 4,5 m rekening houdend met de op het openbare domein aanwezige hindernissen.
• De gemeentewegen hebben een toegang verlenende functie waardoor toegangen inherent zijn aan dit type weg conform de inrichtingsprincipes van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. Er mag daarom geen rechtstreekse toegang genomen worden tot de gewestweg N74. De toegang tot het perceel dient uitsluitend te worden genomen langs de gemeenteweg Zavelstraat. De inplanting dient zover als mogelijk te worden voorzien ten opzichte van het kruispunt.
6. Mobiliteitsimpact
• Insteekparkings langs een gewestweg zijn niet toegestaan omwille van de verkeersveiligheid. Het gebruik van insteekparkings geeft onvoldoende zicht bij het oprijden van de gewestweg, wat een gevaar is voor automobilisten en zwakke weggebruikers.
•    Er dienen voldoende parkeerplaatsen (1,5 per woongelegenheid en 1/20 m² handelsruimte) te worden voorzien op de privégrond. Dit zal anders zoekverkeer en overlast bezorgen aan het openbaar domein wat de verkeersveiligheid in het gedrang brengt.

7. Publiciteit
Zie punt 17 van de algemene voorwaarden.

GUNSTIG ADVIES ONDER VOORWAARDEN
Agentschap Wegen en Verkeer blijft bij haar eerder afgeleverd advies.
Om deze redenen adviseert het Agentschap Wegen en Verkeer VOORWAARDELIJK GUNSTIG.
De volgende voorwaarden dienen te worden opgelegd:
•    Er dienen voldoende parkeerplaatsen te worden voorzien op de privégrond. Dit zal anders zoekverkeer en overlast bezorgen aan het openbaar domein wat de verkeersveiligheid in het gedrang brengt. AWV is van mening dat er ruimschoots onvoldoende parkeerplaats voorzien wordt. Gezien de overlast voornamelijk op gemeentelijke wegen wordt verwacht, laten we de beslissing hieromtrent over aan gemeente Zonhoven.
Bij de uitvoering van de vergunning dient de aanvrager rekening te houden met de hierna omschreven aandachtspunten.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van FOD Binnenlandse Zaken - ASTRID veiligheidscommissie d.d. 11 juni 2024 is voorwaardelijk gunstig (advies 1ste adviesronde behouden).

De beslissing van 11/06/2024 blijft behouden.

Dossiernummer: 2024050098
Beslissing nummer: 9387
Datum beslissing: 11/06/2024

Beslissing ASTRID-veiligheidscommissie
Noodzaak van een ASTRID-indoorradiodekking: JA
De beslissing is voorwaardelijk gunstig

Motivering: gezien de hoge onthaalcapaciteit van de nieuwe bowling, heeft de commissie beslist dat er in de nieuwe bowling ASTRID indoordekking dient aanwezig te zijn.

OPGELET: De voorwaarde/motivatie dient expliciet te worden opgenomen in de voorwaarden NA besluit in de vergunning! Zo niet, zal de VCA een beroep indienen tegen de verleende vergunning zonder verdere berichtgeving”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van Fluvius d.d. 14 augustus 2024 is voorwaardelijk gunstig.

Ons vorig advies d.d. 03/07/2024 blijft geldig.

“Nummer projectaanvraag: 5000069973

Naar aanleiding van uw vraag hebben wij een studie opgemaakt voor de aanleg en/of aanpassingen van de nutsleidingen voor het bovenvermeld project en dit op basis van de gegevens waarover wij vandaag beschikken.

Voor dit project dient Fluvius geen werken uit te voeren, noch kosten aan te rekenen. Bij deze hebt u aan onze financiële voorwaarden voldaan. Hiernaast dient u ook aan de technische voorwaarden in dit schrijven en de technische brochures Fluvius te voldoen. Wij brengen de gemeente hiervan op de hoogte. De gemeente zal volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, dit advies opnemen in de omgevingsvergunning.

Bij een eventuele wijziging, zeker indien het gaat om een wijziging van de gevraagde vermogens, of herverkaveling, moet u een nieuwe aanvraag indienen. Op basis van de gewijzigde gegevens zullen wij een studie uitvoeren om te bepalen of een netuitbreiding en/of het plaatsen van een nieuwe distributiecabine vereist is om het project te kunnen aansluiten. De bouwheer dient in dat geval een grond of lokaal op het gelijkvloers ter beschikking te stellen voor deze distributiecabine.

De aansluitingskosten van de individuele woningen, appartementen of panden zijn niet inbegrepen in deze voorwaarden, zij worden later met de offerte voor aansluiting afgerekend. Bijkomende kosten die moeten worden gemaakt naar aanleiding van het verplaatsen van bestaande leidingen of installaties, kunnen afzonderlijk worden aangerekend na de vaststelling van de noodzaak tot verplaatsing.

De volledige reglementering kunt u raadplegen op www.fluvius.be. U dient deze na te leven.

Dit advies blijft geldig tot zes maand na datum en is onder voorbehoud van wijzigingen zoals hierboven vermeld.

Riolering:

We kunnen een voorwaardelijk gunstig advies geven, op voorwaarde dat voldaan wordt aan de hierna volgende opmerkingen en aan de gewestelijke en/of provinciale stedenbouwkundige verordeningen inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater die in uw gemeente van kracht zijn.

1. Algemene bepalingen voor riolering en waterafvoer

De aanvrager dient het Algemeen Waterverkoopreglement, de aanvullende voorwaarden en de aanvullende technische voorschriften van Fluvius na te leven.

De aanvrager dient ook de voorwaarden zoals bepaald in afdeling 6.2.2. van Vlarem II voor de afvoer van hemel- en afvalwater na te leven. 

De aanvrager staat in voor de plaatsing van de privériolering voor het bouwproject en is verplicht deze uit te voeren volgens de wettelijke bepalingen ter zake. Zo dient hij onder meer te voldoen aan de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater (GSV ‘hemelwater’) van 2/10/2023. 

Als voor het bouwproject een aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel noodzakelijk is, dient de aanvrager zo snel mogelijk na het bekomen van de bouwvergunning een aanvraag tot aansluiting op het openbaar rioleringsstelsel aan te vragen. Dit kan online via www.fluvius.be.

Van zodra de aansluitputjes (1 DWA- & 1 RWA-putje) geplaatst zijn, is de effectieve plaats en diepte van de aansluiting gekend. De privéwaterafvoer dient hierop afgestemd te worden. Alle maatregelen die de aanvrager dient te nemen tot het aanpassen van de privéwaterafvoer om te kunnen aansluiten, als niet aan deze voorwaarden voldaan wordt, zijn ten laste van de aanvrager.

Alleen Fluvius of een door ons aangestelde uitvoerder zorgt voor de realisatie van het gedeelte van de aansluiting op het openbaar domein tot aan de perceelsgrens van het privédomein.

Als de privériolering niet correct en volledig volgens deze wettelijke bepalingen werd uitgevoerd, zelfs als dit niet expliciet door de stedenbouwkundige vergunning werd opgelegd, behoudt Fluvius zich het recht voor om dit perceel niet aan te sluiten op het openbaar rioleringsstelsel.

Als de bouwplannen en meer specifiek het rioleringsplan niet in overeenstemming zijn met deze voorschriften, hebben deze voorschriften voorrang.

We raden aan om:

•    Geen sifonputjes te plaatsen op de vuilwaterafvoerleiding(en) aangezien deze putjes vaak verstoppen en in principe alle waterafvoeren in de woning een waterslot/sifon hebben.

•    Het opgeslagen water van de hemelwaterput optimaal te gebruiken voor eventueel het spoelen van de toiletten, een buitenkraan voor het wassen van de auto, het besproeien van de tuin, … en eventueel voor de wasmachine.

•     Een terugslagklep te plaatsen op de overloop van de hemelwaterput om terugstuwing vanuit de riolering te vermijden.

•     Een ontluchting te voorzien op het private vuilwaterafvoerstelsel, eventueel via een ontluchtingspijp door het dak.

•    Het is niet toegestaan om drainageleidingen aan te sluiten op de openbare riolering. Overeenkomstig de milieuwetgeving dient dit op eigen terrein te worden geïnfiltreerd.

2. Specifieke opmerkingen op het dossier

Sloop

Bij de sloop dient de bestaande huisaansluiting(en) tijdelijk of definitief buiten dienst gesteld te worden door de klant. De huisaansluiting dient hierbij buiten dienst gesteld te worden op dergelijke wijze dat de huisaansluiting water- en gronddicht is afgesloten en detecteerbaar op terrein. Het afsluiten dient onmiddellijk bij sloop van de riolering te gebeuren zodat geen aarde, slijk of grof vuil via de huisaansluiting in de riolering terecht komt.

Bestaande rioolaansluiting herbruiken (nr 73-71A-71 samen aan te sluiten).

De bestaande huisaansluiting dient door de aanvrager gedetecteerd te worden, en dit dient te gebeuren nog voor de start van de grondwerken. Indien er een bestaande huisaansluiting aanwezig is t.h.v. de rooilijn dienen de eventuele nieuwe hemelwaterafvoerleiding en vuilwaterafvoerleiding t.h.v. de rooilijn tot aan en niet dieper dan de bestaande huisaansluiting gebracht te worden. T.h.v. de bestaande huisaansluiting voorziet de aanvrager aan de rooilijn op privaat domein aparte controleputjes op de eventuele hemelwaterafvoer en op de eventuele vuilwaterafvoer indien dit nog niet aanwezig is. Dit ontslaat de klant niet van het indienen van een aansluitingsaanvraag bij Fluvius.

Infiltratievoorziening

Volgens de GSV “hemelwater”, dient voor de verharding en dakoppervlakte een bovengrondse infiltratievoorziening toegepast te worden.

Het buffervolume van de infiltratievoorziening dient minimum 33 liter per vierkante meter referentieoppervlakte te bedragen. De infiltratievoorziening mag niet dieper zijn dan 50cm. Het buffervolume dient zich volledig tussen de bodem en het peil van de noodoverlaat te bevinden

De oppervlakte van de infiltratievoorziening dient minimaal 8% van de afwaterende oppervlakte.

De eventuele noodoverloop dient voldoende hoog voorzien te worden, en niet dieper dan 30 cm onder het laagste deksel of aangesloten kolk, en zodanig dat de noodoverlaat zich boven de hoogste grondwaterstand bevindt. Deze noodoverlaat dient te allen tijde inspecteerbaar en bereikbaar te zijn (bv. onder een deksel). Er wordt enkel een aansluiting met max. diam. 160 mm als overloop van de infiltratievoorziening toegestaan. Op de overloop van de infiltratievoorziening moet een terugslagklep staan, zodat geen water vanuit de openbare riolering kan terugstromen in de infiltratievoorziening.

Indien een hemelwaterput gebouwd wordt dient de overloop van de hemelwaterput aangesloten te worden op de toevoer naar de infiltratievoorziening.

3. Keuring privéwaterafvoer

Door het in voege treden van het Algemeen Waterverkoopreglement is de keuring van de privéwaterafvoer verplicht sinds 1 juli 2011. Elke rioleringsaansluiting op het openbaar rioleringsstelsel dient een keuring van de privéwaterafvoer te ondergaan conform artikel 12/1, §1 van het Algemeen Waterverkoopreglement. De keuring dient uitgevoerd te worden vóór de eerste ingebruikname van de privéwaterafvoer. Enkel de door Fluvius erkende keurders komen voor deze keuring in aanmerking (zie Keuring riolering | Fluvius).

Wij hopen u met deze informatie van dienst te zijn. Indien u hieromtrent nog vragen hebt, kunt u ons altijd contacteren.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie d.d. 13 september 2024 is voorwaardelijk gunstig.

Gunstig mits naleven van gestelde voorwaarden.

 De hulpverleningszone Zuid-West Limburg geeft een GUNSTIG brandweeradvies mits naleving van de voorwaarden en opmerkingen in de bijlage advies HA-2000-075-003. 

Op het ogenblik van de beëindiging van de werken, dient de aanvrager de preventieafgevaardigde van de betreffende brandweerpost hiervan in te lichten, ten einde de burgemeester op de hoogte te kunnen brengen van het feit of er al dan niet aan de opgelegde brandvoorkomingsmaatregelen gevolg werd gegeven. Gelieve bij elke correspondentie de nummering onder “ons kenmerk” te vermelden. 

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.
Indien structurele aanpassingen dienen te gebeuren om te voldoen aan de gestelde voorwaarden en opmerkingen, dient een gewijzigde omgevingsaanvraag ingediend te worden.

 •    Onroerend Erfgoed Limburg heeft op 13 augustus 2024 aangegeven dat ze geen advies gaan verstrekken.

“Geen advies vereist. Hou wel rekening met de archeologieregelgeving indien van toepassing.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich hier bij aan.

•    Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie Limburg d.d. 21 augustus 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“Hierbij kan ik u meedelen dat het dossier in het kader van de watertoets voorwaardelijk gunstig beoordeeld werd.
Ik verzoek u evenwel de voorwaarden in de omgevingsvergunning op te nemen zoals ze geformuleerd werden in het bijgaand advies.

Advies in verband met de watertoets
DOSSIER: HET BOUWEN VAN EEN BOWLINGHAL, E.A.
DEEL 1 INLICHTINGENFICHE
Aanvrager: WCK Management bv, Zavelstraat 71 te 3520 Zonhoven 

Ontwerper: BISAR Business Architecture bvba, Grensstraat 82, 3740 Bilzen

Ligging van het perceel:
kadaster: gemeente Zonhoven, afdeling 1, sectie B, nr. 410H
adres: Zavelstraat 71 

niet gelegen in een overstromingsgevoelig gebied

Waterloop en machtiging
stroomgebied van de onbevaarbare waterlopen: ROOSTERBEEK, nummer 43, categorie: 2de 

watering: neen 

DEEL 2 WATERADVIES I.V.M. DE WATERTOETS 
(art. 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018)
1 Beschrijving van het watersysteem 

• Het betreft een activiteit binnen het stroomgebied van een onbevaarbare waterloop van 2de categorie. 
• Het perceel is volgens het gewestplan gelegen in woongebied 
• Het perceel is daarenboven gelegen in: 
o het bekken van de Demer 
o het deelbekken Midden-Demer 

2 Waterplannen 

Het stroomgebiedbeheerplan van de Schelde is van toepassing.

3 Toetsen aan de doelstellingen decreet integraal waterbeheer, gecoördineerd op 15 juni 2018 – artikel 1.2.2 

De adviesvraag handelt over de richtlijn gewijzigd afstromingsregime. 

Vanaf een verharde oppervlakte van meer dan 1 000 m² moet door de vergunningverlenende instantie advies worden gevraagd aan de waterbeheerder met betrekking tot mogelijke schadelijke effecten op de toestand van het oppervlaktewater. In het kader daarvan moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden: het volume van de open infiltratievoorziening moet minimaal 330 m³/ha verharde oppervlakte bedragen (los van de aanwezige hemelwaterputten), de infiltratieoppervlakte moet minimaal 8 % van de verharde oppervlakte bedragen. De infiltratiegracht/bekken moet minimaal 30 cm dekking behouden boven de hoogste grondwaterstand, en moet vlak of in tegenhelling worden aangelegd. Bodem en wanden moeten in waterdoorlatende materialen worden uitgevoerd en ingezaaid met gras. De infiltratiegracht/bekken kan niet worden beplant met verlandingsvegetatie (bv. riet). 

Er moet een dwarsprofiel van het open bufferbekken bijgebracht worden met het niveau van de verschillende inloopleidingen en noodoverloop. Het volume dat voor nuttige buffering instaat is het volume onder de overloop. 

Aan deze voorwaarden is voldaan: het buffervolume bedraagt 49 m³ voor een aangesloten verharde oppervlakte van 0,15 ha. De infiltratie-oppervlakte bedraagt 128 m². 

DEEL 3 CONCLUSIES ONDERZOEK WATERBEHEERDER 

Uit de toepassing van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, is gebleken dat het bouwen van een bowlinghal, e.a. een verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) tot gevolg heeft. Deze verandering heeft geen betekenisvol schadelijk effect op het watersysteem voor zover de volgende voorwaarden worden opgenomen in de vergunning: 

•    De waterdoorlatende verharding mag niet worden voorzien van afwatering.

•    De infiltratiegracht/bekken moet minimaal 30 cm dekking behouden boven de hoogste grondwaterstand, en moet vlak of in tegenhelling worden aangelegd. Bodem en wanden moeten in waterdoorlatende materialen worden uitgevoerd en ingezaaid met gras. De infiltratiegracht/bekken kan niet worden beplant met verlandingsvegetatie (bv. riet). 

Het wateradvies is dan ook voorwaardelijk gunstig.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

 •    Het advies van Proximus d.d. 19 augustus 2024 is gunstig.

“Met aandacht hebben wij uw adviesvraag onderzocht. Proximus voorziet geen uitbreidingen voor de aansluiting van dit project.
Aanvragen tot aansluiting op het Proximus netwerk kunnen door de aanvrager gericht worden naar onze klantendienst via het nummer 0800 22 800. In functie van de beschikbare capaciteit van onze infrastructuur op dat moment, bekijken we de mogelijkheden om een aansluiting te voorzien.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies.

•    Het 1ste advies van Inter Vlaanderen d.d. 3 juni 2024 was ongunstig. Naar aanleiding van dit negatief advies werd een wijzigingsaanvraag ingediend.

Het advies van Inter d.d. 14 augustus 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“1 Bijlage B26 verantwoordingsnota omgevingsvergunning: Toegankelijkheidstoelichting / checklist inzake toegankelijkheid

Er is een toegankelijkheidstoelichting aanwezig.

Er worden geen afwijkingen aangevraagd

2 Verplichting advies

Niet verplicht

3 Toepassingsgebied

Dit advies is van toepassing op het (deel van het) gebouw dat gebouwd, herbouwd, verbouwd of uitgebreid wordt.

De aanvraag betreft:
Art. 3: Gebouw(en) waarbij de totale publiek toegankelijke oppervlakte groter is dan 400 m².

Het besluit is van toepassing op: alle nieuw te bouwen, te herbouwen, te verbouwen of uit te breiden publiek toegankelijke delen van een constructie.

Indien een aanvraag valt onder de toepassing van de Vlaamse stedenbouwkundige verordening toegankelijkheid, dan dienen de normbepalingen van hoofdstuk III vii te worden nageleefd. De normen, principetekeningen en bijkomende info kan teruggevonden worden op www.toegankelijkgebouw.be.

4 Normen
4.1 Het gebouw
4.1.1 Verbruiksruimte (art. 6):

Het advies is van toepassing op de verbruiksruimte op één niveau, op voorwaarde dat op dat niveau dezelfde functies aangeboden worden als op andere niveaus, zelfs als de totale voor het publiek toegankelijke oppervlakte groter is dan 400 m².

5 Bijkomende informatie

Evacuatie bij brand:

De evacuatie van personen met een beperking bij brand dient door de ontwerper besproken met de plaatselijke brandweer en worden voorzien overeenkomstig het wijzigingsbesluit van 12 juli 2012 tot vaststelling van de basisnormen voor de preventie van brand en ontploffing waaraan de nieuwe gebouwen moeten voldoen.

Ruimtes voor personeel:
Volgens de bepalingen art. 1 punt 15° en art. 2 §1 vallen de ruimtes die “alleen toegankelijk zijn voor werknemers” niet onder in de hierboven vermelde stedenbouwkundige verordening.

Doch volgens de bepalingen van de codex over het welzijn op het werk (Hoofdstuk 1, art. III. 1-3) is het noodzakelijk van nieuwe arbeidsplaatsen in te richten rekening houdend de eventuele tewerkstelling van werknemers met een handicap.

Aanbevelingen voor het realiseren van een integraal toegankelijk gebouw:
• Handboek Toegankelijkheid Publieke Gebouwen (www.toegankelijkgebouw.be) 
• Vademecum ‘Publiek toegankelijk domein’”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

 •    Het 1ste advies van De Watergroep d.d. 28 juni 2024 was ongunstig.
Het advies van De Watergroep d.d. 14 augustus 2024 is gedeeltelijk voorwaardelijk gunstig.

“Advies van De Watergroep
Advies ACCA

Gedeeltelijk gunstig advies met voorwaarden

Er is geen uitbreiding/verzwaring van het drinkwaternet noodzakelijk.

De plaats van de watermeter(s) dient te beantwoorden aan de voorschriften van De Watergroep. Het meterlokaal moet aangepast zijn aan de diameter van de aftakking.

In het meterlokaal moet een werkput voorzien worden van 1 x 1 x 1,2m. Vanuit deze put tot buiten het gebouw moet een wachtbuis van minstens 150 mm geplaatst worden. Als deze tijdelijke put niet aanwezig is, behoudt De Watergroep zich het recht om de aftakking niet uit te voeren.

Bij het ontwerp moet rekening gehouden worden met het volgende:

•    Het is niet toegelaten om een automatische brandblusinstallatie zoals bijvoorbeeld een sprinklerinstallatie rechtstreeks aan te sluiten op het drinkwaternet. De sprinkler moet aangesloten worden via een drukloos voorraadvat.

•    De Watergroep zet alle passende middelen in om de continuïteit van de waterlevering op elk moment te verzekeren. De Watergroep levert water onder normale druk op straatniveau. De klant moet zelf de nodige maatregelen treffen om de door hem gewenste druk en het door hem gewenste debiet te garanderen op de aftappunten (ook deze voor brandbestrijding).

•    De diameter van de aftakking wordt door De Watergroep bepaald op basis van het effectieve verbruik (hierbij wordt geen rekening gehouden met bluswater).

•    De Watergroep plaatst geen hydranten op privaat terrein.

De kosten van de nieuwe aftakkingen zijn ten laste van de aanvragers.

De erfdienstbaarheid ten voordele van De Watergroep dient vastgelegd te worden in een akte. Wij werken niet met een onderhandse overeenkomst.

Je dient hiervoor een notaris aan te stellen, die ons een ontwerpakte bezorgt. De notaris dient vervolgens contact met ons op te nemen, zodat wij hem de nodige documenten kunnen bezorgen en onze goedkeuring kunnen geven over het ontwerp.

Wij dienen ook te beschikken over een opmetingsplan, waarop de erfdienstbaarheid met coördinatenlijst wordt aangegeven.

Na het verkrijgen van de ontwerpnota en het landmetersplan, dienen wij intern een nota op te stellen. Na goedkeuring van deze nota, bezorgen wij de beslissingsnota aan de notaris, waarna de akte kan ondertekend worden.

De aanleg van de leiding kan slechts worden uitgevoerd na het verlijden van de akte.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van dienst facilitair management d.d. 14 juni 2024 is voorwaardelijk gunstig (advies 1ste adviesronde behouden).

“Gunstig voor de werken zoals voorgesteld, mits volgende voorwaarden worden voldaan:

Het aanplanten van 12 streekeigen en/of Klimaat robuuste hoogstambomen van minimaal 2de grootte in een maat niet kleiner dan 14/16. De bomen worden aangeplant in het plantseizoen volgend op het beëindigen van de werken.

De verplicht aan te planten bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden op basis van een goedgekeurde gemotiveerde omgevingsvergunning. Bestaande vrijstellingen die er zijn voor het rooien van bomen, zoals bv. afstand tot de woning en omtrek van de boom, komen te vervallen.

Voor de verplicht aan te planten bomen is er een groeigarantie, d.w.z. dat deze bomen bij afsterven altijd zullen vervangen moeten worden.

Volgende links kunnen nuttig zijn in de zoektocht naar geschikte bomen:
- https://www.plantvanhier.be/plantengids
- https://www.ecopedia.be/bomenwijzer

Volgende links bevatten info over beschermen van bomen op werven:
- https://www.vvog.info/publicaties/beschermen-van-bomen
- https://www.deboomdokter.be/bomen-beschermen/

Het plantseizoen loopt van 15 september tot en met 15 mei.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van dienst mobiliteit d.d. 27 juni 2024 is voorwaardelijk gunstig. (advies 1ste adviesronde behouden)

“Voorliggende aanvraag bevindt zich in de Zavelstraat (erftoegangsweg) met op 150 m de aansluiting met de N74 (regionale weg). Deze biedt een vlotte ontsluiting zowel in noordelijke als zuidelijke richting. Oostwaarts is er een ontsluiting naar het centrum via het Dorpsplein (op 500m). Naar verwachting is het merendeel van het inkomend en uitgaand verkeer gericht op de N74. Voor wat betreft extra verkeersbewegingen als gevolg van deze inrichting is gebruik gemaakt van de maatgevende ritdistributie voor het thema ‘ontspanning’ (het richtlijnenboek mobiliteitseffectstudies, mobiliteitstoets en mober - Departement Mobiliteit & Openbare Werken). Dit is een inschatting van de maximale extra autoverkeersdruk op het uur met de hoogste verkeersgeneratie en dit voor het inkomend als uitgaand verkeer. Deze bedraagt op weekdagen en in het weekend 11 extra voertuigen. 

Voor de inschatting van de benodigde capaciteit aan fiets- en autoparkeervoorzieningen is gebruik gemaakt van de beschikbare kencijfers (recreatie) uit het richtlijnenboek mobiliteitseffectstudies, mobiliteitstoets en mober (Departement Mobiliteit & Openbare Werken) en dit voor het regionaal stedelijk gebied randgemeenten. Uitgaand van de beschikbare gegevens op het grondplan (7 bowlingbanen en 22 zittafels voor 4 personen), het aantal werknemers (keuken, bediening, poets, administratie) en bij een maximumcapaciteit waarbij alle tafels en bowlingbanen bezet zijn, is de maximum geschatte parkeervraag voor auto’s 47 plaatsen en voor fietsers 17 plaatsen. Op basis van eigen gegevens van de uitbater kan dit mogelijk verder gespecifieerd worden. Momenteel telt de parking volgens het grondplan 30 autoparkeerplaatsen en 1 parkeerplaats voor personen met een handicap. Er zijn 20 fietsparkeerplaatsen aanwezig. Op piekmomenten is het afwikkelen van de parkeervraag mogelijk niet toereikend en dient de afwikkeling te gebeuren op het openbaar domein. Als dit slechts sporadisch voorkomt en geen overlast veroorzaakt naar de bewoners, dan is dit aanvaardbaar. 

De maatvoering van de schuine, de haakse, de langsparkeerplaatsen en de andersvalidenparkeerplaats is in overeenstemming met de ontwerprichtlijnen zoals geformuleerd in het vademecum duurzaam parkeerbeleid. De ingeschatte manoeuvreerruimte op basis van het grondplan is voldoende voor dit type parkeerplaatsen. 

De maatvoering van de fietsvoorzieningen is niet gespecifieerd. Op basis van de gegevens op het grondplan is deze te krap voor het aantal fietsen. Het is wenselijk om deze in te richten voor diverse doelgroepen (o.a. buitenmaatse fietsen,..). Deze dienen in overeenstemming te zijn met de ontwerprichtlijnen zoals geformuleerd in het vademecum fietsvoorzieningen. Bij voorkeur bevindt deze infrastructuur zich dichterbij de inkom.

De functie van de polyvalente ruimte is niet gespecifieerd. Genereert deze extra bezoekers?

Advies: Voorwaardelijk gunstig

Motivatie/Voorwaarden:
•    Fietsinfrastructuur inrichten conform de aanbevelingen van het vademecum fietsvoorzieningen met aandacht voor diverse doelgroepen en indien mogelijk dichter bij de ingang.
•    De uitbater stimuleert het personeel om duurzame woon-werkverplaatsingen te maken.
•    De mogelijkheden bestuderen om (semipublieke) laadpalen te voorzien.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.
Indien wijzigingen doorgevoerd moeten worden aan de terreininrichting/ het inplantingsplan, dan dient hiervoor een nieuwe omgevingsvergunning bekomen te worden.

    8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.

De vergunningsduur kan verleend worden voor onbepaalde duur.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarden

•    Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer moet gevolgd worden.

•    Het advies van De Watergroep moet gevolgd worden.

•    Het advies van de Provincie Limburg, Dienst water en domeinen, moet gevolgd worden.

•    Het advies van Inter moet gevolgd worden.

•    Het advies van de Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie, moet gevolgd worden.

•    Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.

•    Het advies van de ASTRID veiligheidscommissie dient gevolgd te worden.

Er werd door de ASTRID-veiligheidscommissie beslist dat ASTRID- indoorradiodekking noodzakelijk is en moet voorzien worden.
Motivering: gezien de hoge onthaalcapaciteit van de nieuwe bowling, heeft de commissie beslist dat er in de nieuwe bowling ASTRID indoordekking dient aanwezig te zijn.

•    Het advies van de dienst mobiliteit moet gevolgd worden.

•    Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:

Gunstig voor de werken zoals voorgesteld, mits volgende voorwaarden worden voldaan:
Het aanplanten van 12 streekeigen en/of Klimaat robuuste hoogstambomen van minimaal 2de grootte in een maat niet kleiner dan 14/16. De bomen worden aangeplant in het plantseizoen volgend op het beëindigen van de werken.
De verplicht aan te planten bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden op basis van een goedgekeurde gemotiveerde omgevingsvergunning. Bestaande vrijstellingen die er zijn voor het rooien van bomen, zoals bv. afstand tot de woning en omtrek van de boom, komen te vervallen.
Voor de verplicht aan te planten bomen is er een groeigarantie, d.w.z. dat deze bomen bij afsterven altijd zullen vervangen moeten worden. (eventueel advies plakken)
Bewijs van de aanplant moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk 3 maand na het plantseizoen volgend op de ingebruikname.

•    De parkeerplaatsen en fietsenstalling rechts achteraan dienen op 1m afstand tot de perceelgrens rechts aangelegd te worden en in deze strook van 1m dient een haagaanplanting te gebeuren tot 2m hoog als groenbuffer.

•    De groenzones zoals aangegeven op het inplantingsplan, dienen aangeplant te worden met inheemse bomen, struiken, hagen. Er dient een gelaagde beplanting voorzien te worden, niet enkel gazon en de verplicht aan te planten bomen. Langsheen de perceelgrenzen dient een beplanting tot 2m hoog voorzien te worden zodat een visuele afscherming aanwezig is. De wadi dient ingezaaid met gras.

Bijzondere milieuvoorwaarde

•    De van toepassing zijnde algemene en sectorale voorwaarden van Vlarem II moeten worden nageleefd.

•    Het bedrijf zamelt de verschillende bedrijfsafvalstoffen apart in, zoals bepaald in de VLAREMA-wetgeving (VLAREMA, art. 4.3.2.).

•    In geval van geluidsoverlast naar omwonenden moeten gepaste maatregelen genomen worden om de hinder tot een minimum te beperken.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 07/11/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan mevrouw Suzy Knevels wonende te Zavelstraat 71 te 3520 Zonhoven en WCK Management BV met als contactadres Zavelstraat 71 te 3520 Zonhoven voor het bouwen van een bowlinghal en terreinaanlegwerken en de uitbating ervan, gelegen te Zavelstraat 71 kadastraal gekend als afdeling 1 sectie B nr. 410H.

De aanvraag voor de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit omvat: 

Rubriek

Omschrijving

Hoeveelheid

Klasse

16.3.2°a)

Er wordt een warmtepomp van 25kW voorzien. Deze zal gebruikt worden voor verwarming/koeling. (Nieuw)

25 kW

3

32.3.

Er worden 14 geautomatiseerde kegelbanen voorzien. (Nieuw)

14 stuks

3


Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:
Stedenbouwkundige voorwaarden

  • Het advies van het Agentschap Wegen en Verkeer moet gevolgd worden.
  • Het advies van De Watergroep moet gevolgd worden.
  • Het advies van de Provincie Limburg, Dienst water en domeinen, moet gevolgd worden.
  • Het advies van Inter moet gevolgd worden.
  • Het advies van de Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie, moet gevolgd worden.
  • Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.
  • Het advies van de ASTRID veiligheidscommissie dient gevolgd te worden.
    Er werd door de ASTRID-veiligheidscommissie beslist dat ASTRID- indoorradiodekking noodzakelijk is en moet voorzien worden.
    Motivering: gezien de hoge onthaalcapaciteit van de nieuwe bowling, heeft de commissie beslist dat er in de nieuwe bowling ASTRID indoordekking dient aanwezig te zijn.
  • Het advies van de dienst mobiliteit moet gevolgd worden.
  • Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:
    Gunstig voor de werken zoals voorgesteld, mits volgende voorwaarden worden voldaan:
    Het aanplanten van 12 streekeigen en/of Klimaat robuuste hoogstambomen van minimaal 2de grootte in een maat niet kleiner dan 14/16. De bomen worden aangeplant in het plantseizoen volgend op het beëindigen van de werken.
    De verplicht aan te planten bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden op basis van een goedgekeurde gemotiveerde omgevingsvergunning. Bestaande vrijstellingen die er zijn voor het rooien van bomen, zoals bv. afstand tot de woning en omtrek van de boom, komen te vervallen.
    Voor de verplicht aan te planten bomen is er een groeigarantie, d.w.z. dat deze bomen bij afsterven altijd zullen vervangen moeten worden. (eventueel advies plakken)
    Bewijs van de aanplant moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk 3 maand na het plantseizoen volgend op de ingebruikname.
  • De parkeerplaatsen en fietsenstalling rechts achteraan dienen op 1m afstand tot de perceelgrens rechts aangelegd te worden en in deze strook van 1m dient een haagaanplanting te gebeuren tot 2m hoog als groenbuffer.
  • De groenzones zoals aangegeven op het inplantingsplan, dienen aangeplant te worden met inheemse bomen, struiken, hagen. Er dient een gelaagde beplanting voorzien te worden, niet enkel gazon en de verplicht aan te planten bomen. Langsheen de perceelgrenzen dient een beplanting tot 2m hoog voorzien te worden zodat een visuele afscherming aanwezig is. De wadi dient ingezaaid met gras.

Bijzondere milieuvoorwaarde

  • De van toepassing zijnde algemene en sectorale voorwaarden van Vlarem II moeten worden nageleefd.
  • Het bedrijf zamelt de verschillende bedrijfsafvalstoffen apart in, zoals bepaald in de VLAREMA-wetgeving (VLAREMA, art. 4.3.2.).
  • In geval van geluidsoverlast naar omwonenden moeten gepaste maatregelen genomen worden om de hinder tot een minimum te beperken.
15.

2024_CBS_01161 - OMV - Vergunning - Elstrekenweg 132A - 2024/00087 - Gedeeltelijke goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
15.

2024_CBS_01161 - OMV - Vergunning - Elstrekenweg 132A - 2024/00087 - Gedeeltelijke goedkeuring

2024_CBS_01161 - OMV - Vergunning - Elstrekenweg 132A - 2024/00087 - Gedeeltelijke goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2024/00087

Referentie omgevingsloket:    OMV_2024031749

De aanvraag, ingediend door de heer Franky Colson wonende te Elstrekenweg 132A te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 30/04/2024 en op 30/07/2024 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Elstrekenweg 132A, kadastraal gekend als afdeling 2 sectie D nrs. 132E104 en 149K.

De aanvraag gaat over het verbouwen en uitbreiden van een woning, het slopen en regulariseren van bijgebouwen en de aanleg van verhardingen.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

    De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied met landelijk karakter en natuurgebied.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.

De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan RUP zonevreemde woningen, goedgekeurd op 29 november 2017gelegen binnen perimeter heidegebied.

Het project maakt deel uit van de goedgekeurde verkaveling 7204.V.75 goedgekeurd op 28 juli 1964, het betreft lot 15.

De aanvraag wijkt af van volgende verkavelingsvoorschriften: 

-    Scheidingsmuur: 

De verkavelingsvoorschriften stellen dat wanneer het om het gaat om gegroepeerde constructies, zijnde scheidingsmuren, welke niet hoger zijn dan 2m en waarvan de diepte niet meer is dan 3m, toegelaten zijn aan de achterkant van de constructies in het verlengde van de mandelige muur van de gebouwen.

Het ontwerp voorziet een scheidingsmuur met een diepte van meer dan 3m. 

-    Bouwhoogte afzonderlijke garage:

De verkavelingsvoorschriften stellen dat een afzonderlijke garage gekoppeld met een andere dergelijke constructie mag gebouwd worden op de perceelsgrens. In dit geval zullen ze verplichtend met een plat dak uitgevoerd worden, de hoogte zal verplichtend 2.6m bedragen. 

Het ontwerp voorziet een garage gekoppeld aan een dergelijke constructie op de perceelsgrens met een hoogte van 2.65m aan de voorgevel en 3m aan de achtergevel van deze garage. 

De verkaveling is ouder dan 15 jaar.  Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

•    algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

•    Stedenbouwkundige vergunning (1976/00052) voor het bouwen van een woonhuis - goedgekeurd op 07/04/1976.

•    Verkavelingsvergunning (7204.V.75) voor het verkavelen van een grond - goedgekeurd op 28/07/1964.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

    Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich aan de Elstrekenweg, een gemeenteweg in Zonhoven.

De nabije omgeving bestaat uit residentiële bebouwing in open en halfopen verband. De woningen werden voornamelijk opgericht met 1 of 2 bouwlagen onder een hellend dak en enkele woningen met een plat dak. De woningen zijn hoofdzakelijk afgewerkt met een gevelsteen in diverse tinten en texturen. 

Het rechts aanpalend perceel is bebouwd met een halfopen eengezinswoning met twee bouwlagen onder een hellend dak. Het links aanpalend perceel is bebouwd met een vrijstaande eengezinswoning met 1 bouwlaag onder een hellend dak. 

Het perceel van de aanvraag is bebouwd met een halfopen eengezinswoning opgericht in 1976. De woning werd ingeplant op 11,50m uit de voorste perceelsgrens en op 4,35m uit de linker perceelsgrens. De woning werd opgericht met twee bouwlagen onder een hellend dak. De woning heeft een bouwbreedte van 8,65m en een bouwdiepte van 8,05m. Tegen de linker perceelsgrens bevindt zich een garage met een diepte van 9m en een breedte van 4,20m. Tegen de rechter perceelsgrens werd een scheidingsmuur gebouwd op het naastliggend perceel. Deze scheidingsmuur heeft een lengte van meer dan 3m en een hoogte van 2m. Het uiteinde van de deze scheidingsmuur gaat over in een boog op het perceel van de aanvraag. In de achtertuin bevindt zich een tuinhuis met een oppervlakte van 6m² en heel wat verhardingen aangelegd in cirkels en bogen. 

Het achterliggend perceel (149K) is gelegen in natuurgebied en VEN-gebied. Dit perceel werd vertuind (aanleggen van gazon) en hierop werd een moestuin aangelegd en een kippenhok geplaatst met een oppervlakte van 6m².

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het verbouwen en uitbreiden van een halfopen eengezinswoning, het wijzigen van de voorgevel, het regulariseren van de garage, het slopen van kleine vrijstaande bijgebouwen en de herinrichting van het terrein. 

Het kippenhok met een oppervlakte van 6m² en een moestuin met tuinpaden in boomschors, aanwezig op het achterliggend perceel 149K zullen gesloopt worden. De afbraak van deze niet vergunde constructies is niet vergunningsplicht

De bestaande woning wordt verbouwd en uitgebreid. De inplanting van het hoofdvolume wordt licht gewijzigd door het aanbrengen van gevelisolatie langs de buitenzijde en de afwerking hiervan. De woning zal hierdoor ingeplant worden op 11,30m uit de voorste perceelsgrens en op 4,15m uit de linker perceelsgrens. Het hoofdvolume bestaat uit twee bouwlagen onder een hellend dak. Het dak zal vernieuwd worden, de huidige kroonlijsthoogte van 5,65m en de nokhoogte van 8,10m ten opzichte van het maaiveld, blijven behouden. De raamopeningen in de voorgevel zullen licht gewijzigd worden. Er wordt een uitbreiding achteraan het hoofdvolume voorzien met een breedte van 8,85m en een diepte van 5,10m. Dit brengt de totale bouwdiepte op 13,35m. De uitbreiding wordt uitgevoerd met een plat dak, met een dakrandhoogte van 3,50m ten opzichte van het maaiveld. De gevelafwerking van de woning en de uitbreiding is voorzien in witte gevelbepleistering gecombineerd met een zwarte plint onderaan en buitenschrijnwerk in zwart aluminium. De dakbedekking van het hoofdvolume wordt voorzien in zwarte dakpannen. 

Intern wordt het gelijkvloers ingericht met een inkomhal met trap en toilet, een bureau, een leefruimte met aansluitend een open keuken en een berging. Op de verdieping voorziet men 3 slaapkamers en een badkamer. 

De bestaande garage, tegen de garage van de buur, met een breedte van 4,20m en een diepte van 9m werd uitgevoerd met een dakrandhoogte van 3m ten opzichte van het maaiveld. Het hemelwater infiltreert op eigen terrein. Het regulariseren van deze garage, opgericht tegen een bestaande scheidingsmuur van de buren, is niet van toepassing, daar men zich kan beroepen op het vrijstellingsbesluit.

Behoudens het verbouwen en uitbreiden van de woning worden er ook verhardingen aangelegd en heraangelegd. De bestaande inrit, uitgevoerd in klinkerverharding, wordt ter hoogte van de voorste perceelsgrens versmald. Hierdoor krijgt de inrit een breedte van 3m met behoud van de lengte van 33,50m. Deze inrit is geplaatst conform de vorige versie (02/10/2023) van het vrijstellingsbesluit waarbij de strikt noodzakelijke toegangen tot de gebouwen waren vrijgesteld van vergunning. Hierover worden dan ook verder geen uitspraken gedaan.

De bestaande parking in grind in de voortuin maakt het volledige perceel toegankelijk vanop het openbaar domein, dit zal men heraanleggen. Men voorziet een kleinere parking in grind, toegankelijk vanuit de oprit, voor het stallen van twee voertuigen met een lengte van 7m en een diepte van 5m. Deze parking wordt ingeplant op 1,30m uit de voorste perceelsgrens. 

Het bestaande toegangspad in klinkerverharding naar de voordeur wordt gesloopt. Men legt een nieuw toegangspad naar de voordeur aan vanuit de oprit met een oppervlakte van 8m². Dit toegangspad wordt aangelegd in klinkerverharding. Het plaatsen van dit toegangspad is vrijgesteld van vergunningsplicht. Hierover worden bijgevolg geen verdere uitspraken gedaan.

In de achtertuin van de woningen bevinden zich heel wat verhardingen aangelegd in cirkels en bogen, deze zullen gesloopt worden. In de achtertuin bevindt zich, zoals aangegeven, ook een tuinmuur in de vorm van een halve cirkel, deze werd opgetrokken in het verlengde van de scheidingsmuur die volgens de aanvraag destijds werd opgericht op het naastliggend perceel. Deze halve cirkel zal men slopen, waarbij de huidige scheidingsmuur behouden blijft. Men voorziet tegen de achtergevel van de uitbreiding een nieuw terras met een oppervlakte van 22,80m², uitgevoerd in klinkerverharding. Vanuit dit terras voorziet men een tuinpad tot tegen de achterste perceelsgrens met een breedte van 1,50m en een lengte van 22,85m, eveneens uitgevoerd in klinkerverharding. Ter hoogte van de garage wordt dit pad met enkele treden verlaagd omwille van het niveauverschil achteraan het perceel. De totale verharding in de achtertuin bedraagt hierdoor 57,08m². Het plaatsen van deze verharding is eveneens vrijgesteld van vergunningsplicht. 

De verhardingsgraad in de voortuin bedraagt ca. 52% en het aandeel aan verhardingen en constructies op het hele perceel bedraagt ca 54%.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

    Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 9 augustus 2024 t.e.m. 7 september 2024.

5.    ADVIEZEN

    Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:

Dienst Water en Domeinen provincie Limburg

Agentschap voor Natuur en Bos

Onroerend Erfgoed Limburg 

6.    EFFECTEN OMGEVING

    Project-MER

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

Stikstofdecreet 

Voor een eengezinswoning, kunnen we uitgaan van ongeveer 2920 vervoersbewegingen per jaar (4 personen x 2 vervoersbewegingen/persoon x365 dagen/jaar= 2920 jaarlijkse vervoersbewegingen). Dit is minder dan 70.000 jaarlijkse vervoersbewegingen (VITO tabel 3, licht verkeer, KDW =6 en afstand = 0). Dit betekent dat zelfs indien een huis op het meest kritische habitat gebouwd wordt, de impact van het verkeer nog niet zal zorgen voor een overschrijding van de 1% de minimis. We kunnen bijgevolg met absolute zekerheid besluiten dat de impactscore van de bouw van deze eengezinswoning, voor wat betreft mobiliteit, lager is dan 1%.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

    Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Elstrekenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.

De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Waterparagraaf

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Sedert de inwerkingtreding van omzendbrief OMG/2022/1 d.d. 15/12/2022 dient de vergunningverlenende overheid de watertoets op een gewijzigde manier uit te voeren bij dossiers ingediend vanaf 01/01/2023.  De watertoetsprocedure werd geoptimaliseerd, er werden aandachtspunten en richtlijnen geformuleerd en het kaartmateriaal inzake overstromingsgevoelige gebieden werd aangepast.

1. Het achterliggend perceel 149K, van het voorliggend project ligt in een pluviaal overstromingsgebied. 

Met betrekking tot de impact op het oppervlakte water werd advies gevraagd aan de waterbeheerder. 

Het advies van de Provincie, dienst Water en Domeinen dd. 12/09/2024 is voorwaardelijk gunstig.

“DEEL 1 INLICHTINGENFICHE

Aanvrager:

naam en adres: Colson Franky, Elstrekenweg 132A te 3520 Zonhoven

telefoon: 0485 05 75 44

e-mailadres: frankycolson@hotmail.com

Ontwerper

naam en adres: Architect Gielen Denise bv, Vennestraat 145, 3600 Genk

telefoon: 0496 41 57 14

e-mailadres: info@denisegielen.be

Ligging van het perceel:

kadaster: gemeente Zonhoven, afdeling 2, sectie D, nr. 149K

adres: Elstrekenweg 132A

gelegen in een pluviaal overstromingsgebied

Waterloop en machtiging

stroomgebied van de onbevaarbare waterlopen: ZUSTERKLOOSTERBEEK, nummer 208, categorie: 2de

watering: neen

DEEL 2 WATERADVIES I.V.M. DE WATERTOETS

(art. 1.3.1.1 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, gecoördineerd op 15 juni 2018)

1 Beschrijving van het watersysteem

• Het betreft een activiteit binnen het stroomgebied van een onbevaarbare waterloop van 2de categorie.

• Het perceel is volgens het gewestplan gelegen in woongebied /natuurgebied

• Het perceel is daarenboven gelegen in:

o het bekken van de Demer

o het deelbekken Midden-Demer

2 Waterplannen

Het stroomgebiedbeheerplan van de Schelde is van toepassing.

3 Toetsen aan de doelstellingen decreet integraal waterbeheer, gecoördineerd op 15 juni 2018 – artikel 1.2.2

De adviesvraag handelt over de richtlijn gewijzigd overstromingsregime.

Het perceel is gelegen in een pluviaal overstromingsgebied.

De overstromingsgevoeligheid beperkt zich tot het (achterliggend) perceel 149K.

Perceel 149K mag dan ook niet worden bebouwd en/of opgehoogd.

DEEL 3 CONCLUSIES ONDERZOEK WATERBEHEERDER

Uit de toepassing van de nadere regels voor de toepassing van de watertoets bij besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, is gebleken dat het verbouwen en uitbreiden van een woning, het slopen en regulariseren van vrijstaande bijgebouwen en de aanleg van verhardingen een verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) tot gevolg heeft. Deze verandering heeft geen betekenisvol schadelijk effect op het watersysteem voor zover de volgende voorwaarden worden opgenomen in de vergunning:

Perceel 149K mag niet worden bebouwd en/of opgehoogd.

Het wateradvies is dan ook voorwaardelijk gunstig.”

De voorwaarden van de waterbeheerder moeten gevolgd worden, deze worden opgenomen in de vergunningsvoorwaarden.  Indien hieraan wordt voldaan moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is tot de veiligheid van het vergunde project zelf. Enige invloed op het watersysteem of de veiligheid van overige vergunde of vergund geachte constructies wordt, gezien de geringe oppervlakte, niet verwacht. 

2. Het voorliggende bouwproject, op perceelnummer 132E104, heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt noch in een pluviaal, noch in een fluviaal overstromingsgebied. Het terrein is logischerwijze evenmin in een gebied voor zeeoverstromingen gesitueerd.

Daarom moet in alle redelijkheid geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel door de toename van de verharde oppervlakte wordt de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit moet gecompenseerd worden overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke hemelwaterverordening:

De plannen geven aan dat de uitbreiding en de verbouwing van de woning met een horizontale dakoppervlakte van 118,16 m² een hemelwaterput voorzien wordt met een inhoud van 7.500 liter en recuperatie van het hemelwater voor wasmachine, buitenkraan en toiletten. Conform de hemelwaterverordening dient alsnog een aanvoerleiding voorzien te worden voor een dienstkraan binnen. Dit zal als voorwaarde opgenomen worden in deze vergunning. De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een infiltratievoorziening met een oppervlakte van 8m² ( minimaal vereist 7,05m²) en een volume van 4.000 liter (minimaal vereist 2909 liter), waarmee er voldaan wordt aan de verordening.

De verordening is niet van toepassing op de aanleg van de voorziene verhardingen en het vrijstaande bijgebouw. Het hemelwater dat op de verharding valt, wordt namelijk niet opgevangen en afgevoerd, maar kan volgens de aanvraag op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem infiltreren.

Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Natuurtoets

Het achterliggend perceel (149K) is gelegen binnen een speciaal beschermingsgebied, namelijk het ven-gebied vijvergebied Midden-Limburg. Dit perceel is eveneens gelegen in het ruimtelijk uitvoeringsplan ‘perimeter heidegebied’. Er werd opgemerkt dat dit perceel reeds geruime tijd (minimaal van 2007) vertuind is. Een regularisatie van deze vertuining is niet vergunbaar, deze vertuining wordt uit de huidige vergunning gesloten.  Bij verdere aanpassingen, aanplantingen en afsluitingen op dit perceel, binnen ruimtelijk kwetsbaar gebied, dient men zich te houden aan de voorschriften opgenomen in het ruimtelijk uitvoeringsplan ‘perimeter heidegebied’. Dit wordt opgenomen in de vergunningsvoorwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.

Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

De verkaveling is ouder dan 15 jaar. Daarom vormen de verkavelingsvoorschriften niet langer een weigeringsgrond, en moet er een toetsing gebeuren van de goede ruimtelijke ordening.

Functionele inpasbaarheid

De bestaande woonfunctie blijft behouden en is functioneel inpasbaar op deze locatie.

Mobiliteitsimpact

De aanvraag brengt de breedte van de oprit terug tot op 3m, de lengte van 33,51m blijft behouden. Deze oprit geeft toegang tot de garage, dewelke is ingeplant op 13,95m achter de woning. Hierdoor kan men meerdere voertuigen stallen op eigen terrein, waardoor het last van het autobezit niet wordt afgeschoven naar het openbaar domein. In de voortuin voorziet men vanuit de inrit twee parkeerplaatsen met een totale oppervlakte van 35m². Gezien de reeds hoge verhardingsgraad op het perceel en de aanwezige oprit, zal deze bijkomend verharding in de voortuin niet als positief beoordeeld worden. 

Schaal

De inplanting van de woning wordt licht gewijzigd door het aanbrengen van gevelisolatie aan de buitenzijde en de afwerking hiervan. De woning wordt hierdoor ingeplant op 11,30m uit de voorste perceelsgrens en op 3,14m uit de linker perceelsgrens. Het aanbrengen van de gevelisolatie is vrijgesteld van vergunningsplicht. De bestaande nokhoogte en kroonlijsthoogte blijven behouden. De woning wordt over de breedte van de achtergevel uitgebreid met een bouwdiepte van 5,10m, wat de totale bouwdiepte brengt op 13.35m.

Rekening houdend met de gevarieerde bebouwing in de directe omgeving zal het voorgestelde ontwerp niet als storend ervaren worden.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De huidige functie als eengezinswoning blijft behouden, wat zorgt voor een minimale woondichtheid en is bijgevolg aanvaardbaar op deze locatie.

Het ontwerp voorziet een uitbreiding van de woning wat de totale bebouwde oppervlakte op155,95m² (woning 118,15m² en garage 37,80m²) brengt. Er wordt 200,58m² aan verhardingen voorzien. Dit brengt de totale verharding/bebouwing op 356,53m². Rekening houdend met het perceel gelegen in woongebied met landelijk karakter met een totale oppervlakte van 657m², heeft men een footprint van 54%. Gezien de oppervlakte van het perceel is dit niet in overeenstemming met de visie van de gemeente. Hierdoor leveren we geen positief advies af voor het plaatsen van twee extra parkeerplaatsen in de voortuin, daar de oprit een aanzienlijke lengte heeft en meerdere voertuigen kan stallen. Buiten de inrit en het looppad naar de woning moet de volledige voortuin groen aangeplant worden.  Dit wordt opgenomen als vergunningsvoorwaarde.

Gezien de footprint, heeft het perceel zijn draagkracht bereikt.  Voor toekomstige verhardingen mag men zich dan ook niet beroepen op het vrijstellingsbesluit, waardoor deze vergunningsplichtig zullen zijn. Dit zal als voorwaarde opgenomen worden in deze omgevingsvergunning. 

Visueel-vormelijke elementen

De gevelafwerking, inclusief wijzing aan de voorgevel, van de woning wordt voorzien in witte gevelbepleistering gecombineerd met een zwarte plint onderaan en buitenschrijnwerk in zwart aluminium. De dakbedekking wordt vernieuwd met zwarte dakpannen. De bebouwing in de omgeving varieert sterkt qua bouwstijl alsook materiaalgebruik. Bijgevolg zal het voorgestelde materiaalgebruik niet als storend ervaren worden.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf niet gewijzigd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

De aanvraag creëert voldoende woonkwaliteit en gebruiksgenot voor de bewoners. 

De bestaande scheidingsmuur op het perceel van de buren zal achteraan beperkt gewijzigd worden door het afbreken van de aansluitende boog. Het uitvoeren van werken aan deze tuinmuur kan enkel mits het uitdrukkelijk akkoord van de aanpalende buur. 

Resultaten van het openbaar onderzoek

Er werden geen bezwaren ingediend.

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van Dienst Water en Domeinen provincie Limburg d.d. 12 september 2024 is voorwaardelijk gunstig.

Zoals aangehaald en besproken onder de titel waterparagraaf. De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. 

•    Het advies van Agentschap voor Natuur en Bos d.d. 16 september 2024 is voorwaardelijk gunstig.

“Na screening van de adviesvraag is ons Agentschap van oordeel dat voorliggend project geen schade aan de omliggende natuurwaarden veroorzaakt. Het project wordt dan ook gunstig geadviseerd. Dit advies wordt verstrekt door het Agentschap voor Natuur en Bos op basis van de volgende wetgeving:

Artikel 35. § 4 Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning (stedenbouwkundige handeling).

Door de ligging van het perceel in de buurt van VEN-gebied vragen we om bij de inrichting van de tuin gebruik te maken van inheemse, standplaatsgeschikte boom-/struik- en/of haagsoorten.

Het Agentschap wil er wel op wijzen dat alle van nature in het wild levende vogelsoorten en vleermuizen in het Vlaamse Gewest beschermd zijn op basis van het Soortenbesluit van 15 mei 2009. De bescherming heeft onder meer betrekking op de nesten van de vogels en de rustplaatsen van de vleermuizen (artikel 14 van het Soortenbesluit). Voor aanvang van de afbraakwerken moet men er zich van vergewissen dat geen nesten van beschermde vogelsoorten beschadigd, weggenomen of vernield worden en nagaan of er vleermuizen aanwezig zijn. Als nesten of rustplaatsen in het gedrang komen dient de aanvrager contact op te nemen met het Agentschap voor Natuur en Bos via het algemeen e-mailadres van AVES.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. 

•    Onroerend Erfgoed Limburg heeft op 31 juli 2024 aangegeven dat ze geen advies gaan verstrekken. 

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en het gevraagde deels verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.  

Gezien de gevelisolatie, garage, oprit naar de garage, toegangspad naar de voordeur en de verhardingen in de achtertuin ( terras en pad naar achterste perceelsgrens)als vrijgesteld beschouwd kunnen worden, worden hier verder geen uitspraken over gedaan. 

Het slopen van de niet vergunde constructie (kippenhok + moestuin met paden in boomschors) is niet vergunningsplichtig.

De parking in de voortuin met een oppervlakte van 35m² mag niet worden uitgevoerd gezien de hoge footprint op het perceel en de parkeermogelijkheden op de bestaande inrit.   

De reeds bestaande vertuining (gazon) op het achterliggend perceel wordt uitgesloten uit de huidige vergunning.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarden

  • Het advies van de Provincie Limburg, Dienst water en domeinen, moet gevolgd worden.
  • Er moet integraal voldaan worden aan het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos.
  • Conform de hemelwaterverordening dient een aanvoerleiding voorzien te worden voor het herbruik van het hemelwater voor een dienstkraan binnen.
  • Alle toekomstige bijkomende bebouwingen en verhardingen op het terrein mogen enkel geplaatst worden na het bekomen van een omgevingsvergunning.
  • Iedere bijkomende aanpassing, aanplant en afsluiting op het achterliggend perceel (149K) dient uitgevoerd te worden conform de voorschriften opgenomen in het ruimtelijk uitvoeringsplan ‘perimeter heidegebied.
  • Buiten de inrit en het looppad naar de woning moet de volledige voortuin groen aangeplant worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 06/11/2024 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het gedeeltelijk voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Franky Colson wonende te Elstrekenweg 132A te 3520 Zonhoven voor het verbouwen en uitbreiden van een woning.

Er wordt een weigering afgeleverd voor de parking in de voortuin met een oppervlakte van 35m².

Gezien de gevelisolatie, garage, oprit naar de garage, toegangspad naar de voordeur en de verhardingen in de achtertuin ( terras en pad naar achterste perceelsgrens) als vrijgesteld beschouwd kunnen worden, worden hier verder geen uitspraken over gedaan. 

Het slopen van de niet vergunde constructie (kippenhok + moestuin met paden in boomschors) is niet vergunningsplichtig, hierover worden geen verdere uitspraken gedaan.

De reeds bestaande vertuining (gazon) op het achterliggend perceel (149K) wordt uitgesloten uit de huidige vergunning.

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:

  • Het advies van de Provincie Limburg, Dienst water en domeinen, moet gevolgd worden.
  • Er moet integraal voldaan worden aan het advies van het Agentschap voor Natuur en Bos.
  • Conform de hemelwaterverordening dient een aanvoerleiding voorzien te worden voor het herbruik van het hemelwater voor een dienstkraan binnen.
  • Alle toekomstige bijkomende bebouwingen en verhardingen op het terrein mogen enkel geplaatst worden na het bekomen van een omgevingsvergunning.
  • Iedere bijkomende aanpassing, aanplant en afsluiting op het achterliggend perceel (149K) dient uitgevoerd te worden conform de voorschriften opgenomen in het ruimtelijk uitvoeringsplan ‘perimeter heidegebied.
  • Buiten de inrit en het looppad naar de woning moet de volledige voortuin groen aangeplant worden.

16.

2024_CBS_01162 - RUP hondenschool Teutseweg - afsluiting 2de participatiemoment - advies GECORO - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
16.

2024_CBS_01162 - RUP hondenschool Teutseweg - afsluiting 2de participatiemoment - advies GECORO - Goedkeuring

2024_CBS_01162 - RUP hondenschool Teutseweg - afsluiting 2de participatiemoment - advies GECORO - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het tweede participatiemoment voor het RUP hondenschool Teutseweg heeft gelopen van 13 juni tot en met 11 augustus 2024.  Gedurende deze periode werden louter 2 adviezen ontvangen van het departement omgeving en de provincie Limburg. Zoals de wetgeving het voorschrijft, dienen de adviezen, opmerkingen en bezwaren verwerkt te worden door de GECORO.
Op 14.10 jl. heeft de GECORO de 2 adviezen besproken. 1 Opmerking, kaderend het advies van het departement omgeving, vroeg om een bespreking binnen de GECORO zijnde:

"Vraag naar nabestemming bij uitdoving hondenschool: is het wenselijk om dit terug om te zetten naar natuurgebied of eerder een herevaluatie van de invulling van het terrein? Het RUP moet hier duidelijkheid in zijn.

Bespreking:

De GECORO is van oordeel dat een omvorming naar natuurgebied, na stopzetting van de hondensport, niet aan de orde is, met volgende motivering:

Een nieuwbouw zal gerealiseerd worden ifv de uitbating, hetgeen forse investeringen inhouden. De vereniging/gemeente dient hierover enige zekerheid te bekomen.

Na het ev. uitdoven van de hondensport dient de optie open gehouden te worden naar een nieuwe vorm van recreatie. Dit zal een nieuw RUP inhouden.

De GECORO adviseert geen nabestemming naar natuurgebied, wel een evaluatie van mogelijke nieuwe vormen van invulling."

Overige opmerkingen van de adviezen werden doorgesproken maar vroegen geen inhoudelijke bespreking van de GECORO. Het betreft hier tekstuele aanpassingen/verduidelijkingen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college gaat akkoord met het advies van de GECORO en past het ontwerp RUP hierop aan. De definitieve vaststelling van het RUP hondenschool Teutseweg zal voorgelegd worden ter goedkeuring voor de gemeenteraad.

17.

2024_CBS_01163 - GECORO - verslag 14 oktober 2024 - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
17.

2024_CBS_01163 - GECORO - verslag 14 oktober 2024 - Kennisneming

2024_CBS_01163 - GECORO - verslag 14 oktober 2024 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de GECORO van 14 oktober 2024. In bijlage werd het verslag hiervan toegevoegd.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de GECORO van 14 oktober 2024. 

18.

2024_CBS_01164 - Woonbeleid - Toetreding van Hasselt tot het IGSW Wonen aan Mombeek en Wijers - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
18.

2024_CBS_01164 - Woonbeleid - Toetreding van Hasselt tot het IGSW Wonen aan Mombeek en Wijers - Goedkeuring

2024_CBS_01164 - Woonbeleid - Toetreding van Hasselt tot het IGSW Wonen aan Mombeek en Wijers - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De gemeente Kortessem besloot om te fuseren met Hasselt. Dit werd goedgekeurd door de gemeenteraadbesluiten van Kortessem en Hasselt van 21 november 2023. De fusie treedt in werking op 1 januari 2025.

De gemeente Kortessem werkt voor het lokaal woonbeleid samen met de gemeenten Diepenbeek en Zonhoven in het intergemeentelijk samenwerkingsverband (IGS) Wonen aan Mombeek en Wijers. Het IGS heeft een werkingsperiode, lopende van 1 januari 2020 tot en met 31 december 2025.

Artikel 2.32 van het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 omschrijft de impact van een gemeentefusie op een bestaande IGS werking.

De fusie tussen Kortessem en Hasselt, die ingaat op 1 januari 2025, heeft gevolgen voor het laatste werkingsjaar van het IGS. Kortessem en Hasselt moeten beslissen of de nieuwe fusiestad Hasselt vanaf 1 januari 2025 zal toetreden tot het IGS Wonen aan Mombeek en Wijers of zal uittreden. De twee overige deelnemende IGS gemeenten, Diepenbeek en Zonhoven, dienen bij gewone meerderheid akkoord te gaan met de beslissing van Hasselt om toe te treden of uit te treden. Dit werd besproken op de stuurgroep en het beheerscomité van het IGS op 7 maart 2024.

Kortessem, Hasselt en projectuitvoerder Stebo voerden hierover gesprekken op 28 februari 2024, 5 maart 2024 en 26 april 2024. De werking van het IGS en de uit te voeren verplichte en aanvullende activiteiten inzake lokaal woonbeleid werden besproken. Stebo lichtte haar rol als projectuitvoerder toe, de mogelijke projectinhoud en de financiële gevolgen van een toetreding of uittreding op de projectsubsidie.

Op 3 mei 2024 besprak projectuitvoerder Stebo met de gemeente Diepenbeek en op 14 mei met de gemeente Zonhoven, de impact van de toetreding of uittreding van Hasselt op het laatste jaar van de IGS werking. Op 19 juni 2024 lichtte Stebo het voorstel voor een verdere samenwerking met Hasselt in het IGS, toe aan het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Kortessem.

Artikel 2.32 §6 Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 bepaalt dat de samengevoegde gemeenten uitsluitsel geven over de deelname van de nieuwe gemeente vanaf de samenvoegingsdatum aan het project en over de aanvullende activiteiten die de nieuwe gemeente vanaf de samenvoegingsdatum zal uitvoeren.

Het college van burgemeester en schepenen van Kortessem keurde op 18 september 2024 de toetreding van Hasselt, vanaf 1 januari 2025, tot het IGS Wonen aan Mombeek en Wijers goed. Het college van burgemeester en schepenen van Hasselt nam op 4 oktober 2024 dezelfde beslissing. De beslissing over de verderzetting van de aanvullende activiteiten werd goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen van Kortessem op 30 oktober 2024 en van Hasselt op 31 oktober 2024.

De toetreding van Hasselt tot het IGS Wonen aan Mombeek en Wijers dient eveneens goedgekeurd te worden door de colleges van zowel Diepenbeek en Zonhoven, uiterlijk op 30 november 2024.

Artikel 2.32 §7 Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 stelt dat de initiatiefnemers een aanvraagdossier bezorgen voor 2025 met de besluiten van het college van burgemeester en schepenen, uiterlijk op 30 november 2024. Het aangepaste IGS projectplan, dat door Stebo werd besproken met Kortessem en Hasselt, maakt deel uit van het aanvraagdossier.

Financiële context

Het IGS Wonen aan Mombeek en Wijers ontving voor het werkingsjaar 2024 een subsidiebedrag van 100.650,51 euro van de Vlaamse overheid, voor de uitvoering van de verplichte en aanvullende activiteiten van het lokaal woonbeleid. 

Daarnaast is er een financiële bijdrage van de gemeente aan Stebo voor het uitvoeren van de woonbeleidstaken, op basis van een onderling afgesproken taakverdeling. 

Op basis van artikel 2.32 §3 Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 wordt het subsidiebedrag her berekend conform artikel 2.19 voor de periode vanaf de samenvoegingsdatum tot de einddatum van de subsidiëringsperiode. Dit betreft de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025.

De Vlaamse subsidies voor het uitvoeren van de verplichte en aanvullende activiteiten, verhogen voor het gehele IGS door de toetreding van Hasselt.  

De bijkomende subsidie na toetreding van Hasselt tot het IGS Wonen aan Mombeek en Wijers bedraagt maximum 14.487,72 euro. Deze bedragen zijn onder voorbehoud van de definitieve berekening en toekenning door Wonen in Vlaanderen. 

Er zal door projectuitvoerder Stebo en Hasselt gewerkt worden binnen dit budget. 

De toetreding van Hasselt tot het IGS heeft geen gevolgen voor de gemeentelijke bijdragen van Zonhoven.

Door de dienst wonen werd informatie opgevraagd bij de hogere overheid. Deze beslissing moet niet goedgekeurd worden door de gemeenteraad. Een collegebeslissing is voldoende. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college gaat akkoord met de toetreding van Hasselt tot het IGSW Wonen aan Mombeek en Wijers voor de periode van 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025.

19.

2024_CBS_01165 - Vervangen borden 'spelende kinderen' - Weigering

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
19.

2024_CBS_01165 - Vervangen borden 'spelende kinderen' - Weigering

2024_CBS_01165 - Vervangen borden 'spelende kinderen' - Weigering

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het bord 'spelende kinderen' is geen reglementair verkeersbord. In het verleden zijn deze her en der op afroep geplaatst om de weggebruiker te sensibiliseren de snelheid aan te passen. Er is echter geen inventaris beschikbaar van  deze borden. Er is ook geen systematische vervanging gebeurd als deze niet meer leesbaar waren.

 Momenteel gebeurt het sensibiliseren van de weggebruikers met de verplaatsbare Viktor Veilig mannetjes (https://www.zonhoven.be/verkeersmaatje) of door het plaatsen van het mobiele smiley snelheidsbord. 

Een teveel aan verkeersborden heeft negatieve gevolgen voor de verkeersveiligheid nl.

  • Hoe meer verkeersborden, hoe minder de waarde van een individueel bord - mensen capteren maar een beperkt aantal verkeersborden tijdens het rijden;
  • Hoe meer  specifieke regels, hoe minder algemene regels in acht genomen worden: het bord verwijst naar spelende kinderen en insinueert dat voorzichtigheid geboden is; echter de algemene regel is de snelheidsbeperkingen te respecteren ongeacht of er een sensibiliserend bord in het straatbeeld aanwezig is;
  • Kost voor de wegbeheerder: een bord incl. paal en plaatsing kost tot 250€; gemiddeld gezien is vervanging om de 10 jaar nodig.

Dienst mobiliteit adviseert niet te investeren in het vervangen van deze 'spelende kinderen' borden maar op vraag van burgers in te zetten op sensibilisatie via Viktor Veilig of het smiley oplichtbord. In straten met een snelheidsproblematiek gelegen op een schoolroute, dienen gepaste maatregelen (circulatie, herinrichting,..)  genomen te worden. Spelende kinderen horen niet thuis op straat tenzij deze ingericht is als woonerf.

Concrete aanleiding is de vraag ter vervanging van het bord in de Roosterkensweg. Dit betreft een doodlopende straat met plaatselijk verkeer. Het hernieuwen van dit bord zorgt voor een vals gevoel van veiligheid voor de bewoners gezien dit enerzijds niet reglementair is met gevolg zijn er geen afdwingende regels hieraan gekoppeld, anderzijds omdat dit aangeeft dat er spelende kinderen zich in het verkeer kunnen begeven (hetgeen dus niet is toegelaten). 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen wijst de vraag tot vervanging van de bestaande borden 'spelende kinderen' af.

20.

2024_CBS_01166 - Tijdelijke politieverordening op het wegverkeer - kerstborrel Schrijnbroekweg - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
20.

2024_CBS_01166 - Tijdelijke politieverordening op het wegverkeer - kerstborrel Schrijnbroekweg - Goedkeuring

2024_CBS_01166 - Tijdelijke politieverordening op het wegverkeer - kerstborrel Schrijnbroekweg - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Overwegende dat het in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid noodzakelijk is dat er voor de inrichting van bovengenoemde manifestaties, bijzondere verkeersmaatregelen worden getroffen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om een tijdelijke politieverordening op het wegverkeer inzake kerstborrel Schrijnbroekweg op zaterdag 21 december 2024 uit te vaardigen.

Artikel 2

Van zaterdag 21 december 2024 te 17.00 uur tot zondag 22 december 2024 te 03.00 uur wordt het verkeer van voertuigen, uitgezonderd deze van bewoners en  hulp- en veiligheidsdiensten, verboden in:

  • Schrijnbroekweg tussen Hoogtestraat en Vennenstraat.
  • Hoogtestraat tussen Schrijnbroekweg en Daalheideweg.

Artikel 3

Dit verbod wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door de verkeerstekens C3 geplaatst op een nadarafsluiting over de volledige breedte van de rijbaan. De signalisatie moet worden verlicht tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en als de zichtbaarheid minder is dan 200 meter.

Artikel 4

Door dit reglement worden de bestaande aanvullende gemeentelijke verkeersreglementen opgeschort voor zover zij betrekking hebben op de straten bedoeld in de artikel 2 en dit voor zover deze strijdig zijn met huidig reglement.

Artikel 5

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening kunnen vastgesteld worden door de leden van de federale en lokale politie.

Artikel 6

De politie kan bijkomende maatregelen nemen om de openbare orde, rust en veiligheid te handhaven en zowel inrichters als de deelnemer moeten deze naleven.

Artikel 7

De aanvrager is aansprakelijk voor de schade aan het openbaar domein zo deze rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van het bestaan van de manifestatie.

Artikel 8

Het college van burgemeester en schepenen beveelt dat onderhavige verordening zal bekendgemaakt worden overeenkomstig het decreet.

21.

2024_CBS_01167 - Tijdelijke politieverordening op het wegverkeer - nieuwjaarsborrel Schrijnbroekweg - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
21.

2024_CBS_01167 - Tijdelijke politieverordening op het wegverkeer - nieuwjaarsborrel Schrijnbroekweg - Goedkeuring

2024_CBS_01167 - Tijdelijke politieverordening op het wegverkeer - nieuwjaarsborrel Schrijnbroekweg - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Overwegende dat het in het belang van de openbare orde, rust en veiligheid noodzakelijk is dat er voor de inrichting van bovengenoemde manifestaties, bijzondere verkeersmaatregelen worden getroffen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om een tijdelijke politieverordening op het wegverkeer inzake nieuwjaarsborrel Schrijnbroekweg op zaterdag 4 januari 2025 uit te vaardigen.

Artikel 2

Van zaterdag 4 januari 2025 te 17.00 uur tot zondag 5 januari 2025 te 03.00 uur wordt het verkeer van voertuigen, uitgezonderd deze van bewoners en  hulp- en veiligheidsdiensten, verboden in:

  • Schrijnbroekweg tussen Hoogtestraat en Vennenstraat.
  • Hoogtestraat tussen Schrijnbroekweg en Daalheideweg.

Artikel 3

Dit verbod wordt ter kennis gebracht aan de weggebruikers door de verkeerstekens C3 geplaatst op een nadarafsluiting over de volledige breedte van de rijbaan. De signalisatie moet worden verlicht tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag en als de zichtbaarheid minder is dan 200 meter.

Artikel 4

Door dit reglement worden de bestaande aanvullende gemeentelijke verkeersreglementen opgeschort voor zover zij betrekking hebben op de straten bedoeld in de artikel 2 en dit voor zover deze strijdig zijn met huidig reglement.

Artikel 5

Inbreuken op de beschikkingen van onderhavige verordening kunnen vastgesteld worden door de leden van de federale en lokale politie.

Artikel 6

De politie kan bijkomende maatregelen nemen om de openbare orde, rust en veiligheid te handhaven en zowel inrichters als de deelnemer moeten deze naleven.

Artikel 7

De aanvrager is aansprakelijk voor de schade aan het openbaar domein zo deze rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van het bestaan van de manifestatie.

Artikel 8

Het college van burgemeester en schepenen beveelt dat onderhavige verordening zal bekendgemaakt worden overeenkomstig het decreet.

22.

2024_CBS_01168 - Filmbelevingsmoment GC Tentakel - 'Ferrari' - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
22.

2024_CBS_01168 - Filmbelevingsmoment GC Tentakel - 'Ferrari' - Goedkeuring

2024_CBS_01168 - Filmbelevingsmoment GC Tentakel - 'Ferrari' - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Op dinsdag 1 april 2025 om 20.15 uur speelt in GC Tentakel de film Ferrari (2023). De film is een docudrama gebaseerd op het leven van Ferrari, wiens leven volledig in teken stond van de snelle wagens.  Deze film leent zich perfect voor een filmbelevingsmoment.

Belevingsmoment 1: film uit de oude doos
Net zoals vroeger, tot pakweg einde jaren 60 van de vorige eeuw, gaan we de hoofdfilm laten voorafgaan door een bijfilm. Deze film wordt gezien als de allereerste 'Fast And The Furious'. De film die we als bijfilm spelen is 'Kid Speed' uit 1924, maar liefst 101 jaar oud. De film duurt 18 minuten.

Belevingsmoment 2: Ferraritreffen

Op zondag 6 april 2025 van 14.00 tot 18.00 uur.

Scuderia Ferrari Club Genk – Belgium vzw heeft bevestigd om voor ons dit Ferraritreffen te organiseren. Zij zorgen ervoor dat er echte Ferrari's op de parking van GC Tentakel te zien zijn. Dit zijn zowel Oldtimers als nieuwere modellen.

Belevingsmoment 3: Het Ferrarilogo in miniatuur autootjes

Op de grond van de tentoonstellingsruimte bouwen we het logo van Ferrari na met miniatuur autootjes. De droom is om een logo van 4 x 6 meter te bouwen met ongeveer 6000 autootjes van het Matchbox-formaat in de kleuren rood, geel, groen, wit en zwart. De opbouw van het logo start op 1 april en loopt te 5 april. Op 6 april tijdens het Ferraritreffen kunnen de bezoekers ook naar het logo komen kijken. We onderzoeken momenteel ook de mogelijkheid om tijdens de expo van het logo hier ook nog een expo van Ferrari memorabilia aan te koppelen i.s.m. Scuderia Ferrari Club Genk. 

Hoe krijgen we deze autootjes verzameld?  

  • Een oproep via de gemeentelijke communicatiekanalen (malings, vrijetijdsbrochure en De Zonhovenaar, Facebook, Affiches in de gemeentelijk gebouwen)
  • een oproep in Het Belang van Limburg
  • een oproep via TVL
  • samenwerking met de Kringwinkel Okazi Hasselt

Op dit moment hebben we reeds een vijftigtal autootjes verzameld zonder het bekend te maken, waaronder zelfs een elektrische Ferrari voor kinderen.

Oude autootjes daar zit geen kleur meer op?

Autootjes zonder kleur kunnen in overleg met de eigenaars in een kleur gespoten worden, waar we een tekort aan hebben.

En wat met de autootjes na de activiteit?

Diegene die hun autootjes terug wil, kan deze na de activiteit terug ophalen. Onder elk autootje, dat men graag terug wenst te krijgen, wordt een stickertje met een nummer geplakt. Dit nummer komt overeen met een nummer in ons Exelbestand waarin we de gegevens van de donateurs bijhouden (tot na het event en dan wordt de lijst verwijderd.  Deze gegevens worden voor geen enkel ander doeleinde gebruikt dan voor het traceren van de rechtmatige eigena(a)r(es) van het autootje.). Alle andere autootjes, en autootjes die niet afgehaald werden op ten laatste 31 april 2025, gaan naar de Kringloopwinkel Okazi Hasselt.

Hoe willen we diefstal vermijden?

Tijdens het bouwen is er steeds een medewerker van GC Tentakel aanwezig die het allemaal in goede banen leidt. De deuren naar de foyer sluiten van zodra er geen toezicht meer aanwezig kan zijn. Op zondag 6 april 2025, tijdens het Ferraritreffen, het moment waarop de bezoekers het logo kunnen bewonderen, zal er steeds een medewerker van GC Tentakel  of een vrijwilliger in de foyer aanwezig zijn om een oogje in het zeil te houden. We zullen onderling een beurtrol afspreken zodat er niet 1 persoon de hele dag bij moet blijven en iedereen zo ook de kans krijgt om de Ferrari’s op de parking te gaan bekijken.  

Wat als we niet voldoende autootjes verzamelen?

Dan gaan we op zoek naar een alternatief om toch iets te doen met het aantal autootjes dat we al verzameld hebben. Dat we een oproep deden in Het Belang Van Limburg en via TVL is geen verloren inspanning. Ook al hebben we ons initiële plan dan niet kunnen uitvoeren, de media-aandacht voor GC Tentakel én de gemeente Zonhoven was er wel. De mensen die wel doneerden bedanken we en delen we mee dat we ons plan helaas niet gelukt is.   

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt de initiatieven rond de film Ferrari goed.

23.

2024_CBS_01169 - Officiële waarschuwing per aangetekend schrijven standhouder wekelijkse markt - Kennisneming

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
23.

2024_CBS_01169 - Officiële waarschuwing per aangetekend schrijven standhouder wekelijkse markt - Kennisneming

2024_CBS_01169 - Officiële waarschuwing per aangetekend schrijven standhouder wekelijkse markt - Kennisneming

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Verslag wekelijkse markt van 15 september 2024

Verslag wekelijkse markt van 22 september 2024

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis dat de dienst lokale economie een aangetekende zending zal bezorgen aan Fashion Stories, Dieter Vinken, Dorpsstraat 9, 3990 Peer, omwille van het niet correct naleven van het gemeentelijk reglement op de ambulante handel. Dit ten gevolge van herhaaldelijke onwettige afwezigheden op 1, 8 en 15 september 2024, 27 oktober 2024 en 3 november 2024.

Wanneer de heer Vinken wel aanwezig is, verstoort hij de goede gang van de markt door onrust te stoken, meer meters in te nemen dan de tijdelijke opstelling van de markt toelaat en geen rekening te houden met de lokale handelaars. 

In geval van herhaling tijdens dit kalenderjaar van het niet nakomen van het gemeentelijk reglement op ambulante handel ná ontvangen van de aangetekende zending, zal een schorsing van een maand volgen. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis dat de dienst lokale economie een aangetekende zending zal bezorgen aan Fashion Stories, Dieter Vinken, Dorpsstraat 9, 3990 Peer, omwille van het niet correct naleven van het gemeentelijk reglement op de ambulante handel. 

Artikel 2

In geval van herhaling tijdens dit kalenderjaar van het niet nakomen van het gemeentelijk reglement op ambulante handel ná ontvangen van de aangetekende zending, zal een schorsing van een maand volgen. 

24.

2024_CBS_01171 - Aanvraag kienspel - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
24.

2024_CBS_01171 - Aanvraag kienspel - Goedkeuring

2024_CBS_01171 - Aanvraag kienspel - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

We ontvingen volgende aanvraag voor een kienspel in de De Kwint, Heuvenstraat 9, 3520 Zonhoven

Datum van het spel  Vereniging Voorzitter Doel van de opbrengst
22 november 2024 Basket Zonhoven Gerry Henraat en Tim Truyers Jeugdwerking Basket Zonhoven 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen verleent een vergunning aan Basket Zonhoven voor het organiseren van een kienspel.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen maakt de verenigingen van toekomstige kienspelen er op attent dat de verslagen binnen de twee maanden na het kienspel dienen te worden bezorgd.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen maakt de verenigingen erop attent dat zij zelf voor de organisatie van het kienspel dienen in te staan en dat er niet om geldprijzen mag gespeeld worden. 

25.

2024_CBS_01172 - Ondergronds brengen van de laagspanning en openbare verlichting in de Rosmolenweg - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
25.

2024_CBS_01172 - Ondergronds brengen van de laagspanning en openbare verlichting in de Rosmolenweg - Goedkeuring

2024_CBS_01172 - Ondergronds brengen van de laagspanning en openbare verlichting in de Rosmolenweg - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De mail van Francesco Perrotti (Fluvius - dienst netuitbating - studies & aanleg) dd. 7 oktober 2024 met in de bijlage het definitieve plan en de offerte.

In de mail staat volgende tekst:
Voor de nieuw te bouwen appartementen aan het einde van de Rosmolenweg, gaan wij een nieuwe distributiecabine installeren en inlussen. Aangezien er grondwerken middenspanning worden uitgevoerd, is mijn vraag of wij het laagspanningsgedeelte en de openbare verlichting mee ondergronds mogen maken?
Totale kostprijs: €25.934,27 incl btw OV.  
Als jullie akkoord gaan, mag het CBS de offerte in bijlage goedkeuren.

Fluvius vraagt het college van burgemeester en schepenen de goedkeuring van het definitieve plan en de offerte t.b.v. 25.934,27 inclusief BTW.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord met het plan en de aanleg van de nieuwe ondergrondse laagspanning en openbare verlichting in de Rosmolenweg.

Artikel 2

De kosten worden betaald via Fluvius overschot trekkingsrechten niet-OV.

26.

2024_CBS_01173 - Aankoop zitmaaier - Gunning - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
26.

2024_CBS_01173 - Aankoop zitmaaier - Gunning - Goedkeuring

2024_CBS_01173 - Aankoop zitmaaier - Gunning - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Offertes in bijlage

Feiten context en argumentatie

Er dient één van de huidige zitmaaiers, type Walker, vervangen te worden door een nieuwe, omwille van volgende redenen:

  • Te vervangen toestel dateert van 2002, 
  • Kost voor hem draaiende te houden weegt niet meer op tegen de waarde van het toestel,
  • Nieuwere modellen zijn ook energie efficiënter.

 Waarom terug naar een maaier op diesel?

  • Op dit ogenblik zijn er geen kwaliteitsvolle professionele maaiers met opvang op de markt die een hele dag lang kunnen blijven maaien.

 Er werden op drie plekken offertes opgevraagd, offertes als bijlage:

  • Meesters park en tuin machinery, Bilzen, voor bedrag van € 23.954,25 excl. BTW en € 28.984,64 incl. BTW
  • Corvan machinery, Kozen, voor bedrag van € 25.215,00 excl. BTW en € 30.510,15 incl. BTW
  • Hilaire Van Der Haeghe, Wilrijk, voor bedrag van € 30.510,00 excl. BTW en € 36.917,10 incl. BTW

 Gunning:

  • Gezien de 3 offertes een bieding is voor telkens een identieke machine, zitmaaier type Walker, wordt er voorgesteld om de opdracht te gunnen aan: Meesters park en tuin machinery, Bilzen, voor bedrag van € 23.954,25 excl. BTW en € 28.984,64 incl. BTW

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist om de opdracht te gunning aan de economisch meest voordelige offerte, namelijk van de firma Meesters park en tuin machinery, Bilzen, met ondernemingsnummer 0690.728.288, voor bedrag van € 23.954,25 excl. BTW en € 28.984,64 incl. BTW.

Artikel 2

De betaling van deze opdracht is voorzien in het krediet ingeschreven in het investeringsbudget van 2020-2025 op MJP000185 - Afgeschreven machines en voertuigen worden vervangen en/of nieuwe machines en voertuigen worden aangekocht, waarbij milieuvriendelijkheid centraal staat. - rollend materieel.

27.

2024_CBS_01174 - Gemeenteraad 25 november 2024 - Mededeling

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Johny De Raeve, burgemeester; Bram De Raeve, 1ste schepen; Frederick Vandeput, 2de schepen; Johan Vanhoyland, 3de schepen; Frank Vandebeek, 4de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Johan Schraepen, 5de schepen
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
27.

2024_CBS_01174 - Gemeenteraad 25 november 2024 - Mededeling

2024_CBS_01174 - Gemeenteraad 25 november 2024 - Mededeling

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen deelt de agendapunten mee aan de voorzitter van de gemeenteraad Sofie Vanoppen voor agendering op de eerstvolgende zitting van de gemeenteraad (zie bijlage).

Klik hier om de dossiers te raadplegen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Voorzitter Sofie Vanoppen roept de gemeenteraad bijeen op maandag 25 november 2024 om 20.00 uur, aansluitend aan de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn, in de polyvalente zaal van GC Tentakel, met als agenda het punt zoals in bijlage meegedeeld.

28.

2024_CBS_01176 - Aankondiging geplande inspectie welzijn op het werk - Kennisneming

Goedgekeurd
28.

2024_CBS_01176 - Aankondiging geplande inspectie welzijn op het werk - Kennisneming

2024_CBS_01176 - Aankondiging geplande inspectie welzijn op het werk - Kennisneming
29.

2024_CBS_01175 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming

Goedgekeurd
29.

2024_CBS_01175 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming

2024_CBS_01175 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming