Terug
Gepubliceerd op 23/04/2025

Notulen  College van burgemeester en schepenen

di 08/04/2025 - 13:30 Gemeente

Samenstelling

Aanwezig

Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur

Verontschuldigd

Bram De Raeve, burgemeester

Secretaris

Bart Telen, Algemeen directeur

Agendapunten

1.

2025_CBS_00441 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
1.

2025_CBS_00441 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

2025_CBS_00441 - Notulen vorige zitting - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De gemeenteraadsleden beschikken over de mogelijkheid om de goedgekeurde notulen via eBesluit te raadplegen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen over het verslag. Bijgevolg is het verslag van de zitting van 1 april 2025 goedgekeurd.

2.

2025_CBS_00443 - Onderhoud werkkledij - Lastvoorwaarden en opstarten procedure - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
2.

2025_CBS_00443 - Onderhoud werkkledij - Lastvoorwaarden en opstarten procedure - Goedkeuring

2025_CBS_00443 - Onderhoud werkkledij - Lastvoorwaarden en opstarten procedure - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Het bestek voor de opdracht "Onderhoud werkkledij".

Feiten context en argumentatie

In het kader van de opdracht “Onderhoud werkkledij” werd een bestek met nr. 2025-662-onderhoud_werkkledij opgesteld door de Dienst Contractmanagement.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 20.000,00 incl. btw op 48 maanden.

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

Het bestuur beschikte bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet over de exact benodigde hoeveelheden.

Er wordt voorgesteld om de plaatsingsprocedure op te starten en een aankondiging van opdracht op nationaal niveau te verzenden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het bestek met nr. 2025-662-onderhoud_werkkledij en de raming voor de opdracht “Onderhoud werkkledij” worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 20.000,00 op 48 maanden.

Artikel 2

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

Artikel 3

De vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking voor de opdracht “Onderhoud werkkledij” wordt opgestart.

Artikel 4

De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.

Artikel 5

De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 6 mei 2025 om 14.00 uur.

Artikel 6

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het exploitatiebudget van het meerjarenplan 2020-2025 op MJP000193 (De nodige PBM's worden aangekocht).

3.

2025_CBS_00444 - Overheidsopdracht verzekeringen - Goedkeuring selectieleidraad en opstart procedure - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
3.

2025_CBS_00444 - Overheidsopdracht verzekeringen - Goedkeuring selectieleidraad en opstart procedure - Goedkeuring

2025_CBS_00444 - Overheidsopdracht verzekeringen - Goedkeuring selectieleidraad en opstart procedure - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Selectieleidraad, zoals toegevoegd in bijlage. 

Feiten context en argumentatie

Op 31/12/2025 zullen de contracten van de volledige verzekeringsportefeuille van de gemeente en het OCMW Zonhoven op zijn eind lopen.

Omzendbrief KB/ABB 2019/1 "Omzendbrief betreffende de verplichte toepassing van de wetgeving overheidsopdrachten bij verzekeringscontracten" benadrukt dat de wetgeving overheidsopdrachten ook van toepassing is op verzekeringsovereenkomst en dat deze pas afgesloten kunnen worden na het voeren van een overheidsopdrachtenprocedure dewelke in principe om de vier jaar moet worden herhaald.

Omwille van bovenstaande reden heeft het college van burgemeester en schepenen, gelet op de complexiteit en hoge kost van deze opdracht, extern begeleiding gezocht voor de opmaak en het doorlopen van de procedure bij Aon Belgium nv. Aon Belgium nv heeft daarop bijgevoegde selectieleidraad opgemaakt.

Het volledige bestek van de opdracht wordt in deze eerste stap nog niet ter beschikking gesteld door de aanbestedende overheid. Dit gebeurt wel op een later moment, na voorafgaande goedkeuring van de resterende opdrachtdocumenten door het college van burgemeester en schepenen.

De aanbestedende overheid zal in deze eerste stap van de plaatsingsprocedure een selectie doorvoeren op basis van de kwalitatieve selectiecriteria om de kandidaten te selecteren die toegelaten worden voor verdere deelname aan de plaatsingsprocedure.

Deze selectieleidraad geeft weer op basis van welke criteria zal worden geselecteerd, welke documenten dienen te worden opgenomen in de aanvraag tot deelneming en hoe de aanvraag tot deelneming wordt ingediend. 

De aanbestedende overheid zal de ingediende aanvragen tot deelneming beoordelen op basis van de selectiecriteria beschreven in deze selectieleidraad en de kandidaten controleren op uitsluitingsgronden, en een selectiebeslissing opmaken.

De geselecteerde kandidaten ontvangen vervolgens in de tweede stap van de procedure het volledige bestek, en zij worden uitgenodigd om een offerte in te dienen. Het tweede deel van het bestek wordt door het college van burgemeester en schepenen op een later moment goedgekeurd. Het tweede deel heeft betrekking op de tweede fase van de plaatsingsprocedure, met name op de beoordeling van de offertes (gunning).

De raming, gebaseerd op de werkelijk betaalde premies van de afgelopen drie jaren, bedraagt € 600.000,00 voor de gehele duur van de opdracht, zijnde vier jaren.

De gemeente Zonhoven treedt voor deze opdracht op als aankoopcentrale in de zin van art. 2, 6° van de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016, voor zowel de verzekeringsportefeuille van de gemeente als voor die van het OCMW Zonhoven.

Er wordt voorgesteld om de plaatsingsprocedure op te starten en de uitnodigingen tot kandidaatstelling op Europees niveau te verzenden.

Als limietdatum voor het indienen van de kandidaatstelling wordt 05/06/2025 om 11.00 uur voorgesteld.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist de plaatsing van de opdracht "Afsluiten van de volgende verzekeringscontracten: Personenverzekeringen, Verzekeringen Materiële Schade, Verzekeringen Aansprakelijkheid, Verzekeringen Auto en Bijstandsverzekering en Gezondheidszorg voor de Gemeente en OCMW Zonhoven" via de mededingingsprocedure met onderhandeling goed te keuren.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist de selectieleidraad voor bovengenoemde opdracht, zoals toegevoegd als bijlage, goed te keuren.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepenen beslist de mededingingsprocedure met onderhandeling voor het "Afsluiten van de volgende verzekeringscontracten: Personenverzekeringen, Verzekeringen Materiële Schade, Verzekeringen Aansprakelijkheid, Verzekeringen Auto en Bijstandsverzekering en Gezondheidszorg voor de Gemeente en OCMW Zonhoven" op te starten.

Artikel 4

De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld en bekendgemaakt op Europees niveau.

Artikel 5

De kandidatuurstellingen dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 05/06/2025 om 11.00 uur.

Artikel 6

De uitgave voor deze opdracht wordt voorzien in het meerjarenplan vanaf 2026.

4.

2025_CBS_00445 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

Goedgekeurd
4.

2025_CBS_00445 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring

2025_CBS_00445 - Afvoering van ambtswege - Goedkeuring
5.

2025_CBS_00459 - Maand van de markt - prijzenpakket - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
5.

2025_CBS_00459 - Maand van de markt - prijzenpakket - Goedkeuring

2025_CBS_00459 - Maand van de markt - prijzenpakket - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Volgend prijzenpakket werd samengesteld voor maand van de markt 2025.

Prijzen aangeleverd door onze standhouders

Deze prijzen worden gefinancierd door de standhouders van onze wekelijkse markt.

  • 5x bon van 4 gegrilde kippenbillen bij Kip & Co Wynants

  • 5x bon van 3 kippengehaktbroodjes bij Kip & Co Wynants

  • 2x waardebon €20,00 bij Anke Cuypers

  • 3x bon gratis geschenk bij Anke Cuypers

  • Gepersonaliseerde handdoekenset t.w.v. €45,00 bij C&C Textiel

  • 10x waardebon van €10,00 bij Loulou's Bakery

  • 10x één broodje hot-dog bij Nadine Smits

  • 1x waardebon €50,00 bij GW Fashion

Prijs door Provincie Limburg

  • Visit Limburgcheque t.w.v. €300,00

Prijzen voorzien door Gemeente Zonhoven

  • 5x marktbon t.w.v. €100 (hoofdprijs)
  • 250 x marktshopper Zonhoven, ontwerp door Idéarte

De (gesloten) prijstrekking zal plaatsvinden binnen de afdeling lokale economie op donderdag 8 mei 2025 om 11.00 uur.
We organiseren een prijsuitreiking op zondag 11 mei 2025 in Zaal de Kwint, aansluitend op het einduur van de markt. De winnaars van de hoofdprijs, de standhouders van de wekelijkse markt en de medewerkers van de technische dienst die wekelijks instaan voor het verzorgen van de praktische organisatie zullen hiervoor een uitnodiging ontvangen. We voorzien een hapje en drankje voor een kleine receptie. 

Het initiële plan om herbruikbare totebags te verdelen aan de marktbezoekers konden we niet binnen de beschikbare tijdspanne organiseren voor een aanvaardbaar budget. Daarom hebben wij ervoor gekozen om een beperkte oplage van 250 shoppers te laten drukken en als prijs uit te reiken. Het ontwerp door idéarte werd voorzien door dienst communicatie.  

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt het prijzenpakket voor maand van de markt 2025 goed. 

Artikel 2

Voor de organisatie van de receptie zal een apart besluit worden ingediend.

6.

2025_CBS_00458 - Aanvraag organisatie "Aperitivo" - bijkomende data - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
6.

2025_CBS_00458 - Aanvraag organisatie "Aperitivo" - bijkomende data - Goedkeuring

2025_CBS_00458 - Aanvraag organisatie "Aperitivo" - bijkomende data - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Rob Elens en Yve Thijs hadden de vraag gesteld om oorspronkelijk op zaterdag 3 mei 2025 een afterwork event te organiseren op het vernieuwde Kerkplein.

Het college van burgemeester en schepenen heeft tijdens de  Zitting op  25/02/2025 13:30. Bijgevoegd vind je het besluit.

De organisatie heeft nu twee bijkomende vragen gesteld:

- Kan de oorspronkelijke datum verzet worden naar vrijdag 30 mei 2025?

- Ze vragen twee bijkomende data om het event Aperotivo opnieuw te organiseren volgens hetzelfde concept op volgende data: vrijdag 11 juli en vrijdag 5 september 2025.

Toelichting van de dienst evenementen:

Het verzetten van de oorspronkelijke datum 3 mei 2025 naar vrijdag 30 mei 2025 vormt geen probleem wat betreft mobiliteit of inname parkeerplaatsen. Voor de zondagsmarkt vormt dit ook geen probleem.

De aanvragen voor de bijkomende data vrijdag 11 juli en vrijdag 5 september vormt eveneens geen probleem wat betreft mobiliteit of inname parkeerplaatsen. Voor de zondagsmarkt vormt dit ook geen probleem.

Ondertussen hebben de aanvragers het statuut van een feitelijke vereniging.

Conclusie van de dienst: 

De dienst evenementen geeft positief advies voor deze organisatie op vrijdag 30 mei, vrijdag 11 juli en vrijdag 5 september gezien er geen overlast is voor het verkeer of voor de wekelijkse zondagsmarkt.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen volgt het advies vanuit de administratie en geeft goedkeuring voor deze organisatie op vrijdag 30 mei, vrijdag 11 juli en vrijdag 5 september.

7.

2025_CBS_00457 - Huren van podium voor het evenement 'Zonhoven Trapt Door' - Gunning - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
7.

2025_CBS_00457 - Huren van podium voor het evenement 'Zonhoven Trapt Door' - Gunning - Goedkeuring

2025_CBS_00457 - Huren van podium voor het evenement 'Zonhoven Trapt Door' - Gunning - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Het bestek en de raming voor de opdracht “Huren van podium voor het evenement 'Zonhoven Trapt Door'”.

Besluit_CBS_25/02/2025 - Huren van podium voor het evenement 'Zonhoven Trapt Door' - Lastvoorwaarden en opstarten procedure - Goedkeuring

PV van opening, offerte, verslag van nazicht.

Feiten context en argumentatie

Het laatste weekend van juni wordt het evenement 'Zonhoven Trapt Door' georganiseerd. Hiervoor dient een podium gehuurd en geplaatst te worden. Er wordt voorgesteld om hiervoor een raamovereenkomst op te stellen. 

Het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om de lastvoorwaarden en het starten van de procedure voor deze opdracht goed te keuren.

In het kader van de opdracht “Huren van podium voor het evenement 'Zonhoven Trapt Door'” werd een bestek met nr. 2025-653-huren_podium opgesteld.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 36.363,64 excl. btw of € 44.000,00 incl. 21 % btw voor de volledige looptijd van 48 maanden. 

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 25 februari 2025 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 25 februari 2025 de plaatsingsprocedure te starten.

De aankondiging van opdracht werd gepubliceerd op 27 februari 2025 op nationaal niveau.

De offertes dienden het bestuur ten laatste op 25 maart 2025 om 11.00 uur te bereiken.

De verbintenistermijn van 120 kalenderdagen eindigt op 23 juli 2025.

Er werd 1 offerte ontvangen van Party constructions bv, Walenstraat 94 te 3500 Hasselt (€ 9.514,87 excl. btw of € 11.512,99 incl. 21 % btw).

Het verslag van nazicht werd op 2 april 2025 opgesteld.

Er wordt voorgesteld om, rekening houdende met het voorgaande, de opdracht “Huren van podium voor het evenement 'Zonhoven Trapt Door'” te gunnen aan de firma met de enige offerte (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde Party constructions bv, Walenstraat 94 te 3500 Hasselt tegen de eenheidsprijzen vermeld in de offerte van deze inschrijver.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 2 april 2025.

Artikel 2

Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.

Artikel 3

De opdracht “Huren van podium voor het evenement 'Zonhoven Trapt Door'” wordt gegund aan de firma met de enige offerte (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde Party constructions bv, Walenstraat 94 te 3500 Hasselt tegen de eenheidsprijzen vermeld in de offerte van deze inschrijver.

Artikel 4

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2025-653-huren_podium.

Artikel 5

De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het exploitatiebudget van het meerjarenplan 2020-2025 op MJP000613 (Jaarlijks wordt het volksfeest Zonhoven Trapt Door georganiseerd (huur materialen)).

8.

2025_CBS_00467 - Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door" - Stopzetting - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
8.

2025_CBS_00467 - Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door" - Stopzetting - Goedkeuring

2025_CBS_00467 - Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door" - Stopzetting - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Het bestek en de raming voor de opdracht “Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door".

Besluit_CBS_11/03/2025 - Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door" - Lastvoorwaarden en opstarten procedure - Goedkeuring

PV van opening, offertes, verslag van nazicht

Feiten context en argumentatie

In het kader van de opdracht “Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door"” werd een bestek met nr. 2025-660-drank_ZTD opgesteld.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 49.586,78 excl. btw of € 60.000,00 incl. 21 % btw voor de volledige looptijd.

De opdracht zal worden afgesloten voor een duur van 24 maanden.

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 11 maart 2025 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 11 maart 2025 de plaatsingsprocedure te starten.

De aankondiging van opdracht werd gepubliceerd op 12 maart 2025 op nationaal niveau.

De offertes dienden het bestuur ten laatste op 1 april 2025 om 14.00 uur te bereiken.

De verbintenistermijn van 120 kalenderdagen eindigt op 30 juli 2025.

Er werden 2 offertes ontvangen :

  • Drankenhandel Poesen, Schutterijstraat 4 te 3740 Bilzen (€ 24.446,04 excl. btw of € 28.781,10 incl. btw);
  • Fountain Benelux, Eeklostraat 81 te 9970 Kaprijke (onregelmatig ingediende offerte);

Er werd een verslag van nazicht opgesteld op 3 april 2025. Hieruit blijkt dat de opdracht gegund kan worden aan de firma met de enige regelmatige offerte (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde Drankenhandel Poesen, Schutterijstraat 4 te 3740 Bilzen.

Gelet op het feit dat er slechts één inschrijver is alsook bij de beoordeling van de enige offerte fouten en hiaten in het bestek werden ontdekt, acht het college van burgemeester en schepenen het niet opportuun de opdracht te gunnen en is aldus van mening om af te zien van het gunnen en sluiten van de opdracht, zoals bedoeld in art. 85 van de wet overheidsopdrachten.

De motivering voor de beslissing tot niet te gunnen van deze opdracht conform art. 85 van de wet overheidsopdrachten is het ontbreken van voldoende mededinging alsook het ontdekken van enkele hiaten en fouten in het oorspronkelijk bestek dewelke verbetering vereisen. Vanwege het feit dat er slechts één offerte werd ingediend, is er hoe dan ook ontegensprekelijk een gebrek aan concurrentie. Er zijn veel ondernemers die in kunnen schrijven op deze opdracht die dat niet gedaan hebben. Hierdoor is er ernstige twijfel of de geboden prijzen alsook de kwaliteit van de producten van de enige inschrijver voldoende concurrentieel zijn. Het zondermeer gunnen aan de enige inschrijver zou geen blijk geven van het zorgvuldig of zuinig handelen. Daarnaast werden tijdens het nazicht van de enige offerte enkele onjuistheden in het bestek ontdekt, in het bijzonder in de gunningscriteria door zowel op eenheidsprijzen als op kortingspercentages op die eenheidsprijzen te beoordelen. Dit is een dubbele beoordeling dewelke tot ongewenste uitkomsten kan leiden waarbij de economisch meest voordelige inschrijver o.b.v. die criteria in feite niet de meest economisch voordelige zou zijn. Daarnaast was er een gunningscriterium dewelke inhoudelijk niet voorkwam in de technische bepalingen en/of inventaris, waardoor het voor eender welke inschrijver onmogelijk was hier op te scoren en was dit enorm verwarrend voor eender welke geïnteresseerde kandidaat. Het bestuur wenst deze ongelijkheid weg te werken maar daarvoor is noodzakelijk dat een aangepast bestek opnieuw op de markt gebracht wordt. Het zou onzorgvuldig en onverantwoord zijn niet over te gaan tot heraanbesteding zodat deze fouten rechtgezet kunnen worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist dat de opdracht “Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door"” , op grond van art. 84 van de wet overheidsopdrachten en gelet op bovenstaand uiteengezette motivering, niet gegund wordt.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist over te gaan tot een heraanbesteding, op basis van een aangepast bestek waar alle fouten en hiaten uit het vorig bestek worden rechtgezet.

9.

2025_CBS_00468 - Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door" - Lastvoorwaarden en heropstarten procedure - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
9.

2025_CBS_00468 - Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door" - Lastvoorwaarden en heropstarten procedure - Goedkeuring

2025_CBS_00468 - Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door" - Lastvoorwaarden en heropstarten procedure - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Het bestek en de raming voor de opdracht “Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door";

Besluit betreffende niet-gunning.

Feiten context en argumentatie

In het kader van de opdracht “Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door"” werd een bestek met nr. 2025-660-drank_ZTD opgesteld.

De voorgaande procedure werd stopgezet omdat er maar één regelmatige inschrijver was en het bestek enkele fouten bevatte, werd de procedure stopgezet. Voor de uitgebreide motivering hieromtrent, wordt verwezen naar het besluit omtrent de niet-gunning.

Met een nieuwe procedure wilt het bestuur de procedure meer bekendheid eraan geven en beoogt hierdoor een grotere mededinging, alsook werden de fouten rechtgezet in het nieuw bestek. Naast de rechtzetting van de fouten en hiaten, werd ook het bestek licht verbeterd op basis van voortschrijdend inzicht.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 49.586,78 excl. btw of € 60.000,00 incl. 21 % btw voor de volledige looptijd.

De opdracht zal worden afgesloten voor een duur van 24 maanden, zijnde twee edities van het evenement.

Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking en om de plaatsingsprocedure op te starten en een aankondiging van opdracht op nationaal niveau te verzenden.

Het bestuur beschikte bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet over de exact benodigde hoeveelheden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het bestek met nr. 2025-661-drank_ZTD en de raming voor de opdracht “Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door"” worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 49.586,78 excl. btw of € 60.000,00 incl. 21 % btw voor de volledige looptijd van 24 maanden.

Artikel 2

Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

Artikel 3

De vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking voor de opdracht “Levering dranken en eventmateriaal voor "Zonhoven Trapt Door"” wordt opgestart.

Artikel 4

De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.

Artikel 5

De offertes dienen het bestuur ten laatste te bereiken op 6 mei 2025 om 11.00 uur.

Artikel 6

De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het exploitatiebudget van het meerjarenplan 2020-2025 op MJP000615 (Jaarlijks wordt het volksfeest Zonhoven Trapt Door georganiseerd. (overige uitgaven)).

10.

2025_CBS_00469 - Raamovereenkomst terreinbewaking en bewaking evenementen - Gunning - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
10.

2025_CBS_00469 - Raamovereenkomst terreinbewaking en bewaking evenementen - Gunning - Goedkeuring

2025_CBS_00469 - Raamovereenkomst terreinbewaking en bewaking evenementen - Gunning - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Het bestek en de raming voor de opdracht “Raamovereenkomst terreinbewaking en bewaking evenementen”.

Besluit_CBS_11/03/2025 - Raamovereenkomst terreinbewaking en bewaking evenementen - Lastvoorwaarden en opstarten procedure - Goedkeuring

PV van opening, offertes, verslag van nazicht.

Feiten context en argumentatie

Voor de evenementen "Kerstdorp" en "Zonhoven Trapt Door" wordt er gewerkt met terreinbewaking (gedeeltelijk nachtbewaking) en bewaking tijdens het evenement. 

In het kader van de opdracht “Raamovereenkomst terreinbewaking en bewaking evenementen” werd een bestek met nr. 2025-666-terreinbewaking opgesteld.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 9.090,91 excl. btw of € 11.000,00 incl. btw per jaar. De raming op 24 maanden bedraagt € 18.181,82 excl. btw of € 22.000,00 incl. btw.

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 11 maart 2025 goedkeuring aan de lastvoorwaarden, de raming en de plaatsingsprocedure van deze opdracht, met name de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.

Het college van burgemeester en schepenen besliste in zitting van 11 maart 2025 de plaatsingsprocedure te starten.

De aankondiging van opdracht werd gepubliceerd op 12 maart 2025 op nationaal niveau.

De offertes dienden het bestuur ten laatste op 1 april 2025 om 11.00 uur te bereiken.

De verbintenistermijn van 120 kalenderdagen eindigt op 30 juli 2025.

Er werden 6 offertes ontvangen :

  • T & D SECURITY BVBA, Dublinstraat 35-16 te 9000 Gent (€ 15.513,18 excl. btw of € 18.770,95 incl. 21 % btw);
  • Protection Unit Academy, Rue De La Station 19 te 1300 Wavre (substantieel onregelmatige offerte);
  • RND-SECURITY BVBA, Roeselaarsestraat 6 te 8870 Izegem (€ 16.300,08 excl. btw of € 19.723,10 incl. 21 % btw);
  • SECURIPRO BVBA, Elstrekenweg 104B te 3520 Zonhoven (€ 14.696,23 excl. btw of € 17.782,44 incl. 21 % btw);
  • Protection Unit Events, Rue Campagne du Moulin 53-12 te 4470 Saint-Georges-Sur-Meuse (substantieel onregelmatige offerte);
  • Alpha Guard Security, Weergalmlaan 8/0101 te 3010 Leuven (laattijdig en foutief ingediende offerte);

Het verslag van nazicht werd op 3 april 2025 opgesteld.

Er wordt voorgesteld om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan de economisch meest voordelige bieder (op basis van de prijs), zijnde SECURIPRO BVBA, Elstrekenweg 104B te 3520 Zonhoven tegen de eenheidsprijzen vermeld in de offerte van deze inschrijver.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 3 april 2025.

Artikel 2

Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.

Artikel 3

De opdracht “Raamovereenkomst terreinbewaking en bewaking evenementen” wordt gegund aan de economisch meest voordelige bieder (op basis van de prijs), zijnde SECURIPRO BVBA, Elstrekenweg 104B te 3520 Zonhoven tegen de eenheidsprijzen vermeld in de offerte van deze inschrijver.

Artikel 4

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2025-666-terreinbewaking.

Artikel 5

De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het exploitatiebudget van het meerjarenplan 2020-2025 op MJP000615 (Jaarlijks wordt het volksfeest Zonhoven Trapt Door georganiseerd. (overige uitgaven)).

11.

2025_CBS_00470 - Sacramentsprocessie Heilige Carlo Acutis - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
11.

2025_CBS_00470 - Sacramentsprocessie Heilige Carlo Acutis - Goedkeuring

2025_CBS_00470 - Sacramentsprocessie Heilige Carlo Acutis - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Een werkgroep, samengesteld door vertegenwoordigers uit de scholen en parochiefederatie, vraagt toestemming voor de organisatie van een sacramentsprocessie in het teken van de heilige Carlo Acutis.

Het programma ziet er als volgt uit:

- 18u30 : Samenkomst tussen de kerk en het gemeentehuis

- 18u45 : Vertrek van de processie

       Verschillende groepen stellen zich op en volgen de route (Dorpstraat tot Grote Hemmenweg en dan over de Grote Hemmenweg tot aan de Kapel aan de Kremerstraat)

- 19u15 :Een gebedsmoment aan de kapel en de zegen met het sacrament

- 19u45 :Vertrek van de processie van de kapel tot aan de ingang van de Kerk.

Voor deze organisatie zijn toch wel wat verkeers- en veiligheidsmaatregelen nodig. 

Men vraagt aan het gemeentebestuur de volgende ondersteuning:

- plaatsen van verkeersnadar voor het afsluiten van het parcours

- aflevering van een tijdelijk aanvullend verkeersreglement voor het een veilige passage van de processie

- het bevlaggen van de omgeving van de kapel.

Advies van de dienst evenementen:

- het afleveren van een tijdelijke aanvullend verkeersreglement heeft een doorlooptijd van 30 dagen indien het parcours over een gewestweg loopt (Dorpsstraat)

  De dienst mobiliteit nam reeds contact op met AWV en ze willen dit keer wel een effort doen de doorlooptijd te beperken.

- de overige ondersteuning zijn eigen aan de organisatie van een evenement en kunnen voorzien worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen geeft goedkeuring voor de organisatie van de sacramentsprocessie op woensdag 30 april.

12.

2025_CBS_00471 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2025/00009/SPLITSING - Dennenweg 60B - inlichtingen notariële splitsing - Mededeling

Behandeld

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
12.

2025_CBS_00471 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2025/00009/SPLITSING - Dennenweg 60B - inlichtingen notariële splitsing - Mededeling

2025_CBS_00471 - Notarisinfo - artikel 5.2.2 - 2025/00009/SPLITSING - Dennenweg 60B - inlichtingen notariële splitsing - Mededeling

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het perceel is kadastraal gekend als afdeling 2, sectie D, nummer 132H122.

Het perceel ligt volgens het gewestplan in woongebied (eerste 50 meter) en woonuitbreidingsgebied (achterliggend deel).

Het perceel is niet gelegen in een BPA/RUP.

Het perceel is gedeeltelijk (eerste 41,50 meter) gelegen in een goedgekeurde verkaveling 7204.V.80 (lot 9).

Het perceel heeft een oppervlakte van 16a 83ca.

Opmerkingen:

Het perceel behoort tot eenzelfde eigenaar als het achterliggende perceel 132C122.

Hierdoor is deze vraag tot splitsing noodzakelijk.

De bereikbaarheid van beide percelen blijft gegarandeerd.

De huidige bestemming van de percelen blijft behouden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen bij de verkoop van het perceel afdeling 2, sectie D, nummer 132H122.

13.

2025_CBS_00446 - OMV - Vergunning - Engstegenseweg 8 bus 1 en bus 2 - 2025/00016 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
13.

2025_CBS_00446 - OMV - Vergunning - Engstegenseweg 8 bus 1 en bus 2 - 2025/00016 - Goedkeuring

2025_CBS_00446 - OMV - Vergunning - Engstegenseweg 8 bus 1 en bus 2 - 2025/00016 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2025/00016
Referentie omgevingsloket:    OMV_2025004891

De aanvraag, ingediend door VAZON NV met als contactadres Weyerstraat 137 te 3850 Nieuwerkerken, werd ontvangen op 28/01/2025 en op 21/02/2025 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Engstegenseweg 8 bus 1 en bus 2, kadastraal gekend als afdeling 1 sectie B nr. 423T.

De aanvraag gaat over het verbouwen van een halfopen eengezinswoning tot twee appartementen en het oprichten van een fietsenstalling.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in woongebied.
De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.
De locatie van de aanvraag is gelegen binnen het ruimtelijk uitvoeringsplan grup afbakening regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk, goedgekeurd op 20 juni 2014.
De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Volgende verordeningen zijn van kracht:
• algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;
• gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

Volgende dossiers zijn relevant:
•    Stedenbouwkundige vergunning (1968/00148) voor woonhuis - goedgekeurd op 10/04/1969.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

 Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich langs de Engstegenseweg, een gemeenteweg in het centrum van de gemeente Zonhoven.
De omgeving bestaat hoofdzakelijk uit halfopen eengezinswoningen en appartementen. Aan de overzijde van de straat bevindt zich de middelbare school alsook een woonzorgcentrum.
Het straatbeeld wordt gevormd door een gevarieerde bebouwing. De bebouwing varieert qua inplanting, bouwhoogte, dakprofiel alsook materiaalgebruik.
Op het perceel bevindt zich een handelspand met bovenliggende woongelegenheid.
De bebouwing bestaat uit 2 bouwlagen met een hellend dak.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het verbouwen van een halfopen eengezinswoning tot twee appartementen en het oprichten van een fietsenstalling.

De bestaande bebouwing wordt volledig verbouwd.  De aanwezige achterbouw wordt gesloopt en er wordt een nieuwe aanbouw opgericht.  Het bestaande hoofdvolume wordt tevens volledig verbouwd, zowel intern alsook de buitengevels.  De gevels worden tevens voorzien van de nodige isolatie om te voldoen aan de huidige isolatienormen.

Het gebouw is ingeplant op 5m achter de rooilijn/voorste perceelgrens, tegen de linker perceelgrens en op 2,90m van de rechter perceelgrens.

De gelijkvloerse bouwdiepte bedraagt 15m met tegen de linker perceelgrens een tuinmuur met ingebouwde bergkast.
Het gelijkvloerse appartement bestaat uit een keuken, een eethoek, een zithoek, een berging, een badkamer en 2 slaapkamers.

Aan de achterzijde wordt een niet-overdekt terras voorzien met een oppervlakte van 22,65m².  Het terras is toegankelijk vanuit de keuken en de eethoek.

Op de verdieping wordt het 2de appartement (duplex) voorzien.  De bouwdiepte op de verdieping bedraagt 11,90m met aansluitend een niet-overdekt terras.  Het niet-overdekt terras (22,65m²) wordt over de volledige breedte van het gebouw voorzien.  Aan de linkerzijde, tegen de perceelgrens wordt een tuinmuur met een ingebouwde bergkast voorzien.  Deze zorgt voor de nodig privacy op het terras.

Het duplex-appartement beschikt op de 1ste verdieping over een keuken, een eethoek, een zithoek, berging en toilet.  Het niet-overdekte terras is toegankelijk via de keuken en de eethoek.  Onder het dak worden 2 slaapkamers, een dressing, een badkamer en de technische ruimte voorzien.

Om de ruimtes onder het dak te voorzien van voldoende hoogte en lichtinval wordt aan zowel de voorzijde als aan de achterzijde een dakkapel voorzien.

De kroonlijsthoogte is gelegen tussen 2,70m en 8,30m ten opzichte van de as van de weg.  De nokhoogte is gelegen op 11,25m ten opzichte van de as van de weg.

De gevelafwerking is voorzien in rood genuanceerde gevelsteen gecombineerd met bruin genuanceerd hout voor de dakkapellen.  De dakbedekking wordt uitgevoerd in zwart genuanceerde dakpannen.

De gelijkvloerse vloerpas wordt voorzien op 0,35m boven de as van de voorliggende weg. Het bestaande maaiveld, gelegen op 0,20m boven de as van de voorliggende weg, blijft ongewijzigd.

Op 6m achter de achtergevel van het gebouw wordt een berging/fietsenstalling opgericht. Het bijgebouw wordt ingeplant tegen de rechter perceelgrens.
Het bijgebouw heeft een oppervlakte van 13m² (3,25m x 4m).

Het gebouw wordt uitgevoerd met een plat dak.  De dakrandhoogte is gelegen op 2,60m ten opzichte van de as van de weg.
Het gebouw wordt uitgevoerd in bruin genuanceerd hout (idem dakkapellen).

Het perceel wordt verder aangelegd met verhardingen en groenaanleg.

Ter hoogte van de rechter perceelgrens wordt een inrit aangelegd over een lengte van ca. 17m.  Aansluitend op de inrit wordt, in de voortuin, nog een parkeerplaats aangelegd evenwijdig met de voorliggende weg.

In de achtertuin wordt aan de achterzijde van het gebouw een niet-overdekt terras aangelegd met een oppervlakte van 22,65m².
In de achtertuin wordt langsheen de zijdelingse en de achterste perceelgrenzen een draadafsluiting met haagbeplanting voorzien met een hoogte van 1,80m.

Tevens wordt een wadi voorzien in de achtertuin op 22,50m achter de terrasverharding en op 1m van de linker perceelgrens.

4.    RAADPLEGING EIGENAARS AANPALENDE PERCELEN 

Het dossier werd volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.
Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.
Aangezien de aanvraag gaat over de oprichting, uitbreiding of afbraak van scheidingsmuren of muren die in aanmerking komen voor gemene eigendom, werden de betrokken aanpalende eigenaars aangeschreven per beveiligde zending met de vraag hun standpunt kenbaar te maken binnen de 30 dagen.

5.    ADVIEZEN

Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:
Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie
Proximus
Omgevingsloket Wyre
De Watergroep
Fluvius
Inter.

6.    EFFECTEN OMGEVING

 Project-MER
Het project komt voor op bijlage III van het project-m.e.r.-besluit, nl. rubriek 10b – stadsontwikkelingsprojecten. Daarom moet een project-m.e.r. opgemaakt worden, tenzij de initiatiefnemer via een project-m.e.r.-screeningsnota kan aantonen dat het project geen aanzienlijke milieueffecten zal veroorzaken.
Er werd een project-m.e.r.-screeningsnota bij de aanvraag gevoegd. De effecten op milieu en omgeving werden voldoende omschreven en uit de nota blijkt dat de mogelijke milieueffecten van het project niet aanzienlijk zijn.

Stikstofdecreet
Voor een eengezinswoning, kunnen we uitgaan van ongeveer 2920 vervoersbewegingen per jaar (4 personen x 2 vervoersbewegingen/persoon x365 dagen/jaar= 2920 jaarlijkse vervoersbewegingen).  De aanvraag voorziet 2 woongelegenheden waardoor uitgegaan kan worden dat het aantal vervoersbewegingen voor de 2 entiteiten neer komt op 5 840 per jaar (2 x 2 920).  Dit is minder dan 70.000 jaarlijkse vervoersbewegingen (VITO tabel 3, licht verkeer, KDW =6 en afstand = 0). Dit betekent dat zelfs indien twee woonentiteiten op het meest kritische habitat voorzien wordt, de impact van het verkeer nog niet zal zorgen voor een overschrijding van de 1% de minimis. We kunnen bijgevolg met absolute zekerheid besluiten dat de impactscore van 2 appartementen, voor wat betreft mobiliteit, lager is dan 1%.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

 Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Engstegenseweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.
De aanvraag gaat niet over de oprichting van een bedrijfswoning.
De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.
Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in centraal gebied. Er is al geruime tijd riolering aanwezig en die is aangesloten op een waterzuivering. Er moet geen septische put voorzien worden.

Toegankelijkheid

De aanvraag valt onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 en latere wijzigingen, tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. Dit besluit trad in werking op 1 maart 2010.

Om die reden werd advies gevraagd aan Inter Vlaanderen.  Op 05/03/2025 liet Inter Vlaanderen weten dat geen advies nodig was, nl.:

“Het project valt niet onder het toepassingsgebied van het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 2009 tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid. 
Artikel 5: Handelingen aan meergezinswoningen, waarbij de constructie na de handelingen toegangsdeuren tot wooneenheden bevat op meer dan twee niveaus en minstens zes wooneenheden.
De aanvraag betreft slechts 2 wooneenheden.
Indien er nog vragen zijn kan u ze ons steeds stellen.”

Waterparagraaf
Hemelwaterverordening

De aanvraag valt onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 10 februari 2023, houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De plannen geven aan dat de verbouwingswerken ook ingrijpende werken aan het hemelwaterafvoersysteem en het afvoersysteem van afvalwater omvatten.

De dakoppervlakte van de nog niet aangesloten bestaande bebouwing en uitbreiding bedraagt 156,35m².

Er moet een hemelwaterput voorzien worden met een inhoud van 20 000 liter (minimaal vereist 15 635 liter) en recuperatie van het hemelwater voor alle toiletten, aansluiting voor een wasmachine, een dienstkraan (poetswater) en een buitenkraan (tuinbesproeiing).  Conform de hemelwaterverordening dient een aanvoerleiding voor het herbruik van het hemelwater voorzien te worden naar elk toilet, de wasmachines, een dienstkraan voor poetswater en een buitenkraan.  Er zal dan ook als voorwaarde worden opgenomen in de vergunning dat een aanvoerleiding voor het herbruik van het hemelwater voorzien moet worden voor een dienstkraan voor poetswater.

De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een open infiltratievoorziening met een opvangcapaciteit van 5 600 liter (minimaal vereist 3 179,55 liter) en een infiltratieoppervlakte van 14m² (minimaal vereist 7,71m²).

Het hemelwater van de fietsenberging kan op natuurlijke wijze op eigen terrein infiltreren in de groenzone(s). De betreffende groenzone heeft een oppervlakte van minstens 1/4de van de afwaterende oppervlakte en watert niet af naar omliggende percelen of het openbaar domein. 

De verordening is niet van toepassing voor wat betreft de aanleg van de voorziene verhardingen omdat het hemelwater dat op de verharding valt niet wordt opgevangen en afgevoerd, maar op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem kan infiltreren door het gebruik van waterdoorlatende materialen.

De aanvraag voldoet aan deze stedenbouwkundige verordening mits het opleggen van de voorwaarde dat een aanvoerleiding voor het herbruik van het hemelwater voorzien moet worden voor een dienstkraan voor poetswater. Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Watertoets

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, legt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets.

De watertoets is een onderzoek van de vergunningverlenende overheid naar mogelijke schadelijke effecten op het watersysteem die veroorzaakt kunnen worden door het aangevraagde project.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid moet geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd de watertoets uitgevoerd.

Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Zoals hoger aangehaald voldoet het voorliggende ontwerp aan deze verordening.

Natuurtoets

Het perceel is niet gelegen binnen of grenzend aan een speciaal beschermingsgebied. Omwille van de ligging, de aard van het project en de afstand tot de waardevolle natuurgebieden wordt gesteld dat er geen impact is van de projectaanvraag op de natuurwaarden.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.
Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel kleiner is dan 3000 m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening
Functionele inpasbaarheid

Appartementen zijn niet vreemd in de omgeving en zijn bijgevolg functioneel inpasbaar op deze locatie.

Mobiliteitsimpact

De gemeente Zonhoven hanteert volgende parkeernorm: 1,5 parkeerplaats per woonentiteit, wat neer komt op 3 parkeerplaatsen voor het project.
De aanvraag komt hieraan tegemoet, gezien op de inrit aan de rechterzijde van het gebouw 2 voertuigen gestald kunnen worden en 1 voertuig op de parking in de voortuin.
De gemeente Zonhoven verwacht bij meergezinswoningen een overdekte fietsenberging voor min. 1 fiets per hoofdkussen, in dit geval dus voor min. 6 stalplaatsen voor fietsen van de bewoners. De aanvraag komt hieraan tegemoet.

Schaal

De bebouwing in de directe omgeving varieert sterk qua inplanting, bouwdiepte, bouwhoogte alsook materiaalgebruik. Rekening houdend met de gevarieerde bebouwing in de directe omgeving zal het voorgestelde niet als storend ervaren worden in het bestaande straatbeeld.
De maximale bouwdiepte bedraagt 18m (15m + 3m tuinmuur met ingebouwde bergruimte).
De kroonlijsthoogte is gelegen tussen 2,70m en 8,30m ten opzichte van de as van de weg. De nokhoogte is gelegen op 11,25m ten opzichte van de as van de weg.
De losstaande tuinberging heeft een oppervlakte van 13m². Het bijgebouw wordt uitgevoerd met een plat dak. De dakrandhoogte is gelegen op 2,60m ten opzichte van de as van de weg.
Er resteert nog een ruime groenzone die ingericht kan worden als tuin.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Meergezinswoningen zijn niet vreemd in de omgeving en dus aanvaardbaar op deze locatie.
De bebouwing heeft een oppervlakte van 154,15m² en de verharding 98,64m².  Rekening houdend met de oppervlakte van het perceel (9a 06ca) resteert er nog een tuinzone van meer dan 70%, wat tegemoet komt aan de visie van de gemeente Zonhoven.

Visueel-vormelijke elementen

De gevelafwerking is voorzien in rood genuanceerde gevelsteen gecombineerd met bruin genuanceerd hout voor de dakkapellen.  De dakbedekking wordt uitgevoerd in zwart genuanceerde dakpannen.
De bebouwing in de omgeving varieert sterk qua bouwstijl alsook materiaalgebruik. Bijgevolg zal het voorgestelde materiaalgebruik niet als storend ervaren worden in het straatbeeld. 

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande reliëf niet gewijzigd.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

De aanvraag creëert voldoende woonkwaliteit en gebruiksgenot voor de bewoners. Door de aanvraag ontstaat geen bijkomende hinder.

Resultaten van de raadpleging van de eigenaars van de aanpalende percelen

Er werd geen reactie ontvangen van de eigenaars van de aanpalende percelen.

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van De Watergroep d.d. 24 februari 2025 is gedeeltelijk voorwaardelijk gunstig.

“Advies van De Watergroep
Advies ACCA

Gedeeltelijk gunstig advies met voorwaarden

Er is geen uitbreiding van de waterleiding noodzakelijk.
Voor de eventuele uitbraak / wijziging van de bestaande aftakking dient de eigenaar via de website van De Watergroep de uitbraak / wijziging van de bestaande aftakking aan te vragen.
Door de beslissing van de Vlaamse regering op 8/04/2011 moet elke wooneenheid over een eigen watermeter beschikken. De plaats van de watermeters moet beantwoorden aan de voorschriften van De Watergroep.

Het tellerlokaal moet een gemeenschappelijke ruimte zijn, groot en hoog genoeg voor de plaatsing van alle tellers. Een gemeenschappelijke ruimte betekent dat deze ruimte op elk moment voor elk van de gebruikers toegankelijk moet zijn.

Bovendien moet er een tijdelijke put van 1 x 1 x 1.2 m voorzien worden voor het binnenbrengen van de waterleidingen. Als deze tijdelijke put niet aanwezig is, behoudt De Watergroep zich het recht om de aftakking niet uit te voeren. Na het binnenbrengen van de aftakking mag deze put gedempt worden. De koker vanuit de werkput tot buiten het gebouw moet een diameter van 150 mm hebben. De plaatsing van een (energie)bocht is voor appartementen niet toegelaten.
Automatische brandblusinstallaties mogen nooit rechtstreeks op het drinkwaternet aangesloten worden, enkel met tussenschakeling van een drukloos voorraadreservoir.

De kosten van de nieuwe aftakkingen zijn ten laste van de aanvragers.

Bij de start van de uitrol van de digitale watermeter door De Watergroep, is een draadloze verbinding met de digitale elektriciteitsmeter vereist. Om te verzekeren dat deze draadloze verbinding kan gemaakt worden, moet de aftakking voldoen aan onderstaande bijkomende voorwaarden:
- De digitale watermeter staat best in dezelfde ruimte als de digitale elektriciteitsmeter
- De maximum afstand tussen de digitale elektriciteitsmeter en de digitale watermeter bedraagt 50 meter.
Voor meer vragen kan je altijd terecht op de website van De Watergroep: https://www.dewatergroep.be/nl-be/drinkwater/extra-services/digitalewatermeter
Opmerking : Er dient een aanvraag voor plaatsen bijkomende waterteller gedaan te worden.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

•    Het advies van Omgevingsloket Wyre d.d. 24 februari 2025 is gunstig.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. Er moet rekening worden gehouden met de bemerkingen gesteld in het advies. 

•    Het advies van Proximus d.d. 25 februari 2025 is gunstig.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. Er moet rekening worden gehouden met de  bemerkingen gesteld in het advies. 

•    Het advies van Fluvius d.d. 26 februari 2025 is voorwaardelijk gunstig.

“Adviesverlening RIOLERING voor uw project te ZONHOVEN, Engstegenseweg 8 
Naar aanleiding van uw stedenbouwkundige aanvraag voor bovenvermeld project geven we volgend advies voor wat betreft riolering. 

Dit advies handelt over de technische aansluitbaarheid op het openbaar rioleringsnetwerk indien aanwezig. Dit desbetreffende perceel blijft aansluitbaar via de bestaande huisaansluiting(en) op de bestaande riolering ter hoogte van de aanpalende straat. De Fluvius-aansluitingsvoorwaarden voor o.a. diepte, diameter en locatie, zijn terug te vinden op www.fluvius.be. 
LET OP: Voor de vuilwaterhuisaansluiting wordt een aansluitingsdiameter standaard voorzien van 125 mm tot 10 wooneenheden, pas 160 mm voor een appartementsgebouw (met meer dan 10 wooneenheden), een KMO of voor industrie. De regenwaterhuisaansluiting heeft een uitwendige diameter van 160 mm. 

Daarnaast dient u voor wat betreft riolering uiteraard te voldoen aan alle geldende gewestelijke, provinciale en gemeentelijke wettelijke bepalingen dienaangaande. Fluvius doet hierop geen nazicht.
Via https://www.vmm.be/data/zonering-en-uitvoeringsplan kan u eenvoudig nakijken in welke cluster het perceel zich bevindt en de daaraan gekoppelde verplichtingen inzake septische putten. 

Dit advies doet verder geen uitspraak over of nazicht op de ontworpen riolering op het privé-gedeelte. 

Bijkomende info m.b.t. het toepassingsgebied en de richtlijnen van de GSVH (Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening Hemelwater) bij verbouwingen, uitbreidingen, etc: 
-Algemeen toepassingsgebied van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening Hemelwater (GSVH) 

Tenzij het hemelwater op eigen terrein in een onverharde zone infiltreert zonder dat hiervoor een afvoersysteem moet worden aangelegd (met uitzondering van dakgoten en regenpijpen) en zonder dat het water naar andere percelen of het openbaar domein afvloeit, is de GSV hemelwater van toepassing op volgende handelingen op zowel privaat als openbaar domein: 

- Overdekte constructies bouwen of herbouwen, bestaande overdekte constructies verbouwen met werken aan de afwatering, bestaande overdekte constructies uitbreiden; 

- Verhardingen aanleggen, heraanleggen of uitbreiden; 

- Aanleggen van een afwatering voor de bovenstaande constructies of verhardingen, waarvan het hemelwater voorheen op natuurlijk wijze in de bodem infiltreerde. 

-Algemene richtlijnen:
-De hemelwaterput, de infiltratievoorziening en/of de buffervoorziening moeten uiterlijk in gebruik genomen worden op het moment dat ook het gebouw of de verharding in gebruik genomen wordt. 

-Het hemelwater moet altijd gescheiden blijven van het afvalwater. 

-Het hemelwater moet altijd gescheiden blijven van het drinkwater. Rechtstreekse verbindingen via mengkranen, gesloten afsluitkranen, keerkleppen of wegneembare aansluitstukken zijn niet toegelaten. Zulke wanverbindingen vormen niet alleen een risico voor de waterkwaliteit in huis, maar kunnen ook het openbare drinkwaternet vervuilen. 

Regularisaties worden steeds getoetst aan de regelgeving die geldt op het moment van indiening van de regularisatieaanvraag. Indien het niet mogelijk is zich in orde te stellen aan de geldende GSV hemelwater dient de vergunningsaanvrager een gemotiveerde uitzondering aan te vragen. 

-Het verbouwen van een constructie:
Volgens de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) betekent het verbouwen van een constructie : het uitvoeren van aanpassingswerken binnen het bestaande bouwvolume van een constructie waarvan de buitenmuren voor ten minste 60% behouden worden. 

Voor verbouwingen geldt dat de GSVH enkel van toepassing is wanneer er werken aan de afwatering gebeuren. Dit is het geval als zowel het hemelwaterafvoersysteem als het afvoersysteem van afvalwater beide ingrijpend worden gewijzigd. Niet-ingrijpende werken kunnen onder andere zijn: vervanging van regenpijpen, dakgoten of hemelwaterafvoer, enkel werken aan sanitaire installaties, plaatselijke ingrepen aan het afvoersysteem van hemelwater en/of afvalwater. 

Het plaatsen van een hemelwaterput en een infiltratievoorziening is daarentegen ook bij niet-ingrijpende werken zeker aan te bevelen en sommige lokale besturen moedigen het daarom aan met een subsidie. 

Een verticale uitbreiding of optopping (m.a.w. het aanbrengen van een extra verdieping) valt ook onder verbouwingen. 

-Voor de GSVH is een uitbreiding van een gebouw een nieuw gebouwdeel dat aan of tegen een bestaande constructie wordt gebouwd. 

Uitbreidingen vallen steeds onder het toepassingsgebied van de verordening, ongeacht de grootte, en ongeacht of er al dan niet werken aan de afwatering gebeuren. De GSVH, alsook de Provinciale Verordening zijn hier van toepassing. Hier dient een hemelwaterput geplaatst te worden, tenzij er al één aanwezig is. De infiltratievoorziening dient berekend te worden op het aantal m² van de uitbreiding x 33 liter (oftewel 3.300 liter per 100 m²). 

Het kan zowel gaan om een uitbreiding na een gedeeltelijke afbraak als een nieuwe uitbreiding. Wanneer een gedeelte van een gebouw wordt afgebroken en herbouwd, is de verordening dus van toepassing voor uitbreidingen, zelfs als de oppervlakte na uitbreiding niet groter is dan de oppervlakte vóór de uitbreiding. Als meer dan 40% van de buitenmuren worden afgebroken en herbouwd is er wél sprake van een volledige afbraak en herbouw. 

Het aanbrengen van isolatie aan de buitenzijde van een woning tot een maximum van 26 cm wordt beschouwd als aanpassingswerken binnen het bestaande bouwvolume, en valt dus niet onder het toepassingsgebied van uitbreidingen, maar onder dat van verbouwingen. Enkel als er werken aan de afwatering gebeuren vallen deze werken onder het toepassingsgebied van de GSV hemelwater.
Een verticale uitbreiding of optopping (m.a.w. het aanbrengen van een extra verdieping) valt niet onder het toepassingsgebied van de uitbreidingen, maar onder dat van de verbouwingen. 

-Verhardingen vallen onder het toepassingsgebied van de GSVH, ongeacht hun grootte. 

Waterdoorlatende verhardingen met een hellingsgraad kleiner dan 2% vallen eveneens onder het toepassingsgebied van de GSVH, maar worden niet opgenomen in de afwaterende oppervlakte. Niet-waterdoorlatende verhardingen of waterdoorlatende verhardingen met een hellingsgraad groter dan of gelijk aan 2% die afwateren op het omliggende terrein vallen niet onder het toepassingsgebied van de verordening. 

Het gaat zowel om nieuwe verhardingen, heraanleg van verhardingen als uitbreidingen van bestaande verhardingen. 

Er wordt gesproken over een heraanleg van verharding als zowel de afwerkingslaag als de funderingslaag uitgebroken en heraangelegd worden. 

Wanneer een funderingslaag aanwezig is en behouden blijft, wordt niet gesproken over het heraanleggen van de verharding. In dat laatste geval is de verordening niet van toepassing, tenzij er een afwatering wordt aangelegd die er voorheen niet was. Maar het is natuurlijk steeds wenselijk om het water maximaal te laten infiltreren. 

-Zowel voor verhardingen als voor overdekte constructies geldt dat de GSVH an toepassing is als een nieuw afvoersysteem wordt aangelegd waar er voorheen geen aanwezig was. 

Het gaat dan bijvoorbeeld om een rieten dak waarvan het water natuurlijk afliep dat vervangen wordt door een dak met dakpannen, dakgoten en regenpijpen die aangesloten worden op een afvoersysteem.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. 

•    Inter heeft op 5 maart 2025 aangegeven dat ze geen advies gaan verstrekken. 

•    Het advies van Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie d.d. 31 maart 2025 is gedeeltelijk voorwaardelijk gunstig.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden. 

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:
Stedenbouwkundige voorwaarden

• Er moet een aanvoerleiding voor het herbruik van het hemelwater voorzien worden voor een dienstkraan voor poetswater.
• Het advies van De Watergroep moet gevolgd worden.
• Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.
• Het advies van de Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie, moet gevolgd worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 01/04/2025 en volgt dit standpunt integraal.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan VAZON NV met als contactadres Weyerstraat 137 te 3850 Nieuwerkerken voor het verbouwen van een halfopen eengezinswoning tot twee appartementen en het oprichten van een fietsenstalling, gelegen te Engstegenseweg 8 bus 1 en bus 2 kadastraal gekend als afdeling 1 sectie B nr. 423T.

Artikel 3

Volgende voorwaarden wordt opgelegd:
Stedenbouwkundige voorwaarden

  • Er moet een aanvoerleiding voor het herbruik van het hemelwater voorzien worden voor een dienstkraan voor poetswater.
  • Het advies van De Watergroep moet gevolgd worden.
  • Het advies van Fluvius moet gevolgd worden.
  • Het advies van de Hulpverleningszone Zuid-West Limburg, dienst preventie, moet gevolgd worden.
14.

2025_CBS_00447 - OMV - Gunstig advies - 2025/00037 - Kriekelstraat, Raafstraat, Hulsbergweg, Vogelzangstraat, Nieuwstraat, Boskensweg, Dwarsstraat, Kolverenheidestraat, Haagstraat, De Drij Dreven en Nachtegalenstraat - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
14.

2025_CBS_00447 - OMV - Gunstig advies - 2025/00037 - Kriekelstraat, Raafstraat, Hulsbergweg, Vogelzangstraat, Nieuwstraat, Boskensweg, Dwarsstraat, Kolverenheidestraat, Haagstraat, De Drij Dreven en Nachtegalenstraat - Goedkeuring

2025_CBS_00447 - OMV - Gunstig advies - 2025/00037 - Kriekelstraat, Raafstraat, Hulsbergweg, Vogelzangstraat, Nieuwstraat, Boskensweg, Dwarsstraat, Kolverenheidestraat, Haagstraat, De Drij Dreven en Nachtegalenstraat - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2025/00037

Referentie omgevingsloket:    OMV_2024089674

Inrichtingsnummer:    20241210-0044

Ondernemingsnummer exploitant:    0440691388  

De aanvraag, ingediend door AQUAFIN NV gevestigd te Dijkstraat 8 te 2630 Aartselaar, werd ontvangen op 20/12/2024 en op 19/02/2025 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over wegenis- en rioleringswerken Kriekelstraat, Raafstraat, Hulsbergweg, Vogelzangstraat, Nieuwstraat, Boskensweg, Dwarsstraat, Kolverenheidestraat, Haagstraat, De Drij Dreven en Nachtegalenstraat.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen, de exploitatie van een of meerdere ingedeelde inrichtingen of activiteiten en vegetatiewijzigingen. 

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979, deels gelegen in industriegebied, landschappelijk waardevol agrarisch gebied, natuurgebied, woonuitbreidingsgebied en woongebied met landelijk karakter.

Het gevraagde is beperkt gelegen binnen de omschrijving van het BPA “Colverenheide, goedgekeurd op 8 maart 1999, binnen de zones ‘bufferzone’ en ‘natuurgebied’

De aanvraag is niet gelegen in een algemeen plan van aanleg, noch in een ruimtelijk uitvoeringsplan, noch in een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

De werken in woongebied met landelijk karakter en in woonuitbreidingsgebied zijn in overeenstemming met de gewestplanbestemming.

De werken in industriegebied, landschappelijk waardevol agrarisch gebied en natuurgebied zijn niet in overeenstemming met de gewestplanbestemming.

Voor volgende handelingen zijn de werken niet in overeenstemming met de gewestplanbestemming en wenst de aanvrager met een gemotiveerd verzoek zoals gevraagd wordt in de VCRO Art.4.4.1/0, beroep te doen op één van de afwijkingsmogelijkheden uit de Codex. nl. 

-    Perceel Afd.4 Sectie B 599B: ontbossen (180m²) en Openbaar domein: ontbossen (16m²) voor aanleg pompstations mogelijk te maken. 

-    Openbaar domein: dempen van 6 grachten: 

o    Eén gracht t.h.v. De Drij Dreven woning nr. 38 

o    5 Grachten t.h.v. perceel 253C & 249A in de Kriekelstraat 

-    Openbaar domein en Percelen Afd.1 Sectie A 270R, Afd.4 Sectie B 599B: Aanleg gescheiden rioleringsstelsel incl. grachten die deel uitmaken van het rioleringsstelsel. Hieronder ook riolering die valt binnen een zone van 5m t.o.v. een geklasseerde waterloop (Laambeek 2de Cat.). 

-    Openbaar domein: aanleg verharding. Hieronder ook verharding die valt binnen een zone van 5m t.o.v. een geklasseerde waterloop (Laambeek 2de Cat.).

Het gemotiveerd verzoek van de aanvrager om gebruik te maken van de afwijkingen zoals opgelegd in de VCRO art. 4.4.1/0 luidt:

-    Vanwege het maaiveldverloop is het het meest aangewezen van de pompstations in die omgeving te voorzien. Omdat andere percelen in de directe omgeving ook bebost zijn of bebouwd zijn, zijn de voorziene locaties voor de pompstations de meest voor de hand liggende keuze met de minste negatieve impact. 

-    Op de locatie waar de grachten zich bevinden worden er fietspaden voorzien in het ontwerp omdat dit naar fietsveiligheid het meest aangewezen was. De grachten dienen dus gedempt te worden om de fietspaden op die locatie mogelijk te kunnen maken. 

-    De bestaande riolering die gescheiden wordt, waarop de bestaande gebouwen aansluiten, bevindt zich gedeeltelijk binnen natuurgebied en agrarisch gebied. Het voorzien van de nieuwe riolering binnen hetzelfde tracé als de bestaande is de meest voor de hand liggende keuze met de minste negatieve impact. Voor de nieuwe riolering te kunnen aansluiten op de waterloop is het, aangezien de waterloop zich binnen natuurgebied en agrarisch gebied bevindt, noodzakelijk van rioleringswerken binnen dit natuurgebied te voorzien. 

-    De bestaande straten die heraangelegd worden, waarop de bestaande gebouwen aansluiten, bevinden zich gedeeltelijk binnen natuurgebied en agrarisch gebied. Het voorzien van de nieuwe wegenis binnen hetzelfde tracé als het bestaande is de meest voor de hand liggende keuze met de minste negatieve impact.

-    Door de nieuwe aanleg te voorzien volgens hetzelfde tracé van het bestaande is de impact op het natuurgebied en agrarisch gebied zo gering mogelijk.

Handelingen van algemeen belang

Art. 4.4.7.§2. In een vergunning voor handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben, mag worden afgeweken van stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften. Handelingen van algemeen belang kunnen een ruimtelijk beperkte impact hebben vanwege hun aard of omvang, of omdat ze slechts een wijziging of uitbreiding van bestaande of geplande infrastructuren of voorzieningen tot gevolg hebben. De Vlaamse Regering bepaalt welke handelingen van algemeen belang onder het toepassingsgebied van het eerste lid vallen. Ze kan ook de regels bepalen op basis waarvan kan worden beslist dat niet door haar opgesomde handelingen toch onder het toepassingsgebied van het eerste lid vallen. 

BESLUIT VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE HANDELINGEN IN DE ZIN VAN ARTIKEL 4.1.1, 5°, ARTIKEL 4.4.7, §2, EN ARTIKEL 4.7.1, §2, TWEEDE LID, VAN DE VLAAMSE CODEX RUIMTELIJKE ORDENING 

HOOFDSTUK II DE HANDELINGEN VAN ALGEMEEN BELANG. 

Art. 2. 

Als handelingen van algemeen belang, zoals bedoeld in artikel 4.1.1,5° van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, worden de handelingen beschouwd die betrekking hebben op: 1° de openbare wegen, met inbegrip van de bijbehorende infrastructuur, zoals tunnels, viaducten, bruggen, duikers, langsgrachten, tolinfrastructuur en parkings; 3° de openbare waterwegen en waterlopen, alsook de bouw van de dokken en de sluizen in de havens, de aanleg van openbare bufferbekkens en overstromingsgebieden, de hermeandering van waterlopen en de uitvoering van andere waterbeheersingswerken, met inbegrip van de bijbehorende infrastructuur, zoals dienstgebouwen en andere; 

HOOFDSTUK III DE HANDELINGEN VAN ALGEMEEN BELANG DIE EEN RUIMTELIJK BEPERKTE IMPACT HEBBEN OF ALS DERGELIJKE HANDELINGEN BESCHOUWD KUNNEN WORDEN. 

Art. 3. 

§ 1. De volgende handelingen zijn handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben als vermeld in artikel 4.4.7, § 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. De handelingen hebben betrekking op : 

1° de aanleg, wijziging of uitbreiding van openbare fiets-, ruiter- en wandelpaden, en andere paden voor de zwakke weggebruiker; 

3° de wijziging of uitbreiding van gemeentelijke verkeerswegen tot maximaal twee rijstroken; 

4° de aanhorigheden en kunstwerken bij lijninfrastructuren; 

9° de aanleg, wijziging of uitbreiding van ondergrondse leidingen die voor het openbaar net bedoeld zijn, en voorzieningen voor het verzamelen en afvoeren van hemel-, oppervlakte- en afvalwater en de bijbehorende kleinschalige infrastructuur, zoals controlepunten, pomp- en overslagstations; 

10° de aanleg, wijziging of uitbreiding van infrastructuren en voorzieningen met het oog op de omgevingsintegratie van een bestaande of geplande infrastructuur of voorziening, zoals bermen of taluds, groenvoorzieningen en buffers, werkzaamheden in het kader van natuurtechnische milieubouw, geluidsschermen en geluidsbermen, grachten en wadi's, voorzieningen met het oog op de waterhuishouding en de inrichting van oevers; 

§2. Naast de handelingen, vermeld in paragraaf 1, kunnen de volgende handelingen van algemeen belang beschouwd worden als handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben als vermeld in artikel 4.4.7, § 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. De handelingen hebben betrekking op :

4° handelingen met betrekking tot bestaande of geplande openbare waterwegen of waterlopen, met inbegrip van de bijbehorende infrastructuur, zoals : 

f) de handelingen met betrekking tot de berging of buffering voor rioleringsstelsels en regenwaterleidingen; 

Het gemotiveerd verzoek van de aanvrager conform art. 4.4.7§2 VCRO stelt:

Om de nieuwe riolering te kunnen aansluiten op de waterloop is het, aangezien de waterloop zich binnen agrarisch gebied bevindt, noodzakelijk rioleringswerken binnen dit agrarisch gebied te voorzien. Aangezien de reeds aanwezige bestaande gracht (de langsgracht die van perceel 641 tot aan 639A loopt), en deze enkel verbreed wordt op het openbaar domein (richting de rijweg) worden er geen private percelen getroffen door deze verbreding. Er dient geen straatmeubilair verwijderd of opgeschoven te worden omdat er in de bestaande toestand geen straatmeubilair aanwezig is.

Om bovenvermelde redenen is Aquafin van mening dat het voorliggend project een beperkt ruimtelijke impact heeft.

Als gemeentelijk omgevingsambtenaar sluit ik mij aan bij bovenstaande motivatie. De aanvraag voldoet aan bovenstaande afwijkingsbepalingen. 

Beklemtoond dient te worden dat de aanvraag voorziet in een positieve invloed op de waterhuishouding van het gebied, in het bijzonder de waterkwaliteit. Tevens zorgt de aanleg van veilige fietspaden voor een verlaagde druk op het milieu daar het fietsgebruik zal stijgen. 

De inplanting van de werken hypothekeert voor geen enkele bestemming de verdere ontwikkeling zoals genoegzaam blijkt uit de motivering aangereikt door de aanvrager. Integendeel zelfs, de bestemmingsgebieden zullen er baat bij hebben gelet op de verhoogde waterkwaliteit alsook een verminderde druk op het milieu. Ook de ontharding draagt bij aan deze positieve impact.

2.    HISTORIEK

Er zijn geen historische dossiers voor deze aanvraag.

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

Het project omvat de straten Kriekelstraat, Raafstraat, Hulsbergweg, Vogelzangstraat, Nieuwstraat, Boskensweg, Dwarsstraat, Kolverenheidestraat, Haagstraat, De Drij Dreven en Nachtegalenstraat.

Het project heeft als doel het afkoppelen van de vuilvracht van de wijk Kolveren (gelegen langs de westzijde van de Spoorweg). Het project heeft een belangrijke meerwaarde voor de Voortbeek. Een groot deel van de vuilvracht wordt in het kader van dit dossier van de Voortbeek afgehaald en op de RWZI van Zonhoven aangesloten. Hierdoor heeft de aanvraag ook een impact op de stroomafwaarts gelegen belangrijke natuurkern van het Integraal en Strategisch Project De Wijers.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Riolering 

In alle straten binnen het project wordt een gescheiden gravitair rioleringsstelsel aangelegd. Uitzondering hierop zijn de Merelstraat, de Kriekelstraat en een deel van de Nachtegalenstraat: 

-    In de Merelstraat wordt enkel een DWA-stelsel aangelegd waarop met een persleiding de DWA van het nieuw pompstation, ten noorden van de Voortbeek langs De Drij Dreven, wordt aangesloten. 

-    In de Nachtegalenstraat wordt er voor huisnrs. 83 en 85 een pompunit voorzien die met een persleiding aansluit op de nieuwe gravitaire DWA t.h.v huisnr.60. De gravitaire DWA in de Nachtegalenstraat sluit aan op een pompstation t.h.v huisnr.60 die het water met een persleiding pompt naar het bestaand rioleringsstelsel t.h.v de N72- Vogelsancklaan. Er wordt enkel RWA aangelegd vanaf tussen huisnr.60 en de N72. 

-    Langs de Kriekelstraat wordt er ook een pompstation voorzien om de gravitaire DWA met een persleiding te kunnen aansluiten op de nieuwe gravitaire DWA in de Raafstraat. Ten noorden van het pompstation wordt geen nieuwe DWA aangelegd. 

Alle nieuwe DWA wordt uiteindelijk aangesloten op de N72-Vogelsancklaan en de DWA in de Merelstraat. De pompstations worden afgesloten met een doorzichtige omheining waardoor de visuele impact klein is. 

De verharding naar de pompstations wordt aangelegd in grasbeton tegels die ingezaaid dienen te worden, en de verharding rond de pompstations wordt aangelegd in betonstraatstenen. 

De pompstations worden elk voorzien van een LS-kast.

RWA: 

De nieuwe RWA wordt hoofdzakelijk voorzien als gravitaire riolering. Binnen de meeste straten is er onvoldoende ruimte voor de aanleg van grachten en met het dempen van de bestaande grachten maken we ruimte voor de aanleg van fietspaden. Waar mogelijk worden overstortconstructies/stuwen voorzien.

-    De nieuwe gravitaire RWA van de Kriekelstraat en de Schunissensteeg wordt aangesloten op de bestaande gracht (langs de Kriekelstraat) die aansluit op de Laambeek. 

-    De nieuwe gravitaire RWA van de Nachtegalenstraat, ten westen van de N72, wordt aangesloten op de bestaande gracht, die ook voor een stuk uitgebreid wordt, ten westen van Nachtegalenstraat 60. 

-    De nieuwe gravitaire RWA van de Nachtegalenstraat, ten oosten van de N72, wordt aangesloten op de riolering van de N72. 

-    Alle andere nieuwe RWA wordt aangesloten op de te verbreden bestaande grachten langs De Drij Dreven.

Wegenis 

De rijwegen worden aangelegd in asfalt opgesloten tussen twee platte kantstroken. Opritten worden heraangelegd in waterdoorlatende betonstraatstenen. Het straatbeeld van De Drij Dreven en de Vogelzangstraat zal wijzigen. Er worden fietspaden voorzien. Voor de aanleg van deze fietspaden zullen bestaande grachten gedempt moeten worden. 

De Kriekelstraat, Vogelzangstraat en De Drij Dreven worden ingericht met vrijliggende fietspaden, waardoor ook een deel van de grachten zullen verdwijnen. 

De fietspaden worden aangelegd in betonverharding. 

In de Boskensweg zal de inrichting volledig veranderen; de straat zelf schuift op richting de woningen, wat een grote groenzone creëert tussen de wegverharding en het spoor. 

Deze zone zal dienst doen als infiltratiezone voor het afstromende hemelwater van de rijweg. De Boskensweg is voorzien als fietsstraat omdat deze op de route van de fietssnelweg ligt. 

Alle kruispunten in het project worden voorzien van verkeersdrempels, dit geldt niet voor zijstraten die uitkomen op andere wegen. Na de werken is er ongeveer 10.000m² minder verharding, er wordt dus onthard. Merendeels wordt er onthard op de punten waar straten aansluiten op de Kriekelstraat.

Grondverbetering 

Langs de Timmerveldweg voorziet de aanvrager een terrein voor grondverbetering (met opp. van 2648m²) op percelen Afd.1 Sectie B 245C, 245D en 245E. Op dit terrein is mengen/ stabiliseren/zeven en tussentijdse opslag van gronden toegestaan. Voor ingebruikname van het terrein wordt 30cm afgegraven over een oppervlakte van 1442m² (op 5.5m van rand terrein). Het terrein wordt na de werken hersteld in oorspronkelijke staat.

Groenaanleg 

Binnen het project worden er waar mogelijk nieuwe bomen aangeplant om de gerooide bomen te compenseren. In totaal worden er 94 bomen aangeplant: 

-    11 zwarte elzen (Alnus glutinosa 'Laciniata') 

-    23 krentenboompjes (Amelanchier lamarckii) 

-    8 zuileiken (Quercus robur 'Fastigiata')

-    15 winterlindes (Tilia Cordata) 

-    15 zomerlindes (Tilia platyphyllos 'Delft') 

-    22 zilverlindes (Tilia tomentosa)


Beschrijving van de aangevraagde vegetatiewijzigingen

De vegetatiewijzigingen betreffen hierbij: 

Ten eerste het verwijderen of beschadigen van kleine landschapselementen: een bestaande boom wordt gerooid om de aanleg van een pompstation mogelijk te maken.

Ten tweede het uitgraven, verbreden, rechttrekken of dichten van kleine landschapselementen: aanleg, herprofileren en dempen van grachten: 

- Langs Nachtegalenstraat: de bestaande gracht wordt uitgebreid. Het uitgebreide stuk wordt voorzien met taluds van 4/4 en met bodem- en oeverversterking in muta- (voor bodem) en riettegels (voor talud). 

- Langs De Drij Dreven: de bestaande grachten worden geherprofileerd en geconnecteerd met nieuwe grachten. Deze worden uitgewerkt met taluds van 6/4 en een bodembreedte van 1m zonder bodem- en oeverversterking. 

- Langs de Kriekelstraat: De bestaande gracht wordt geherprofileerd. Deze wordt voorzien met taluds van 4/4, een bodembreedte van 0.5m en met bodem- en oeverversterking in muta- (voor bodem) en riettegels (voor talud). 

Beschrijving van de milieuaspecten

De aanvraag betreft een nieuwe ingedeelde inrichting, namelijk een tijdelijke bemaling in functie van wegenis- en rioleringswerken en dit langs volgende straten: De Drij Dreven, Nieuwstraat, Nachtegalenstraat, Haagstraat, Vogelzangstraat, Kolverenheidestraat, Raafstraat, Dwarsstraat, Boskensweg, Hulsbergweg, Kriekelstraat en Schunissensteeg.

Met volgende aangevraagde rubrieken:

Rubriek    Omschrijving    Hoeveelheid    Klasse

3.4.3°    Lozen van bedrijfsafvalwater (Nieuw)    237 m³/uur    1

53.2.2°b)2°    Onttrekken van grondwater (Nieuw)    1120430 m³/jaar    2

53.11.1°    Onttrekken van grondwater (Nieuw)    4000 m³/dag    1

53.11.2°    onttrekken van grondwater (Nieuw)    2500 m³/dag    1

Zodat de ingedeelde inrichting of activiteit voortaan omvat:

Rubriek    Omschrijving    Hoeveelheid    Klasse

3.4.3°    Lozen van bedrijfsafvalwater (Nieuw)    237 m³/uur    1

53.2.2°b)2°    Onttrekken van grondwater (Nieuw)    1120430 m³/jaar    2

53.11.1°    Onttrekken van grondwater (Nieuw)    4000 m³/dag    1

53.11.2°    onttrekken van grondwater (Nieuw)    2500 m³/dag    1


4.    OPENBAAR ONDERZOEK

Overeenkomstig de criteria van artikels 11 t.e.m. 14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning is de gewone procedure van toepassing en moet de aanvraag openbaar gemaakt worden.

Het openbaar onderzoek werd georganiseerd van 1 maart 2025 t.e.m. 30 maart 2025.

-    De reden voor het openbaar onderzoek is de volgende:

-    Ontbossen voor aanleg pompstation

-    Rooien bomen voor heraanleg opritten en aanleg wegenis

-    Dempen van grachten

-    Aanleg gescheiden riolering

-    Aanleg verharding (wegenis en fietspaden)

-    Terrein voor grondverbetering langs Timmerveldweg

-    Aanvaarding rooilijnplannen Boskensweg, Vogelzangstraat, Kolverenheidestraat, De Drij Dreven, Raafstraat-Hulsbergweg, Nachtegalenstraat, Dwarsstraat, Haagstraat, Nieuwstraat, Kriekelstraat

5.    ADVIEZEN

Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:

Infrabel Antwerpen, Limburg, Vlaams Brabant, Departement Landbouw en Visserij (hoofdbestuur), Elia Asset nv , Fluvius.

6.    MER

De aanvraag is in principe MER-plichtig. De aanvraag bevat een verzoek tot ontheffing van de MER-verplichting. Op 21 juni 2022 werd de ontheffing verleend door het Departement Omgeving voor een termijn van 4 jaar. 

Vanuit de gemeente zijn er geen bezwaren inzake zulke ontheffing.

7.    BESLISSING GEMEENTERAAD INZAKE GEMEENTEWEGEN

Voorliggend dossier komt op de gemeenteraad van mei 2025. In het advies zal als voorwaarde worden opgelegd dat de gemeenteraad een (voorwaardelijk) gunstig advies dient te verlenen m.b.t. de gevraagde wegeniswerken en de bijgevoegde rooilijnplannen.

8.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

Hemelwater

De werken beogen de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel en het uitvoeren van wegeniswerken. Het gescheiden rioolstelsel dat wordt aangelegd is ontworpen conform de Code van de Goede praktijken.

Het hemelwater infiltreert enerzijds op het eigen terrein, anderzijds op het openbaar domein. In die mate is de aanvraag conform de hemelwaterverordening.

Waterparagraaf

Het decreet betreffende het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013 en het wijzigingsbesluit van 25 november 2022, verplicht de vergunningverlenende overheid om de watertoets uit te voeren bij elke aanvraag tot omgevingsvergunning. Dit decreet vormt het juridisch kader voor het integraal waterbeleid in Vlaanderen. Het decreet bevat ook de omzetting van de kaderrichtlijn Water en de Overstromingsrichtlijn.

Binnen het project is er in de straten slechts een beperkte kans op pluviale overstroming. Aan de noordzijde van het gevraagde, ten zuiden van de Laambeek, is een middelgrote kans op pluviale overstromingen, zodat in deze zone enkel een RWA voorzien is.

Daar waar mogelijk zet het project in op buffering en infiltratie van de RWA door het voorzien van overstortconstructies/stuwen en infiltratie in groenbermen.

De bestaande toestand omvat 67.127m² verharding, de gevraagde toestand 57.323m² verharding, zodat de verharding net verminderd wordt.

Natuurtoets

De aanvraag bevat een verscherpte natuurtoets. De verscherpte natuurtoets maakt deel uit van de MER-ontheffing. Gezien de ligging van het project nabij het VEN-gebied nr. 433 “Het vijvergebied Midden-Limburg” is art. 26bis §1 van het decreet natuurbehoud van toepassing en dient de impact van het project op het VEN-gebied via een verscherpte natuurtoets ingeschat te worden.

De beschermde habitats in deelgebied 1 Vijvergebied Midden-Limburg bestaan uit: vijvers en moerassen, bossen en heide (Bijlage 8). De boshabitattypes 9120, 9190 en 91E0 komen effectief nabij het projectgebied voor volgens het beschikbare kaartmateriaal (Figuur 13 en Bijlage 9). De kenmerken, bedreigingen en instandhoudingsdoelstellingen van deze habitattypes worden geschetst in Bijlage 9. Het boslandschap is belangrijk voor aangemelde soorten, met name vogels zoals middelste bonte specht, wespendief en zwarte specht en voor vleermuizen zoals laatvlieger, franjestaart, rosse vleermuis en dwergvleermuis.

Voorliggend project heeft intrinsiek tot doel de vuilvracht van de wijk Kolveren (1.066IE) aan te sluiten op riolering in de Moverkensstraat voor doorvoer naar RWZI Zonhoven. Een groot deel van de vuilvracht wordt hiermee van de Voortbeek afgehaald en heeft hierdoor een belangrijke impact op de stroomafwaarts gelegen belangrijke natuurkern van het Integraal en Strategisch Project De Wijers. Bijgevolg speelt voorliggend project rechtstreeks in op de eerste prioritaire inspanning die voor dit deelgebied werd vooropgesteld.

Door de locatie van pompstations buiten habitatrichtlijngebied en de aanleg van riolering en RWA-leidingen in de openbare weg en de omliggende bermen wordt geen direct ecotoopverlies verwacht.

Bestaande grachten worden maximaal behouden. De inzaaiing na de werkzaamheden wordt beoogd middels natuurlijke ontwikkeling, teneinde floravervalsing te vermijden.

Fragmentatie van de ecologisch waardevolle gebieden wordt vermeden t.g.v. de aanvraag door de werkzone te beperken tot het openbaar domein voor aanleg van de leidingen. Ook voor de pompstations wordt geen bijkomende werkzone voorzien.

Er wordt slechts beperkte tijdelijke invloed op SBZ verwacht naar aanleiding van de bemaling. Daar waar toch invloed van de beschermde gebieden verwacht wordt, voorziet de aanvraag oppervlakkige bevloeiing en de aanleg van infiltratiegrachten om verdroging te voorkomen.

Het verwachtte afvloeiiende bemalingswater zal in beperkte mate bijkomende stoffen introduceren, doch zoals de aanvraag aangeeft betreft dit zeer beperkte hoeveelheden, dewelke niet problematisch zijn.

Tijdelijke geluidshinder is mogelijk bij de werken, doch eveneens onvermijdbaar. Evenwel bevindt het gevraagde zich ten zuiden van de E314, alsook in de nabijheid van andere grote wegen. De aanwezige uitlopers van habitat- en vogelrichtlijngebied zijn zodoende op heden reeds in grote mate verstoord, zodat de tijdelijke verstoring een beperkte impact heeft.

Het gevraagde doorstaat de natuurtoets.

Erfgoed- en Archeologietoets

Conform het Onroerenderfgoeddecreet de dato 12 juli 2013 en latere wijzigingen is een bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag. De aanvraag bevat een archeologisch rapport vanwege ABO Consultancy. De archeologietoets bestaat uit de volgende stappen:

- Een studie van de bestaande en ontsloten landschappelijke gegevens plaatst het projectgebied in een breder landschappelijk kader. Hiertoe worden zowel kaartmateriaal als literaire bronnen geconsulteerd. 

- Een studie van de bestaande en ontsloten historische en archeologische gegevens geeft inzicht in het archeologisch potentieel van het Projectgebied. Hierbij worden voornamelijk inventarissen onroerend erfgoed en historische kaarten geraadpleegd. 

Op basis van de resultaten van dit onderzoek wordt een advies geformuleerd omtrent een eventueel archeologisch vooronderzoek, een vervolgonderzoek, een in situ bewaring of een ‘geen maatregelen’

Volgens de Inventaris Bouwkundig Erfgoed bevinden er zich erfgoedwaarden op het projectgebied. Het projectgebied wordt van het noordwesten tot het zuidoosten omgeven door het vastgesteld landschapsatlasrelict ‘Vijvergebied tussen Laambeek en Slangebeek’ (ID 10317). De ankerplaats bevindt zich op het meest westelijke gedeelte van de Nachtegalenstraat en wordt gekenmerkt door een aaneenschakeling van vijvers, moerassen, heide, hooiland en bos en telt verschillende natuurreservaten. Het is het grootste aaneengesloten vijvergebied van België dat ook gekend is als de Wijers.

In het projectgebied zelf bevinden zich geen meldingen uit de Centrale Archeologische Inventaris.

De archeologienota klinkt als volgt:

“Voor het tracé van De Drij Dreven, Nieuwstraat, Vogelzangstraat, Raafstraat, Kriekelstraat, Dwarsstraat, Hulsbergweg, Haagstraat, Kolverenheidestraat Boskensweg en Nachtegalenstraat wordt ‘geen maatregelen’ geadviseerd voor de geplande rioleringswerken, heraanleg van de wegenis, het rooien van bomen en de beperkte ontbossing. Ondanks de reeds uitgevoerde archeologische onderzoeken aan onder andere de Vogelzangstraat, wordt het tracé hier eveneens vrijgegeven voor verder onderzoek. De kosten van het onderzoek wegen niet op tegen de geringe te onderzoeken oppervlakte. De geplande ingrepen op het terrein voor grondverbetering zijn beperkt van aard. Tevens zullen ze plaatsvinden in de aangetoonde teelaarde, op basis van het archeologisch rapport uit 2015. Na het proefsleuvenonderzoek werd het terrein vrijgegeven en opgenomen als GGA. Het archeologisch bodemarchief zal niet bedreigd worden door de geplande werken op deze partum percelen.”

Gelet op de beperkte (mogelijke) erfgoedwaarde kan de archeologienota bijgetreden worden. Op 29 november 2024 nam het Agentschap Onroerend Erfgoed akte van de archeologienota en legde geen extra maatregelen op.

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

De overeenstemming met een goede ruimtelijke ordening wordt beoordeeld met inachtneming van volgende beginselen: 1° het aangevraagde wordt, voor zover noodzakelijk of relevant, beoordeeld aan de hand van aandachtspunten en criteria die betrekking hebben op de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4; 2° het vergunningverlenende bestuursorgaan houdt bij de beoordeling van het aangevraagde rekening met de in de omgeving bestaande toestand, doch het kan ook beleidsmatig gewenste ontwikkelingen met betrekking tot de aandachtspunten, vermeld in 1°, in rekening brengen;

Functionele inpasbaarheid

De voorziene werken zijn functioneel inpasbaar in de omgeving. De projectzone wordt voorzien van een volwaardige riolering en vernieuwing van de weginfrastructuur. Dergelijke werken van algemeen belang zijn inpasbaar in de toepasselijke bestemmingen.

Mobiliteitsimpact

Het gevraagde betreft o.a. de heraanleg van de wegenissen in asfalt. De opritten zullen heraangelegd worden in waterdoorlatende betonstraatstenen, met behoud van de op heden bestaande inritten conform de daarop van toepassing zijnde vergunning. 

Aan de Kriekelstraat, De Drij Dreven en de Vogelzangstraat worden fietspaden voorzien.

De Boskensweg zal opschuiven en voorzien worden als fietsstraat.

Gezien het in essentie om de heraanleg van bestaande wegen gaat, wordt een beperkte mobiliteitsimpact verwacht in de vorm van bijkomende fietsbewegingen.

De verkeersveiligheid zal verhoogd worden door aanleg van verkeersdrempels aan de kruispunten.

Het gevraagde is naar mobiliteitsimpact aanvaardbaar.

Schaal

Het project vindt vrijwel geheel plaats in openbaar domein. Er is quasi geen schaalwijziging van toepassing, dan wel wordt voor bijna 10.000m² onthard.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

De aanvraag voorziet niet in de oprichting van gebouwen. Bijgevolg hebben de werken geen impact op de bestaande bouwdichtheid in de omgeving van het project.

Visueel-vormelijke elementen

De visueel-vormelijke impact na de werken betreft een verbetering ten opzichte van de bestaande toestand, enerzijds omwille van de heraanleg van de wegenis met fietspad en anderzijds omwille van de aanplant van verschillende boomsoorten. Er wordt bijkomend ook in grote mate onthard, hetgeen de visuele beleving ten goede komt.

Cultuurhistorische aspecten

Binnen de projectzone bevinden zich geen beschermde cultuurhistorische waarden. Cultuurhistorische aspecten buiten de projectzone zullen geen invloed ondervinden

Bodemreliëf

Enkele grachten worden gedempt voor de aanleg van de fietspaden. Binnen het project blijven genoeg grachten voorzien voor de vereiste buffering. De reliëfwijzigingen zijn aanvaardbaar.

Hinderaspecten, gezondhyeid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Tijdens de uitvoering van de werken zal er onoverkomelijk verkeershinder zijn. Zowel de verkeershinder als overige vormen van hinder worden indien mogelijk zoveel mogelijk beperkt en zijn tijdelijk van aard. 

De aanvraag voldoet aan de criteria voor de goede ruimtelijke ordening in de onmiddellijke en ruime omgeving.

Beoordeling van het milieutechnisch luik

De aanvraag betreft een nieuwe ingedeelde inrichting, namelijk een tijdelijke bemaling in functie van wegenis- en rioleringswerken “Aansluiting Kolveren” en dit langs volgende straten: De Drij Dreven, Nieuwstraat, Nachtegalenstraat, Haagstraat, Vogelzangstraat, Kolverenheidestraat, Raafstraat, Dwarsstraat, Boskensweg, Hulsbergweg, Kriekelstraat en Schunissensteeg.

De bemaling bestaat uit 9 verschillende fasen die verder opgedeeld zijn in deelfasen. Er wordt gewerkt met een voortschrijdende lijnbemaling die de rioleringswerken zal volgen. De verticale filters worden op een diepte van max. 8 m geplaatst met een tussenafstand van maximaal 3 m. De maximale grondwatertafelverlaging bedraagt 4,2 m. 

Het bemalingsdebiet bedraagt 1.120.430 m³/jaar, gedurende 570 dagen. Dit komt neer op een totaaldebiet van 1.687.521 m³. 

In overleg met ANB werd afgesproken dat het maximale dagdebiet 2.500 m³ zal bedragen. Enkel tijdens fasen waarbij de invloedstraal niet tot in SBZ-gebied rijkt kan een hoger dagdebiet van 4.000 m³ bemaald worden.

Voor het project worden verschillende lozingspunten aangeduid. Er zal enerzijds geloosd worden op grachten in het projectgebied, maar ook op de gemengde riolering van de Hortstraat en Dwarsstraat. Op de openbare riolering wordt max. 237 m³/uur geloosd. Daarnaast worden ook enkele zones bevloeid als milderende maatregel. 

Om het water maximaal te laten infiltreren worden drempels (zandzakken) in de grachten aangebracht. Dit maakt dat in totaal 148.615 m³ gedurende de bemalingsperiode opnieuw zal kunnen infiltreren.

In het gebied komen van nature verhoogde concentraties zware metalen voor. Daarom wordt een bijstelling aangevraagd voor artikel 4.2.3.1.3° (lozing van bedrijfsafvalwater dat één of meer gevaarlijke stoffen bevat). Gezien de bijgevoegde motivatie kan dit gevolgd worden.

Gezien het hoge debiet komt het project voor op bijlage II van het project-mer-besluit - rubriek 10.o): Onttrekken van grondwater als het debiet 1000 m³ per dag of meer bedraagt en de activiteit een betekenisvolle aantasting van de natuurlijke kenmerken van een speciale beschermingszone kan veroorzaken - wat maakt dat een project-MER opgemaakt moet worden, tenzij er na een gemotiveerd verzoek van de initiatiefnemer een ontheffing bekomen wordt.  

De aanvrager heeft op 21 juni 2022 een ontheffing bekomen van de dienst MER. De ontheffing werd verleend voor een termijn van 4 jaar.

De invloedstraal van de bemaling reikt de bemaling tot in de nabijgelegen SBZ-zone . Er werd een passende beoordeling en verscherpte natuurtoets opgesteld en mee geïntegreerd in de MER-ontheffingsvraag. 

In dit ontheffingsrapport werd nagegaan of er aanzienlijk negatieve effecten op het milieu kunnen optreden ten gevolge van het project. In dit project worden enkele maatregelen genomen om mogelijke milieueffecten te vermijden. 

-    De bemaling wordt gefaseerd uitgevoerd via peilgestuurde bemaling. 

-    Om de invloed van de bemaling te milderen wordt ingezet op maximale infiltratie in het bestaande grachtenstelsel en de aangelegde RWA. 

-    Lokaal wordt oppervlakte-infiltratie via bevloeiing toegepast in bijzonder beschermd gebied om uitdroging van waardevolle vegetatie te voorkomen.

-    Deelfase 8A zal uitgevoerd worden buiten het groeiseizoen.

Geluidshinder

De pompen van de bemaling kunnen geluidshinder en trillingen geven. Er dient gewerkt te worden met geluidsarme pompen om de geluidshinder te beperken.

Voorwaarden 

Gezien bovenstaande motivering worden volgende voorwaarden voorgesteld: 

-    Er dient gewerkt te worden met geluidsarme pompen om de geluidshinder te beperken.

-    De in de MER-ontheffing voorgestelde projectgeïntegreerde maatregelen moeten worden nageleefd.

Het omgevingsproject vraagt een omgevingsvergunning van bepaalde duur namelijk gedurende de riolerings- en infrastructuurwerken van dit project. Gezien bovenstaande motivering, kan dit gevolgd worden.

Toets van de aangevraagde vegetatiewijzigingen

Voor de aanvraag zijn naar vegetatiewijzigingen natuurontwikkelingsgebied en landschappelijk waardevol agrarisch gebied van tel.

Er zijn kleine landschapselementen aanwezig in een Vogelrichtlijn-, Habitatrichtlijn- of Ramsargebied, alsook in een gebied van historisch permanent grasland en IVON-gebied.

De vegetatiewijzigingen betreffen hierbij ten eerste het verwijderen of beschadigen van kleine landschapselementen: een bestaande boom wordt gerooid om de aanleg van een pompstation mogelijk te maken.

Ten tweede het uitgraven, verbreden, rechttrekken of dichten van kleine landschapselementen: aanleg, herprofileren en dempen van grachten: 

- Langs Nachtegalenstraat: de bestaande gracht wordt uitgebreid. Het uitgebreide stuk wordt voorzien met taluds van 4/4 en met bodem- en oeverversterking in muta- (voor bodem) en riettegels (voor talud). 

- Langs De Drij Dreven: de bestaande grachten worden geherprofileerd en geconnecteerd met nieuwe grachten. Deze worden uitgewerkt met taluds van 6/4 en een bodembreedte van 1m zonder bodem- en oeverversterking. 

- Langs de Kriekelstraat: De bestaande gracht wordt geherprofileerd. Deze wordt voorzien met taluds van 4/4, een bodembreedte van 0.5m en met bodem- en oeverversterking in muta- (voor bodem) en riettegels (voor talud). 

Enkele bestaande grachten worden gedempt om de aanleg van een fietspad mogelijk te maken. Hiertoe worden verschillende bomen gerooid. De aanvraag bevat een afdoende boscompensatievoorstel in de vorm van een compenserende bebossing.

ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden. 

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen: 

Stedenbouwkundige voorwaarde 

-    Er dient een positief besluit te worden bekomen van de gemeenteraad m.b.t. de zaak der wegen;

Bijzondere milieuvoorwaarde

-    Er dient gewerkt te worden met geluidsarme pompen om de geluidshinder te beperken.

-    De in de MER-ontheffing voorgestelde projectgeïntegreerde maatregelen moeten worden nageleefd.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen volgt integraal het advies van de gemeentelijk omgevingsambtenaar omtrent het sluiten van het openbaar onderzoek en tot het afleveren van een  voorwaardelijk gunstig advies.

Artikel 2

Volgende voorwaarden worden opgelegd:

Stedenbouwkundige voorwaarde 

-    Er dient een positief besluit te worden bekomen van de gemeenteraad m.b.t. de zaak der wegen;

Bijzondere milieuvoorwaarde

  • Er dient gewerkt te worden met geluidsarme pompen om de geluidshinder te beperken.
  • De in de MER-ontheffing voorgestelde projectgeïntegreerde maatregelen moeten worden nageleefd.
15.

2025_CBS_00448 - OMV - Hoorzitting Provinciale Omgevingsvergunningscommissie (POVC) - Hasseltse Beverzakstraat - 2025/00023 - Kennisneming

Kennis genomen

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
15.

2025_CBS_00448 - OMV - Hoorzitting Provinciale Omgevingsvergunningscommissie (POVC) - Hasseltse Beverzakstraat - 2025/00023 - Kennisneming

2025_CBS_00448 - OMV - Hoorzitting Provinciale Omgevingsvergunningscommissie (POVC) - Hasseltse Beverzakstraat - 2025/00023 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Aanvraag van Fluvius System Operator CV, Trichterheideweg 8 te 3500 Hasselt voor wegenis en rioleringswerken en bemaling aan de Hasseltse Beverzakstraat.

Het dossier staat geagendeerd om te bespreken op de vergadering van de Provinciale Omgevingsvergunningscommissie (POVC) van maandag 14 april 2025.

De POVC vergadert digitaal via Microsoft Teams.
De voorzitter van de POVC heeft beslist om de hoorzittingen in principe alleen schriftelijk te houden (conform artikel 44 van het Omgevingsvergunningsbesluit).

We kunnen dus zelf niet aanwezig zijn op de POVC-vergadering.

Indien we wensen om schriftelijk gehoord te worden, moet tegen woensdagavond 9 april 2025 onze input opgeladen op het Omgevingsloket (via de actie 'verstuur een bericht' naar de Provinciale Omgevingsvergunningscommissie Limburg, naar de gemeente en naar alle adviserende diensten).

Er werd door het college advies verleend binnen deze procedure op 25 maart 2025.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen beslist geen extra input op te laden voor de hoorzitting van maandag 14 april 2025.

16.

2025_CBS_00449 - OMV - Vergunning - Holsteenweg 30 - 2025/00014 - Gedeeltelijke goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
16.

2025_CBS_00449 - OMV - Vergunning - Holsteenweg 30 - 2025/00014 - Gedeeltelijke goedkeuring

2025_CBS_00449 - OMV - Vergunning - Holsteenweg 30 - 2025/00014 - Gedeeltelijke goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Dossiernummer:    2025/00014

Referentie omgevingsloket:    OMV_2024047544

De aanvraag, ingediend door de heer Bram Nenczl wonende te Kruisstraat 16A te 3520 Zonhoven, werd ontvangen op 24/01/2025 en op 17/02/2025 ontvankelijk en volledig verklaard.

De aanvraag gaat over een terrein, gelegen Holsteenweg 30, kadastraal gekend als afdeling 2 sectie D nr. 64F.

De aanvraag gaat over het verbouwen en uitbreiden van een bedrijfswoning met carport en zorgwoning en terreinaanlegwerken.

De aanvraag omvat stedenbouwkundige handelingen.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de geldende wettelijke bepalingen, (in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende Algemene Bepalingen inzake Milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), het decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, het decreet Natuurbehoud en hun uitvoeringsbesluiten).

1.    STEDENBOUWKUNDIGE BASISGEGEVENS

    De locatie van de aanvraag is volgens het Origineel bij Koninklijk besluit goedgekeurd gewestplan op 3 april 1979 gelegen in landschappelijk waardevol agrarisch gebied.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een bijzonder plan van aanleg.

De locatie van de aanvraag is niet gelegen binnen een ruimtelijk uitvoeringsplan.

De aanvraag is niet gelegen binnen de grenzen van een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Volgende verordeningen zijn van kracht:

•    algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer goedgekeurd op 29 april 1997;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake openluchtrecreatieve verblijven goedgekeurd op 8 juli 2005;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid goedgekeurd op 5 juni 2009;

•    gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, .... goedgekeurd op 10 februari 2023.

2.    HISTORIEK

    Volgende dossiers zijn relevant: 

•    Melding 2023/00235M voor het plaatsen van een tijdelijke verplaatsbare zorgunit geakteerd op 12/12/2023.

•    Stedenbouwkundige vergunning (1969/00138) voor het verbouwen van het woonhuis - goedgekeurd op 18/08/1969.

•    Stedenbouwkundige vergunning (1993/00037) voor de regularisatie van bedrijfsgebouwen - geweigerd op 29/03/1993.

•    Stedenbouwkundige vergunning (1994/00012) voor de regularisatie bedrijfsgebouwen - geweigerd op 07/02/1994.

•    Stedenbouwkundige vergunning (1995/07063) voor de regularisatie en uitbreiding landbouwbedrijf - goedgekeurd op 12/06/1995.

•    Stedenbouwkundige vergunning (1995/07330) voor het uitbreiden van de stal met mestopslagplaats - goedgekeurd op 20/05/1996.

•    Stedenbouwkundige vergunning (2003/09130) voor het bouwen van een veranda - goedgekeurd op 19/05/2003.

•    Stedenbouwkundige vergunning (2006/10505) voor het regulariseren van een machineloods - goedgekeurd op 31/05/2007.

•    Stedenbouwkundige vergunning (2014/00115) voor het stallen van voertuigen en machines en de opslag van brandhout - geweigerd op 28/10/2014.

•    Milieuvergunning 2VL328/nde voor landbouwbedrijf - stalling van 70 runderen  en opslag van 159 m3 dierlijke mest – aktename/ exploitatievergunning op 22/10/1990.

•    Milieuvergunning 752.4-299 voor de bovengrondse opslag van 5500 l mazout - goedgekeurd op 09/11/1993.

•    Milieuvergunning 2VL116/nde voor de bovengrondse mazoutopslag 5500 l en opslag dierlijke mest 180 m3 

--> deze vergunning vervangt aktenemingsbesluit met datum 10/07/1995 - goedgekeurd op 07/07/1995.

•    Milieuvergunning 752.4-652 voor landbouwbedrijf - herstelwerkplaats en stalling van voertuigen (3 tractors, 4 aanhangwagens, 2 kipwagens en 1 bandenkraan) - goedgekeurd op 04/12/2006.

•    Milieuvergunning 752.4-930 voor landbouwbedrijf - verandering van een bestaande klasse 3 - goedgekeurd op 03/10/2017.

•    Bouwmisdrijf dossier 2014/0002 voor de opslag van grond en materialen -  pv op 13/04/2014 – afgesloten wegens herstel 25/03/2019.

•    Bouwmisdrijf dossier 1993/0016 voor pv 93.05.24.1/1 ap: het oprichten van bedrijfsgebouwen, pv 93.06.30.1/1 ap: het oprichten van een open bergplaats en landbouwmachines - pv op 27/05/1993 -  arrest van 30/05/2007 van het Hof van Beroep te Antwerpen (geen rechtsvervolging, herstelvordering ongegrond, geding niet ontvankelijk verklaard).

3.    BESCHRIJVING OMGEVING EN AANVRAAG

    Beschrijving van de plaats & omgeving

Het perceel bevindt zich aan de Holsteenweg, een gemeenteweg ten noordoosten van het centrum van Zonhoven.

De omgeving bestaat hoofdzakelijk uit een groen ingevuld landschappelijk waardevol agrarisch gebied en het natuurreservaat “De Teut” en tevens een beperkt gedeelte lintbebouwing met voornamelijk vrijstaande eengezinswoningen en het recreatiegebied Holsteen ten oosten van de aanvraag.

Aan de rechterzijde van het goed van de aanvraag is de “Holsteenhoeve” gelegen, een zonevreemde woning met nevenbestemming horeca.

De bestaande bebouwing bestaat uit een bedrijfswoning met stalling, type langgevelhoeve (32m x 6,5m), met 1 bouwlaag en zadeldak en rechts achter de bedrijfswoning een landbouwloods/ machineloods (10m x 31m).

Achter de hoevewoning, op een verhard gedeelte voor de loods, werd recent (2024) een verplaatsbare tijdelijke zorgunit gebouwd met een oppervlakte van 45m².

De plaatsing is tijdelijk voor een maximale totale duur van drie jaar per hoofdwooneenheid. De duur van de plaatsing kan met een nieuwe melding slechts één keer verlengd worden met een aanvullende periode van maximaal drie jaar.

De inplanting van de zorgunit is niet conform het inplantingsplan van de melding.

Er is op het goed nog een niet vergunde aangebouwde veranda en een hobbyserre  achteraan de woning aanwezig evenals verharding.

Het onverharde, niet bebouwde gedeelte van het terrein bestaat uit gazon, een beperkt aantal bomen, een beplanting langsheen de machineloods en grasland aan de achterzijde.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

De aanvraag gaat over het verbouwen en uitbreiden van de bedrijfswoning waarbij intern een zorgwoning ingericht wordt en tevens over de aanpassing van de terreininrichting.

De bestaande vergunde situatie betreft een gebouw type langegevelhoeve met een bouwbreedte van 32m en een bouwdiepte van 6,5m.

Er is een bedrijfswoning in het linkse gedeelte aanwezig met een breedte van 13,50m en een bouwdiepte van 6,50m en een stalling en berging bevinden zich in het rechtse gedeelte van het bestaande gebouw over een breedte van 18,5m en een bouwdiepte van 6,50m.

Het bestaande gebouw heeft 1 bouwlaag met een kroonlijsthoogte van 3,45m en een nokhoogte van  5,42m. De gevels zijn afgewerkt in een roodbruine gevelsteen en het zadeldak is afgewerkt met rode pannen.

De stalling/ berging rechts wordt deels afgebroken en voor het overige wordt het geheel verbouwd en uitgebreid tot bedrijfswoning met zorgwoning.

De totale bouwbreedte van 32m wordt voor het hoevegebouw teruggebracht tot 27m en aan de rechterzijde opnieuw uitgebreid met een carport tot in totaal 30,12m gevelbreedte volgens het grondplan  (30,20m volgens het inplantingsplan).

Het hoevegebouw wordt langs de buitenzijde voorzien van isolatie en een nieuwe gevelsteen in oranje tint, na verwijdering van de bestaande gevelsteen. De bouwdiepte komt hiermee op 7m.

De kroonlijsthoogte komt op 3,60m en de nokhoogte van het nieuwe dak tot op 6,76m. In het nieuwe dak, afgewerkt met zwarte dakpannen, worden aan de voorzijde 4 dakkapellen voorzien, afgewerkt met een houten bekleding, en aan de achterzijde 4 dakvlakvensters en een dakoversteek. Het buitenschrijnwerk is voorzien in aluminium met zwarte kleur.

De verbouwde en opgetrokken bedrijfswoning  krijgt, exclusief de aangebouwde carport, een volume van 998,5m³. Met de fysiek aansluitende carport komt het volume op 1061,36m³.

De minimale afstand tot de linker perceelgrens bedraagt 4,72m, de afstand tot de rechter perceelgrens bedraagt meer dan 3m (maat niet opgegeven)en deze tot de voorste perceelgrens bedraagt 14,18m.

Intern wordt op het gelijkvloers van links naar rechts voorzien: een bergplaats, keuken en eetruimte, gemeenschappelijke woonruimte, inkomhal, technische ruimte, keuken- en woonruimte kangoeroewoning, slaapkamer en badkamer kangoeroewoning, carport.

Op de verdieping bevinden zich links van de overloop met vide een slaapkamer met aansluitende badkamer en dressing en aan de rechterzijde 2 slaapkamers, een badkamer en zitruimte.

Het maaiveld situeert zich zo’n 5cm boven het peil van de wegas en de vloerpas wordt gebracht op 10cm  boven het maaiveld.

Op het terreinprofiel bestaande toestand wordt aangegeven dat het maaiveld zich op 15cm boven het peil van de wegas bevindt.

Het perceel wordt verder aangelegd met verhardingen, groenaanleg en een wadi.

Momenteel is een ruime oprit van 4m breedte en meer aanwezig, in een grindverharding die doorloopt tot aan de landbouwloods en achterzijde van de hoeve. Ter hoogte van de loods is ook een 100m² betonverharding aanwezig en een gedeelte betontegels voor de loods.

Er werd een inrit van 193m² vergund alsook een binnenkoer van in totaal 416m² (voor de loods en het stal/ berging-gedeelte van de hoeve).

Men wenst een strook van ca. 10m breed voor de loods te voorzien van waterdoorlatende betonstenen (de betonverharding 100m² blijft behouden) voor circulatie van landbouwvoertuigen en stalling van 2 wagens aan de achterzijde van de hoeve.

Ook een gedeelte van de inrit wenst men in betonstenen te voorzien over een breedte van 4m ter hoogte van de afslag naar de loods.

De totale oppervlakte van de verharding in betonstenen, waterdoorlatend, bedraagt 322,94m², deze sluit aan op de betonverharding van 100m².

Naar de straatzijde toe én naar het achterliggende perceel toe worden 2 “karrensporen” in een klinkerverharding aangelegd. Het gaat om 2 stroken van 0,9m breed met een tussenruimte van 1,10m. De totale oppervlakte van de klinkerverharding van de “karrensporen” bedraagt 187,26m².

Op het openbaar domein wordt over de volledige breedte een klinkerverharding voorzien die uitwaaiert naar de straat toe van 4m tot zo’n 6m breed.

Langsheen de voorgevel, de linker zijgevel en de achtergevel worden paden (ca. 1m breedte) voorzien in klinkerverharding, aansluitend tevens een terras in klinkerverharding aan de achterzijde. De totale oppervlakte van paden en terras bedraagt 105,76m².

Een bestaande eik rechts naast de hoeve wordt gerooid omdat deze in slechte staat is. Een verslag van de boomverzorger wordt toegevoegd.

Voor het overige wordt de voortuin, naast de inrit en paden, ingericht met gras. Langs de inrit en  ter hoogte van de voorste perceelgrens wordt een haag voorzien en 3 bestaande bomen aan de rechterzijde blijven behouden. De voortuin zal tevens benut worden voor de plaatsing van een septische put en regenwaterput en de aanleg van de wadi.

Achter de bedrijfswoning wordt een tuinzone van zo’n 15m diep aangelegd met gras en een haag langsheen de rand met de verhardingen die eraan grenzen.

Achter de inrit/ parking/ loods voorziet men een achtertuin met gras, een haagje en enkele bomen. Hier zijn tevens opvangvoorzieningen voor het hemelwater van de mobiele zorgunit voorzien.

4.    OPENBAAR ONDERZOEK 

    Het dossier werd volgens de vereenvoudigde procedure behandeld.

Er werd bijgevolg geen openbaar onderzoek gehouden.

5.    ADVIEZEN

    Aan volgende adviesverleners werd advies gevraagd:

•    dienst facilitair management

•    Departement Landbouw en Visserij (hoofdbestuur).

6.    EFFECTEN OMGEVING

    Project-MER

De aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van bijlage I, II en III van het besluit inzake projectmilieueffectrapportage van 10 december 2004 en latere wijzigingen.

Stikstofdecreet

Voor een nieuwbouw eengezinswoning, kunnen we uitgaan van ongeveer 2920 vervoersbewegingen per jaar (4 personen x 2 vervoersbewegingen/persoon x365 dagen/jaar= 2920 jaarlijkse vervoersbewegingen). Dit is minder dan 70.000 jaarlijkse vervoersbewegingen (VITO tabel 3, licht verkeer, KDW =6 en afstand = 0). Dit betekent dat zelfs indien een huis op het meest kritische habitat gebouwd wordt, de impact van het verkeer nog niet zal zorgen voor een overschrijding van de 1% de minimis. We kunnen bijgevolg met absolute zekerheid besluiten dat de impactscore van de verbouwing van deze bedrijfswoning, voor wat betreft mobiliteit, lager is dan 1%.

7.    INHOUDELIJKE BEOORDELING

    Decretale beoordelingselementen

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de VCRO kan gesteld worden dat de Holsteenweg een voldoende uitgeruste openbare weg is.  

De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

De aanvraag gaat, onder andere, over de verbouwing en uitbreiding van een bedrijfswoning.  

Artikel 4.3.6. van de VCRO stelt dat voor het bouwen of uitbreiden van een bedrijfswoning bij een bedrijf, in een daartoe geschikt bestemmingsgebied, een omgevingsvergunning kan worden verleend voor een volume van ten hoogste 1.000m³, of 1.250 m³ in geval van bewoning door meer dan één met het bedrijf verbonden gezin.  Een vergunning moet geweigerd worden als de aanvraag betrekking heeft op het oprichten van een tweede of een bijkomende, vrijstaande bedrijfswoning bij eenzelfde bedrijf.

De aanvraag gaat over het grondig verbouwen en uitbreiden van een bedrijfswoning met een totaal volume tot 1061,36m³ , er wordt  niet voldaan aan deze bepalingen en er kan bijgevolg geen vergunning worden verleend.

De aanvraag omvat de inrichting van een zorgwoning. Op het goed is reeds een tijdelijke verplaatsbare zorgunit aanwezig.

Artikel 4.1.1, 18°, van de VCRO bepaalt dat in of bij een woning slechts 1 ondergeschikte wooneenheid gecreëerd mag worden om te voldoen aan de definitie zorgwonen. Wanneer meerdere ondergeschikte wooneenheden gecreëerd worden in of bij 1 hoofdwooneenheid, voldoen deze niet aan de definitie zorgwonen en is een omgevingsvergunning vereist voor het wijzigen van het aantal woongelegenheden.

Een “ondergeschikte wooneenheid” betekent, naast het feit dat deze in omvang kleiner moet zijn dan de hoofdeenheid, vervolgens dat de bijkomende wooneenheid ondergeschikt moet zijn. 

Vanuit ruimtelijke ordening is dit steeds zo geïnterpreteerd dat er op zijn minst voldoende gemeenschappelijke ruimtes aanwezig moeten zijn, en dat de ondergeschikte wooneenheid niet helemaal op zichzelf als een volledig aparte woning zou kunnen functioneren. 

Uit de plannen moet blijken welke ruimte gedeeld wordt en dat de woning na de beëindiging van de zorgsituatie terug omgevormd kan worden tot 1 woongelegenheid.

Er wordt niet voldaan aan de bepalingen voor zorgwonen en er kan bijgevolg geen vergunning worden verleend.

Er is reeds een tijdelijke verplaatsbare zorgunit aanwezig, er kan geen 2de zorgwoning vergund worden.

Op de plannen staat enkel aangegeven welke de interne functies van de ruimte voor zorgwonen zijn, er is geen nabestemming in functie van de eengezinswoning/ bedrijfswoning aanwezig. Slechts in de nota wordt aangegeven dat de nabestemming garage/ berging zal zijn.

Bij een eerdere aanvraag tot het verbouwen van een boerderij tot boerderij met zorgunit werd dit reeds aangehaald (28/03/2024, ref. OMV_2024021283 – OV/2024/00033):

“Op 12/12/2023 werd een aktename gedaan (dossier 2023/00212M) voor het plaatsen van een tijdelijke verplaatsbare zorgunit.

Met de huidige aanvraag wenst men opnieuw een zorgwoning te creëren voor dezelfde persoon zonder afstand te doen van de voorgaande zorgunit.

In of bij een vergunde woning kan slechts 1 kleinere ondergeschikte wooneenheid in functie van zorgwonen toegelaten worden.

Daarnaast …

De verbouwing/ uitbreiding van de bedrijfswoning zal dan dusdanig moeten aangepast worden dat de basisfuncties van de ruimte (thans aangegeven als zorgwoning) op de plannen staan. Men geeft aan dat er een garagefunctie en gebruik als berging zal zijn achteraf. Dit kan niet zonder verbouwing zonder stabiliteitswerken (er is geen gevelopening die als poortopening kan fungeren).

Aangezien er hier geenszins 2 woongelegenheden kunnen voorzien worden, slechts een bedrijfswoning met mogelijk een ondergeschikte zorgwoning, dient de aanvraag hier zeer duidelijke info over te verstrekken.”

Hiermee werd wederom geen rekening gehouden.

Zonering

Het perceel is volgens het zoneringsplan voor riolering, van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM), gelegen in collectief te optimaliseren buitengebied. Er is riolering gepland, of er is riolering aanwezig maar die is nog niet aangesloten op een waterzuivering. Er moet een septische put voorzien worden in afwachting van een aansluiting op de riolering en rioolwaterzuivering.

Waterparagraaf

Hemelwaterverordening

De aanvraag valt onder de toepassing van het besluit van de Vlaamse regering van 10 februari 2023, houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

De plannen geven aan dat de grondige verbouwingswerken ook werken aan het hemelwaterafvoersysteem en het afvoersysteem van afvalwater omvatten.

De totale horizontale dakoppervlakte van de hoevewoning na de werken bedraagt 184,69m². De carport heeft een dakoppervlakte van 19,36m² (decretaal niet vergunbaar). Het geheel bedraagt 204,05m².

Voor de bedrijfswoning exclusief carport is een regenwaterput met een inhoud van 10000 liter vereist.

Voor de bedrijfswoning inclusief carport is een regenwaterput met een inhoud van 20405 liter vereist.

Er wordt aangegeven dat een hemelwaterput met een inhoud van 15000 liter voorzien wordt met recuperatie van het hemelwater voor alle toiletten, aansluiting voor een wasmachine, een dienstkraan (poetswater) en een buitenkraan (tuinbesproeiing).

De overloop van de hemelwaterput wordt aangesloten op een open infiltratievoorziening met een opvangcapaciteit van 5950 liter (minimaal vereist 5744 liter voor 174,05m² oppervlakte en minimaal vereist 5105 liter voor 159,64m² oppervlakte) en een infiltratieoppervlakte van 17m² (minimaal vereist 13,92m² voor 174,05m² oppervlakte en minimaal vereist 12,37m² voor 159,64m² oppervlakte).

De verordening is niet van toepassing voor wat betreft de aanleg van de voorziene verhardingen omdat het hemelwater dat op de verharding valt niet wordt opgevangen en afgevoerd, maar op natuurlijke wijze op eigen terrein in de bodem kan infiltreren door het gebruik van waterdoorlatende materialen en/ of kan afwateren in de aangrenzende groenzones.

De aanvraag voldoet aan deze stedenbouwkundige verordening. Gezien de aanvraag voldoet aan de hemelwaterverordening, doorstaat deze ook de droogtetoets. Het effect van droogte wordt namelijk gemilderd door het regenwater dat op het terrein terecht komt maximaal vast te houden.

Watertoets

Het decreet over het integraal waterbeleid van 18 juli 2003, gewijzigd door het wijzigingsdecreet Integraal Waterbeleid van 19 juli 2013, legt bepaalde verplichtingen op, die de watertoets genoemd worden. Deze watertoets schat de eventuele schadelijke effecten in ten koste van de watersystemen bij de inname van ruimte.

Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006, en latere wijzigingen, legt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets.

De watertoets is een onderzoek van de vergunningverlenende overheid naar mogelijke schadelijke effecten op het watersysteem die veroorzaakt kunnen worden door het aangevraagde project.

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid moet geoordeeld worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Voor het betrokken project werd de watertoets uitgevoerd.

Daaruit volgt dat een positieve uitspraak mogelijk is indien de gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater wordt nageleefd. Zoals hoger aangehaald voldoet het voorliggende ontwerp aan deze verordening.  

Natuurtoets

Het perceel is deels gelegen binnen een speciaal beschermingsgebied (habitatrichtlijngebied). 

Het aanleggen van een sporenpad door het weiland ten behoeve van de ontsluiting naar de achterliggende landbouwkavel kan niet worden aangenomen. Dergelijke verhardingen binnen een weiland zijn niet gangbaar en een gedeelte van de verhardingen situeert zich binnen het SBZ-H-gebied.

De verharding kan een aantasting van de natuurlijke kenmerken van een speciale beschermingszone veroorzaken.

Erfgoed- & Archeologietoets

Het perceel is niet gelegen binnen een beschermd stads- of dorpsgezicht. Er zijn geen monumenten in de omgeving.  

Conform het Onroerenderfgoeddecreet d.d. 12/07/2013 en latere wijzigingen is geen bekrachtigde archeologienota verplicht voor de aanvraag gezien de oppervlakte van het perceel wel groter is dan 3000 m² maar het goed zich niet in een beschermde archeologische site en ook niet in een vastgestelde archeologische zone bevindt en de vergunningsplichtige bodemingreep kleiner is dan 1000m².

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

Functionele inpasbaarheid

De bestaande woonfunctie binnen de bedrijfswoning blijft behouden en wordt uitgebreid met een kangoeroewoning/ zorgwoning. Er is echter reeds een tijdelijke mobiele zorgunit aanwezig waardoor de aanvraag resulteert in een bijkomende woonentiteit. Er is immers slechts 1 ondergeschikte wooneenheid mogelijk. Het vermeerderen van het aantal woonentiteiten is echter niet mogelijk binnen de van toepassing zijnde bestemmingszone (landschappelijk waardevol agrarisch gebied) en evenmin wenselijk. Het gevraagde is bijgevolg niet functioneel inpasbaar in deze omgeving.

Mobiliteitsimpact

Er is reeds een ruime verharding aanwezig en overdekte stalling voor bedrijfsvoertuigen/ landbouwmachines. Op een gedeelte van deze verharde oppervlakte, kunnen de wagens van het gezin parkeren. De aanvraag voorziet tevens in de bouw van een carport tegen de bedrijfswoning.

Schaal

De bestaande langgevelhoeve wordt grondig verbouwd en uitgebreid. Een gedeelte wordt gesloopt aan de rechterzijde, hier wordt een carport in de plaats voorzien, en verder worden de bestaande gevels opgetrokken om de dakverdieping bruikbaar te maken.

De afmetingen van de langgevelhoeve (27m breed, 7m bouwdiepte, 6,76m nokhoogte en 3,60m kroonlijsthoogte) zijn niet ongebruikelijk en aanvaardbaar in deze omgeving. Echter door de aanbouw van de carport wordt het volume van maximaal 1000m³ overschreden. Aangezien ook een gedeelte van de functie decretaal niet vergunbaar is (een 2de zorgwoning of 2de woonentiteit), dient het geheel ongunstig geadviseerd te worden.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Op het terrein van 3304,33m²  is een loods voor landbouwvoertuigen aanwezig met een oppervlakte van 310m², ter hoogte van de loods is ook een 100m² betonverharding aanwezig (met daarop een mobiele zorgunit van 45m²) alsook een binnenkoer en een ruime toegangsweg/ inrit.

Deze verhardingen in functie van de bestaande bedrijfsloods, worden aangepast/ heraangelegd waarbij een oppervlakte van 322,94m² in betonstenen, waterdoorlatend, en de betonverharding van 100m² met zorgunit 45m² aanwezig zal zijn alsook een inrit met 2 sporen in klinkerverharding (2x 0,90m breed) over een lengte van ca. 38m (ca. 68,5m²). De verharding langsheen de loods zal ca. 10m breed zijn.

Naar het achterliggende perceel toe, worden eveneens 2 “karrensporen” van 0,9m breed in een klinkerverharding aangelegd. Hiervan kan gesteld worden dat deze niet aanvaardbaar zijn. Er is geen verharding vereist voor toegangswegen voor landbouwvoertuigen tot weilanden/ graslanden enz. Dit werd ook meermaals aangegeven door het departement Landbouw en Visserij. 

Voor de bedrijfswoning zelf wordt een totale oppervlakte aan paden en een terras voorzien van 105,76m². Dit is overdreven ruim aangezien er reeds een ruime oprit en parkeerplaatsen aanwezig zijn op de vergunde aan te passen verhardingen. De aangevraagde verharding voor paden en terras is dan ook niet aanvaardbaar.

Een bestaande eik rechts naast de hoeve wordt gerooid omdat deze in slechte staat is. Een verslag van de boomverzorger wordt toegevoegd. Er wordt geen compenserende aanplanting voorzien. Omwille van een betere landschappelijke integratie van de bebouwing op de landbouwsite en in navolging van het advies van de dienst facilitair management, wordt opgelegd dat er 4 inheemse en/of klimaat robuuste hoogstambomen aangeplant moeten worden waarvan minstens 1 in de voortuinstrook.

Voor de verdere aanleg van de groenzones wordt de aanvrager erop gewezen dat de grondbestemming agrarisch is en niet residentieel. De vertuining in functie van het wonen dient zich te beperken en tevens voor een landschappelijke integratie van de gebouwen te zorgen. Achter de bedrijfsgebouwen/ verharding mag niet meer vertuind worden.

Op het openbaar domein wordt volgens de plannen een oprit in klinkers voorzien die van 4m naar zo’n 6m uitwaaiert. De breedte dient beperkt te blijven tot 4m.

Visueel-vormelijke elementen

De te verbouwen hoevewoning krijgt een landelijk uiterlijk met hedendaagse look en zal zich voldoende integreren in het straatbeeld.

Cultuurhistorische aspecten

Het perceel is niet gelegen in of nabij een beschermd dorpsgezicht. De aanvraag is niet gelegen in een beschermde archeologische site. De aanvraag is, bekeken vanuit de erfgoedaspecten, aanvaardbaar.

Bodemreliëf

Volgens de aanvraag wordt het bestaande maaiveld 10cm lager gebracht. Op het bestaande terreinprofiel wordt immers aangegeven dat het maaiveld zich op 15cm boven het peil van de wegas bevindt en op het nieuwe terreinprofiel blijkt dit 5cm boven het peil van de wegas te liggen.

Een strook van 1 m langsheen de perceelsgrenzen mag bij eventuele terreinwijzigingen nooit hoger worden gebracht dan het niveau van de aanpalende percelen.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Er valt naar de omgeving toe geen bijkomende hinder te verwachten door het aangevraagde behoudens mogelijke hinder tijdens de uitvoeringstermijn (geluid, stof…).

Bespreking van de adviezen

•    Het advies van Departement Landbouw en Visserij d.d. 14 maart 2025 is gedeeltelijk voorwaardelijk gunstig.

“Het Agentschap Landbouw en Zeevisserij heeft uw in het onderwerp vermelde adviesaanvraag vanuit landbouwkundig standpunt onderzocht en formuleert er om de volgende redenen een strikt voorwaardelijk gunstig en deels ongunstig advies bij.

Met betrekking tot voorliggende aanvraag werd eind 2022 een ongunstig advies verleend vanuit landbouwkundig oogpunt, omwille van het feit dat de aanvrager niet gekend was als exploitant, de overschrijding van het bouwvolume en aanleg van het karrenspoor. Deze oorspronkelijke aanvraag werd terug ingetrokken.

Sinds 2023 is de aanvrager gekend als exploitant van een gelegenheidslandbouwbedrijf. Op basis van de beschikbare landbouwgegevens en de aangeleverde dossierstukken beschikt de aanvrager over circa 16,7ha grasland. Gelet op de omvang en teelt gaat het hier om een kleinschalig landbouwbedrijf dat naar arbeidsbesteding en inkomen een onvolwaardig karakter aanneemt en hierdoor eerder als bijberoep wordt uitgebaat.

De beschrijvende nota van de architect kan niet volledig worden bijgetreden. Volgens art. 4.3.6 VCRO zijn ook de bedrijfswoningen beperkt tot een bouwvolume van ten hoogstens 1.000m³. Dit is hier van toepassing aangezien de aanvrager als enige exploitant is gekend voor de exploitatie en de omvang van de landbouwactiviteit eerder beperkt is.

Volgens de bijgevoegde volumeberekening heeft de woning met zorgwoning een volume van 998,5m³, exclusief de aan te bouwen carport. Met de oprichting van de bijkomende carport tegen de rechterzijgevel wordt dit decretaal vastgesteld bouwvolume overschreden. De wetgeving is immers duidelijk en bepaalt dat fysische aanhorigheden die een rechtstreekse steun vinden bij het hoofdgebouw dienen worden meegerekend bij het maximaal toelaatbaar bouwvolume. Op deze bedrijfssite zijn reeds voldoende bijgebouwen aanwezig om wagens overdekt te parkeren.

De eigenlijke verbouwing van de langgevelhoeve tot langgevelhoeve met zorgwoning kan worden aangenomen voor zover aan alle voorwaarden rond tijdelijk zorgwonen wordt voldaan.

Het Agentschap Landbouw en Zeevisserij benadrukt dat na het beëindigen van de tijdelijke zorgsituatie de ondergeschikte wooneenheid terug in de bestaande woning dient te worden geïntegreerd. Een omvorming van de tijdelijke ondergeschikte zorgwoning naar tweede permanente woongelegenheid is gelet op de ligging binnen landschappelijk waardevol agrarisch gebied niet mogelijk. Het vermeerderen van het aantal woongelegenheden is immers expliciet door de wetgever uitgesloten binnen de agrarische gebieden.

Na de realisatie van de gevraagde bouwwerken dient de losstaande zorgunit worden verwijderd.

Verder wordt de noodzaak aan het karrenspoor achteraan op het perceel niet ingezien. Het aanleggen van een karrenspoor doorheen het weiland ten behoeve van de ontsluiting van een achterliggend perceel kan niet worden aangenomen, ongeacht de eigendomssituatie. Dergelijke verhardingen binnen een weiland zijn niet gangbaar. Binnen de agrarische gebieden kunnen enkel de strikt noodzakelijk inrit en de toegang tot gebouwen worden aangenomen. Het voorgestelde traject van het karrenspoor voldoet daar niet aan. Bovendien situeert zich een gedeelte van dit karrenspoor binnen een SBZ-H-gebied.

Tot slot dient de tuinzone beperkt te blijven tot maximaal 30m achter de woning.

Gelet op bovenstaande overwegingen kan er vanuit het Agentschap Landbouw en Zeevisserij een gunstig advies worden verleend voor deze aanvraag, mits onderstaande voorwaarden:

  • Na het beëindigen van de tijdelijke zorgsituatie dient de ondergeschikte zorgeenheid terug worden aangewend en in gebruik genomen bij de hoofdwoning. De omvorming naar een tweede permanente wooneenheid is niet toegestaan.
  • Na de realisatie van de verbouwingswerken dient de reeds aanwezige losstaande zorgunit te worden verwijderd.
  • De carport en het tweesporenpad achteraan dienen te worden uitgesloten van vergunning.
  • De tuinzone dient beperkt te blijven tot maximaal 30m achter de woning. Het resterend terreingedeelte dient een landbouwgebruik te behouden en van de tuinzone te worden afgescheiden met een levende haag teneinde de vertuining van het agrarisch gebied te beperken.
    Voor de bouw van de carport en de aanleg van de verhardingen, buiten de strikt noodzakelijke inrit wordt vanuit landbouwkundig oogpunt een ongunstig advies verleend.”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich grotendeels aan bij dit advies met dien verstande dat ook het zorgwonen ongunstig beoordeeld dient te worden aangezien slechts 1 ondergeschikte wooneenheid per hoofdeenheid toegestaan kan worden. Hierdoor kan evenmin de verbouwing vergund worden aangezien er geen eigenlijke bestemming voor de ruimtes beschikbaar is. Bovendien bedraagt het totale aangevraagde volume van het gebouw meer dan 1000m³.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich verder aan bij de voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies. 

•    Het advies van dienst facilitair management d.d. 26 maart 2025 is voorwaardelijk gunstig.

“Daar het de visie van de gemeente is om het groene karakter van onze gemeente te bewaren en zelfs maximaal te versterken, wensen we dit in eerste instantie te bereiken door de bestaande bomen zoveel mogelijk te behouden en te beschermen, en in tweede instantie door het aanplanten van extra bomen bij nieuwe projecten.

Gezien het feit dat er aan de westzijde een bomenrij als klein landschapselement staat gecatalogeerd, en men één eik wenst te rooien in deze bomenrij omwille van de gezondheidstoestand en overlevingskansen van deze boom. 

En gezien het feit dat de bouwheer de rest van de aanwezige bomen wenst te behouden, kan deze aanvraag gunstig worden beoordeeld mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:

  • Er worden minstens 2 hoogstam bomen aangeplant ter compensatie van de te rooien eik die zich in het kleine landschapselement bevindt aan de westzijde van het perceel. Waarvan minstens 1 in de voortuin wordt aangeplant.
  • Gezien het feit dat er maar één boom gerooid wordt, en de andere aanwezige bomen op het terrein, 8 in het totaal, dienen er nog minstens 2 extra hoogstam bomen te worden aangeplant in de achtertuin, bovenop de twee ter compensatie van de te rooien eik.
  • De aan te verplicht aan te planten bomen zijn streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstam bomen van minstens 2de grootte in een maat niet kleiner dan 12-14 of zijn hoogstam fruitbomen die aangeplant worden in een maat niet kleiner dan 12-14.
  • De verplicht aan te planten bomen dienen aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het voltooien van de bouwwerken
  • Er dienen flankerende maatregelen te worden genomen ter bescherming van te behouden groen en bomen. Dit laatste houdt in dat:
     Er geen materialen gestapeld mogen worden binnen de kroonprojectie van de bomen,
     De grond niet verdicht mag worden binnen de kroonprojectie van de bomen
     Werken binnen de kroonprojectie tot het absolute minimum beperken,
     Geen aanhoging of afgraving binnen de kroonprojectie van de bomen,
     Indien verkeer nodig is binnen de kroonprojectie zal de bouwheer rijplaten voorzien om zo verdichting van de ondergrond te minimaliseren
     Er maatregelen genomen worden om de nadelige gevolgen van een eventuele bronbemaling tot het absolute minimum te beperken.
  • Er is een hergroeigarantie voor de verplicht aan te planten bomen, d.w.z. dat deze bomen bij een eventueel afsterven dienen vervangen te worden door eenzelfde streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstam boom van minstens 2de grootte in een maar niet kleiner dan 12-14
  •  De verplicht nieuw aan te planten bomen en de te behouden bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden mits het bekomen van de nodige vergunningen.
    Volgende linken kunnen een hulp zijn in de keuze van de meest geschikte boomsoort:
    - https://www.ecopedia.be/bomenwijzer
    - https://www.natuurenbos.be/dossiers/kwaliteitslabel-plant-van-hier”

De gemeentelijke omgevingsambtenaar sluit zich aan bij dit advies. De voorwaarden en bemerkingen gesteld in het advies, moeten gevolgd worden.

8.    ADVIES GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR

Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag voor wat betreft het rooien van een eik in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, en dat het gevraagde verenigbaar is met een goede ruimtelijke ordening, mits het opleggen van voorwaarden.

Er wordt een weigering afgeleverd voor het verbouwen en uitbreiden van een bedrijfswoning met carport en zorgwoning en overige terreinaanlegwerken.

De gemeentelijke omgevingsambtenaar adviseert volgende voorwaarden op te leggen:

Stedenbouwkundige voorwaarden

  • Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:
    “Gezien het feit dat er aan de westzijde een bomenrij als klein landschapselement staat gecatalogeerd, en men één eik wenst te rooien in deze bomenrij omwille van de gezondheidstoestand en overlevingskansen van deze boom.
    En gezien het feit dat de bouwheer de rest van de aanwezige bomen wenst te behouden, kan deze aanvraag gunstig worden beoordeeld mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:
    o Er worden minstens 2 hoogstam bomen aangeplant ter compensatie van de te rooien eik die zich in het kleine landschapselement bevindt aan de westzijde van het perceel. Waarvan minstens 1 in de voortuin wordt aangeplant.
    o Gezien het feit dat er maar één boom gerooid wordt, en de andere aanwezige bomen op het terrein, 8 in het totaal, dienen er nog minstens 2 extra hoogstam bomen te worden aangeplant in de achtertuin, bovenop de twee ter compensatie van de te rooien eik.
    o De aan te verplicht aan te planten bomen zijn streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstam bomen van minstens 2de grootte in een maat niet kleiner dan 12-14 of zijn hoogstam fruitbomen die aangeplant worden in een maat niet kleiner dan 12-14.
    o De verplicht aan te planten bomen dienen aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het voltooien van de bouwwerken
    o Er dienen flankerende maatregelen te worden genomen ter bescherming van te behouden groen en bomen. Dit laatste houdt in dat:
     Er geen materialen gestapeld mogen worden binnen de kroonprojectie van de bomen,
     De grond niet verdicht mag worden binnen de kroonprojectie van de bomen
     Werken binnen de kroonprojectie tot het absolute minimum beperken,
     Geen aanhoging of afgraving binnen de kroonprojectie van de bomen,
     Indien verkeer nodig is binnen de kroonprojectie zal de bouwheer rijplaten voorzien om zo verdichting van de ondergrond te minimaliseren
     Er maatregelen genomen worden om de nadelige gevolgen van een eventuele bronbemaling tot het absolute minimum te beperken.
    o Er is een hergroeigarantie voor de verplicht aan te planten bomen, d.w.z. dat deze bomen bij een eventueel afsterven dienen vervangen te worden door eenzelfde streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstam boom van minstens 2de grootte in een maar niet kleiner dan 12-14
    o De verplicht nieuw aan te planten bomen en de te behouden bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden mits het bekomen van de nodige vergunningen.”
    Bewijs van de aanplant moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk 6 maanden na het rooien van de boom.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar d.d. 02/04/2025 en volgt dit standpunt gedeeltelijk.

Het college sluit zich aan bij het gunstig advies voor het rooien van de boom, onder de gestelde voorwaarden.

Daarnaast wenst het college de verbouwing en uitbreiding van de bedrijfswoning met zorgwoning en terreinaanleg te vergunnen onder de voorwaarden zoals gesteld door het departement Landbouw en Visserij en onder de voorwaarde dat het eindvolume van de woning beperkt blijft tot 1000m³. Aan het laatste wordt voldaan indien de aangebouwde carport niet wordt uitgevoerd. Ook het advies van Landbouw en Visserij omtrent de nieuwe verhardingen moet worden aangehouden.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen beslist tot het gedeeltelijk voorwaardelijk afleveren van de omgevingsvergunning aan de heer Bram Nenczl wonende te Kruisstraat 16A te 3520 Zonhoven voor het rooien van een eik, het verbouwen en uitbreiden van een bedrijfswoning met zorgwoning en overige terreinaanlegwerken, gelegen te Holsteenweg 30 kadastraal gekend als afdeling 2 sectie D nr. 6. De verhardingen mogen slechts uitgevoerd worden conform het advies van het Departement Landbouw en Visserij.

Er wordt een weigering afgeleverd voor het bouwen van een carport.

Artikel 3

Volgende voorwaarden worden opgelegd:

Stedenbouwkundige voorwaarden

  • Het advies van de dienst facilitair management moet gevolgd worden:
    “Gezien het feit dat er aan de westzijde een bomenrij als klein landschapselement staat gecatalogeerd, en men één eik wenst te rooien in deze bomenrij omwille van de gezondheidstoestand en overlevingskansen van deze boom. 
    En gezien het feit dat de bouwheer de rest van de aanwezige bomen wenst te behouden, kan deze aanvraag gunstig worden beoordeeld mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden:
    ° Er worden minstens 2 hoogstam bomen aangeplant ter compensatie van de te rooien eik die zich in het kleine landschapselement bevindt aan de westzijde van het perceel. Waarvan minstens 1 in de voortuin wordt aangeplant.
    ° Gezien het feit dat er maar één boom gerooid wordt, en de andere aanwezige bomen op het terrein, 8 in het totaal, dienen er nog minstens 2 extra hoogstam bomen te worden aangeplant in de achtertuin, bovenop de twee ter compensatie van de te rooien eik.
    ° De aan te verplicht aan te planten bomen zijn streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstam bomen van minstens 2de grootte in een maat niet kleiner dan 12-14 of zijn hoogstam fruitbomen die aangeplant worden in een maat niet kleiner dan 12-14.
    ° De verplicht aan te planten bomen dienen aangeplant te worden in het plantseizoen volgend op het voltooien van de bouwwerken
    ° Er dienen flankerende maatregelen te worden genomen ter bescherming van te behouden groen en bomen. Dit laatste houdt in dat:
    * Er geen materialen gestapeld mogen worden binnen de kroonprojectie van de bomen,
    * De grond niet verdicht mag worden binnen de kroonprojectie van de bomen
    * Werken binnen de kroonprojectie tot het absolute minimum beperken,
    * Geen aanhoging of afgraving binnen de kroonprojectie van de bomen,
    * Indien verkeer nodig is binnen de kroonprojectie zal de bouwheer rijplaten voorzien om zo verdichting van de ondergrond te minimaliseren
    * Er maatregelen genomen worden om de nadelige gevolgen van een eventuele bronbemaling tot het absolute minimum te beperken.
    ° Er is een hergroeigarantie voor de verplicht aan te planten bomen, d.w.z. dat deze bomen bij een eventueel afsterven dienen vervangen te worden door eenzelfde streekeigen en/of klimaatrobuuste hoogstam boom van minstens 2de grootte in een maar niet kleiner dan 12-14
    ° De verplicht nieuw aan te planten bomen en de te behouden bomen kunnen in de toekomst enkel nog gerooid worden mits het bekomen van de nodige vergunningen.”
    Bewijs van de aanplant moet aangeleverd worden aan de dienst vergunningen en handhaving, uiterlijk 6 maanden na het rooien van de boom.
  • Het volume van de bedrijfswoning moet beperkt blijven tot 1000m³.
  • Het advies en de voorwaarden van het departement Landbouw en Visserij moeten worden gevolgd:
    • Na het beëindigen van de tijdelijke zorgsituatie dient de ondergeschikte zorgeenheid terug worden aangewend en in gebruik genomen bij de hoofdwoning. De omvorming naar een tweede permanente wooneenheid is niet toegestaan.
    • Na de realisatie van de verbouwingswerken dient de reeds aanwezige losstaande zorgunit te worden verwijderd.
    • De carport en het tweesporenpad achteraan dienen te worden uitgesloten van vergunning.
    • De tuinzone dient beperkt te blijven tot maximaal 30m achter de woning. Het resterend terreingedeelte dient een landbouwgebruik te behouden en van de tuinzone te worden afgescheiden met een levende haag teneinde de vertuining van het agrarisch gebied te beperken.
      Voor de bouw van de carport en de aanleg van de verhardingen, buiten de strikt noodzakelijke inrit wordt vanuit landbouwkundig oogpunt een ongunstig advies verleend.
17.

2025_CBS_00450 - GEB - opname vergunningenregister – Beringersteenweg 77 – 2025/00001 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
17.

2025_CBS_00450 - GEB - opname vergunningenregister – Beringersteenweg 77 – 2025/00001 - Goedkeuring

2025_CBS_00450 - GEB - opname vergunningenregister – Beringersteenweg 77 – 2025/00001 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Onderzoeksstudie vergunningstoestand

BESTEMMINGS- EN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gewestplan

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979, gelegen in woongebied.

De voorgestelde werken bevinden zich volledig in het woongebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van een goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen en latere wijzigingen).

De aanvraag is niet gelegen in een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling.

Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

Het goed is niet gelegen binnen de omschrijving van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “Afbakening regionaal stedelijk gebied Hasselt - Genk” dat op 20 juni 2014 definitief werd vastgesteld door de Vlaamse Regering.

Bijzonder plan van aanleg

Het goed is niet gelegen binnen de omschrijving van een bijzonder plan van aanleg.

HISTORIEK VAN HET EIGENDOM WAAROP DE AANVRAAG BETREKKING HEEFT

Voor het perceel van de aanvraag werden volgende eerdere uitspraken gedaan of beslissingen genomen:

  • Het verbouwen van een woonhuis dd. 06/05/1968.
  • Het oprichten van een achterbouw en het verbouwen van een voorgevel dd. 15/04/1969.
  • Het vellen van twee eikenbomen dd. 11/02/2008.

Uit de gegevens waarover de gemeente beschikt, blijkt niet dat voor het voorwerp van de aanvraag een PV is opgesteld noch dat een meerwaarde werd opgelegd of dat op het goed een vonnis of arrest rust. Er zijn ook geen geschriften bekend waaruit zou blijken dat er wederrechtelijke werken werden uitgevoerd.

KADASTRALE GEGEVENS

Het handelshuis op perceel 385W werd volgens de gegevens van het kadaster opgericht van 1919 tot 1930.

REGELGEVING 

Artikel 4.2.14. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

§ 1. Bestaande constructies waarvan door enig rechtens toegelaten bewijsmiddel wordt aangetoond dat ze gebouwd werden vóór 22 april 1962, worden voor de toepassing van deze codex te allen tijde geacht te zijn vergund.
§ 2. Bestaande constructies waarvan door enig rechtens toegelaten bewijsmiddel wordt aangetoond dat ze gebouwd werden in de periode vanaf 22 april 1962 tot de eerste inwerkingtreding van het gewestplan waarbinnen zij gelegen zijn, worden voor de toepassing van deze codex geacht te zijn vergund, tenzij het vergund karakter wordt tegengesproken middels een proces-verbaal of een niet anoniem bezwaarschrift, telkens opgesteld binnen een termijn van vijf jaar na het optrekken of plaatsen van de constructie.
 § 3. Indien met betrekking tot een vergund geachte constructie handelingen zijn verricht die niet aan de voorwaarden van § 1 en § 2, eerste lid, voldoen, worden deze handelingen niet door de vermoedens, vermeld in dit artikel, gedekt.

DE AANVRAAG

De aanvraag behelst de vraag tot opname in het gemeentelijk vergunningenregister van een handelswoning met aanhorigheden gelegen Beringersteenweg 77.

BEWIJSVOERING

Aan de aanvraag werden volgende stukken toegevoegd:

  • Bijlage 1: historische luchtfoto Nationaal Geografisch Instituut van 1977

OVERIGE REGELGEVING 

Erfdienstbaarheden / gemene muren/ lichten en zichten

Vergunningen hebben een zakelijk karakter. Zij worden verleend onder voorbehoud van de op het onroerend goed betrokken burgerlijke rechten. 

Het is niet de taak van de administratieve overheid zich uit te spreken over het bestaan, de interpretatie en de omvang van subjectieve rechten, zoals bijvoorbeeld het bestaan van een erfdienstbaarheid / het overnemen van een gemene muur / de bepalingen inzake zichten en lichten.

BEOORDELING

  • Op 6 mei 1968 werd er door de gemeente Zonhoven een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd voor het verbouwen van een woonhuis.
    Uit de bestaande dossierstukken in dit dossier kunnen we opmaken dat de huidige functie van handelshuis (frituur) reeds aanwezig is.
     Het bestaande handelshuis wordt achteraan uitgebreid tot een diepte van 22,40 meter op het gelijkvloers. Op de verdieping wordt een kleine uitbreiding (traphal) voorzien tot een diepte van 15,10 meter.
  • Op 15 april 1969 werd er door de gemeente Zonhoven een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd voor het oprichten van een achterbouw en het verbouwen van de voorgevel.
    Uit de bestaande dossierstukken in dit dossier kunnen we opmaken dat de vergunde uitbreiding werd uitgevoerd zoals vergund.
     We merken op dat de hoofdbouw nog steeds voorzien is met een hellend dak.
  • Op de historische luchtfoto (bijlage 1) is duidelijk te zien dat de huidig aanwezige constructies toen ook al aanwezig waren.
    We kunnen uit de luchtfoto opmaken dat de hoofdbouw werd voorzien van een plat dak in plaats van een hellend dak.
    De vergunde achterbouw van 8,00 meter op 4,00 meter werd doorgetrokken tot tegen de hoofdconstructie alsook werd deze verder uitgebreid naar achter toe. Er werd een totale diepte van constructies gerealiseerd van ca. 49,00 meter.
     Op het perceel zien we dat het achterliggende bijgebouw ook al aanwezig is.
  • Na het bekijken van beschikbare straatbeelden kunnen we afleiden dat er aan de voorgevel wijzigingen werden aangebracht sinds 2013. Zo werden er kleine aanpassingen doorgevoerd aan de raampartijen.
     Bovendien werd op de verdieping over de volledige breedte van de voorgevel een reclamedoek aangebracht.

Uit de bewijsvoering blijkt dat de bestaande constructies alsook de bestaande functies kunnen beschouwd worden als zijnde hoofdzakelijk vergund op basis van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Algemeen besluit

Op basis van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening worden de verschillende constructies op het perceel alsook de bestaande functie, zijnde handelshuis, van Beringersteenweg 77 als vergund geacht opgenomen in het vergunningenregister.

De aangebrachte wijzigingen aan de voorgevel en de reclame aan de voorgevel worden niet als vergund geacht opgenomen in het vergunningenregister.

In het geval er vergunningsplichtige handelingen werden uitgevoerd na de invoering van het gewestplan, zijnde 03/04/1979, kunnen deze niet worden beschouwd als zijnde vergund op basis van de bepalingen van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt de verschillende constructies op het perceel 385W, alsook de bestaande functie, zijnde handelshuis, van Beringersteenweg 77 als vergund geacht op in het vergunningenregister.

De aangebrachte wijzigingen aan de voorgevel en de reclame aan de voorgevel worden niet als vergund geacht opgenomen in het vergunningenregister.

Artikel 2

De aanvrager zal van deze beslissing op de hoogte gebracht worden.

18.

2025_CBS_00451 - GEB - opname vergunningenregister – Beringersteenweg 94– 2024/00009 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
18.

2025_CBS_00451 - GEB - opname vergunningenregister – Beringersteenweg 94– 2024/00009 - Goedkeuring

2025_CBS_00451 - GEB - opname vergunningenregister – Beringersteenweg 94– 2024/00009 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Onderzoeksstudie vergunningstoestand

BESTEMMINGS- EN STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

Gewestplan

De aanvraag is volgens het geldende gewestplan Hasselt - Genk, goedgekeurd bij Koninklijk besluit op 3 april 1979 (inwerkingtreding 07/06/1979), gelegen in woongebied

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van een goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en de gewestplannen en latere wijzigingen).

De aanvraag is niet gelegen in een bijzonder plan van aanleg, noch in een ruimtelijk uitvoeringsplan, noch in een behoorlijk vergunde en niet vervallen verkaveling. 

HISTORIEK VAN HET EIGENDOM WAAROP DE AANVRAAG BETREKKING HEEFT

Er zijn, volgens de gegevens waarover wij beschikken, geen vergunningen uitgereikt voor eender welke constructie of handeling op het perceel. 

Op 21/01/2021 werd een melding ontvangen van de wegbeheerder, het agentschap Wegen en Verkeer (AWV) Limburg dat er werken aan horecazaak “café het Hoekske” gaande zijn en dat hiervoor geen enkele vergunning werd afgeleverd. Er werd aangegeven dat voor AWV het pand getroffen is door de rooilijn en dat enkel instandhoudingswerken uitgevoerd mogen worden.

Op 21/01/2021 werd een mail verstuurd en een aangetekend schrijven naar de eigenaar van het goed met het verzoek om de werken onmiddellijk stop te zetten en contact op te nemen met de dienst vergunningen en handhaving (ref. KL/2021/00002). 

Op 15/12/2023 werd een melding per mail ontvangen van AWV dat het pand recentelijk verkocht zou zijn en dat het dak vernieuwd werd en zonnepanelen geplaatst werden en vermoedelijk ook een (niet vergunde) achterbouw afgewerkt wordt. Dat hiervoor geen aanvraag bij AWV werd ingediend en dat bij de laatste informatievraag het volgende meegegeven werd: 

Het huidige pand is geraakt door de ontworpen rooilijn, zijnde 13m. Bij afbraak en heropbouw dient het pand op 21 meter uit de as van de weg te worden gebouwd.

In de huidige fase worden enkel instandhoudingswerken goedgekeurd die een beperkte meerwaarde met zich mee brengen.

Er werd een nieuwbouw achterbouw opgetrokken waarvoor geen omgevingsvergunning werd aangevraagd. Gezien het pand getroffen is door de rooilijn is deze achterbouw niet regulariseerbaar. 

Op 10/02/2025 werd een aanmaning stedenbouwkundig misdrijf verstuurd met het verzoek zich in regel te stellen door het aanvragen van de nodige vergunningen en/of een herstel naar de vergunde toestand door het verwijderen van de niet vergunde constructies. (ref. AM/2024/00002) 

KADASTRALE GEGEVENS

Het huis op perceel 380C3 werd volgens de gegevens van het kadaster opgericht in 1946.

REGELGEVING 

Artikel 4.2.14. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

§ 1. Bestaande constructies waarvan door enig rechtens toegelaten bewijsmiddel wordt aangetoond dat ze gebouwd werden vóór 22 april 1962, worden voor de toepassing van deze codex te allen tijde geacht te zijn vergund.
§ 2. Bestaande constructies waarvan door enig rechtens toegelaten bewijsmiddel wordt aangetoond dat ze gebouwd werden in de periode vanaf 22 april 1962 tot de eerste inwerkingtreding van het gewestplan waarbinnen zij gelegen zijn, worden voor de toepassing van deze codex geacht te zijn vergund, tenzij het vergund karakter wordt tegengesproken middels een proces-verbaal of een niet anoniem bezwaarschrift, telkens opgesteld binnen een termijn van vijf jaar na het optrekken of plaatsen van de constructie.
 § 3. Indien met betrekking tot een vergund geachte constructie handelingen zijn verricht die niet aan de voorwaarden van § 1 en § 2, eerste lid, voldoen, worden deze handelingen niet door de vermoedens, vermeld in dit artikel, gedekt.

DE AANVRAAG

De aanvraag behelst de vraag tot opname in het gemeentelijk vergunningenregister voor wat betreft de bestaande constructies.

BEWIJSVOERING

Aan de aanvraag werden volgende bewijsstukken toegevoegd:

  • een historische kadasterschets van 1968
  • schattingsfiche
  • historische luchtfoto  van 1977
  • opmetingsplannen bestaande toestand

OVERIGE REGELGEVING 

Erfdienstbaarheden / gemene muren/ lichten en zichten

Vergunningen hebben een zakelijk karakter. Zij worden verleend onder voorbehoud van de op het onroerend goed betrokken burgerlijke rechten. 

Het is niet de taak van de administratieve overheid zich uit te spreken over het bestaan, de interpretatie en de omvang van subjectieve rechten, zoals bijvoorbeeld het bestaan van een erfdienstbaarheid / het overnemen van een gemene muur / de bepalingen inzake zichten en lichten.

BEOORDELING

Op de historische kadasterschets van 1968, de historische luchtfoto van 1977 en de schattingsfiche zijn volgende constructies terug te vinden:

  • de hoofdbouw van 8,50m x 7,20m
  • een aangebouwd bijgebouw van 3,60m x 2,30m
  • aangebouwde bergplaatsen van 3,60m x 4,20m, 3,40m x 3,20m, 1,00m x 2,00m
  • een vrijstaande garage van 2,70m x 5,35m

Op basis van de vaststellingen ter plaatse op 26/09/2024, gedateerde straatbeelden en van luchtfoto’s van diverse jaartallen kan vastgesteld worden dat:

  • Het pand lijkt een zuivere woonfunctie te hebben. Hiermee wordt teruggegaan naar de oorspronkelijke functie, aangegeven door het kadaster.
  • De vrijstaande garage terug te vinden op de schattingsfiche is afgebroken.
  • Tussen 01/04/2019 en 20/03/2020 de achterbouw vernieuwd/ herbouwd werd en dat de afwerking hiervan doorgaat tot minstens 21/04/2024 (op dat ogenblik is de gevelisolatie zichtbaar en later werd dus nog een gevelsteen geplaatst).
  • Tussen 31/05/2023 en 21/04/2024 werden zonnepanelen op het zadeldak geplaatst; het zadeldak zelf werd minstens van nieuwe pannen voorzien tussen 05/05/2016 en 15/05/2017.
  • Het afdak, nieuw buitenschrijnwerk, plaatsing van gevelsteen aan de aanbouw  en de verharding aan de Opheldingsweg dateert van na 21/04/2024.
  • Tussen 2007 en 2013 werd er een carport opgericht tegen de achterste perceelgrens.

Hieruit kunnen we besluiten dat de aangebouwde bijgebouwen en bergplaatsen weergegeven op de schattingsfiche zodanig werden verbouwd/herbouwd, dat we niet meer spreken over een bestaande constructie.

Er kan gesteld worden dat het hoofdvolume van de woning (8,50m x 7,20m) behoudens de achterbouw, het afdak en de carport, als vergund geacht beschouwd kan worden.

De verbouwing/herbouw van de achterbouw, de oprichting van het afdak en de carport dienen geregulariseerd te worden. Bij iedere omgevingsaanvraag (tot regularisatie) moeten alle aspecten van die aanvraag als een nieuwe aanvraag beoordeeld worden.

Algemeen besluit

Op basis van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening wordt een gedeelte van de woning (het hoofdgebouw van 8,50m x 7,20m) als vergund geacht opgenomen in het vergunningenregister. 

De achterbouw, het afdak en de carport worden niet als vergund geacht opgenomen in het vergunningenregister.

In het geval er bijkomende vergunningsplichtige handelingen werden uitgevoerd na de invoering van het gewestplan, zijnde 07/06/1979, kunnen deze niet worden beschouwd als zijnde vergund op basis van de bepalingen van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt de woning (het hoofdgebouw van 8,50m x 7,20m) op in het vergunningenregister als vergund geacht.

De achterbouw, de overdekking en de carport worden niet als vergund geacht opgenomen in het vergunningenregister.

In het geval er bijkomende vergunningsplichtige handelingen werden uitgevoerd na de invoering van het gewestplan, zijnde 03/04/1979, kunnen deze niet worden beschouwd als zijnde vergund op basis van de bepalingen van artikel 4.2.14 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke ordening.

Artikel 2

De aanvrager zal van deze beslissing op de hoogte gebracht worden.

19.

2025_CBS_00452 - Financiële borgstelling aanleg openbaar domein - verkaveling 1367.E.874.2 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
19.

2025_CBS_00452 - Financiële borgstelling aanleg openbaar domein - verkaveling 1367.E.874.2 - Goedkeuring

2025_CBS_00452 - Financiële borgstelling aanleg openbaar domein - verkaveling 1367.E.874.2 - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen besliste op 22/10/2024 tot het afleveren van een omgevingsvergunning met voorwaarden en lasten voor het verkavelen van gronden (ref. 1367.E.874.2) aan Brecht Jacobs namens Tempels & Jacobs landmeters-experten BVBA en Tony Tempels, Justus Lipsiuslaan 23 te 3500 Hasselt, gelegen aan Ramaekersveldweg 10.

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de vraag van Nulens Noah in naam van Nulens Gilbert BV om te werken met een financiële waarborg voor de kost van de totale aanleg van de verlegde voetweg nummer 47.

In de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd als last opgelegd dat lot 1 met een oppervlakte van 2a12ca, zijnde een voetweg zoals weergegeven op het plan van landmeter-expert B. Jacobs d.d. 16/11/2023 (en weergegeven als lot 10 op het verkavelingsplan van 13/11/2023), gratis wordt aangestaan voor inlijving bij het openbaar domein.

Er wordt ook een middenspanningscabine aangelegd op lot 11 (31ca) zoals weergegeven op het verkavelingsplan van landmeter-expert B. Jacobs d.d. 13/11/2023. Dit lot dient gratis overgedragen te worden aan Fluvius.
De ondergrondse leidingen die nodig zijn voor deze cabine zullen onder het voetpad aangelegd worden.
Bijgevolg is het niet wenselijk dat het voetpad eerst afgewerkt wordt om alzo het verkoopbaarheidsattest te kunnen verkrijgen.

Om te verhinderen dat het voetpad opnieuw moet worden opengebroken, wenst men te werken met een financiële waarborg, tesamen met een eenzijdige verbintenis van Gilbert Nulens BV, grondeigenaar. Middels een borgstelling kan worden “afgedwongen” dat Gilbert Nulens BV de verplichtingen van aanleg van openbaar domein nakomt. Hiermee zijn de middelen voor de aanleg van het openbaar domein gegarandeerd.
Dit principe maakt zowel bouwen als verkopen mogelijk vooraleer de werken aan het openbaar domein zijn uitgevoerd.

De financiële waarborg wordt onmiddellijk gesteld. Het bedrag dat wordt geborgd bedraagt € 10.800,00.

De aangeleverde offerte voor de kost van de aanleg van het voetpad bedraagt € 7.274,60 euro (excl. BTW).
De dienst patrimonium heeft dit bedrag van de offerte nog aangevuld met posten voor:
- Plaatsen van een geotextiel (90,9 m2 x €4) = €363,60
- Afvoeren grond (90,9 m2 x 0,45m x €12) = €490,86
Verder wordt ook steeds een stelpost voor onvoorziene werken en prijsherzieningen gerekend, zijnde 10% van het totaalbedrag of € 812,91, waardoor het totaalbedrag komt op € 8.941,97 exclusief BTW of een borgstelling inclusief BTW, afgerond op 10.800,00.

90% van deze waarborg wordt vrijgegeven bij voorlopige oplevering van de voetweg. De overige 10%  bij definitieve oplevering en na overdracht van de wegenis aan de gemeente Zonhoven. 

Volgens artikel 4.3.5§3 VCRO is het toegelaten een bouwvergunning af te leveren vooraleer de wegeniswerken zijn uitgevoerd.
Volgens artikel 4.2.16 VCRO is het niet vereist dat de wegenis is uitgevoerd alvorens een unit verkocht kan worden.

Volgens de VCRO is er een wettelijke basis op basis waarvan het college van burgemeester en schepenen  akkoord kan gaan met een financiële borgstelling voor de aanleg van het openbaar domein. Er wordt dan enigszins afgeweken van de voorwaarden  21, 23, 24, 25, 31 en 32 uit de afgeleverde omgevingsvergunning, met name:

21/ De akte van deze gratis grondafstand aan de gemeente en de definitieve aanvaarding wegtracé dient beschreven te zijn alvorens een lot kan vervreemd worden of een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan verkregen worden.

23/ Er dient voldaan te worden aan het gemeentelijk reglement op de verkavelingen van 13-11-1980. Vooraleer bouwgrond te verkopen, het wegtracé volledig op kosten van de verkavelaar uit te voeren, dit samen met alle nutsleidingen (gescheiden riolen, water, telefoon, gas, elektriciteit, kabel-TV, openbare verlichting, verkeerssignalisatie, …) en dit onder toezicht van de gemeente Zonhoven

24/ De gemeenteraad dient deze wegenis en de grondafstand te aanvaarden alvorens er bouwgrond kan verkocht worden.

25/ Er dient een overeenkomst afgesloten te worden tussen de gemeente en de verkavelaar waarin de uit te voeren werken op de bestaande gemeenteweg, die ten laste is van de verkavelaar, omschreven worden, met verwijzing dat deze zullen uitgevoerd worden op kosten van de verkavelaar.
Deze overeenkomst dient gefinaliseerd alvorens de werken aan de gemeenteweg mogen aangevat worden.
Het afleveren van het attest conform artikel 4.2.16§2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening is pas mogelijk indien er aan deze voorwaarde voldaan is.

31/ Vervreemding van een lot uit de verkaveling kan pas geschieden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan.

32/ Een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan pas verkregen worden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan.

De voorwaarden uit de afgeleverde verkavelingsvergunning worden geherformuleerd als volgt:

21/ Een lot kan vervreemd, verkocht, verhuurd voor meer dan 9 jaar of bezwaard worden met een recht van opstal of erfpacht, of een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan worden verkregen alvorens de akte van gratis grondafstand aan de gemeente en de definitieve aanvaarding wegtracé beschreven zijn.

23/ Er dient voldaan te worden aan het gemeentelijk reglement op de verkaveling van 13/11/1980.
Het wegtracé dient volledig op kosten van de verkavelaar te worden uitgevoerd, dit samen met  alle nutsleidingen (gescheiden rioleren, water, telefoon, gas, elektriciteit, kabel-TV, openbare verlichting, verkeerssignalisatie) en dit onder toezicht van gemeente Zonhoven. Een lot kan evenwel vervreemd, verkocht, verhuurd voor meer dan 9 jaar, of bezwaard worden met een recht van opstal of erfpacht vooraleer de werken geheel of gedeeltelijk zijn uitgevoerd mits hiervoor een afdoende financiële waarborg wordt gesteld.

24/ De gemeenteraad dient deze wegenis en de grondafstand te aanvaarden alvorens er bouwgrond kan verkocht worden tenzij een afdoende financiële waarborg wordt gesteld.

25/ Er dient een overeenkomst afgesloten te worden tussen de gemeente en de verkavelaar waarin de uit te voeren werken op de bestaande gemeenteweg, die ten laste is van de verkavelaar, omschreven worden, met verwijzing dat deze zullen uitgevoerd worden op kosten van de verkavelaar. Deze overeenkomst dient gefinaliseerd alvorens de werken aan de gemeenteweg mogen aangevat worden. Het afleveren van het attest conform artikel 4.2.16§2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening is evenwel mogelijk zonder dat aan deze voorwaarde voldaan is.

31/ Vervreemding van een lot uit de verkaveling kan pas geschieden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan of mits hiervoor een afdoende financiële waarborg wordt gesteld.

32/ Een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan pas verkregen worden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan of indien blijkt dat hiervoor een afdoende financiële waarborg wordt gesteld.

Na de borgstelling levert de gemeente Zonhoven een verkoopbaarheidsattest af aan INulens Gilbert BV. Indien specifieke voorwaarden uit het verkoopbaarheidsattest nog niet uitvoerbaar zijn, dan dienen deze mee te worden geborgd in de financiële borgstelling. Er werd een gedetailleerd overzicht van de kosten voor de aanleg van het voetpad aangeleverd.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord met de vraag van Noah Nulens namens Gilbert Nulens BV om te werken met een financiële waarborg voor de kost van de totale aanleg van een voetweg.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepen gaat akkoord dat Gilbert Nulens BV een financiële waarborg stelt voor de kost van de totale aanleg van een voetweg i.f.v. het verkavelen van gronden, (verkavelingsvergunning 1367.E.874.2), op voorwaarde dat:

  • Gilbert Nulens BV de volledige infrastructuur van de voetweg aanlegt;
  • De financiële waarborg de kosten omvat van de totale aanleg van het openbaar domein;
  • De financiële waarborg onmiddellijk wordt gesteld.
Dit principe maakt zowel bouwen als verkopen mogelijk vooraleer de werken aan het openbaar domein zijn uitgevoerd. Als gevolg hiervan vervallen de voorwaarden  21, 23, 24, 25, 31 en 32 uit de reeds afgeleverde verkavelingsvergunning en worden deze als volgt geherformuleerd:
    Voorwaarde 21/ Een lot kan vervreemd, verkocht, verhuurd voor meer dan 9 jaar of bezwaard worden met een recht van opstal of erfpacht, of een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan worden verkregen alvorens de akte van gratis grondafstand aan de gemeente en de definitieve aanvaarding wegtracé beschreven zijn.
    Voorwaarde 23/ Er dient voldaan te worden aan het gemeentelijk reglement op de verkaveling van 13/11/1980.
    Het wegtracé dient volledig op kosten van de verkavelaar te worden uitgevoerd, dit samen met alle nutsleidingen (gescheiden rioleren, water, telefoon, gas, elektriciteit, kabel-TV, openbare verlichting, verkeerssignalisatie) en dit onder toezicht van gemeente Zonhoven. Een lot kan evenwel vervreemd, verkocht, verhuurd voor meer dan 9 jaar, of bezwaard worden met een recht van opstal of erfpacht vooraleer de werken geheel of gedeeltelijk zijn uitgevoerd mits hiervoor een afdoende financiële waarborg wordt gesteld.
    Voorwaarde 24/ De gemeenteraad dient deze wegenis en de grondafstand te aanvaarden alvorens er bouwgrond kan verkocht worden tenzij een afdoende financiële waarborg wordt gesteld.
    Voorwaarde 25/ Er dient een overeenkomst afgesloten te worden tussen de gemeente en de verkavelaar waarin de uit te voeren werken op de bestaande gemeenteweg, die ten laste is van de verkavelaar, omschreven worden, met verwijzing dat deze zullen uitgevoerd worden op kosten van de verkavelaar. Deze overeenkomst dient gefinaliseerd alvorens de werken aan de gemeenteweg mogen aangevat worden. Het afleveren van het attest conform artikel 4.2.16§2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening is evenwel mogelijk zonder dat aan deze voorwaarde voldaan is.
    Voorwaarde 31/ Vervreemding van een lot uit de verkaveling kan pas geschieden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan of mits hiervoor een afdoende financiële waarborg wordt gesteld.
    Voorwaarde 32/ Een omgevingsvergunning voor het bebouwen van een lot kan pas verkregen worden, nadat het attest conform artikel 4.2.16 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening werd afgeleverd, waaruit blijkt dat aan alle voorwaarden van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden werd voldaan of indien blijkt dat hiervoor een afdoende financiële waarborg wordt gesteld.

Artikel 3

Het college van burgemeester en schepen gaat akkoord dat de gemeente Zonhoven na de borgstelling een verkoopbaarheidsattest aflevert aan Gilbert Nulens BV, waarbij de voorwaarden voor het afleveren van een verkoopbaarheidsattest worden afgetoetst.

20.

2025_CBS_00453 - Aktename melding voor droogzuiging - 2025/00056MM - Heuveneindeweg 49 - Kennisneming

Kennis genomen

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
20.

2025_CBS_00453 - Aktename melding voor droogzuiging - 2025/00056MM - Heuveneindeweg 49 - Kennisneming

2025_CBS_00453 - Aktename melding voor droogzuiging - 2025/00056MM - Heuveneindeweg 49 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het betreft de plaatsing van een bovengrondse propaangastank met een inhoud van 2950 liter, behorende bij de woning te Heuveneindeweg 49, kadastraal gekend als 3de afdeling sectie E, nr. 918L6.

Op 9 oktober 2024 werd reeds akte genomen van een ondergrondse propaangastank voor bovenvermelde locatie (OMV_2024128223). Omwille van problemen met grondwater kan de ondergrondse tank niet geplaatst worden op de beoogde locatie. Daarom wordt een nieuwe aanvraag ingediend voor een bovengrondse propaangastank op een andere locatie in de achtertuin.  

De tank wordt ingetekend op minimaal 3 m van de zijdelingse perceelsgrenzen en op minimaal 5 m van openingen in gebouwen. De tank is gesitueerd in agrarisch gebied.  
Het gas zal gebruikt worden voor sanitair warm water en verwarming van de woning.
Het betreft hier een nieuwe tank die bij indienstname volledig gekeurd zal worden.
De afstandsregels voor de propaangastank worden gerespecteerd. 

De aanvraag voldoet aan art. 2.1.12° van het vrijstellingsbesluit, wat maakt dat er geen omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen nodig is.

Gunstig, mits de van toepassing zijnde algemene en sectorale voorwaarden van Vlarem II gevolgd worden.

Besluit:
Artikel 1
De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft op 28/03/2025 akte genomen van de melding ingediend door Axel Demaret namens Rene Daubioul, Heuveneindeweg 49 te 3520 Zonhoven, voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde de plaatsing van een bovengrondse, vaste propaangastank met een inhoud van 2950 liter, gelegen aan Heuveneindeweg 49 te 3520 Zonhoven, kadastraal bekend: 3de afdeling, sectie E, nummer 918L6 met rubriek: 17.1.2.2.1°. 

17.1.2.2.1°

tot en met 3000 liter

Bovengrondse propaantank

Artikel 2
Volgende voorwaarden moeten worden nageleefd:

De sectorale voorwaarden van Vlarem II dienen gevolgd te worden.

Deze aktename stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het besluit van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

21.

2025_CBS_00454 - Aktename melding voor droogzuiging - 2025/00058MM - Nieuwe Hazendansweg 2B - Kennisneming

Kennis genomen

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
21.

2025_CBS_00454 - Aktename melding voor droogzuiging - 2025/00058MM - Nieuwe Hazendansweg 2B - Kennisneming

2025_CBS_00454 - Aktename melding voor droogzuiging - 2025/00058MM - Nieuwe Hazendansweg 2B - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het betreft een droogzuiging voor de bouw van een zwembad te Nieuwe Hazendansweg 2B, kadastraal gekend al 3de afdeling, sectie E, nr. 577A3. 

Op 04/02/2025 werd de bouw van het zwembad, bijgebouw en benodigde verharding voorwaardelijk vergund (OMV_2024116717). 

Voor de realisatie van het zwembad moet een grondwatertafelverlaging van 2,2 m bekomen worden. Er zullen 8 aanzuigpunten geplaatst worden, op een diepte van max. 5 meter. 

Het gevraagde debiet bedraagt 4,6 m³/uur, gedurende 30 dagen. Dit komt neer op een jaardebiet van 2099 m³.   

In de aanvraag wordt voorgesteld om het bemalingswater op eigen terrein te infiltreren en de overstort te lozen op de riolering. De infiltratie op eigen terrein zou gebeuren door sleuven te graven waarin het water geloosd kan worden. 

De omgevingsambtenaar kan zich vinden in dit voorstel, maar geeft mee dat de infiltratiesleuven enkel vrijgesteld zijn van een omgevingsvergunning wanneer aan de voorwaarden van art. 12/1.1 van het Vrijstellingsbesluit voldaan wordt. Dit betekent dat het totale volume van de reliëfwijziging kleiner moet zijn dan dertig kubieke meter en dat de diepte van de reliëfwijziging op elk punt kleiner moet zijn dan een halve meter.  

Het lozingspunt op de riolering bevindt zich op de Nieuwe Hazendansweg, dit is een gescheiden stelsel.   

De aanvraag is realistisch en kan gunstig beoordeeld worden gezien het beperkt debiet en de beperkte tijdsduur. 

ADVIES

Uit bovenstaande motiveringen blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening. 

Bijgevolg adviseert de omgevingsambtenaar het dossier gunstig voor een bronbemaling te Nieuwe Hazendansweg 2B, voor de realisatie van een zwembad, voor een debiet van 110 m³/dag, 2099 m³/jaar, mits volgende voorwaarden:

  • Een goed functionerende debietsteller moet aanwezig zijn op elke pomp.   
  • De sectorale voorwaarden van Vlarem II, hoofdstuk 5.53, moeten nageleefd worden.
  • De droogzuiging wordt onmiddellijk verwijderd zodra dit bouwtechnisch mogelijk is en wordt beperkt in tijd en debiet tot het absolute, noodzakelijke, minimum. 
  • De voorgestelde infiltratiesleuven moeten voldoen aan de voorwaarden van art. 12/1.1 van het Vrijstellingsbesluit.
  • De lozing van het grondwater mag geen wateroverlast voor derden veroorzaken.
  • Indien de stroomgroep geluidshinder vormt voor de omwonenden, moeten onmiddellijk gepaste maatregelen genomen worden om de hinder tot een absoluut minimum te beperken.
  • De bemaling mag de duur van 30 dagen niet overschrijden. 

Besluit:

Artikel 1

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft op 31/03/2025 akte genomen van de melding ingediend door Trost-Beeckmans, Nieuwe Hazendansweg 2B, 3520 Zonhoven, voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde een tijdelijke bemaling voor de plaatsing van een zwembad, voor een max. totaaldebiet van 2099 m³/jaar, gedurende max. 30 dagen, gelegen aan Nieuwe Hazendansweg 2B te 3520 Zonhoven, 3de afdeling, sectie E, perceelnummer 577A3, met rubriek: 53.2.2°a).

 

53.2.2°a)

maximaal 30.000 m3 per jaar

Bronbemaling voor het plaatsen van een zwembad met een max. totaal debiet van 2099m³ gedurende een max. totaal periode van 30 dagen.

 

Artikel 2

Volgende voorwaarden moeten worden nageleefd:

  • Een goed functionerende debietsteller moet aanwezig zijn op elke pomp.  
  • De sectorale voorwaarden van Vlarem II, hoofdstuk 5.53, moeten nageleefd worden.
  • De droogzuiging wordt onmiddellijk verwijderd zodra dit bouwtechnisch mogelijk is en wordt beperkt in tijd en debiet tot het absolute, noodzakelijke, minimum.
  • De voorgestelde infiltratiesleuven moeten voldoen aan de voorwaarden van art. 12/1.1 van het Vrijstellingsbesluit.
  • De lozing van het grondwater mag geen wateroverlast voor derden veroorzaken.
  • Indien de stroomgroep geluidshinder vormt voor de omwonenden, moeten onmiddellijk gepaste maatregelen genomen worden om de hinder tot een absoluut minimum te beperken.
  • De bemaling mag de duur van 30 dagen niet overschrijden.

Artikel 3

Deze aktename stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het besluit van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

22.

2025_CBS_00455 - Aktename melding voor droogzuiging - 2025/00059MM - Dwarsstraat 48 - Kennisneming

Kennis genomen

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
22.

2025_CBS_00455 - Aktename melding voor droogzuiging - 2025/00059MM - Dwarsstraat 48 - Kennisneming

2025_CBS_00455 - Aktename melding voor droogzuiging - 2025/00059MM - Dwarsstraat 48 - Kennisneming

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het betreft een droogzuiging voor de bouw van een woning met kruipkelder en een bijgebouw, te Dwarsstraat 48, kadastraal gekend als 1ste afdeling, sectie A, nrs. 1023A & 1023B. 

Voor de realisatie van de woning moet een grondwatertafelverlaging van 2,5 meter bekomen worden. Er zullen 18 aanzuigpunten geplaatst worden, op een diepte van max. 5 meter. 

Het gevraagde debiet bedraagt 7,8 m³/uur, gedurende 60 dagen. Dit komt neer op een jaardebiet van 6537 m³.   

Gedurende 30 dagen zal gelijktijdig een bemaling geplaatst worden voor de realisatie van het bijgebouw. Hiervoor wordt een grondwatertafelverlaging van 2  meter gevraagd. Er zullen 12 aanzuigpunten geplaatst worden, op een diepte van max. 5 meter. 

Het gevraagde debiet bedraagt 5,1 m³/uur, gedurende 30 dagen. Dit komt neer op een jaardebiet van 2159 m³. 

Dit maakt dat het totale aangevraagde debiet 8.696 m³/jaar bedraagt voor een periode van 60 dagen. 

Op de bijgevoegde bouwplannen is te zien dat de fundering van het bijgebouw een diepte heeft van 0,8 meter -mv. Gezien het gebruikelijk is om 50 cm dieper te bemalen dan de uitgravingsdiepte, zou een grondwatertafelverlaging van 1,3 meter -mv moeten volstaan. Er wordt echter een grondwatertafelverlaging van 2 meter aangevraagd. Gezien de beperkte funderingsdiepte dient de aangevraagde grondwatertafelverlaging voor het bijgebouw beperkt te worden tot 1,3 meter -mv i.p.v. de gevraagde 2 meter.  

Het lozingspunt bevindt zich op de Dwarsstraat, dit is een open gracht. Ter hoogte van de inrit, ca. 2 meter van het lozingspunt, wordt de gracht ingebuisd waarna deze overgaat in de gemengde riolering. Het bemalingswater kan dus nauwelijks ter plaatse infiltreren waardoor de lozing als een lozing op een gemengd stelsel beschouwd wordt. Indien er meer dan 10 m³/uur geloosd wordt op een gemengd stelsel, dient op voorhand een toelating bij Aquafin aangevraagd te worden.   

De aanvraag is realistisch en kan gunstig beoordeeld worden gezien het beperkt debiet en de beperkte tijdsduur, mits beperking van de bemalingsdiepte voor het bijgebouw en mits toelating bij Aquafin bekomen wordt voor de lozing van bemalingswater. 

ADVIES

Uit bovenstaande motiveringen blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen inzake milieu en ruimtelijke ordening. 

Bijgevolg adviseert de omgevingsambtenaar het dossier gunstig voor een bronbemaling te Dwarsstraat 48, voor de bouw van een woning met kruipkelder en een bijgebouw, voor een debiet van 310 m³/dag, 8.696 m³/jaar, mits volgende voorwaarden:

  • Een goed functionerende debietsteller moet aanwezig zijn op elke pomp.  
  • De sectorale voorwaarden van Vlarem II, hoofdstuk 5.53, moeten nageleefd worden.
  • Indien een volume van meer dan 10 m³/uur wordt geloosd op een gemengd rioleringsstelsel, moet de aanvrager op voorhand een toelating bekomen van Aquafin (art. 5.53.6.1.1 van Vlarem II) op www.aquafin.be. Het startvolume van de bronbemaling wordt ook in rekening gebracht bij het bepalen van het uurdebiet.  
  • De grondwatertafelverlaging voor de realisatie van het bijgebouw wordt beperkt tot maximaal 1,3 meter -mv.
  • De droogzuiging wordt onmiddellijk verwijderd zodra dit bouwtechnisch mogelijk is en wordt beperkt in tijd en debiet tot het absolute, noodzakelijke, minimum. 
  • De lozing van het grondwater mag geen wateroverlast voor derden veroorzaken.
  • Indien de stroomgroep geluidshinder vormt voor de omwonenden, moeten onmiddellijk gepaste maatregelen genomen worden om de hinder tot een absoluut minimum te beperken.
  • De bemaling mag de duur van 60 dagen niet overschrijden. 

Besluit:

Artikel 1

De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft op 31/03/2025 akte genomen van de melding ingediend door Sferlazza Dimitri, Dennenweg 60, 3520 Zonhoven, voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit, zijnde een tijdelijke bemaling voor de bouw van een woning met kruipkelder en een bijgebouw, voor een max. totaaldebiet van 8.696 m³/jaar, gedurende max. 60 dagen, gelegen aan Dwarsstraat 48 te 3520 Zonhoven, 1ste afdeling, sectie A, perceelnummers 1023A en 1023B, met rubriek: 53.2.2°a).

 

53.2.2°a)

maximaal 30.000 m3 per jaar

Bronbemaling voor het plaatsen van een nieuwbouw met kruipkelder en een bijgebouw met funderingen met een max. totaal debiet van 8696m³ gedurende een max. totaal periode van 60 dagen.

 

Artikel 2

Volgende voorwaarden moeten worden nageleefd:

  • Een goed functionerende debietsteller moet aanwezig zijn op elke pomp.  
  • De sectorale voorwaarden van Vlarem II, hoofdstuk 5.53, moeten nageleefd worden.
  • Indien een volume van meer dan 10 m³/uur wordt geloosd op een gemengd rioleringsstelsel, moet de aanvrager op voorhand een toelating bekomen van Aquafin (art. 5.53.6.1.1 van Vlarem II) op www.aquafin.be. Het startvolume van de bronbemaling wordt ook in rekening gebracht bij het bepalen van het uurdebiet.  
  • De grondwatertafelverlaging voor de realisatie van het bijgebouw wordt beperkt tot maximaal 1,3 meter -mv.
  • De droogzuiging wordt onmiddellijk verwijderd zodra dit bouwtechnisch mogelijk is en wordt beperkt in tijd en debiet tot het absolute, noodzakelijke, minimum. 
  • De lozing van het grondwater mag geen wateroverlast voor derden veroorzaken.
  • Indien de stroomgroep geluidshinder vormt voor de omwonenden, moeten onmiddellijk gepaste maatregelen genomen worden om de hinder tot een absoluut minimum te beperken.
  • De bemaling mag de duur van 60 dagen niet overschrijden.

Artikel 3

Deze aktename stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het besluit van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

23.

2025_CBS_00456 - Petitie verkeersveiligheid Kolverenstraat: beoordeling en maatregelen - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
23.

2025_CBS_00456 - Petitie verkeersveiligheid Kolverenstraat: beoordeling en maatregelen - Goedkeuring

2025_CBS_00456 - Petitie verkeersveiligheid Kolverenstraat: beoordeling en maatregelen - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Bewoners uit de Kolverenstraat en Broekstraat vragen de gevaarlijke en onveilige situatie in de Kolverenstraat te bekijken en eventueel aanpassingen te doen zodat het terug veiliger wordt voor de inwoners. Zie bijlage.

Advies dienst mobiliteit

De dienst stelt volgende aanpak voor: In een eerste stap is het wenselijk om de bewoners uit te nodigen en te horen. Vervolgens kunnen de gevraagde maatregelen bekeken worden binnen het kader van al geplande wegeniswerken in deze omgeving (o.a. oversteek kolenspoorroute Kolverenstraat met fietsers in de voorrang, herinrichtingswerken wegenis project Drij Dreven). Om de klachten te objectiveren kan o.a. een meting overwogen worden met de fietstellus of via een meting met de verkeersteller van de Politie Limburg Regio Hoofdstad. De bewoners krijgen op deze manier meer inzicht op de mogelijkheden/beperkingen die er zijn om te komen tot meer verkeersleefbaarheid in hun straat.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van de petitie sluipverkeer Kolverenstraat.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen volgt het advies van de dienst mobiliteit om de bewoners uit te nodigen zodat geanticipeerd kan worden op hun vragen.

24.

2025_CBS_00361 - Invoering zone 30 wijk regio Boskrekelstraat - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
24.

2025_CBS_00361 - Invoering zone 30 wijk regio Boskrekelstraat - Goedkeuring

2025_CBS_00361 - Invoering zone 30 wijk regio Boskrekelstraat - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Bewoners uit de woonwijk in de regio Boskrekelstraat kaartten herhaaldelijk de volgende verkeersknelpunten aan:

  • Te hoge waargenomen snelheden;
  • Te weinig parkeerplaatsen (parkeerplaatsen bezoekers worden ingenomen door bewoners, meerdere wagens per gezin kunnen niet parkeren op eigen terrein, garages worden voor andere doeleinden gebruikt, burenruzies over toe-eigenen openbare parkeerplaatsen,..);
  • Onduidelijke voorrangssituatie en slechte zichtbaarheid op de kruispunten Boskrekelstraat/Bijenwolfstraat en Boskrekelstraat/Boomhommelstraat - hierdoor ontstaan conflicten.

In antwoord hierop onderzocht de dienst mobiliteit:

  • De snelheden via het oplichtbord: hieruit blijkt dat de V85 35 km/u bedraagt in de Boskrekelstraat. V85 is de snelheid waar 85% van de bestuurders onder zit; deze vaststelling rechtvaardigt dat met de huidige inrichting en functie van de straat (wonen met vnl. bestemmingsverkeer)  de invoering van een zone 30 te verantwoorden is.
  • In eerste instantie werd gedacht aan bijkomende belijning op het bekruispunt. 
  • Conflicten omwille van slechte zichtbaarheid op de kruispunten Boskrekelstraat/Bijenwolfstraat en Boskrekelstraat/Boomhommelstraat: in de ongevalsgegevens zijn er op beide kruispunten geen ongevallen bekend;
  • Onduidelijke voorrangssituatie: het huidige wegbeeld/inrichting van de Boskrekelstraat komt niet overeen met de voorrangsregeling (voorrang van rechts) die in de gemeente doorgaans toegepast wordt  op  kruispunten van wegen van dezelfde categorie (erftoegangswegen). Volgende aanpak is mogelijk volgens expert verkeerssignalisatie: verkeersborden plaatsen die de vastgestelde voorrangsregeling (voorrang van rechts) bevestigen of de voorrangsregeling aanpassen (Boskrekelstraat wordt voorrangsweg) en gepast signaleren zodat dit strookt met het huidige wegbeeld. Om te vermijden dat de gemeente aansprakelijk wordt gesteld bij een ongeval (omwille van deze onduidelijkheid in voorrangsregeling/vs.huidig wegbeeld) dient het bestuur hierin een keuze te maken.
  • Te weinig parkeerplaatsen: dit werd besproken met het verhuurkantoor Wonen in Limburg (WIL); is voor hen momenteel geen prioriteit maar er is bereidheid om hierrond samen te werken in de toekomst; 

Advies dienst mobiliteit

  • Invoeren zone 30: In deze woonwijk met vnl. bestemmingsverkeer is met de huidige weginrichting en de gemeten snelheden een zone 30 te verantwoorden. Verwacht wordt dat mits duidelijke communicatie, sensibilisering en handhaving hierdoor ook het aantal door de bewoners gemelde conflicten t.h.v. de kruispunten in functie van zichtbaarheid en onduidelijke voorrangsregeling zal dalen, wat maakt dat bijkomende belijning op dit moment niet noodzakelijk geacht wordt; 
  • Eventueel kan overwogen worden om in functie van de parkeerproblematiek en in samenspraak met de bewoners enkele parkeervakken te voorzien óp de rijbaan (daar waar mogelijk & met belijning). Dergelijke ingrepen werken een snelheidsverlaging verder in de hand. Ook enkele plantvakken zijn een optie. Voorstel is om deze maatregelen nog niet onmiddellijk in te voeren, maar te wachten na de inspraak van de bewoners. 
  • Het invoeren van een lager snelheidsregime dient in overleg te gebeuren met de bewoners. Dit zorgt voor een hogere acceptatie van dergelijke maatregelen. 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen is akkoord met de voorgestelde maatregelen van de  dienst mobiliteit in de woonwijk regio Boskrekelstraat, gelegen tussen de Schopdriesweg en de Hortstraat.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen is akkoord om de bewoners te betrekken in functie van de voorgestelde verkeersmaatregelen en zal hierover terugkoppelen.

25.

2025_CBS_00461 - Bestelbons - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
25.

2025_CBS_00461 - Bestelbons - Goedkeuring

2025_CBS_00461 - Bestelbons - Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van de bestelbons goed.
Sinds het voorgaande college wordt er gewerkt in een nieuwe besteltoepassing van aanbieder Cipal-Schaubroeck. Hierbij is momenteel de sortering per dienst in het rapport nog niet mogelijk. Dit werd als dusdanig gevraagd bij Cipalschaubroeck.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen keurt de lijst van bestelbons goed voor een bedrag van € 40.899,76.

26.

2025_CBS_00462 - Kerkfabrieken - jaarrekeningen 2024 - Principiële Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
26.

2025_CBS_00462 - Kerkfabrieken - jaarrekeningen 2024 - Principiële Goedkeuring

2025_CBS_00462 - Kerkfabrieken - jaarrekeningen 2024 - Principiële Goedkeuring

Motivering

Feiten context en argumentatie

De kerkfabrieken van de Rooms-katholieke kerk stellen jaarlijks de jaarrekening op van het voorgaande jaar en dienen deze in bij het centraal kerkbestuur van Zonhoven. Deze zou normaliter alle rekeningen van de kerkfabrieken die onder haar bevoegdheid ressorteren, gezamenlijk moeten indienen bij de gemeente Zonhoven voor 1 mei. Deze indiening heeft tijdig plaatsgevonden en vond bovendien plaats op gecoördineerd wijze vanuit het centraal kerkbestuur. Binnen de 50 dagen na ontvangst van de jaarrekeningen dient de gemeenteraad een advies uit te brengen hierover. Als een gemeente een ongunstig advies uitbrengt, dan moet dit grondig gemotiveerd worden. Dit advies wordt vervolgens overgemaakt aan de provinciegouverneur. 

Vanuit dienst financiën werd er een analyse gemaakt van de jaarrekeningen en werden een aantal bemerkingen geformuleerd. Voortvloeiend uit het decreet van 7 mei 2004 is een lokaal bestuur ertoe gehouden om bij te dragen in de tekorten van de exploitatie van de besturen van de eredienst en draagt het bij in de investeringen in de gebouwen van de eredienst (artikel 52/1 gemeentelijke verplichtingen).


Sint-Jozef Halveweg
Sint-Quintinus Zonhoven
Toelichting

Ontvangst jaarrekeningenbundel
Tijdige indiening (voor 1 mei)27.03.202527.03.2025
Vaststelling jaarrekening op de kerkraad11.02.202517.02.2025Sint-Jozef Halveweg: heeft de notulen nog niet ingestuurd
Documentatie jaarrekening
Financieel rapportIn ordeIn orde
Toelichting jaarrekening (investeringsfiches, staat van vermogen, ...)In ordeInvesteringsfiches ontbrekenSint-Quintinus Zonhoven: gaan dit remediëren in '25.
Begeleidende nota (niet verplicht)OntbreektIn ordeSint-Jozef Halveweg: gesignaleerd t.a.v. kerkraad
Controles documentatie (inhoudelijk)
Kastoestand (afstemming met afschriften)In ordeIn orde
Interne kredietaanpassingen (verschuivingen binnen kredieten)Niet van toepassingIn orde
InvesteringsfichesIn ordeNiet in ordeSint-Quintinus Zonhoven: gaan dit remediëren in '25. Hebben wel een ander format aangeleverd waardoor de aansluiting kan gebeuren met de documentatie.
Staat van het vermogenIn ordeIn ordeSint-Jozef Halveweg: niet duidelijk of men erfpachten heeft gegeven.
Sint-Quintinus Zonhoven: aflossingstabel opgevraagd bij kerkraad.
Financieel rapportIn ordeIn orde- Overeenstemming met besluit gouverneur
- Overeenstemming kassaldo met boekhoudkundig saldo
- ondertekening door penningmeester
Percentage penningmeester < 5 % van exploitatieontvangstenIn ordeIn orde


Hierbij werd er ook gekeken naar het exploitatie- en investeringsresultaat:

SaldoBedragToelichting
Sint-Jozef Halveweg
Exploitatiesaldo32.831,51Geen bijdrage gemeente in '24
Investeringssaldo-15.888,66Negatief, d.w.z. exploitatie benut om investeringen te doen/beleggingen te doen. Dit werd teruggekoppeld ter remediëring.
Sint-Quintinus Zonhoven
Exploitatiesaldo78.479,85
Exploitatietoelage van 64.257,61 in '24
Investeringssaldo176.688,84
Positief, d.w.z. dat men gelden niet optimaal laat renderen middels een belegging. Dit werd teruggekoppeld ter remediëring.


Daarnaast werden de diverse rubrieken doorgenomen om de grootste afwijkingen t.a.v. het budget te signaleren:


Sint-Jozef HalvewegSint-Quintinus Zonhoven
Exploitatieontvangsten
- Onvoorziene ontvangst ter uitbetaling verzekeringspremie (4550 euro)- onderschatting ontvangsten uit beleggingen en stichtingen
- ontvangst voorzien voor bijdrage Sint-Jozef Halveweg aan medewerker kerkbestuur
Exploitatieuitgaven- Overschatting personele kosten
- Beperkte overschatting andere budgetten
- beheersing onderhoudskosten waardoor lager dan voorzien.
- Verhoogde personeelskost (indexatie, maar eveneens boekhoudkundig anders verwerkt ; in het verleden louter de nettoloonkost voor het gedeelte van Sint-Quintinus Zonhoven)
- Onroerende voorheffing nog niet betaald, wat maakt dat dit later dubbel betaald zal moeten worden.

Investeringsontvangsten- Vervallen beleggingen werden niet opgenomen
- Compensatie verbreking Alverman werd niet voorzien (12.000 euro)
- verkoop van grond
- ontvangsten n.a.v. de verkoop van de Kwint
Investeringsuitgaven- Herbelegging vervallen beleggingen werden niet opgenomen
- Investering in meubilair
- Herbeleggingen
- Bijdrage i.f.v. de duizendknoop + aanschaf appartementen de Kwint


Gelet op bovenstaande analyse is het college van burgemeester en schepenen principieel akkoord de volgende adviezen voor te leggen aan de eerstvolgende gemeenteraad:

Kerkbestuur Sint-Jozef Halveweg: gunstig advies met de bemerking dat het negatief investeringssaldo moet weggewerkt worden.

Kerkbestuur Sint-Quintinus Zonhoven: gunstig advies met de de bemerking dat het positieve investeringssaldo moet weggewerkt worden.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen besluit om principieel de jaarrekening 2024 van kerkfabriek Sint-Jozef Halveweg positief te adviseren met opmerkingen op de gemeenteraad van 28 april 2025.

Artikel 2

Het college van burgemeester en schepenen besluit om principieel de jaarrekening 2024 van kerkfabriek Sint-Quintinus Zonhoven positief te adviseren met opmerkingen op de gemeenteraad van 28 april 2025.

27.

2025_CBS_00460 - Saneren openbare verlichting - Grote Hemmenweg 10 t.e.m. 34 - Goedkeuring

Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
27.

2025_CBS_00460 - Saneren openbare verlichting - Grote Hemmenweg 10 t.e.m. 34 - Goedkeuring

2025_CBS_00460 - Saneren openbare verlichting - Grote Hemmenweg 10 t.e.m. 34 - Goedkeuring

Motivering

Verwijzingsdocumenten

Offerte in bijlage.

Feiten context en argumentatie

Fluvius vraagt het college van burgemeester en schepenen de goedkeuring voor de sanering van de openbare verlichting in de Grote Hemmenweg 10 t.e.m. 34.

Detail berekening, zie ook offerte:
Werken aan netten, eigendom van de DNB
Openbaar verlichtingsnet: 300 m
Prijs zonder BTW: 6.905,34 euro (vrij van BTW)

De steunen en armaturen worden verrekend via de dividenden.
De factuur voor de aanleg van de OV-kabel wordt afgehouden van onze overschot trekkingsrechten.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord met de sanering van de openbare verlichting in de Grote Hemmenweg 10 t.e.m. 34.

28.

2025_CBS_00463 - Gemeenteraad 28 april 2025 - Mededeling

Behandeld

Samenstelling

Aanwezig
Frank Vandebeek, 1ste schepen; Johan Vanhoyland, 2de schepen; Frederick Vandeput, 3de schepen; Wouter De Raeve, 4de schepen; Johan Schraepen, 5de schepen; Ria Hendrikx, voorzitter BCSD; Bart Telen, Algemeen directeur
Verontschuldigd
Bram De Raeve, burgemeester
Secretaris
Bart Telen, Algemeen directeur
28.

2025_CBS_00463 - Gemeenteraad 28 april 2025 - Mededeling

2025_CBS_00463 - Gemeenteraad 28 april 2025 - Mededeling

Motivering

Feiten context en argumentatie

Het college van burgemeester en schepenen deelt de agendapunten mee aan de voorzitter van de gemeenteraad Sofie Vanoppen voor agendering op de eerstvolgende zitting van de gemeenteraad (zie bijlage).

Klik hier om de dossiers te raadplegen.

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

Voorzitter Sofie Vanoppen roept de gemeenteraad bijeen op maandag 28 april 2025 om 20.00 uur in de raadzaal van het pop-up gemeentehuis, met als agenda het punt zoals in bijlage meegedeeld.

29.

2025_CBS_00464 - Weigering arbeidsongeval door AXA - Goedkeuring

Goedgekeurd
29.

2025_CBS_00464 - Weigering arbeidsongeval door AXA - Goedkeuring

2025_CBS_00464 - Weigering arbeidsongeval door AXA - Goedkeuring
30.

2025_CBS_00465 - Openverklaring betrekking bij aanwerving en bevordering: contractueel deskundige patrimonium B1-B3 - Goedkeuring

Goedgekeurd
30.

2025_CBS_00465 - Openverklaring betrekking bij aanwerving en bevordering: contractueel deskundige patrimonium B1-B3 - Goedkeuring

2025_CBS_00465 - Openverklaring betrekking bij aanwerving en bevordering: contractueel deskundige patrimonium B1-B3 - Goedkeuring
31.

2025_CBS_00466 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming

Kennis genomen
31.

2025_CBS_00466 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming

2025_CBS_00466 - Dagelijks personeelsbeheer: beslissingen algemeen directeur - Kennisneming