Het volledige rapport opgemaakt door Agentschap Binnenlands Bestuur, met data tot 5 maart 2025. (in bijlage)
Aanvullende cijfers, grafieken en kaarten vanuit provincies.incijfers.be. (in bijlage)
Het Mitigatie en adaptatie rapport vanuit provincies.incijfers.be met data tot 2022. (in bijlage)
Algemeen
Sinds 2011 werken alle Limburgse gemeentebesturen rond lokaal klimaatbeleid. Het thema werd expliciet op de lokale agenda geplaatst door de ondertekening van het Burgemeestersconvenant voor Energie 2020.
Gemeente Zonhoven ondertekende ondertussen ook het Burgemeestersconvenant voor Energie en Klimaat 2030 in 2019. Hiermee engageert de gemeente zich om werk te maken van een ambitieus klimaatbeleid en acties te ondernemen om tegen 2030 40% minder broeikasgassen uit te stoten (mitigatie), de gemeente veerkrachtig te maken voor de klimaatverandering (adaptatie) en energiearmoede te verlichten.
De nodige documenten (CO2-meting, risico- en kwetsbaarheidsanalyse en klimaatactieplan) werden ingediend in het najaar van 2019, twee jaar na ondertekening bij Europa, via het online platform van het Burgemeestersconvenant (Covenant of Mayors of CoM). Het ingediende klimaatactieplan werd goedgekeurd door Europa.
Het Burgemeestersconvenant wordt opgevolgd via een tweejaarlijkse cyclus. De eerste rapportering over de voortgang van het klimaatactieplan 2030 gebeurde eind 2022. Bij deze eerste rapportering werd voor de eerste keer niet enkel over mitigatie, maar ook over adaptatie gerapporteerd. De tweede rapportering gebeurde eind 2024.
Vanaf 1 januari 2025 moet ook over de pijler ‘sociaal klimaatbeleid’ verplicht worden gerapporteerd. Om hier alvast aan tegemoet te komen, rapporteerde de gemeente Zonhoven samen met de andere Limburgse gemeenten hier al over in december 2024.
Een blik op de toekomst
De nood aan een ambitieus klimaatbeleid stopt natuurlijk niet in 2030. Ondertussen zag ook het Burgemeestersconvenant voor Energie en Klimaat 2050 het licht. Hierbij wordt de doelstelling voor mitigatie verscherpt tot klimaatneutraliteit tegen 2050. Daarnaast blijven het vergroten van de veerkracht en de voorbereiding op de negatieve gevolgen van de klimaatverandering (adaptatie) en het aanpakken van energiearmoede als een van de belangrijkste maatregelen om een rechtvaardige overgang te waarborgen (sociaal klimaatbeleid) twee even belangrijke pijlers van het CoM2050.
De provincie Limburg plant de ondertekening van het CoM2050 in het voorjaar van 2027. In december 2028 kan het nieuwe actieplan dan ingediend worden via het online platform van het Burgemeestersconvenant. Op deze manier vallen de rapporteringen van CoM2030 en CoM2050 gelijk, wat de werklast voor de gemeente verlaagt.
Burgemeestersconvenant en het Lokaal Energie- en Klimaatpact (LEKP)
Het Lokaal Energie- en Klimaatpact (LEKP) is een samenwerking tussen de Vlaamse overheid en lokale besturen om de Europese klimaatdoelstellingen te realiseren. Sinds de lancering in 2021 werden er al 3 versies ontwikkeld waarin de doelstellingen telkens werden verscherpt en uitgebreid. De gemeente Zonhoven ondertekende het LEKP [1.0 - 2.0].
Vlaanderen voorziet middelen voor de gemeente om bepaalde doelstellingen binnen de inhoudelijke werven van het LEKP te verwezenlijken. Het LEKP focust zicht op 4 werven (met daaraan gekoppelde doelstellingen), namelijk werf 1 ‘laten we een boom opzetten’, ‘werf 2 ‘verrijk je wijk’, werf 3 ‘Water, het nieuwe goud’ en werf 4 ‘elke buurt deelt en is duurzaam bereikbaar’.
Het klimaatbeleid van de gemeente is echter breder dan het LEKP. Niet alle sectoren die in het Burgemeestersconvenant zitten, zijn vertegenwoordigd in de doelstellingen van het LEKP. De doelstellingen uit werven 2 en 4 komen met slechts een deel van de acties uit het klimaatactieplan overeen. Hetzelfde geldt voor de geformuleerde doelstellingen in werven 1 en 3. Ook de derde pijler van het Europese Burgemeestersconvenant, sociaal klimaatbeleid, is niet mee opgenomen in het LEKP.
Daarnaast zijn de doelstellingen van het LEKP niet allemaal ambitieus genoeg. Er moet bijvoorbeeld op grotere schaal worden onthard dan de gevraagde m2 per inwoner in het LEKP. Door enkel te voldoen aan de LEKP-doelstellingen, halen we de klimaatdoelstellingen niet.
Het Europese Burgemeestersconvenant voorziet geen middelen voor de gemeenten, maar uitvoering van het engagement is wel een basisvereiste van het LEKP om middelen van Vlaanderen te ontvangen.
Ook voor andere subsidiekanalen wordt het Burgemeestersconvenant meer en meer opgenomen als basisvoorwaarde, waardoor voldoen aan het ondertekende engagement toch onrechtstreeks extra middelen kan opleveren.
Bespreking van de algemene cijfers
Zowel het totale verbruik als de totale CO2-uitstoot zit voor Zonhoven voor 2022 in een dalende lijn. Voor 2020 hadden we een daling (-0,6%) van de totale CO2-uitstoot. In 2021 merkten we opnieuw een stijging van 2,3% sinds 2011. In 2022 hebben we een daling (-4,7%) voor de totale CO2-uitstoot. Het doel is om tegen 2030 een daling van 40% ten opzichte van 2011 te realiseren. Voor de sectoren industrie en landbouw is er een sterke stijging van de CO2-uitstoot merkbaar. De sector met de grootste daling in de CO2-uitstoot zijn de huishoudens. De sectoren waar het meeste winst te boeken is, zijn particulier en commercieel vervoer, de industrie en de huishoudens. Het elektriciteitsverbruik per huishouden ligt in Zonhoven gemiddeld gezien nog altijd hoger dan in een gemiddelde Limburgse gemeente.
Als we naar de gemeentelijke gebouwen kijken daalde ons primair energiegebruik met 26,40% ten opzichte van het referentiejaar 2019. Ook onze CO2-uitstoot daalde met 40,30% ten opzichte van het referentiejaar 2019. Dit wil zeggen dat we voor beide parameters al over de helft zitten van de doelstellingen voor het Lokaal energie- en klimaatpact. Dit zijn cijfers van 2022. Recentere cijfers zijn momenteel niet beschikbaar. In het kader van de ondertekeningen van de COM moeten we voor beide parameters tegen 2030 een daling van 40% realiseren. Voor de CO2-uitstoot hebben we de doelstelling in het kader van COM behaald.
We hebben momenteel een verLEDdingsgraad van 68%. We gaan de doelstelling tegen 2030 behalen. Ook hier hadden we in het kader van de COM een daling van het energieverbruik van 40% vooropgesteld. De openbare verlichting is verantwoordelijk voor 0,2% van de totale CO2-emissie op het grondgebied.
Zonhoven voerde geen heffing in op hernieuwbare energie-installaties en bestaande, zoals de heffing op pylonen van windmolens. En voerde geen nieuwe heffingen in, zoals op elektriciteitsmasten en sleuven van ELIA.
Zonhoven heeft nog geen lokaal warmtebeleidsplan en geen lokaal sloopbeleidsplan. Dit is wel noodzakelijk tegen 2030.
Laten we een boom opzetten: Vergroening
Sinds 2021 hebben we 1818 extra bomen aangeplant (8,10%), 2154 meter haag aangeplant (19.72%) en zijn er 21 natuurgroenperken (100%) bijgekomen. De bebossingsacties mogen niet meegeteld worden voor de extra bomen. 33% van de gemeente is bedekt met bomen. 45% van de panden heeft minstens 3 significante bomen in het zicht. 30% van de oppervlakte nabij een pand wordt in 14% van de panden overschaduwd door een boom. Al de panden in de gemeente liggen binnen een straal van 300 meter van recreatief groen. We kunnen stellen dat we een groene gemeente zijn.
Verrijk je wijk: Renovatie en hernieuwbare energie
Sinds 2018 daalt zowel het primaire energieverbruik als de CO2-uitstoot van de huishoudens. Ten opzichte van 2011 behalen we in Zonhoven een daling van 31,4%. Het gemiddeld verbruik ligt nog steeds hoger dan in Limburg of Vlaanderen. Met de campagne 'Zonhoven Isoleert, doe jij mee?' hebben wij 70 collectief georganiseerde energiebesparende renovaties gerealiseerd. Dit project is einde 2023 afgerond. In kader van dit project werden sinds 2019 een 600 huisbezoeken uitgevoerd. Sinds de start van deze campagne stijgt het aantal uitbetaalde subsidies in de gemeente opnieuw. Dakisolatie (408) en hoogrendementsglas (317) zijn de meest uitbetaalde subsidies gevolgd door muurisolatie (240) en vloerisolatie (85). Het aantal uitbetaalde premies voor dakisolatie voor de laatste 5 jaar ligt lager dan in een gemiddelde Limburgse gemeente. Voor muurisolatie en vloerisolatie ligt het iets hoger. Op 19 maart 2024 startte het project collectieve wijkrenovatie in Termolen. Hier kregen 126 huishoudens de mogelijkheid om een intensief begeleidingstraject op te starten om hun woning te renoveren. Uiteindelijk hebben 9 huishoudens het volledige intensieve begeleidingstraject gevolgd. Ze hebben samen 20 maatregelen uitgevoerd.
De productie van hernieuwbare elektriciteit in de gemeente blijft stijgen. In 2021 werd er ongeveer 17.888 MWh elektriciteit geproduceerd met behulp van zonnepanelen. Dit komt overeen met 18,8% van het totale elektriciteitsverbruik in de gemeente. Het zijn vooral de kleine huishoudelijke installaties die stijgen. Andere hernieuwbare elektriciteitsproductie zoals windmolens zijn er in de gemeente niet. Uit de windstudie van de provincie Limburg is gebleken dat er geen geschikte locaties voor windmolens zijn in de gemeente.
De benuttingsgraad van de daken voor zonnepanelen in Zonhoven ligt hoger dan in een gemiddelde Limburgse gemeente. Momenteel wordt 10,7% van het zonnepotentieel van de daken benut. Op volgende gemeentelijke gebouwen liggen momenteel al zonnepanelen: Bibliotheek centrum, gemeentelijke werkplaatsen, evenementenhal Den Dijk, GC Tentakel, Uitpunt, SF De Brug en De Parel en het centraal gebouw van de Basvelden. De plaatsing van zonnepanelen op het dak van het gemeentehuis staat op de planning.
De uitbetaalde premies voor zonneboilers over 5 jaar bekeken, ligt voor Zonhoven veel hoger dan een gemiddelde Limburgse gemeente.
67,9% van al de stroomcontracten in de gemeente zijn groene stroomcontracten. Bijna de helft van de afgenomen stroom in Zonhoven is groene stroom. Het gemeentebestuur heeft sinds 2012 een groene stroomcontract.
Elke buurt deelt en is duurzaam bereikbaar: Koolstofvrije (deel)mobiliteit
De CO2-uitstoot door particulier en commercieel vervoer blijft in de gemeente toenemen. Er is een stijging van 3,6% ten opzichte van 2011. Het merendeel van deze uitstoot is afkomstig van het verkeer op de snelweg E314 gevolgd door het verkeer op de gewestwegen. Uit bevragingen in 2020 blijkt dat voor het woon-werkverkeer in Zonhoven het dominante vervoersmiddel nog steeds de wagen is met 74%. Het aantal busabonnementen van De Lijn zat in stijgende lijn maar in 2024 daalde dit opnieuw. De CO2-uitstoot voor openbaar vervoer is sinds 2011 met 20,9% gedaald.
De elektrische deelwagen is ondertussen iets meer dan 1 jaar in gebruik. Sinds 2024 is een tweede (particuliere) deelwagen in de gemeente. Tegen einde 2030 moeten we volgens het Lokaal energie- en klimaatpact 43 deelwagens in de gemeente hebben. Een deelwagen kan tot wel 10 auto's vervangen.
Momenteel hebben we 48 publieke en 76 semi-publieke laadpunten in de gemeente. Dit is 25,33% van de uiteindelijke doelstelling. We hebben nog 12 publiek toegankelijke laadpunten in uitvoering en 4 in aanvraag bij Engie voor ingebruikname of installatie in 2025. In de gemeente zijn momenteel 230 elektrische wagens ingeschreven en 1081 hybride wagens. Het aantal benzinewagens blijft ook stijgen. Het aantal dieselwagens en wagens op LPG daalt. Het totaal aantal wagens ingeschreven in de gemeente blijft stijgen.
Het aantal geregistreerde speedpedelecs steeg de afgelopen jaren sterk. Momenteel zijn er 212 ingeschreven.
In 2023 werd op de Elstrekenweg een vrijliggend fietspad van 7,32 km aangelegd. In 2025 starten enkele nieuwe wegenisprojecten met vrijliggende fietspaden. Andere gerealiseerde projecten in kader van nieuwe of structureel opgewaardeerde fietspaden komen hiervoor niet in aanmerking. Tegen einde 2030 moeten we 21 km nieuwe of structureel opgewaardeerde fietspaden gerealiseerd hebben.
Water. Het nieuwe goud: Droogteproblematiek
18% van de totale oppervlakte van de gemeente was in 2022 verhard door gebouwen, wegen, parkeerterreinen en terrassen. De gemeente onderneemt verschillende acties in de strijd tegen de verharding. Met de uitgevoerde projecten sinds 2021 hebben we 16.841m² onthard. Dit is 77,1% van de uiteindelijke doelstelling. Toch blijkt uit studies dat we 8 hectare per jaar bijkomend verharden (door de bouw van nieuwe gebouwen, wegenis bij verkavelingen, uitbreiding aan het bestaande patrimonium, ...).
We hebben een goedgekeurd hemelwaterplan. Door de Roosterbeek opnieuw open te leggen hebben we een bijkomende waterbuffering van 4.000 m³ hemelwater gerealiseerd.
Nota dienst
We doen al enkele acties rond sociaal klimaatbeleid maar nog niet gestructureerd. Het is belangrijk om samen met de dienst sociaal beleid en de dienst welzijn specifieke acties te formuleren en op te starten om zo de doelstellingen in kader van COM te bereiken. Ook op andere vlakken zullen we extra acties moeten ondernemen. Zo zijn we nog niet goed op weg voor het behalen van de doelstelling 40% minder CO2-uitstoot. We moeten de komende legislatuur bijkomende budgetten voorzien om de noodzakelijke maatregelen uit te voeren om zo de doelstelling te behalen. Belangrijk hierbij is om bij geplande projecten steeds te onderzoeken of we een klimaatdoelstelling hieraan kunnen koppelen of mits een kleine bijkomende inspanning een doelstelling kunnen behalen.
Wat betreft de gemeentelijke gebouwen zijn we goed bezig. Dit neemt niet weg dat we ook hier nog bijkomende maatregelen moeten nemen om ervoor te zorgen dat we tegen 2050 geen fossiele brandstof meer nodig hebben voor de verwarming van de gemeentelijke gebouwen.
We zitten op schema wat betreft de verLEDdingsgraad maar enkel een verLEDding is niet voldoende om de doelstelling van 40% minder energieverbruik te behalen. Hier gaan bijkomende inspanningen geleverd moeten worden.
Voor de opmaak van het verplichte lokaal warmtebeleidsplan en het lokaal sloopbeleidsplan moeten we voor de huidige legislatuur de nodige budgetten voorzien.
Er is zeker nog ruimte voor bijkomend groen en vergroening op openbaar domein. Met de geplande wegeniswerken met opgewaardeerde fietspaden gaan heel wat kilometers haag bijkomen. Bestaande perken en groene pleinen blijven we onder de loep houden om bijkomende vergroening/aanplant bomen en hagen te verwezenlijken. Ook onze onthardingsprojecten zorgen voor bijkomend groen. Door enkel op openbaar domein bomen aan te planten gaan we de doelstelling van 21.653 nieuwe bomen niet behalen. Het is belangrijk dat we inwoners aanzetten om hun tuin meer te vergroenen. De plantenverkoop van Natuurpunt levert jaarlijks heel wat bomen op privaat terrein op. Verder moeten we opzoek gaan naar campagnes om burgers te ondersteunen en aan te moedigen om bomen en heesters aan te planten en hun tuin klimaatrobuust aan te leggen. Daar zijn nog veel winsten te behalen. Daarnaast kunnen we ook inzetten op groene gevels. Dit kan zowel bij het eigen patrimonium als bij bedrijven of particulieren. Om de doelstelling te behalen is het ook belangrijk dat de inspanningen van de burgers geregistreerd worden op de website www.groenblauwpeil.be.
Voor wat betreft de collectieve renovatie moeten we blijven inzetten op nieuwe collectieve renovatieprojecten. Ook voor 2025 willen we een nieuw project opstarten. Dergelijke projecten werken wel. Voor sommige is enkel de informatie belangrijk en andere hebben baat bij de volledige begeleiding. Zien renoveren doet renoveren. Ook de financiële ondersteuning hierbij is belangrijk. Wanneer de woning dan volledig geïsoleerd is, kan er gekeken worden om over te schakelen op niet fossiele brandstof voor de energiebehoefte. Momenteel is net geen 11% van de geschikte daken benut voor de productie van zonne-energie. Als gemeente ZONhoven zit hier misschien ook wel iets in om burgers en bedrijven bijkomend te stimuleren voor het plaatsen van zonnepanelen. Dit ook omdat er in het kader van dit pact in de gemeente coöperatieve/participatieve hernieuwbare energieprojecten opgestart en gerealiseerd moeten worden voor 2030. Dit met een totaal vermogen van 779,51kWp. We kunnen dit doen door een project te initialiseren of een dak aan te bieden of door andere organisaties (scholen, woonzorgcentra, bedrijven, ...) aan te zetten om een dergelijk project op te starten.
Om de doelstelling voor de deelwagen te behalen moet het gebruik door het gemeentepersoneel en de inwoners aangemoedigd worden. We gaan meer moeten sensibiliseren en zelf het goede voorbeeld geven. Een gedragen visie voor het eigen wagenpark en een nieuw mobiliteitsplan, met de implementatie van de doelstelling uit het klimaatbeleid, voor de gemeente dringen zich op.
Bij wegeniswerken wordt kritisch nagedacht over de aanleg van functionele verharding. We gaan voor de strikt noodzakelijke wegbreedte en de openbare bermen worden steeds mee onthard. Ook het afkoppelingsbeleid wordt meegenomen. Bij wegeniswerken en heraanleg van perken en pleinen wordt de potentie voor de buffering van hemelwater steeds onderzocht. We zetten hier ook in op de sensibilisatie van de buurtbewoners.
In het verleden hebben we hard ingezet op de buffering van hemelwater. Ook de vergroening van het dorpshart is hier een onderdeel in. Dit blijft ook naar de toekomst toe een belangrijk aandachtspunt.
Ook voor het behalen van de doelstellingen rond ontharden en waterbuffering is de samenwerking met de burger zeer belangrijk. Ook hier gaan we bijkomend op moeten inzetten. Vele voortuinen zijn verhard en het hemelwater loopt de riolering in. Sensibilisatieacties en ondersteuning van de burger hierin spelen een belangrijke rol.
Om al de vooropgestelde doelstellingen in het kader van het Lokaal energie- en klimaatpact en de Burgemeesterconvenant te realiseren gaan we nog verschillende stappen moeten zetten en de nodige budgetten moeten voorzien. 2030 is niet meer ver weg. Zo zijn we voor het Lokaal energie- en klimaatpact nog niet gestart met participatieve/coöperatieve hernieuwbare energieprojecten. Voor de doelstellingen aanplanten bomen, hagen en geveltuinen, deelwagens, fietspaden en hemelwateropvang gaan we een tandje mogen bijsteken.
Belangrijk voor de verschillende projecten, om de doelstellingen te realiseren, is de samenwerking van alle collega's. Voor sommige projecten is het belangrijk dat verschillende diensten samen werken of bepaalde onderdelen meenemen in de plannings- of aanbestedingsfase. Daarnaast is burgerparticipatie belangrijk. We gaan bijvoorbeeld de noodzakelijke bomen niet allemaal op openbaar domein kunnen realiseren. We gaan moeten kijken hoe we hierop gaan inzetten. Deelnemen aan reeds bestaande projecten zoals 'Het Vlaams kampioenschap tegelwippen', 'Maai mei niet', 'De week van de bij', ... kunnen hierin een rol spelen. Ook bij de opmaak van de nieuwe meerjarenbegroting gaan we de realisatie van het Lokaal energie- en klimaatpact en de Burgemeesterconvenant voor ogen moeten houden en de nodige budgetten moeten voorzien. Diensten die een hoofdrol spelen in de realisatie van het LEKP zijn patrimonium, leefmilieu, mobiliteit, facilitair management en duurzaamheid. Als we spreken over de realisatie van de Burgemeesterconvenant zijn al de diensten betrokken.
Het college van burgemeester en schepenen heeft kennis genomen van het rapport en legt het rapport ter kennisname voor op de eerstvolgende gemeenteraad.